• Nie Znaleziono Wyników

Boemerang roterend in een luchtstroom: krachtmetingen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Boemerang roterend in een luchtstroom: krachtmetingen"

Copied!
92
0
0

Pełen tekst

(1)

12 DEC.1972

ARCH1F

Bibliotheek van

sbouwlcunde

Lab. v

Scheepsbouwkun

Technsche

Hogeschool

M

MATHEMATISCH INSTITUUT

RIJKSUNIVERSITEIT:

GRONINGEN

OnrIrafrJeIr

Hogeschoo D')CUI";EPIlATIE Ai U M:

RAPPORT TW- 118

BOEMERANGS ROTEREND IN EEN. LUCi1TSTROOM:

KRACHTMETINGEN

Felix Hess

4

(2)

s-Rapport TW 118

BOEMAIGS ROTERND EEN LUCHTSTROOM:

KRACHTMETINt-EI'T.

Felix Hess

(3)

2

Boerangs roterend. in een 1.uchtstrooni: krachtmetingen. I Overzicht 3 § i Doel. ecperiment 3 § 2 Concl,usie 3

§ 3

Erkentelijkheid. 5 II kpparatuur 5 § i Mechanisch gede&Lte 5 § 2 Wind.tunnel 8

§ 3

Werking 8 § is. De boemerarigs 10

III Met ingen lo

§ i Metingen 10

§ 2 L]king 12

§ 3

Verwerking metingen 12

§ is. Verwerking ijking 72

§ 5

Lijst van metingen 13

IV Foutend.iscussie

§ i Fouten bij de ijking ill.

§ 2 Verwante fouten bij de metingen 15

§ .3 Pauten: in de gecorrigeerde outputs Mc. 15

§ is. Fouten in 1uchtsne1,heid, rotatiesneiheid, tijd 17

§ 5

InvLoed aanwezigheid apparatuur . 18

§ 6

Doorbuiging van de bo emerang 18

§ 7

Sanenvatting 18

V Uitkosten 19

§ 7 Dc tabeUen 19

§ 2 De gm.fieken 19

§ .3 De theoretische grafieken 21

§ Ii. Verge1ijking theorie/experinent 2h.

VI TabeUen

25 Lis. 26

L6

3h.

Li

'as. wU 53 F 18 6o VII Grafieken 68

LI

69 F 18 75 81 Theorie 87

(4)

I Overzicht

§ 1 Doel experiment

±Iet in dit rapport beschreven experiment maakt deel uit van een onderzoek naar de djnamica en aerodynamica van boemerangs. Bij dit experiment zijn enige boemerangs achtereenvolgens roterend opgesteld in een luchtstroom en de over de tijd gemiddelde krachten en koppels op die boemerangs. gemeten. Bij de metingen op een bepaald.e boemerang zijn gevarieerd: de

rotatie-snelbeid , de lucbtsnelheid. W en de hoek 1V tussen de richting van de

lucht-stroom en bet viak van de boemerang. Voor verscheid.ene combinaties van deze

grootheden w, W, 4r zijn gemeten: de op de boemerang uitgeoefende drie

krachtcomponenten en drie momentcomponenten, alle gemiddeld over een groot aantal omwentelingen. Van dynamische metingen, d.w.z. het meten van de

componenten als functies van de tij d hebben we afgez ien vanwege de enorpie

complicaties die dan zouden moeten worden overwonnen (zoals het elimineren van triuingen).

De resultaten van dit experiment kunnen worden vergeleken met de uitkomsten van een reeds eerder ontwikkeld theoretisch model. cperiment en theorie

samen kunnen hopelijk een fundering leyeren voor het berekenen vari banen die boemerangs in vrije vlucht doorlopen.

§ 2 Conclusie

Van de uitgevoerde metingen mocht geen grote nauwkeurigheid iorden verwacht.

De betrekkelijk geringe krachten en momentex (Orde resp. .- 100 gra.iní' en

300 gra.mf cm. De gebruikte meetelementen zijn ontworpen voor krachten

van enkele kgf.) werden bepaald door soins sterk oscillerende signalen te middelen en van die gemiddelden lineaire combinaties te mken. Als men dit

in overweging neemt en bovendien rekening houdt met bet feit dat dergelijke metingen nooit eerder zijn uitgevoerd, dan is bet experiment red.elijk

geslaagd. te noemen.

De voornaamste gebreken zijn geweest: 1e; bet relatief 3rnstige nulpunts-verloop in een der kanalen, 2e de soins hevige trillingen, 3e het ontbreken van boemerangs met precies bekende profieleigensehappen.

Het theoretisch model waarmee we de experimentele resultaten kunnen vergelijken is behandeld. in een vorig rapport: TW-111 "Rotating airfoils in steady flow".

De zes d.imensieloos gemaakte, gemiddelde coinponenten zijn daar genoemd:

LF, DFX, DFY voor de krachten en LDC, LTY, D']2 voor de momenten.

(5)

Over het geheel genomen blijkt er een redeiijke kwaiitatieve oereenstenmiing

te bestaan tussen theorie en experiment. Kwantitatief redelijke

overeen-steiing is er voor de axiale kracht LFZ, het axiale moment DIZ en de kracht

DFX. Dit zijn dezelfde drie componenten die bij een

oeger experiment in

watér zijn gemeten; zie § 26 en § 27 van genoemd. rapport TW-111.

De momenten LDC en LTY zijn experimenteel het minst nauwkeurig bepaald. De

experimente1e LTY stemt niet zo siecht overeen met de theorie maar met L'DC

1.igt dit anders. De gemeten LTX is, samen met de kracht DFY, ernstig

beinvioed door het reeds genoemde nulpuntsverioop in ee±i der meetkanalen.

De (kleine) component DPY is in de praktijk voor boeinerangs van ñiet zo groat

belang, maar het moment LDC (bij vliegtuigen zou dit het roi-moment worden

genoemd.) is sanen met LFZ en LTY van essentieel belang voor het gedrag

van

een boemerang. Het is daaroin erg janner dat het nu onbekend is of bet verschil

tussen theorie en experiment betreffende LDC te wij ten is aan een gebrek in

bet theoretisch model of aan bet genoemde nuipuntaverloop bij de metinlen.

Aan de grafieken met experimentele resultaten (zie achter in dit rapport) is

een stel theoretische grafieken toegevoegd ter vergelijking. Deze zijn niet

zondermeer gebaseerd op Iet in rapport TW-1 11 beschreven model, maar op een

uitbreiding ervan. Aangezien bij gewone boemerangs de armen niet gelijk zijn,

is gewerkt met gesuperponeerde winglet-systemen, voor elke boemerangarm één.

Essentiler is dat het eventueel overtrokken zijn van de boeinerangarmen in

rekening wordt gebracht (een niet-lineair model). Dit leidt tot veel

realistischer uitkomsten bij grote hoeken van inval r, vooral voor de

componenten LFZ, DIZ, DFX (maar misschien juist niet voor LTY).

Mocht dit experiment ooit worden herhaald., dan zouden de bcLangrijkste

een-voudige verbeteringen zijn:

1e

de afwezigheid van ernstig nulpuritsverloop in

elk der zes ka.nalen,

2e

bet vermijden van al te sterke trillingen docr een

iets andere keuze van de rotatiesneiheden,

3e het doormet'rn van

én of meer

'standaard boemerangs't met bekende profieleigenschappen. Misschien ook, maar

van minder belang:

e

het integreren over een geheel aantal oirrwentelingen,

5e

het gebruik van gevoeliger meetblokjes.

De relatief geringe nauwkeurigheid in de momenten LIX en LTY is een gevolg

van de geometrie van de meetopstelling. In dit geval van de noodzakelijke

lengte van de rotatie-as, die de boeinera.ng mid.den in de luchtstroom moet

aan-drijven, terwiji de rest van de apparatuur zoveel mogelijk buiten de

lucht-strooiu moet blijven. Het is stellig niet eenvoud.ig orn hier een verbetering

voor te vind.en.

(6)

3 Erkentelijkheid

Heel wat mensen hebben zeer essentieel bijgedragen tot het realiseren van

dit experiment.

