Technische Universiteit Delft
Faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en Technische Materiaalwetenschappen Transporttechnologie / Logistieke Techniek
H.A. Timmers Aanvoer en afvoer via de weg bij Hoogovens IJmuiden. Een logistiek onderzoek naar het goederenvervoer vanuit en naar Duitsland.
Doctoraalopdracht, Rapport 91.3.LT.2904, Transporttechnologie, Logistieke Techniek.
Hoogovens IJmuiden heeft een groot aantal Duitse klanten en leveranciers. Wegvervoer neemt een belangrijk deel van de aanvoer en afvoer van walsgoed en stukgoed vanuit en naar Duitsland voor zijn rekening. In het kader van dit logistiek onderzoek zijn de aan- en afvoerstromen over de weg vanuit en naar Duitsland geïnventariseerd. Tevens is gezocht naar mogelijke verbeteringen die leiden tot een verlaging van de directe transportkosten en/of een eenvoudiger besturing van het transport.
De inventarisatie is uitgevoerd door middel van interviews, observaties en administratief onderzoek. Uit de inventarisatie is naar voren gekomen, dat bij het grootste deel van het vervoer Hoogovens de vrachtkosten betaalt, wat inhoudt dat de eigen huisvervoerders, SLE en Slootmaker, het vervoer verzorgen. SLE en Slootmaker vervoeren 97% van de aangevoerde en 69% van de afgevoerde tonnen wals- en stukgoed (exclusief nieuwbouwgoed). Er bestaan geen goederenpakketten, die serieus in aanmerking komen om bij de huisvervoerders te worden ondergebracht. In tonnen uitgedrukt vervoeren de huisvervoerders 200.000 ton afvoergoed en 40.000 ton aanvoergoed (schatting 1991). Hiervan heeft 70% een plaats van Herkomst of bestemming in de deelstaat Noordrijn-Westfalen.
SLE vervoert zendingen >12.5 ton met een voor 1991 geschatte omzet van fl.7.9 mln.; Slootmaker vervoert groupagezendingen <=12.5 ton met een geschatte jaaromzet van fl.0.9 mln. De aan- en afvoerstromen worden door de beide vervoerders al zo veel mogelijk gecombineerd.
Het verlagen van de huidige grens van 12.5 ton tussen de pakketten van SLE en Slootmaker is na de inventarisatie als meest interessante alternatief nader onderzocht in een simulatie-onderzoek. Uit simulaties betrokken op de drie belangrijkste regio's in Noordrijn-Westfalen blijkt, dat bij een verlaging van de pakketgrens tot 3 ton de grootste besparing op de vervoerskosten wordt bereikt, namelijk fl.20.000 op jaarbasis, een daling van 15%. De sturing van het transport wordt echter complexer vanwege het voorkomen van foutvrachten, zendingen die met het reguliere vervoer niet op tijd kunnen worden aangevoerd.
Ondanks de mogelijke besparingen vanwege een verlaging van de pakketgrens tot 3 ton, wordt deze verlaging toch afgeraden. Er mag namelijk aan worden getwijfeld of Slootmaker, nadat zijn pakket voor een belangrijk deel is overgeheveld naar SLE, het pakket goederen kleiner dan 3 ton wil blijven vervoeren. Een sterke stijging van de tarieven van Slootmaker behoort ook tot de mogelijkheden. Simulaties tonen aan, dat indien SLE het volledige pakket van Slootmaker moet overnemen, het oorspronkelijke kostenvoordeel van fl.20.000 omslaat in een kostennadeel van fl.30.000 op jaarbasis. Pas wanneer volstrekte duidelijkheid is verkregen over de posities, die SLE en Slootmaker commercieel gezien innemen, kan opnieuw met behulp van het opgestelde simulatieprogramma worden gecontroleerd of een verlaging van de pakketgrens interessant is.
Rapporten studenten Logistieke Techniek