Bedrijfspracticum
Auteurs: P. de Boer 14-1-2009
H. Kroon
IV
Samenvatting
Ubbink Solar Modules bv. (USM) is opgericht in 2005 voor de productie van zonnepanelen. In het eerste jaar waren er 8 mensen werkzaam en werd er op één lijn 8 Megawatt (MW.) aan zonnepanelen geproduceerd. Inmiddels zijn er twee productielijnen bijgekomen, zijn er 100 medewerkers in dienst, en bedraagt de productie 40 MW. Deze snelle groei heeft ertoe geleid dat de controle op de materiaal- en informatiestromen is verloren, met als gevolg een te hoge materiaaluitval. De vraag is dan ook welke oorzaken ten grondslag liggen aan het niet goed kunnen beheersen van de materiaaluitvalstroom binnen USM.
Voor het beantwoorden van deze vraag is gebruik gemaakt van de Delftse systeemkunde. Met deze conceptuele methode kan op een systematische manier naar problemen worden gekeken, waarbij de basis het denken in functies is. Omdat het probleem bedrijfsbreed is, valt alles dat zich binnen de bedrijfmuren bevindt binnen het project, behoudens de afdeling R&D.
Voor het achterhalen van de oorzaken zijn twee modellen opgesteld. Het eerste model, het Soll-model, geeft aan hoe de situatie er uit zou moeten zien voor een volledige beheersing van de materiaaluitval. Het Ist-model geeft de situatie hoe momenteel wordt getracht de materiaaluitval te beheersen. Na deze twee modellen met elkaar te hebben vergeleken, zijn de volgende problemen gevonden:
• Er worden geen kwantitatieve eisen gesteld aan het systeem dat de uitval moet beheersen. • Niet alle uitval wordt geregistreerd, waardoor de werkelijke omvang van de uitval onbekend is. • Er vindt niet op alle materialen een kwaliteitscontrole plaats voordat ze de productie ingaan.
• Onvoldoende toezicht op het naleven en de uitvoering van de kwaliteitscontroles tijdens de productie. • De onderhoudsstaat van de productiemachines wordt niet goed beheerst, waardoor er continu achter de
feiten wordt aangelopen.
• De verzamelde informatie in het systeem is vaak onvolledig.
• Er zijn geen voorschriften voor het handelen van het personeel bij het bedienen van machines en de andere voorkomende handelingen in de lijn.
• De normstellende regelkring wordt niet goed beheerst. De tijdens de doorvoer verzamelde informatie wordt niet goed geëvalueerd, waardoor er geen nieuwe normen worden geïnitieerd. De geheugenfunctie wordt dus niet goed beheerst.
Tijdens het onderzoek zijn ook nog een aantal andere problemen geconstateerd namelijk: • Onvoldoende betrokkenheid van het personeel.
• Het niet volgens de gestelde regels werken.
• Onvoldoende personeel om alle taken te kunnen uitvoeren.
De conclusie is dat de oorzaken die ten grondslag liggen aan het niet goed kunnen beheersen van de materiaaluitvalstroom kunnen worden samengevat onder drie hoofdpunten, nl. de bedrijfsstructuur, personeel en informatie.
Door de snelle groei van USM is de opbouw van een daarbij horende bedrijfsstructuur achtergebleven. Dit heeft geresulteerd in het niet meer goed onder controle hebben van het productieproces, omdat de controlefunctie ontbreekt. Er is dus geen toezicht op de naleving en uitvoering van eerder opgestelde regels en procedures. Dit gebrek aan controle is ook van toepassing op de omgang met het personeel. Er is onvoldoende toezicht of het personeel zich aan de gestelde regels houdt, waardoor dit op de werkvloer een eigen leven gaat leiden.
Het komt binnen USM regelmatig voor dat er wordt gewerkt met onvolledige of zelfs incorrecte informatie en dat op basis hiervan conclusies worden getrokken voor de beheersing van de materiaaluitval. Er moet dus meer aandacht worden besteed aan de vragen: “Wat willen wij weten?” en “Welke informatie hebben wij hiervoor nodig?”.
Onze aanbeveling is dan ook om te beginnen met het opzetten van een goede bedrijfsstructuur. Dit moet de basis gaan vormen voor het effectief kunnen beheersen van de materiaaluitval. Dit geeft tevens het personeel meer duidelijkheid. Een andere belangrijke aanbeveling is dat er moet worden gecontroleerd of er daadwerkelijk volgens de regels wordt gewerkt. Als blijkt dat iemand niet volgens de gestelde regels werkt, moet deze op een constructieve wijze worden gecorrigeerd. Als hiernaast ook nog eens duidelijk naar de informatiestroom wordt gekeken, dan moet het mogelijk zijn om de materiaaluitvalstroom volledig te kunnen beheersen.