De proeven werden gedaan met een windtirnnel van het Laboratorium voor

Aero- en Hydrodynainica van de T.H. Delft. Ir. R.E. de Haan en Ir. H. Leijdens hebben hieraan hun rnedewerking gegeven. In dit lab werd ook het onderstel voor bet meetapparaat vervaardigd.

De meetblokjes, servomotor en electronica werden ter beschikking gesteld door bet Laboratorium voor Schee:psbouwkunde van de T.H. Delft, afdeling Sleeptank. Hierbij, en trouwens bij de gehele ontwikkeling van de opzet van bet experiment, hebben meegewerkt Ir. M.C. Meijer en de her M. Buitenhek.

De heer A. Goeman (van dezelfde afdeling) heeft het leeuwenaand.eel, gehad. bij

de uitvoering van de metingen. Gedurende de weken omstreeks kerstmis en nieuwjaar

'71-'72

heeft hij met een verbazende efficiency, nauwgezethei1 en volbarding gezorgd voor een goed verloop van de proeven en enorme

hoeveel-bed.en meetgegevens.

Het meetapparaat werd gen1aakt op de werkplaats van bet Laboratorium voor Experimentele Natuurkimde van de Rijksuniversiteit te Groningen. Het ontwerp

ervan is tot stand gekomen tij dens taltoze midd.agen en avond.en denken en

praten met Herman D. Coster. De tetraeder-vorm en de fosforbrons draa&jes

zijn van hem afkomstig.

Prof.dr.ir. R. Wereld.sma heeft ons tijdig bet hachelijke van dynamische

metingen doen inzien.

De numerieke verwerking van de gegevens werd uitgevoerd met behulp van de TR 4 rekenmachine van bet Rekencentrum der R.U. te Groningcn.

Alle hier met name en niet met name genoemd.e mensen ben ik erkentelijk voor bun medewerking en ideen.

II Aparatuur

§ i Mechanisch gedeelte

Zie de foto?s op de volgende pagina: fig. II, i en 2. De boemerang is

be-vestigd aan het uiteind.e van de rotatie-as door middel van een aluminium V-vormig bevestigingsstukje. Het massa.middelpunt van de boemerang +

bevestigingsstukje Ugt zo goed mogelijk op de hartUjn van de rotatie-as. Deze as is uitgevoerd als een bolle aluminiumbuis. Hij is op twee ptaatsen gelagerd in een tetraeder-vormig frame dat bestaat uit aluminium hoekbalken.

In dit frame is opgehangen de aand.rijf-servomotor met een tandriemoverbrenging.

Op de motoras zit een schijf met spleten die samen met een fotocel + lampje dient voor de snelheidsregeling. Dit hele gedeelte weegt zonder boexnerang

(7)

a

A.

I

't

p

t

I fig. 11,1 de meetopstelling

(8)

5.15 kg. De.gebruikte boeiaerangs wegen, inclusief bevestigingtukje van

0.15 tot

0.19

kg.

Het tetraeder-vormige aluminium frame is via zes rneete1exnenten verbonden met

een vast frame, eveneens tetraeder-vormig, maar geniaakt van ijzeren

hoek-balken. Aan dit laatste frame is star bevestigd. een dunwandig cilindrisch

lichasm met stroomlijnprofiel, dat de rotatie-as moet afschermen van de luchtstroom. Bij de proeven is de rotatie-as zo goed. mog&Lijk horizonta&L gestel4. Het gehele apparaat staat op een ijzeren tafel en kan worden

gedraaid. orn een verticale as door bet middelpunt van de boemerang, ten eind.e

verschillende standen ten opzichte van de luchtstroom te kunnen instelLen. We definiren een rechtshandig cartesisch cordinatensys-tem als voigt. De oorsprong is bet massamiddeipunt van de boemerang. De z-as valt samen met de rotatie-as, positieve richting van lagers naar boemerang toe. De i-as is verticaal omhoog gericht. De x-as is horizontaal, iride stand i0

in de richting van de luchtstrooin. Bij de proeven kan -iV worden ingesteld

tussen -20° en

+i.5°.

Het x,r-vlak vait samen met bet

hoofdtraagheidsvla.iç

van de boemerang. Bij een rechtshandige boernerang past de rotatiesnelhejd

bij de z-richting als een rechtshandige schroef.

Elk der zes meetelernenten bestaat uit een meetblokje en een fosforbrons

draadje. Een meetblokje is kubusvorrnig (ribbe 5 cm) en bevat v-1er evenwijdige

staten bandjes waarop rekstrookjes zijn geiijmd. (zo'n blokje is uit één stuk armco staal gefreesd). Een meetblokje kan iets vervormd worden onder

invloed van krachten in één richting, en is praktisch volkomen stijft.o.v.

de vij.f andere vrijheidsgraden. Elk biokje is door middel van bouten aan

de ene kant verbonden met bet vaste ijzeren frame, en aan de atidere kant via een fosforbrons draadje aan het aluminium frame. Het fosforbrons. draadje

staat evenw.ijdig aan de gevoetige richting van het blokje. Het beeft de

functie uitsiuitend krachten in deze richting over te breiigen. T.o.v. de vijf andere vrijheidsgraden is bet draadje slap. Op deze wijze krijgt ieder van de zes meetbiokjes zo zuiver rnogeLijk de "voor hem bedoelde" kracht

toe gevoerd.

De posities van de zes meetelementen en de richtingen waarin zij krachten meten zijn schematisch aangeduid in fig. II,

3.

Ze zijn genuinmerd van

9

t/m lii.. De meetelementen 12, 13, i1. meten in x-richting, 11 meet in

y-richting,

9

en 10 meten in z-richting. Het gewicht van het aluminium frame

(inclus ief boemerang en aandrijving '-'

5.i.

kg) hangt aan meetelement 11,

en

belast, in mindere mate, ook de elementen 9 en 10.

(9)

fig. II, 3. Schema met posities en orientaties der meetelementen.

§ 2

Windtunn&L

De gebruikte windtumiel as kort voor het experiment gereed gekoien en werd gebruikt met open meetsectie. De uitstroomopening is rechthoekig,

70 cm hoog en 90 cm breed. De afstand tussen het midd.elpunt van de boemerang en bet vlak van de uitstroomopening is

68.5

cm. Bij d.eze afstand kan nbg net

een bock 4r van worden ingesteld zonder dat het ijzeren frame de houten

tunnel.wand raakt. Het middelpunt van de boemerang ofwel bet eind van de

rotatie-as reikt op 8 cm na tot de hartlijn van de luchtstroom. De rotatie-as

bevind.t zieh lets minder dan

0.5

cm hoger dan het midden van de luchtstroom.

De cirkel die een boemerang bij rotatie bes1aat heeft bij arie van de vijf

gebruikte boeiaerangs een straal van ruim 30 cm, bij twee een straal van

ongeveer 26 cm. Het is duid&Lijk dat bij de eerste drie boemerangs de

vleugel-tippen twee maaL per omwenteling zeer dicht bij de begrenzing van de

lucht-stroom komen. Door rniddel van een pitot-buis is vastgesteld dat de 11uchtlucht-stroom bomogeen (binnen e-' i%) is in bet gehele gebied waarin de boemerangs zieh

tijdens de metingen bevinden.

§ 3

Werking

Elk der meetelementen en meetkanalen is door ons genunmierd van 9 t/xn iLs.. De

van de meetblokjes afkomstige signalen worden versterkt in zes peekels (dit

zijn rekmeters van de firma Peekel.) en geintegreerd over een meetruri ( 50 seá).

De zes geintegreerde signalen worden digitaal afgelezen. De peekels kunnen

worden ingesteld. op gevoeligheden die wij noemen: 1, 2,

5,

10. (Op de peekels

zelf aangegeven als: .1, .2,

.5,

1). De keuze der gevoeligheden wordt bepaald door dé maximale grootte van de (vaak sterk oscillerende) signalen. De zes

(10)

gebruikte peekels maken d.eel uit van één set van acht stuks.

Ond.erstaand.e tabelgeeft voor elk

van

de kanalen 9 t/m iii. bet

identificatie-nummer van het zneetblokje en bet bijbehorende peekel kanaalnumnier.

ans nummer meetblokje + peekel

De zes componenten van de op de

F, =1 ..

