I'
I
I
I
I
I
I
I
I
,
,
I
I
I
I
I
I
I~
I
I
ONW-V-79151 RIJKSWATERSTAAT-DELTADIENST WATERBOUWKUNDIGE WERKEN WEST ONTWIKKELING NIEUWE WERKMETHODENPOSTBUS 5002
BURGH-HAAMSTEDE
Project 0005-SSM
Proef 79.17 STROOMBESTENDIGHEID MATIG
VERDICHT ZANDASFALT
,
"
.
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
ONW-V-79151
I
I
RIJKSWATERSTAAT-DELTADIENST WATERBOUWKUNDIGE WERKEN WESTI
ONTWIKKELINGPOSTBUS 5002 NIEUWE WERKMETHODENI
BURGH-HAAMSTEDEI
I
I
I
Project 0005-SSMI
I
Proef 79.17 STROOMBESTENDIGHEID MATIG
I
VERDICHT ZANDASFALTI
I
I
I
I
I
Burghsluis, november 1979I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
1
1
ri
·
KS
w
aters
taat
1
aan:1
van:datum: onderwerp:1
I
1
-I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
~
§
l'3
deltadienstnotitie
ONW-M-79151 ONW,wwo
C.D. Nederlof 791126Verslag proeven stroombestendigheid matig verdicht zandasfalt.
Inhoud
Conclusies
1. Inleiding
2. Doel van de proeven
3. Opzet ie proef 3.1. opstelling 3.2. verdichting 3.3. oppervlak 3.4. verloop stroomsnelheid 3.5. metingen 4. Resultaten ie proef 5. Opzet 2e proef 5. 1. opstelling 5.2. verdichting 5.3. oppervlak 5.4. verloop stroomsnelheid 5.5. metingen 6. Resultaten 2e proef
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
I
behoort biJ:notitie
datum: 791126 bladnr: nr. ONW-M-79151
I
I
I
Conclusies.I
I
De stroomproeven te Lith op matig verdicht zandasfalt leiden tot de volgende conclusies.
I
Zandasfalt, samengesteld uit 96,5% Oosterscheldezand en 3,5% bitumen 80/100,
verdicht tot ca. 1500 kg/m3 en afgekoeld tot ca. 40oC, vertoont bij een stroomsnelheid tot ca. 4 mis gedurende 4 uur op 0,5 m boven het oppervlak, geen zichtbare erosie. De taluds van het proefpakket daarbij niet verdicht. Groeven van ca. 3 cm in de stroomrichting vormen daarbij geen inleiding tot erosie.
Zandasfalt van gelijke samenstelling, verdicht met minder dan 50 KN/m2
en afgekoeld tot gemiddeld 700C vertoont na een stroomperiode van 4 uur,
waarin de stroomsnelheid als bij een getijverloop zonder onderbreking wordt opgevoerd tot ca. 3,6 mis en weer afgebouwd, geen duidelijk waarneembare erosie, hooguit enige zetting. De taluds van het 0,50 m hoge proefpakket niet verdicht.
I
I
I
I
I
I
I
I
•I
I
•
,
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
behoort bij: not itie nr. ONW-M-79151
I
bladnr: 1I
I
1. InleidingTer voorbereiding van de sluiting van de Markiezaatskade bij Bergen op Zoom zijn in Lith een tweetal stroomproeven gedaan op zandasfalt.I
I
Overwogen wordt dit materiaal toe te passen in de laatste 800 m. De prototype-situatie is dan als volgt:
Over de gehele lengte van het sluitgat wordt laag voor laag aan-gebracht, dik ca. 0,50 m (verticale sluiting).
Het materiaal wordt tijdens de laagwaterperiode per as aangevoerd en d.m.v. een dozer gevlakt, waardoor een zekere verdichting ontstaat. Tijdens de vloed wordt de kade overstroomd. De stroomsnelheid varieert met het getiji de hoogste snelheid bedraagt ca. 3,60 m/s gedurende ca. 30 minuten.
