Technische Universiteit Delft
Faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en Technische Materiaalwetenschappen Transporttechnologie
B.L. Oudman en A. Schenkeveld Metingen aan de cyclustijden van containerkranen; een "second oppinion". Experimentele opdracht, Rapport 96.3.LT.4758, Transporttechnologie.
Doordat de goederenstromen per container over de hele wereld in de toekomst nog verder zullen groeien, kiezen reders ervoor om ook steeds grotere containerschepen te bouwen. Het CTT (Centrum Transporttechnologie) anticipeert op deze ontwikkelingen met het FAMAS project. In het kader van dit project wordt naar methodes gezocht om schepen tot 8.000 TEU in een zo kort mogelijke haventijd (24 uur) te behandelen.
Dit onderzoek is erop gericht de kraancyclustijden van bestaande kranen te meten om te kijken in hoeverre deze 8.000 TEU schepen met bestaande terminals kunnen worden behandeld. Ook wordt gekeken waar grote tijdwinsten kunnen worden behaald als de optredende storingen zouden kunnen worden geëlimineerd. Uit dit onderzoek is gebleken dat bij het behandelen van een conventioneel schip de netto loscapaciteit van de bestaande kranen 46 containers per uur bedraagt en de netto laadcapaciteit 41 containers per uur bedraagt. Met deze capaciteiten is het volgens dit onderzoek niet mogelijk om 8.000 TEU schepen te behandelen binnen 24 uur. Bovendien zullen de laad- en loscapaciteiten ook nog eens verlagen als er rekening wordt gehouden met de eventuele optredende storingen.
Rapporten studenten Transporttechniek