.6.

Zijn F , F , F de

x

y z de boemerang, en M , M , M die

x

y z

F=F

F=F F=F

1 X 2 y

3

z

F=M FM FM

li.

x

5 y

6

z

Onderstaande tabel geeft

aan of de bijdrage van elk der meeteleinenten

9

t/m lii.

tot jeder der F. positief, negatief

of afwezig is. Hierbij is uitgegaa.n van

een ideale instelling van

de apparatuur. De

ijlen in fig.

11,3 geven de richtingen aan waarin de gemeten krachten positief worden gerekend.

boemerang uitgeoefende krachten noemen we -cartesische componenten van de kracht F op

van bet krachtmoment

M,

dan noemen we:

Vergelijk deze tabe'L met (111,2) dat is de matrix A.., verkregen uit

ijk-met ingen.

De aandrijf-servomotor is van het te Axem-Servalco F9MII.. De tandriemover-brenging heeft een vertraging van 5:2. Het toerentalvan de motor wordt Inge-steld en constant gehouden door middel van een op de motoras gemonteerde

(11,2)

.9

9

10 11 12 '13 1L.

F1 00 0

+ + F2 O O +

00 0

F3 +

0 000

(II,)) F -

0 00

F5

0

00-F'6 o

o 0-

+ o

9

861-20-v 9

lo

861-20-II 10 11 861-io-I 15

12

861-lo-ii

12 13 861-10-iii 13 i I.

SB-}'-0I.i.7-1 0-VI

16

Blokjes 9 en 10 zijn 20 kgf-blokjes, de o.verige 10 kgf-blokjes (li. gf/.x resp.

(11)

schijf met pleten, een fotoce1 + lamp en een e1ectronische

terugkoppelings-regeling.

De. stuwdruk in de luchtstroom, en daarxnee de luchtsneiheid, wordt bepaald

door middel van een pitot-buis en een manometer.

§ 1i. De boemerangs

Vier van de gemeten boemerangs zijn iirikshandig en door mij uit multiplex

vervaardigd. De vijfd.e, de WU, is rechtshandig en bestaat uit kunststof.

Deze in serie gefabriceerd.e boernerang is in Duitsiand te koop onder de naain

"Comeback" (ntwerper Willi Urban). De Li is voorzien van batterijtjes

en

een lampje. Deze boernerang is vroeger gebruikt bij het fotograuisch registreien

van boemerangbanen (F. Hess: The aerodynamics of boomerangs, Scientific

American voi. 219, no. 5, pp. 12h-136, November 1968). Ook de L1

en de L6

bevatten batterijtjes en lampje, maar in deze boemerangs kan bovendien

en

"tijdpii't worden aangebracht, d.w.z. een stukje electronica dat het lampje

twee inaal per seconde aan- en uitschakelt orn zodoende bij baanfotografie een

tijdschaal te verschaffen. De F18 is een boemerang zondermeer.

Ond.erstaande tabel geeft een iijst van de boemerangs, bun gewicht inciusief

bevestigingsstukje en de straal R van de cirkel die ze bij rotatie beslaan.

boemerang

gewiöht

R

(gram)

(cm)

Li links

191

30.7

Liinks

190

30.2-L6 links

151

25.h.

FlBiinks

151

26.2

WU rechts

177

30.3

III Metingen

§ i Metingen

Bij het Ttdoormeten" van een boemerang wordt als voigt te werk gegaan. Eerst

wordt de boemerang gemonteerd.

Dan wordt een hoek van inval

r ingesteid. (r = -5°,0°,5°,10°,15°,20°,30°,Li.5°).

Vervoigens wordt een meetserie uitgevoerd. Een meetserie bestaat uit:

1e

Peekeis op nul stellen.

2e

Nulpuntmetingen, d.w.z. meetruns zonder krachten op de boemerang. AL1e

peekeis achtereenvolgens op gevoeligheid 1, 2, 5, 10.

(12)

WV

(fr

,,

wU

-i

fig. 11,4. De vijf gemeten boemerangs, met bevestigingsstukjes.

(13)

3e

Eigenlijke metingen. Een windsnelheid wordt ingesteld (ineestal in totaal. vijf verschiVLende wind.snelheden). Vervolgens worden in het algeineen

drie meetruns van 50 sec uitgevoerd. bij

7,

10 en lii. omwentelingen per sec.

Ll. Nulpuntnietingen als onder (behalve voor gevoeligheden die bij de

eigenhijke metingen niet zijn gebruikt).

Een volledige meetserie bestaat dus uit ongeveer 1 5 eigenhike metingen en maxiniaal 8 nul.puntmetingen.

Warineer zeer sterke tril.lingen optreden, wordt de rotatiesneiheid jets

ver-hoogd, bijvoorbeeld

7.5 i.p.v. 7.0

omw/sec, 10.3 of

10.6

i.p.v. 10.0 omw/sec.

§ 2 IJking

De apparatuur word.t geijkt door bekende krachten en momenten uit te oefenen op het uiteinde van de stilstaande rotatie-as. Dit wordt gedaan.door mi.del van bekende gewichten die gelegd worden op schaaltjes die hangen aandunne, soepele koordjes, eventueel via lichtlopende katroVLen. Bij een bepaalde opsteUing van koordjes en katroVLen worden de gewichten op én of beide

schaaltjes gevarieerd., efi een meetserie uitgevoerd als beschreven in § 1, 1e

.,,

§ 3

Verwerkin metingen

Dit gebeurt per meetserie (zie § 1). De geintegreerde outputs der kanalen

9 t/m iL'. worddigitaal afgelezen in de vorm van gehele getallen. Alle

outputs worden herleid tot een meettijd

van-50

sec exact, en vermenigvuldigd met de gebruikte peekelgevoeligheid (1, 2, 5 of io).

De nulpuntinetingen worden op dezelfde manier behand.eld. De nulpuntoutputs

aan het einde van een meetserie verschill.en in het algemeen van de overeen-koinstige gootheden aan het begin van de meetserie.

Daaroin worden de meetoutputs gecorrigeerd door middel van lineair

geinterpoleerd.e nulpuntoutputs. Zo verkrijgen we per meting zes gecorrigeerde

outputs: Mc., j

= 9..

.i1..

Deze worden afgerond tot gehele getallen.

§ li. Verwerking Liking

De ijknietingen worden in principe

metingen, zie

§ 3.

Het verband tussen de zes output

F, i = 1 . .

.6

wordt gegeven door

1J.i.

F. = E A..Mc.,

i

i9

Ji

J

op dezelfde manier bewerkt als de eigenlijke

s Mc., j

=

9...1)-i. en de zes krachtcomponenten

de matrix A..:

3].

i1...6

(14)

Bij de ijking zijn de F. bekend, de Mc worden bepaald en de

utrix A..

kan

worden berekend.

In totaal zi.jn 50 ij1etingen(in 12 meetseries) uitgevoerd. Met een kleinste çwadraten methode zijn de matrix elementen A1 bepaald. Tabel (111,2) geeft de matrix A... Voor gegeven gecorrigeerde outputs Mc

j

=

9..

.114. kunnen hier uit de zes componenten F1, i = i . .

.6

worden berekend met formule (111,1).

Aangenomen is een meetrun van 50 sec. F1, F2, F3, (F', F) zijn uitgedrukt

13

De elementen die corres:rfonderen met de niet-nulelementen in de matrix (11,3)

zijn ond.erstreept.

§ 5 Lijst

van

metingen

De nulpimtmetingen zijn niet bij

alle

meetseries zo voUedig uitgevoerd als

in § 1 is vermeld. Bij de laatste 14.0% van de inetingen en ook

bij

de ijking

is dit wel het

geval.

Deze metingen dulden we aan met: XX. Bij de middelste 20% van de metingen zijn alleen nulpuntmetingen uitgevoerd met peekel

gevoeligheid 1. Deze metingen dulden we aan met: X. Bij de eerste ii.0% van

de metingen zijn geen nulpuntmetingen gedaan. Het nuLpuntverloop in urek is afgelezen 'op de bij de peekels behorende galvanometer. Deze metingen duiden we aan met: 0. (Metingen helemaal aan het begin van het experiment, Lsmede

een andere ijking, alles zonder enige nulpuntcontrole, laten we buiten

beschouwing).