I
I
I
I
I
2. Doel van de proef
Bij de eerste proef lag het accent op het vaststellen van de stroom-snelheid waarbij uitschuring van zandasfalt optreedt en de mate daar-van, uitgaande van:
a. een verdichtingsdruk van ca. 50 kN/m2 resp. 100 kN/m2 de taluds onverdicht;
b. een oppervlakte structuur: vlak afgestreken resp. overeenkomstig de indruk van een rupsdozer;
c. een zandasfalt samenstelling: 96,5% Oosterschelde zand 3,5% bitumen 80/100; d. een temperatuur van 70 à 80
°c
tijdens aanbrengen;e. een stroomperiode bij elke ingestelde snelheid van ca. 15 minuten.
I
I
I
I
I
Met de tweede proef is de stroombestendigheid onderzocht van kort vóór het stromen aangebracht en dus nog warm zandasfalt. De nadruk lag hierbij op het benaderen van het te verwachten temperatuurverloop in de prototype-situatie. Uitgegaan is van:I
I
I
o a. een verwerkingstemperatuur van ca. 80 C;b. een verloop van de stroomsnelheid overeenkosmtig de meest ongunstigl welke in het prototype verwacht wordt;
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
I
behoort bij: notitie bladnr: 2 nr. ONW-M-79151I
I
c. een verdichtingsdruk, minder dan 50 kN/m2. resultaten van de eerste proef;d. samenstelling als bij eerste proef.
Hierbij afgaande op de
I
I
I
3. Proefopzet le proef 3.1.2E~~~!!!~2
I
In de stroomgoot is aangebracht: (zie bijlage 1). - tussen raai 3 en 17 een laag zandasfalt dik 0,25 m;
- tussen raai 4,5 en 10,5 een "proefpakket" zandasfalt, dik 0,50 m
kruinbreedte 5 m met "natuurlijke" taluds (ca. 1:1);
het zandasfalt van het proefpakket is geleidelijk gestort m.b.v. een laadschop beginnend bij raai 10; afgewerkt en gespreid met harken, het deel t.p.v. de grootste verdichting ca. 8 cm hoger;
- de temperatuur tijdens het verwerken bedroeg gemiddeld ca. 90oe. Gemeten is met oppervlakprikkers en een thermokoppel onder in het
I
I
I
pakket;- de samenstelling volgens extractie: bitumen 3,5% zand 96,5% - zand volgens zeefanalyse: op zeef 2,0 1,1 g
op zeef 0,5 5,8 g op zeef 0,18 418,6 g op zeef 0,063 568,6 g door zeef 0,063 2,6 g 0,2% 1,0% 70,7% 96,1% 0,4%
I
I
I
100 %I
I
De zandasfaltlaag is verdicht m.b.v. een stamper bij een temperatuur van ca. 150 oe. Het proefpakket is verdicht bij ca.ss=c
door het plaat -sen van een gewicht gedurende 5 à 10 sec. Aan de stuwzijde een gewichtI
met een druk van 50 kN/m2 aan walzijde met een druk van 100 kN/m2I
Na het verdichten was de hoogte van de twee verdichtingsoppervlakkenvrijwel gelijk. De taluds zijn niet verdicht of betreden. Voor de begrippen stuwzijde en walkant zie bijlage 1.
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
I
behoort bij: notitie nr. ONW-M-79151 bladnr: 3I
I
I
Door het verdichten met de gewichten (voetplaat oppervlak 24 x 24 resp. 24 x 40 cm2) ontstonden plaatselijk hoogteverschillen van enkele cm's.
Op de benedenstroomse helft van het oppervlak zijn met behulp van een
staalplaat groeven aangebracht, ca. 3 cm diep evenwijdig de gootas.
I
I
Het proefpakket is aan onderstaande snelheden blootgesteld.I
stap snelheid duur le 2,00 mis 30 minuten 2e 2,60 mis 20 minuten 3e 2,75 mis 45 minuten 4e 3,00 mis 30 minuten Se 3,20 mis 30 minuten 6e 3,30 mis 30 minuten 7e 3,40 mis 30 minuten 8e 4,10 mis 30 minuten ge 4,00 mis 4 uurI
I
I
I
I
De aangegeven stroomsnelheid is die welke gemeten is op 0,50 mbohet pakket t.p.v. raai 9,35 (0,65 m vóór einde pakket) op 0,70 muitvende walkant.
Bij de stap volgend op 3,40 mis ontstond schietend water waarna de snelheid opgevoerd is tot een stabiel stroombeeld ontstond. De voor
-gestelde duur stroomperiode van 15 min.bleek door de benodigde tijd voor snelheidsmetingen niet haalbaar. Mede gezien de geringe verschi
l-len tussen walkant en stuwzijde (aan stuwzijde gemiddeld 0,07 mis lager is daarom na de eerste meting het aantal metingen beperkt en is een
stroomduur van ca. 30 min. nagestreefd.
Tussen de stroomperiodes is de goot drooggezet. Na het bereiken van de maximum snelheid en gezien het geringe effect daarvan is besloten g e-durende 4 uur te stromen, opnieuw met de hoogste stroomsnelheid.
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
nr-C:)NW-M-79151
Bij de 2e en volgende stappen is omwille van de tijd alleen ge-meten in verticaal a t.p.v. raai 3, 5.65, 8.15 en 9.35 en b
1E;
t.p.v. raai 8.--.
Bij elke stap is de waterspiegel gemeten t.o.v. de gootrand.
Na elke stap is het proefpakket visueel gecontroleerd op erosie. Ter ondersteuning zijn op het oppervlak krijtstrepen aangebracht.
Voor aanvang en na de stappen 4, 8 en 9 is de hoogte van het pakket aangemeten in vier lengte raaien om de 0,50 m. 'Hierbij is gebruik ge-maakt van de mobiele meetconstructie boven de goot waaraan een verti-caal verplaatsbare kolom is bevestigd.
Na afloop is een aantal monsters van het oppervlak onderzocht op dicht-heid.'
4. Resultaten 1e proef
Voor aanvang van het stromen bedroeg de temperatuur op ca. 0,15 m onder het
oppervlak ca. 400c;onder in het pakket ca. 360C.
De snelheidsmetingen en bijbehorende waterstanden zijn weergegeven op de bij lagen 2 en 3.
Het resultaat van de hoogtemetingen is vermeld op bijlage 3.
Uit deze peilingen blijkt dat nagenoeg geen erosie is opgetreden afgezien van enige aftopping en transport van los materiaal.
Bij de visuele waarnemingen kan noch op het bovenvlak noch op de taluds duidelijke erosie geconstateerd worden. De krijtstrepen waren na afloop nog geheel zichtbaar. Ook de groeven vertoonden geen bijzonderheden.
Direkt achter de ophoging leek enige sprake van ontgronding; de verschillen zijn evenwel klein en bovendien beïnvloed door los materiaal.
I
behoort bij: Notitie datum: bladnr: ~I
I
•I
De stroomsnelheid is gemeten in de vertikalen a en b op de in figuur aangegeven punten, voor zover de waterstand en de pakket-hoogte dit toeliet, en wel t.p.v. de volgende dwarsraaien (voor verdeling zie bijlage 1).Bij stap 1 t.p.v. raai 3, 5.65, 6.90 en 9.35
I
I
I
·
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
bI
I
I
I
1-:-e
I•
I•
Ie
e
e
$
~~~~---.---.--
;
.