Tabel (111,3) geeft een lijst van alle bruikbare eigenlijke metingen: totaal

614.0 metingen in 1i.2 meetseries. In de bovenste regel staan de namen van de.

vijf gebruikte boeinerangs en

hun

draaizin aangegeven.

in gran1f en F14., F5, F6, (M,

9

10 M) in gramf.dm 11 12 13 iii. (111,2) F1 F2 F3 F14. p F6 -.0077 -.0001 +.3152 -.0007 -.0082

.3160

-.0031 +.1677

.1528

+.1529

+.1633

-.0033 +.0026 -.oi63 -1.0130 -.0013 +.00141

.0005

-1.0071 -.0010 +.0059. +.0071 -1.55314. -.00514.

1.0360

.3937

-.14.5!

.Qli.55

.0096

.0i214. -.0030 +.0155 .00i14. -.1923 +.1937 +.0015

(15)

IV

Foutendiscussie

§ i Fouten bi.i de ijki

Bij de ijking treden ap: fouten in bet aangrijpingspunt van de krachten (dci),

d.w.z. in de bevestiging van de koordjes, en fouten in de richting van de

krachten (db), d.w.z. de richting van de koord.jes. De fouten in de grootte

der krachten (bekend.e gewichten) is verwaarloosbaar. We neinen aan:

dci = 1mm, db = .01 rad.

Verder riemen we aan een rel.,atieve fout

df

=.5%

in de outputs van elk der kanalen

9

t/m lii-.

De fouten zijn eigenlijk steeds op te vatten als verschillen tussen de

'tijktoestand" en de "meettoestandt' vari de apparatuur. cid betreft het verschil

in positie tussen bet aa.ngrijpingspunt van de ijkkracbten en het zwaartepunt

van de boeinerang. db betreft het verschil. tussen de richting der koord.jes en

de x-, y

of z-richting. df betreft bet verschil in signaalversterking tussen

het ijken en het meten.

Door te ond.erstellen dat deze foutén zo ongunstig mogelijk samenwerken,

ver-krijgen we de ijkfoutmatrix DA.... behorende bij de ijkmatrix A.., (111,2):

1L.

("3)

Ll.

links

O L6

links

O XX Li

links

X XX

W

rechts

links

XX XX

F18

links

XX -P5° 15 18 19 19 00 15 20 17 1) 3 18 50 16 17 19 15 16 13 18

10°

15 20 17 15 16 20 15° 16 18 15 15 3 15

20°

1L1. 13 lii. 10 15 300.

9

10 iIi, 12 12 12 .

:9

10 3 13 13

totaal

110

132 36

119

16

87

9

131

(16)

Deze ijkfouten leiden tot fouten d1F. in de cornponenten F volgens

lii.

dF. = Z

DA..IMc.I

, 1= i...6

i

i

i9

Ji

J

Deze fouten d. F. zijn grotendeels systematisch van aard. Hun grootte is

i -,

de orde van erik&Le % in de resulterende kracht F en het resul,terende moment

M op de boemerang. De fouten in de afonderlijke componenten kunnen relatief

veel groter zijn.

§ 2 Verwante fouten bi,i de metingen

Hoekfouten dh bij het instellen van een nieuwe hoek r zijn systematisch binnen

een meetserie, maar kunnen per meetserie verschillen. Positiefouten dd bij de bevestiging van een boemerang zijn systematisch, want het bevestigen is

doorgaans slechts één maal gebeurd per boemerang. De variaties df in de versterking der siialen blijken volgens detwee maal dagelijkse controles binnen + 0.75%. Ze leiden tot varirende fouten.

De in § 2 genoemde fouten beschouwen we verder niet expliciet, ze zijn van

d.ezelfd.e aàrd als de in § 1 genoemde, en kunnen worden geacht daarin te zijn verwerkt. Misschien is de vermelde schatting voor dd, dh, df wat áan de lage kant, maar anderzijds is bij (Iv,2) een zo ongunstig mogelijke combinatie van deze fouten aangenomen

§ 3

Fouten in de gecorrigeerde outputs Mc

Eerst beschouwen we de XX inetingen. Per afgelezen output is er 1/2 eetheid.

fout vanwege de afronding op een geheel getal. Hetzelfde geldt voor de nulpunt-inetingen. Dit levert, athankelijk van de gebruikte peekelgevoeligheid een fout

van 1, 2, 5 of 10 eenheden in de Mcd. J 15 (Iv,2) 9 10 11 12 13 iii. 1 .00514 .0056 .0070 .006o .0059 .0087 2 .0055 .0056 .0062 .0077 .0076

.0095

3 .0017 .0017 .0017 .0025 .0025 .0017 (Iv,i) 14 .0076 .0079 .0123 .0123 .0121 .0157 5 .0077 .0079 .oio6

.0138

.0136 .0173 6 .00146 .00148 .0122 .0138 .0136 .0173

(17)

Uit de XX nuLpuntmetingen zijn enige correlaties te vinden tuszen de nulpunt-outputs voor verschillende peekelgevoeligheden, aismede enige regelinaat in

de nulpuntinstellingen aan bet begin van de rrieetseries. Noeinen we de uitkomst

iran een nulpuntmeting met peekelgevoel.igheid i: sii (j

= 9...1!.),

dan blijkt

de volgende formule êen goede benadering te leyeren voor de overeer±omstige uitkomsten sri, n = 2, 5, 10 voor de overige peekelgevoeligheden:

(s_s0)

=

(s1_s0)

n = 2, 5,

io,

j

=

9..

.i1

iv,3)

waaruit de constanten s (j = 9.. .i1.) te bepal.en zijn. (De se,. wijzen op

interne nuiniveau fouten in de peekels. Eigenhijk zoud.en alle s. = O moeten zijn). Uit de XX nulpuntmetingen vinden we als beste bepalingen voor de s.:

Voor de X metingen kimnen op grond hiervan de nulpuntmetingen voor de

gevoeligheden 2, 5 en 10 worden geschat. We verdubbelen dan wel de fouten in

de Mc. voor deze gevoeliheden. Bij de O metingen verdubbelen we alle fouten en tellen er nog eens 5 eenheden bij op va.nwege de extra onzekerheid door bet ontbreken van echte nulpuntmetingen. Tabel (TV,5) geeft de aangenomen fouten

in de Mc.: 3 gevoelighe id metingen XX metingen X metingen O 1 2 5 10 1 2 5 10. 1 1i 16 20 7 9 15 25

Het nulpuntverloop zoals waargenomen in de XX meetseries bedraagt geriiddeld

per meetserie:

(Iv,5)

(1 .i-rek correspondeert met 27 eetheden Mc.). Het verloop in kanaal 11 is

verreweg bet ernstigst, vaak is meer dan 2.i waargenoinen. Helaas zijn er sterke

aanwijzingen dat dit verloop niet altijd Lineair is, maar wellicht grillig, en athankelijk van de beLasting. Zeer aanzienlijke onzekerheden in de ver-kregen waarden voor en M kunnen hiervan het gevoig z.ijn zoals te zien is uit de matrix (111,2). Vanwege de onzekerheid omtrent het preciese nulpuntvérloop tij dens een meetserie, dus vanwege mogelijke niet-lineair

16 kanaal j 9 .10 11. 12 13 lii. (Iv,L)

s.

-8.8 5.1

+0.5

-2.2

2.5

+5.3 (eenheden Mc.) 03 kanaal 9 10 11 12 13 114rn

(iv6)

verloop

+5.8

+0.2

+26.5

+2.0 +0.3

2.7

(eenheden Mc.)

(18)

vei'oop, teilen we bij de bovengenoemde fouten nog een bijth'age op die afhangt van het kanaal. Nogal willekeurig nemen we hiervoor de helft van het gemiddeide verloop (Iv,6):

De werkeiijke fouten in het nulpuntverioop zijn weilicht systematisch van

aard.

.Bij ledere meting krijgen we volgens (IV,5) en (Iv,7) voor elke Mc., j

= 9.

..l1.

een fout DM. Onder de aanriame dat deze fouten zo ongunstig mogelijk combineren, krijgen we daaruit de volgende fouten d2F. in de componenten F., i = i . .