I
010I
0.60J
0.70I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
behoort bij: notitie
bladnr: 5
nr. ONW-M-79151
In onderstaande 'figuur is de situatie tijdens de duurproef van 4 uur
I
I
weergegeven. ;;.100 ...;,I
I
&m I !I
I
I
Het dichtheidsonderzoekDe uitkomsten vertoondenheefteen grote spreiding.geen duidelijk resultaatGemiddeld opgeleverd.lag de dichtheid van het met 50 kN/m2 verdichte oppervlak zelfs iéts hoger dan die van het met 100 kN/in2verdicht oppervlak. De dichtheden lagen rond de 1500 kg/m3. Een, passende verklaring is niet gevonden.I
I
I
I
I
I
I
I
~I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
orijkswaterstaat
behoort bij: notitie nr. ONW-M-79151I
bladnr: 6I
I
5. Opzet 2e pree f 5.1. OpstellingI
De opstelling is als die van proef 1, met uitzondering van het volgende: - het gehele pakket is op gelijke hoogte afgewerkt;
- de temperatuur tijdens het verwerken was ca. 80o
e;
I
- de samenstelling volgens extractie: bitumen 3,5% zand 96,5%-
zand volgens zeefanalyse: op zeef 2,0 ' 0,9 gr. 0,3% op zeef 0,5 7,0 gr. 2,1% 0 op zeef 0,18 209,5 gr. 61,8% op zeef 0,063 308,5 gr. 91,0% door zeef 0,063 19,9 gr. 5,9%I
I
I
I
Gezien het uitblijven van erosie bij de 1e proef is hiér uitgegaanVan
een verdichting met minder ,50 kNI m2. Deze is bereikt d.m.v. een ca. 0,10 m brede plank waarover een aantal malen gelopen is.Ook nu zijn de taluds niet verdicht.
I
I
I
Het verdichten leverde een zo goed als vlak oppervlak op. Inbreedte-.
richting wat minder •
I
I
Bij het instellen is zoveel mogelijk het verloop gevolg van de snelheid die in het prototype verwacht wordt bij opkomend tij in de situatie dat de drempelhoogte N.A.P. berèikt is. Hierin treedt de grootste snelheido
p
,
I
ca. 3,6 mis zie bij lage 4).I
•
·
1
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
·
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
rijkswaterstaat
behoort bij: noti tie bladnr: 7 nr. ONW-M-79151De stroomsnelheid is gemeten vóór het pakket t.p.v. raai 3 en boven het
pakket t.p.v. raai 8.65; steeds in het midden van de goot.
In de vertikaal is op dezelfde hoogten gemeten als bij de le proef. Bij een_aantal stappen is de waterspiegel aangemeten.
Voor aanvang en na afloop is over vier lengteraaien de hoogte van het pakket vastgelegd d.m.v. waterpass:i.ng.
Op het oppervlak zijn gele krijtstrepen aangebracht.
6. Resultaten 2e proef
Het temperatuur verloop is weergegeven op bij lage 4. Vlak voor het stro-men was de temperatuur aan het oppervlak gemiddeld ca. 700C; in de taluds iets lager.
De snelheidsmetingen en waterstanden zijn vermeld op bijlage 5; de resul-taten van de waterpassingen_op bijlage 6.
Uit de peilingen volgt dat in de raai op 0.30 uit de walkant een duid e-lijke verlaging van het oppervlak is opgetreden (gem. 1,6 cm).
Evenzo in de raai op
0.7
Q uit de walkant t.p.v. het voortalud.De gele krijtstrepen geven evenwel aan dat er geen zichtbare erosie heeft plaatsgevonden.
Als mogelijke oorzaken kunnen genoemd worden:
- een nazetting van de zandasfalt door verschillen in temperatuur of door het betreden tussen'de'-m~t.in:gen,
- meetfouten; vooral in de taluds werd exact meten bemoeilijkt door zak-king van de baak'in het warme zandas feLc,-Det.oename in hoogte van het benedenstrooms talud is het gevolg van afzetting van los materiaal.
·
1
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
-
RAAIE- -
N ( M' )-7
8
-11
'2
1314
'7
'P'ROEFPAK:Ker ZANDA~FALT
LA NGoS.POO'R.s""~'PE e o ~
I·
,__. C:).00=- -1 I(' Nà
t
_
_
.
.
I
_.
I
-t;- -·1--- TALUDS ONVe.OZPI<:.H'Tt---
---
-
+--
-i
r--IRIJKSWATERSTAAT
~
I
\
DELTADIENST WWW ONTWIKKELING NIEUWE WERKMETHODEN
Proef 79·17A s.-n,ool"\ ~,,;~..i"'N !;IICöHElD Notitie ON'''-V- b'ISI Project ooo~ • ':>$M MATIe, V ER.CICH·r Datum 7'i' H
-=
_
.}
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
--waterstanden 1e proef in cm boven gootbodem (2.30+)
~ , , I
I
16 5 6 7 8 9 95 10 105 11 115 i 12 s 3 II
1 254 249 249 250 248 248 251 248 247 249 249 250 250 2 246 235 232 224 227 230 228 229 228 233 234 234 234 3 240 235 230 222 225 227 227 227 227 227 230 236 239 4 234 227 223 220 214 216 218 221 222 225 224 226 230 5 234 227 221 210 207 207 209 210 215 218 225 226 231 6 238 227 218 208 203 204 205 206 212 215 ,220 223 232 7 235 223 215 207 201 199 200 204 207 214 1216 220 227 8 228 223 214 196 187 177 172 166 169 152 !165 190 210 I 9 232 228 220 200 187 180 175 170 165 170 1190 198 222 Stroomsnelheid na le stapRaai 3 Raai 5,65 Raai 6,90 Raai 9,35
jhoogte t.o.v.
kant stuw kant stuw kant stuw kant stuw
[gootbodem 2,40 1,59 1,53 1,80 1,65 2,00 1,65 1,48 1,81 1,68 1,94 1,84 1,99 1,91 1,50 1,63 1,50 1,89 1,84 1,94 1,89 2,01 1,95 1,00 1,65 1,54 1,92 1,92 1,94 1,94 1,99 1,99 0,75 1,60 1,55 1,94 1,92 1,94 1,88 1,95 1,92 0,50 1,58 1,54 0,30 1,50 1,40
RIJKSWATERSïAAT
DELTADIENST
WWW ONTWIKKELING
NIEUWE
WERKMETHODEN
Proef 79. 17.A
..,
omschrijving Notitie ONW-V-79151
STRoor-mESTENDIGHEID
MATIG VERDICHT ZANDASFALT Datum 791126
.1
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I,
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
1
I
I
I
1
-1
I
STl'lOOMSNELHEDEN Hoogte t.o.v. Ze 3e 4e Se 6eI
7eI
Se geI
qootbodem (Z30+) STAP !:
Raai 3 2,00 1,94 2,12 2,25 I 1,50 1,98 2,14 2,25 2,39 2,36 2,39 2,40 i-
1,00 2,05 2,16 2,33 2,40 2,40 2,46 2,48 I I 0,75 1,96 2,14 2,27 2,33 2,33 2,42 2,40I
0,50 1,93 2,08 2,20 2,22 2,34 2,34 2,36 I I 0,30 1,79 1,98 2,19 2,22 2,30 2,33 2,30 I 65 2,29 2,54 2,66 --I
Raai ,5, 2,00 1,70 2,40 2,62 2,79 2,78 2,89 2,75 2,93 2,95 ! 1,00 2,47 2,72 2,80 2,89 3,02 2,93 3,06 3,10 0,75 2,50 2,70 2,79 2,59 3,02 3,00 3,12 3,16 0,50I
0,30 ; Raai 8,15 2,00 2,47 2,72 2,89 , i; 1,50 2,56 2,78 3,08 3,22 3,30 3,37 3,63 3~63 , 1,00 2,56 2,80 3,00 3,22 3,22 3,32 3,80 3,70 0,75 2,42 2,65 2,89 3,10 3,12 3,27 3,67 3,67 0,50 ; 0,30 ! 35 I Raai:9, 2,00 2,42 2,51 2,83 : 1,50 2,50 2,69 3,00 3,24 3,32 3,40 3,94 3,90 , 1,00 2,60 2,75 3,02 3,20 3,30 3,40 4,09 4,02 0,75 2,47 2,74 2,98 3,20 3,24 3,37 4,09 4,02 0,50 0,30 Raai 8,15 2,00 2,34 2,51 2,74 (stuw) 1,50 2,50 2,69 2,95 3,17 3,20 3,34 3,57 3,54 I 1,00 2,56 2,70 3,00 3,20 3,24 3,32 3,69 3,69I
0,75 2,50 2,65 2,93 3,12 3,17 3,32 3,69 3,57 ~~~~~~~19~=g~~~~~~~~~hi~!~~=~~=~~_!=~~~==~~~~~li~~. na- na na~~E~~!~
4 R 9 Bovenstroomse helft-
0,1 0 - 0,3 (raai 5 t/m 7).