.6:

ill.

d.J. = E

¿1

IA..ILM., i = i...6

(iv.8)

.

Ji

J

3=9

De boyen aangenomen fouten in de Mc. zijn minimum schattingen. De afgelezen getaUen zijn het resultaat van integratie over 50 sec van soins sterk

osciUerende signalen met amplitudes die vaak veel groter zijn dan de

gemiddeide waarden. Evenueie alineariteiten in de apparatuur kuimen leiden tot fouten in de afgelezen grootheden, die wellicht systematisch zijn. Hiervoor kan ik geen schatting geven. Omdat echter de keuze van de

peekel-gevoeligheden voornamelijk is bepaaid door de maxima in de signalen, lijkt het waarschijnlijk dat de absolute fouten Mj grovere gevoeligheden groter

zijn dan bij fijnere gevoeliglieden. De boyen aangenomen fouten in de Mc. kunnen daarom best relatief ongeveer goed zijn, maar absoluut bijvoorbee1d

een factor 2 te klein. Veel meer dan een factor 2 zou alleen kunnen als deze fouten grotendeels systematisch zijn, want de meeste van de dubbel uitge-voerde metingen reproduceren goed.

§ 1 Föuten in luchtsnelheid, rotatiesneiheid, tijd

De fouten in de luchtsnelheid W blijven zowel ruimtelijk als in de tijd

binnen 0.5%. De begrensheid van de stroming 1.evert misschien geringe fouten op. Fouten in de barometerstand leiden tot geringe fouten in de gereduceerde rotatiesneiheid = wR/W, maar geven geen fout in de afgelezen stuwdruk.

Fouten in de rotatiesneiheid w zijn verwaarloosbaar (<

10/00).

Fouten in de tijdsbepaling zijn verwaarloosbaar, echter: door het niet

integreren over een geheel aantal periodes kunnen fouten ontstaan. Een meet-tijd van 50 sec correspondeert met 350 omwentelingen bij 7 omw/sec, met 500

17

kanaal 9 10 11 12 13 1).i.

(Iv,7)

(19)

omwentelingen bij 10 0mw/sec en met 700 omwentelingen bij iii- omw/sec.

Vanwege het vaak sterk oscillerende karakter van de signalen, zou een

halve periode flinke bijdragen kunnen leyeren. Waarschijnlijk echter

toch niet meer dan jets in de orde van

van het totaal. (Het zou

beter zijn orn niet over een vaste tijd te integreren, maar over een

vast, geheel aantal omwentelingen).

§ 5 Invloed aanwezigheid apparatuur

Er kunnen fouten optreden ten gevolge. van krachten die worden uitgeoefend

op de bevestiging van de boenierang, de roterende as, de

tandriemover-brenging, de schijf met spleten en het aluminium frame. Deze krachten

worden iininers impliciet meegemeten. Uit enkele controle metingen zonder

boemerang blijkt dat de invloed. van deze krachten gering is.

De stroming orn de boemerang wordt beinvloed. door de aanwezigheid van bet

bevestigingsstukje en vooral van het strooinlijnlichaarn dat de rotatie-as

afschermt. Dit heeft een koorde van 13.5 cm en een maximum dikte van

3.3 cm. Deze invloedis misschien niet zo gering, maar 1k kan er. helaas

geen schatting voor geven. Het verschijnsel is in leder geval onvermijdelijk.

§ 6 Doorbuiging van de boemer

Doordat de boemerang dicht bij zijn zwaartepunt wordt vastgehouden, verbuigt

hij onder invloed van de luchtkrachten veel meer (vaak duidelijk zichtbaar),

en anders, dan waimeer hij zich in vrije vLucht zou bevinden. De vorm van de

boenierang verandert tij dens een rotatieperiode en bangt bovendien af van th

wind.snelheid W, de rotatiesneiheid c en de hoek van inval 4r.

1k kan geen

schatting maken voor de fouten die hierdoor ontstaan. Ze zijn stellig

systernatich van aard en ze zouden wel eens aanzienlijk kunnen zijn.

§. 7 Samenvatt

-.3 _

. e

De fouten in F en M voor zover genoemd. in § 1, § 2, § !. en § 5,

1

beth'agen

gezainenlijk waarschijnlijk iets in de buurt van 5%. De belangrijkste fouten

zijn die volgens § 3, deze vaxiren nogal per meting en per component.

Relatief bet geringst zijn ze voor F, relatief het grootst voor M

en M

Vaak zijn ze zeer aanzienlijk, soms zelfs van de orde van i00%. De fouten

genoemd

§

e

en § 6 zijn moeilijk te schatten, maar kunnen belangrijk

(20)

V

(Jitkoinsten

§ i De tabellen

De uitkomsten van de metingen zijn gerangschikt in ii-2 tabellen,

én voor

elke ineetserie. Hierbij is de volgorde der boemerangs: L 1., L 6, L 1, WU,

F 18. Met de rechtshandige WU Zijfl ook enkele linksdraaiende metingen

gedaan en wel voor

fr

00, 15°, 3Q0

Deze metingen zijn als zodanig aangeduid

in de tabellen.

De 17 koloien in elke tabel geven, van links naar rechts:

k: het nuniner van de meting

lii:

de invalshoek in graden

W: de luchtsnelheid in rn/s

u= /2t: de rotatiesneiheid in

ornw/s

Q = cR/W: de gereduceerd.e rotatiesneiheid

de drie geiniddelde krachtcornponenten in grainf

de due geniiddelde momentcornponenten in grarnfx din

.de zes diniensieloos gemaakte componenten:

=

F/ pWR2

DFY = F/ pW2R2

LFZ

=

F/ pW2R2

(v,1)

LTX

=

M/ pW2R3 LTY

=

MI

pW2R3 D M/ pW2R3

Linkshandige metingen zijn gereduceerd tot rechtshandige door DFY, LC, Dl2

van teken orn te keren (spiegeling).

In de twaalf laatste koloinmen is onder elke grootheid aangegeven een s chatting

voor de fout in die grootheid. Hiervoor is steeds genomen: de fout volgens

Iv § 3 (fouten in de gecorrigeerde outputs Mci) plus een fout in ieder der

kanalen vcn

%. Dit laatste maakt deel uit van de in IV § 1

en § ? genoemde

fouten. De overige fouten zijn niet opgenomen in de tabellen.

§ 2 De grafieken

De achter in dit rapport opgenomen grafieken geven de meetresultaten weer

van de volgende metingen:

X Li

links

XX

F 18 links

XX WtJ

rechts

Voor elk van de zes diinensieloos gemaakte componenten

(v,i) zijn twee

grafieken gemaakt. Eén grafiek voor zorn component als functie van Q, dit

(21)

tevrt een stet curves met

als parameter. En één grafiek voor de component als Í'unctie van ', dit levert een stet curves met Q als parameter. Deze grafieken staan telkens naast elkaar op een bladzijde. De grafieken zijn als voigt tot stand gekomen:

Bij de metingen heeft de hoek î steeds één van de hieronder vermelde waarden. De in de linker grafieken voorkomende cijfertjes corresponderen met deze

waarden volgens:

o o o o o o o o

-5

Q 5 10 15

20 3Q

Lj.5

cijfer 1 2

3

5 6 7 8

(Bij de W ontbreekt het cijfer i; er is niet bij

r =

-5° gemeten).

In de tinker grafiek (abscis: Q) zijn de meetpunten aangeduid met deze cijfers. Voor elke groep rneetpunten behorend bij één bepaalde hoek r is een tweed.e

graads kronmie getekend die een kleinste kwadraten aanpassing aan de rneetpurxten

vorrnt. De gewichtsfactoren voor de meetpunten zijn gebaseerd op de in de tabellen gegeven fouten schattingen. Dit hele procédé houdt niets meer in dan het gebruikelijke "stroken" en dient orn gladde iijnen te verkrijgen die een red.elijke mate van overeensteriing vertonen met de vaak sterk gespreide meet-punten. (Alleen voor de component LFZ blijkt deze methode van stroken een zeer goede aanpassing te leyeren).