+ 0,1 Benedenstroomse helft + 0,2 + 0,1 (raai 7,5 t/m 9,5) Met verdichting 1,0 kg/cm2-
0,1 0 - 0,1 (lengte raai a en b) Met verdichting 0,5 kg/cm2 + 0,1-
0,1-
0,2 (lengteraai c en d) Talud---Benedenstrooms %
-
1,1 -; 1,8 ( raai 9,7 t/m 10,5) ~~~~~E_E~~~~ (raai 11 t/m 13)~-
0,8 + 0,5 --0,6x Peilingen beinvloed door Tos mat.eraaa L.
.
.
RIJKSvVATERSTAAT
DELT ADIENST
WWw. ONTWIKKEL
I
NG
N
I
EUWE
WERKMET
H
O
DEN
Proef 79.17 A
omschrijving
Notitie ONW-V-79151
STROOMBESTENDIGHEID
Project 0005-SSM MATIG VERDICHT ZANDASFALT Datum 791126
\
-·
1
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
·
1
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
62· 80· 7t;·~~~---+~i-r.~-·---~~~7
mIs
80 ~.o b 60-
.
.
"'
.
_--_
.
c --30 o of 2 3 ureno := Gë~eVe-~J"ll!1:.HëIDS Vë~LOOP ,,... PROïoT,>FE
'31.) OPKOMEMt> "'U EN ~r<S.MPwl. OP N.A. P.
b
:= GiEMJPPSLPE-r.
P. Y. RAAI}N GOOr
C := TEMP. vSs:c:.&"oOP IN HST HA~T V"'~l Io-ISï
PAKK'E.ï ö~ EerL-_~TEJ<,T~""'lF. v..,c.J'"'I 10·C
RIJKSVvAïERSTAAT
DELTADIENST
WWW
,ONTWIKKELING
NIEUWE WERKMETHODEN
omschrijving
STROor-ffiESTEN1GD HE ID MATIG VERDICHT ZANDASFALT
Notitie ONW-V-79151
Proe1 79.17"B
Datum 791126 Project 0005-SSM
·
,
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
Waterstanden 2e proef in cm boven gootbodem (2.30+)
I
I
~ s 3 5 7 10 12 14 16-
---2,13 248 247 240 244 244 246 252 3,03 233 221 213 215 220 228 223 3,33 224 224 201 210 218 221 216 3,55 224 220 201 186 202 ·218 209 2,75 240 231 220 225 228 232 237 1,15 260 259 259 259 259 260 260I
I
I
I
I
';.
I
I
Stroomsnelheden 2e proef in mIsI
hooqt -t.o.vgoot-bodem Ie 2e 3e 4e Se 6e 7e 8e ge 10e 11e 12e 13e 4e Istao RAAI3 2.00 0.50 1.21 1.43 1.70 2.16 2.36 2.28 2.00 0.91 , 1.50 0.51 1.20 1.50 1.72 2.24 2.32 2.32 2.15 0.91 1.00 0.50 1.28 1.56 1.76 2.32 2.43 2.43 2.20 0.95 0.50 0.51 1.25 1.56 1.76 2.31 2.36 2.44 2.12 0.94 , 0.25 0.51 1.21 1.50 1.69 2.24 2.29 2.33 2.04 0.87 " , I RAAI
,
8.65 iI 1.lC I 2.00 0.56 1.39 1.77 2.02 2.82 ,j 1.50 0.57 1.46 1,83 2,07 2,97 3.28 3.56 2.76 1.08 \ 1,00 0,58 1,52 1,86 2.15 2,43 2,75 3.08 3.31 3.58 3,30 2.80 2.02 1.12D.
3°
1
0.75 0.59 1,52 1,83 2.12 ~,OO 3,28 3.56 2.80 1.1C ~ .~I
1
1
-1
1
1
1
I
---
.
---
--
---
.
---
-
---
-
--
--
---I
ï=roe1 79.171;---
I
L
~
:
~
.'
~:
-.
:
_
.
..
;
~:::·
C'--,
,=_:_
. -01'"1_
-
-
·
-
_
__
:
.
.
1
c
a
~~_
._ï_9_1_1_2_ó _ rroject 0005-SSM _··~-f.Ar:
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
Proef Not ltie ONVi-V-79151
I
I
I
I
I
",' .. J.e1
"M 0.21:» ... 10 0 o.io. 0.lot q20 0,10 0 Q,4o o,lot 0,20 O,fo 0 oAe 0.30 0.20...
'
.
GI
I
I
I
I
I
I
I
-
-0.30 0.70 0.70 0.30raai uit stuw uit stuwuit kant uit kant
1
10,70 4,"2-
- 2,5 - 0,7 10,60 - 0,5 1,0 - 3,5 0 10,50 0,4 0,7 - 3,3 - 3,2 10,40 1,7 0,1 - 5,3 - 3,2 10,30 1,7 0,1 - 4,4 - 2,0 10,20 0,7 1,0 - 0,2 O,S 10,10 0,5 1,1 0,3 - 1,3 10 0,4 0,3 0 - 0,2 9,5 0,2 0,1 0,1 1,6 9 0,3 0,1 0,1 1,0 8,5 0,2 0,2 0,1 1,2 8 0,2 0,2 - 0,1 1,6 7,5 0,2 0,2 0,2 1,2 7 0,3 0,2 0 0,7 6,5 0,3 0 0,1 0,2 6 0,3 1,0 0 1,4 5,5 1,3 0,3 2,5 0,7 5 1,3 1,1 6,1 2,3 !I
I
I
\
-~-,,
---
--
-
-
_
.
_
-
--
---
--
-
-
_
.
- -
--
\
6 7 8 9 10 '"'OOR ~VANC: 1'IIA ""'1.00PI
H RAAI CM')I
RIJ KS'i\!Ä -iE
R
STA.AT
I
DELTAD
I
ENST
'lI
W
\
\
Z
O
N
T
WIK
KELI
N
G
79.17 B
Project 0005-SSM
omscr,rijv,ns
STROOHBESTENIGDHEID
!-1ATIGVERDICHT ZANDASFALT
N
I
EU
W
E \
VER
Ktv
1
ET
H
O
D
E
N
Datum 791126
·
,
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
- 1-Proeven stroombestendigheid natig verdicht zandasfalt no. 79.17 A en B
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
1. Verdichten met 0,5 kgjcm2.I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
2-Situatie voor
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
- 3 -Situatie na stromen met V=
2,50mis.
I
I
I
I
I
I
7. Situatie na stromenI
met V=
2,50mis.
I
I
I
I
I
I
8. Situatie na stromen met V=
2,50mis
.
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
- 4-=-t
9. Situatie voor aan-vang stromen.I
I
I
I
I
I
10. Situatie voorI
vang stromen aan-I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
11. Situatie voor aa n-vang stromen.I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
- 5 -12. Situatie na afloop stromen.r
-,
. 3. Situatie na afloopI
stromen.I
I
I
I
I
I
~ -na afloop l4. Situatie stromen.I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
~
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
I
~