De rechter grafiek geeft de zo gestrookte component als flinctie van r. Hierbij

is uitgegaan van de waarden die de kwadratis che curves in de tinker grafieken

aannernen voor

Q= resp.

.5,

1, 1.5, 2,

3,

1 (v,3)

(Het zou prettiger zijn geweest als bij de metingen ook Q beperkt was geweest tot erikele vaste waarden, zodat elk der metingen zou corresponderen met één van de punten van een rechthoekig rooster in het (jr,Q)-vlak. Met weinig extra

moeite zou. 'dit te realiseren zijn geweest door de rotatiesnelhed.en jets anders

te kiezen en de luchtsnelheid zeer zorgvuldig in te stellen).

Alle grafieken zijn getekend door de plotter aangesloten op de TR L. rekenmachine van het Rekencentrum van de R.U. Groningen.

Opmerking: We zijn stilzwijgend uitgegaan van de onderstelling dat het getal van Reynolds geen siiificante invloed heeft op de dimensieloos gemaakte componenten. Deze onderstelling maakt het mogelijk de drie onafhankelijke variabelen te reduceren tot twee: Q,jr. De invloed van het Reynolds getal is inderdaad merkbaar bij de component LFZ, die vaak jets toeneemt met

toenemende Re. Bij de overige componenten kwmen we hierover niets zeggen gezien de beperkte nauwkeurigheid van de metingen.

(v,2) 20

(22)

§ 3 De theoretische grafieken

Hoewel dit rapport vooral is bedoeld orn de experimentele gegevens vast te

leggen, is een vergelijking met theoreti che uitkomsten er op zijn p1aats.

Voor bet berekenen van geuiiddelde krachten en momenten op een door de lucht

bewegende boernerang hebben we een theoretisch model ontwikkeld, dat beschreven

is in bet rapport TW-111: "Rotating airfoils in steady flow". Zowel de

theoretische al,s de experinientele boemerangs die daar in voorkomen bestaan

uit een aantal onderling geUjke armen.

De bij bet ond.erhavige experiment gebruikte boemerangs zijn van bet gewone

type: zo'n boemerang bestaat uit twee ongelijke armen. Een eenvoud.ige

uit-breiding van bet theoretische model volstaat orn ftit in aarimerking te nemen.

Elke arm wordt "uitgesinerd" tot een winglet systeem. De gesuperponeerde

21

1 2

fig. V,1

Boemerang met voor elke arm een wingLet systeem.

winglet systemen worden sixnultaan behandeld volgens de in rapport TW-1i1

bes chreven methode.

De met dit model uitgerekende krachten en momenten lijken aard.ig op de

experiment&Le grootheden zolang iii klein blijft, maar voor grote hoeken ir

(Ir.15°) zijn de resultaten niet realistisch. LFZ is dan veel te hoog, DFX

te laag en D'32 te hoog (te sterke autorotatie). Geen wonder, want de

boexnerang-armen worden dan onder grote hoeken van inval aangestroomd, en de

liftcofficient

van een boemerangarin-profiel verloopt dan niet meer lineair met de

effectieve invaishoek a: de boemerangarmen kuimen overtrokken zijn.

Met niet al te veel moeite is bet lineaire model zod.anig te modificeren dat

er boenierangarmen met willekeurige lift- en

profiledrag-karakteristieken kunnen

worden behandeld. De resulterende integraalvergel.ijking is dan niet meer

Lineair, en moet met een iteratie methode worden opgelost. Als eerste stap

gebruiken we daarbij de oplossing volgens bet oude, lineaire model.

N.B. De geinduceerd.e sneiheid in z-richting

V

blijft wél lineair afhangen

(23)

dat

y

in het algemeen klein blijft, zodat deze lineaire benadering voor echte boemerangs waarschijnlijk aardig opgaat. Hiervan afwijken zou trouwens enorme theoretische moeilijkheden met zieh mee brengen.

CL CL CD ft1 CL en C vs. a fig. V,2 o a1 polaire krouiine fig. V,3 CD

Bij de theoretische berekeningen is de vorm van de lift- en profiledrag-karacteristieken van de emerangarm-profielen simpel gehouden: zie fig. V,2.

Voor invalshoeken a met a < a < a2 is CL een 1,ineaire functie van a, en CD

is constant. Voor a> a.2 en voor a. < a.1 blijft CL constant en CD neemt lineair

toe.De-pola±re kromme voor bet theoretische boemerangarm-profiel bestaat dus uit drie rechte lijnstukken, zie fig. V,). Het oude, lineaire model

verkrijgt men terug door a.2 = -a1 = -ir te nemen. De in de figuren V,2 en 3

geschetste karakteristieken wijken natuurlijk af van de karakteristieken voor profielen van echter boemeranga.rmen, maar de parameters kunnen zó wor.en

gekozen dat de werkelijkheid. niet al te gek wordt benad.erd.

Voor ledere boemerangarm kunnen waarden voor de volgend.e parameters worden

gekozen:

i lengte van de arm (zie fig. v,i).

e = excentriciteit van de arm, d.w.z. de afstand arm - zwaartepunt

boemerang (positief voor arm 1, negatief voor arm 2). )a.0 = koorde bij tip van de arm.

b

C = koorde bi wortel van de arm.

L = geometrische hoek van inval t.o.v. nul-lift bij tip.

a0 geometrische hoek van inval t.o.v. nul-lift bij wortel.

deL/da helling liftcofficient voor a1 <a < a2 (zie fig. V,2).

CL1 = minimum liftcofficient. CL2 = maximum liftcofficient.

C1i = minimum profiledrag-eofficient.

dCD/da. = heliing dragcofficient voor a> a.2, a < a1.

(24)

En ìovendien nog de grootheden I-i. t/m 9 voor het achterstevoren profiel

van

dezelfde boeinerangarni.

Bij de grootheden 3 en j-l. wordt een waarde voor de tip en een waarde voor de wortel, gegeven; de correspondcrende grootheden op jeder punt van de arm

worden verkregen door interpo1atie. Taper en twist kunnen zo worden verwerkt. We beperken de theoretische berekeningen (aithans wat dit rapport betreft)

tot

die voor de

W boemerang. Dit is

namelijk de enige van de gebruikte

boemerangs waarvanwe reeds experimentele profielgegevens hebben. Bij

vroegere experimenten op de afdeling Werktuigbouw van de T.H. Twente zijn lift- en drag-karakteristieken van een

aantal boemerangarmen gemeten in een

klein

windtunne1tje. Op

grond

van deze metingen kunnen we schattingen

maken

voor de profieleigenschappen van de bij het onderhavige experiment gebruikte

boemerangs, maar meer dan grove schattingen kunnen dit niet zijn. Alleen

voor de W 1igt de zaak gunstiger: de armen van daze boemerang hebben over

de gehele lengte beide hetzelfde profiel. E&n van de op de T.H. Twente

door-gemeten armen kwam van een ander exemplaar van deze in serie gefabriceerde

boeinerang.

p

De hieronder vermelde schattingen voor de grootheden

5

t/m 9 zijn gebaseerd.

op deze metingen (gedaan bij Reynolds getallen

Re

li.0000 en Re

80000).

De

toen gemeten waarden voor a0

(+0.00

resp.

+2.50

voor het profiel gewoon resp.

achterstevoren) leyeren echter onrealistische resultaten. We hebben. daarom

de waarden voor

at

z6 gekozen(-i-2.5° resp. +1.5°) dat er een redelijke

steniming is verkregen vodr de component LFZ bij

r =

0°. De grootheden 1 t/m 3

zijn eenvoudig met een lineaaltje opgemeten

aan

de W.

De lengtes zijn opgegeven in urn, de hoeken in graden.

Met deze gegevenszijn de zes dirriensieloze componenten (11,1) uitgerekend.

voor de

8x6

punten van het rechthoekig rooster in het

(,ç)-vlak

met:

o

0,

o O o o o o o

5,

10,15, 20,30, !i.5

fl=

.5, 1,

1.5,

2,3, Ii.

(Ter vastlegging: De gegevens (V,4) bepalen theoretische boenierang nr. 18.

De berekeningen zijn gedaan met progranma versie CB 152. Aantal coVLocatie

punten

6x6.

Integratie tol.erantie .02).

(v,5)

23

.rm e i

w

att

a. dCL/da, CL1 CL2 CDm dCD/da.

1

+76

281 110

+2.5 +2.5

.12

-0.5

+1.1

.o6

.025

achterstevdren:

+1.5 +1.5

.12

-0.5

-1-1.1

.07

.025

(v,lt.)

2

-69

293 Li.0 ¿.0

+2.5 2.5

.12

-0.5

1.1

.o6

.025

(25)

De upzet van de theoretische grafieken correspondeert met die van de experimentele grafieken. De berekende punten zijn verbanden door rechte

lij nstukken.

§ 1. Vergeli.iking theorie/experiment

De vergelijking van theorie en experiment kan bet best gebeuren aan de hand. van de grafieken achter in dit rapport, en wel die voor de WIJ enerzijds en

die voor de theoretische boeinerang bepaald door (V,l.) anderzijds.

cperimenteel is LFZ bet nauwkeurigst bepaald. Bij deze component is er een

goed.e overeensten'nning. In het gebied waar de boemerangarmen het ernstigst

overtrokken zijn (l1r,, 200,

Q<3)

zijn er echter d.uid.elijke afwijkingen: de

theorie geeft te 1age uitkomsten. (Het oude, lineaire model geeft voor veel te hoge uitkomsten). Misschien is er verbetering mogelijk door een andere theoretische parameterkeuze, maar het is ook mogelijk dat het winglet model hier niet adequaat is.

LTX en LTY zijn niet za nauwkeurig gerneten. LC is bet onzekerst. Wat betreft deze beide mienten is de overeensteimuing kwalitatief niet za gek, maar

kwantitatief niet bepaald goed. Bij LTY zit de theorie voor grate hoeken 4r aanmerkelijktelaag(Merkwaard.ig is dat de lineaire theorie hier een betere overeenstemining levert). Wellicht is de experimentele LTY te hoog ten gevolge

van bet doorbuigen van de boemerang. Miss chien is d.eze doorbuiging binnen ons theoretisch model te simuleren, dit is jets orn nog na te gaan.

Nu de componenten ten gevolge van krachten parallel aan het (x,y)-vlak: DFX, DPY, DIZ. Hier is de overeenstemming niet &Lecht. Bij DFX en DZ kwalitatief en kwantitatief goed, gez ien de beperkte experimentele nauwkeurigbeid. (De lineaire theorie geeft hier voor grote r volkomen onrealistische resultaten!). DFY is zowel experimenteel als theoretisch klein en experimenteel wat onzeker. Over bet ge'heel genomen is er geen reden omaan te nemen dat de metingen en de theorie met elkaar in strijd zijn. Anderzijds zijn de meetresultaten, behoudens die voor LFZ,te weinig nauwkeurig dan dat op grand. ervan tekort-komingen van bet theoretisch model zouden kunnen worden vastgesteld. (Maar:

de metingen in Delft zijn wel de directe aanleiding geweest voor de

ont-wikkeUng van de niet-lineaire modificatie van het theoretisch model, beschreven

in

§ 3).

(26)

VI

Tabellen

(27)

OEMERANGL4

LINKS

.R32HM

METINGENO

K

PSI

Li 0M EX VY

f'7

MX MY

lIZ

DFX DFY LF'Z LTX

LTv

DTZ

10J

6 2ß

7,00

2,11

+ 9 + 3 + 4 +1.1 '1

4

.s',0194

-.6661

*,669

-.0682

..tt581

.,ei.(i8

- 5 4 .7 32 37 4 lii 87 1.56 24o 28C 30

101

6.31 10.06 3.01 +11 + 4 + 20 + 7 J.1

+4

+.0241

-.6687

..e452

6656

.oee5

..0178

5 4 7 32 33 4

111

86 1.57

239

. 2P1 30

__.to.

-5

6.36140

4.18

+14+_6

*

51

+4

1t1 *42

+.63@1

.e132

'.1121

-'.0028

e71

..0310

5 4 7. 32 38 4 112 85 158 237 281. 30

io.

-

...45 ..1...o0

1.41.

+ 4

-

i

+19

28 17

,.6i2

-.6641

«.06±0

.,0064

.'0693 -.0057 5 4 7 32 3( 4 50 39 69

teo

iM

±4 184 -5 9.47

10.00

2.06 +18 + 4 .+ 11 1.

22

+27

..6176

«.6640

.6112

.C603

6672

.6089

5 4 7 32 .39 4 5i 38 78

106

128

14 10) -5 9.49 4.00 2.8o +20 + + 36 !S +46 +..0202

-.e5i

..6356

.005o

,oi5i ..

.5

4.

7. 32 4h 4 52 38 78

106

131

.10

-3

12.71

.7.gO

1.84

-14

-.2

..-

6

-1

+207

+1.0

-.6679

+.ii

-.eo32

,.0634

638e

..0618

.: . - .. 5

.4

7

32

3 4 28 21 38 59 7

_6./.-5

12.72

..10.00

1,49

+24

+ 3 + 1

-

7

-2(

.*3

+.0131

-.0615

+,0606

4,06±3

-0036

.UC66

5 4 7. 32 4u 4 29 21 39 59 74 8 103 -5 1.2.77 1.4,60 2.08 +27 .+ 4 + 24

-32

-1.1

*53

*.6149

«.0026

o,6134

e'.0059

882C

,0096

5 .4 7 32 41. 4 30 21

39

59

75 8

16ì_

-5

18.79

7.60

.6.71

...37 -

67

-20

7

.31

+.0693

+.608i

.178

..66i7

-064

.ú326

.1 . . 6 4 7 32 43 -. 5 14 10

18

27

4

.iii..

-5

18.791.6.80

1.191 +40

-0

- 36 -36 ,.16 .45

*.0101

*.8601

.6092

.0O36

196I3 - .. . -. 9 4 7 32 65 7 22 6 18

27

55 6

1.11_

-

18,7

_14!60 i...4i. +45 .+ O i5 -80 29

.4

+.0115

«.0060

*.0037

..0667

'6024

,0854

9 4 7 33 66 7 22 10

j8

2

556

11

-

24

99

7,80

0,53 +62 .12

108

.77

48

*41

..0088

'.6602

,0155

4,8037

e.0023

p.0028

- . 8. ' 6 7 1.3 6 11. 33 3

11..._3

24.92

10.28

8.78

+63

u2

-

86

-79

r31

.59

...0890.

..*.8003

,6123

*,e08

oois

9

.4__.

7.

3370..

7 13 6 11

16..

33

4._

1i._..5.

2.92

14.00.

1.07

+68

47

.82

.48

:.78

+.98

..o66.8

...+6039

..''063

..!.0837_._

9 ..4 .7.. 32

7c_i.

7.

13 6

15

(28)

_o:MER4NG

L4

LINKS

R312MM

MTJNGEN

O _K PSI

_W

-

ti O'1 EX FY EZ MX MY iZ DF'X DPV LFZ LIX LIV DIZ 8,_ +

6.36

7.0

2 9 6 I + 37 -21 th +16

e.0126

-.e633

.C7i7

i.e151

.,069e

.,01i6

I 4 3 6 2 3(1 3 87 77

127.

27

25

85+ji

'6.3

10.00

2.97 8

+3

+ R 27 t ( +23

+.0171

w.0662

+.278

*C197

40042

.,016

4 6 .29.

30-

3 87 76 129 2C7

2e

23_

8? +:)

_6.4114,t90

4.14 .+io

5

+102

-29 *16 +41

+.0228

,.6II0 .2214.

o,020

A0127

,0293 i.. . . 4 4 6 29 31 3 89 76 132. 2C9 22 24 8 +j

9.47

7.00

. 1.40 +11 + 4 52 -18 + i .21

+.01±2

4j +.0521

..;59

.0e03

v.0068

5 4 7 32

Fi..

4 50 38 71 1C7 1

8.

+i

9.4710.00

.2,00 +13

#4

+ 77 5

.j1.

+30

*.0129

..6641

,0769

*0165

4'0032

,0099

5

.4..

7

33.

39 4

.51

39 72. 1e8 f2e 14

9.

+ti

.9,47.14.00

2,81

17

6 +125 67 7 *44

0i70

.0660

'.1246

'0223

'0o23 p.0147 - . - 5 4 8 33 40 4 52 39 75 131 14 9:

+12.63

7,01 1.05 +20 + 2 72 -48 10 *21

.0i1O

.e0i1 :+'0407

.+0089

e0iÇ

,0039 5 4 7 32 40 4 29 22 41 60 8. 9 +f)

12.63

10,00

1,50 +22 + 3 +101 .82 3 +36

+.0121

..6016

'.6564

*6I52

.,6606

.,0656

5 4 7 3 40 4 30 22 41 . 61 8 9ò +LJ

12.61

14.60

2.11 +26 i. 6 4.i.45 11.0 + 5 .45

.0145

-.6031

,8i7

.'C2C4

0069 ,0084 5 4 8 33 41 4 31 22 43 62 77 8

9s_.+6

18.797.01

. 0.71 '68 .4.. 1 i.4i i.10 -302 _.+25

.0173

-.0063

..6358

+.06c2

'.0254

,021

6

4

8

33

4 5 14

10

19.

. 28

.35

4 9 +

18.7S

10.00

1.61. +36 + 3 .1.74 .158 *28 *37

+.0091

-.6007

..0441

.'.0133 .UO31 -. . 6 8 33 44 5 5 io 20 28 37 4 .1. 96W. +(

18.7814.00

1.41 +41 + 5

+214

.j99

*29

+52

*.0103

r.6012

*.6544

*'0i60

. --

-.

6. 4 8 .34 4 5 15

i0.

20. 28 3P 97 +

25.06

7.60

6.53 +58 + 1 .237 -264 .26 *24

+.0633

..0001

*'6096

oe'i2 .10011 6 4 8 34 49 5 9 6 12 6 2 2 93 +J

24.98

10.28

0,78 +62 7 +264 -214 *22 +44

*.6088

..0016

'.6379

..eiei

4oeïe

.,0021 -

..:...

9

:5.

8 41 71 8 13 7 -. 12 9

...4.

9 +0

a4.92_14.00

1.07 +66

+6

+318 -269 #2E$ 9

*.O94

..0009

,.C458ei28

*662

0628

9 5 9 41 7 8 14 7 12 20 34 4

(29)

30-..MERANGL4 LIN<S

R:3tI2MM MTINGEN O

.

K J'SI

W L)

Ol

FX FY 115 +3 6 3 ¿.11 .1. 7 4' 7 e 4 i_ ).1# +

6 28 io,ei

3.r12

9 8 .

---.. 8 4

4.21+12

j1 8 4

119+3

9.49

7.0

1,40 +10 + 9 -8 4 120 +

9.49 io.00

2.00 +12

11

8 4 12]. +5

9.49 14.00

2.80 +16 +13 8 4 l2.

+5 12 58

7,0

1.16 '13 7

8.4

t2

+5 1?.56 10.00

1.51

+16 +9

8 .4

+5 j2.55

2.2

.22 +j3 8 4

12i_5 1.84_

M0

6.70 +21 +.4

84

125._+5 18.84 .10.00

1.01. +23 7

--8.

4

12/__+5 18,8314.0

1.41 ._+33

+j8 -9 4 128

+5 25 037.0 C1,3

.31 + 3 9 5 129,

+3 25.07 10.28

0.78 +112

i5 9... 5 1.30

+525.02 1400

1.06 +48 +31 ...-. .

.95

..13i. +5

1.06 .48 +31

9.5

F'Z Mt ' DF'X DFY LF'Z LTX

L'I

DTZ 1.

66

-C e

s16

...e1!3

*.C2

r.er'7

.t11h

7 3Z 59 6

174

8

i64

244

43e

47 + 99 _ 7 1

*23

.O2t6

.sC1135

.247 .Ce6

.e31

Q,171

7 59 6 j76 89 169 248 4 48

13

4

j4 _+38 +.0259

.6253

+.3438

'C01

oio1 8 33 60 6 177 89 174 219 447 .109 .21 Li +1.8

.0104

.0094

.1085

'C668 ..8

.0659 8 .3 9 6 77 39 74

j9

195 21

+144

54

* 9

.2,4

.0119

.0164

..i426

'.1t7R

o,063i .ti08e 8 3 60 6 78 39 76 110 j97 21 .206 .74 .22

+5

,.0157

a.6128

.,2045

+C2d3

4'0074

,11i5

8 34 61. 7 80 39 79 112 201 22 .162 .64 .1.

+6 .0073 .041 ..6918

.,0119

4.002C ,fl3?

B 36

6 45 22 44

633

12

+198 «114

*19 +26

..0091

-.6652

*.11.23

..62i3

.s0636 ,1Je49. 8 34 61. 7 46. 22 45 64 .

.262 -i

+34

*5

.oi23

.75 .4B8 ..c283

4rj4

,0066

8 34 63 7 47 23 47 65 13

.323 167

*50 +23

*.0054

-.6609

+.0815

40140 46

9 3

63.7

21 16 22 29 6

+368 '257

*64 +28

+.0059

.6018

+,6928

4.0215 '054

.t)C23 9 3 64 7 21 16 22 29

53..

+444 330

*93 +32

+.6083

-.6646

*,1.19 .0275 43078 ,627

9 6 67 7

22

10 23

10

56 6

#565 27

+1.12 .22

*.0044

«.6005

+6807

4,0132

4.0653 .061.6 4 4 68 7 3 7... 19 23

32..

+625 38

629

+25

.0160

-.6022

+,6890

9'.6181

e029?

-.0012 1.4 4 64 7 12 7

26.

23 ...3 3__

+714 .513 +43 :*22

+.0069 ...0044 ..*.1620. *.6243

406

0011

14.. 50

72.8.

i3 .8 ---21 24

.34

+711 50 4t +21

e.0069

-.044

+,618 .'.0237 +0047

,00ie

14 50 72

.8

j3 8

.21.

.24

34

(30)

-OEMERANG L4 LIN<S

R=362MM NIrTINGEN C _K PSI w FX FY FZ MX MV 17 DFX .

DF?

LF'Z

LÎX :

.ï.

LTY DTZ

13+1

6,34 7, 2.1.i + + 3 89 4 2

jj9

1---. i . 4 7 3;. 37 4

18

a6 163 241 27 29 13 +1M

ó,35i.6.it

2.99 7 + 5 +.2R ..54 *1±

+.5 .14 '.1t3

.284e

3Q7 *';e3i .o111

---.--5 _4 s 3 o 4

1C

.86 167

242.277

3C._

+iJ

6.34 13,99

4.19 +11 9

193

-4 *22 +2?

.244

-.Ci.91

.43i0 4,e3j6 41162

,O21

-4 8 34 39 4 114 87 175 248 31... 13 ia

9 47

7.,1

l.4

6 5

19j

-72

7

+ie

..i6o

..ee55

.'.15a5 .O237

4,Fje21

.5 4 8 3

37

4

49

39

76

19

1

13

1361O

9.4

10.0

2.0 + 8 + 8

t96

i16

e

*4 .85

,Ø75

,1953

9O381 "C54

.048

5 4 8

34

35

4 50 39

78

lii

iS

13/1.

9.48 l4,0

2.80

+13

+12

+272 -131

38

+22

0130 -.6119

.2711

4.6436 '12

.O67l

-. 5 4 8 34 4c 4 52 39 82 113

13+10 12.63, 7.60

1.5

6 + 5 +234 1o7 1.9 *15

..0034

.6026

+.1369 .0198

,0028 8 4 8 34

59.

6 43

22.

45 63 ii9 12 139

12.67 160" i.so

9 .s. 8

.284 -j79

*22 +,7

.0o53

.0047

.1582

.o33o

4.0641

c2.(331

14i16 12.6514.60

2.10 +16 +16

.374 -225

+56 .18

..6691

.e690

.2092 '417

.eÇOOQ2

.a034

8 4 8 34 6, .6 44 22 47 64 iie .12.. 8 4 9 3 62 7 46 23 49 66 12

141 +10 18,83

7,60

6.70

5

+ 2

.476 -214

7t1

+e

..0612

+,j94 +6178

065& ,0e17 8 4 r 9 3

6(

6

26

10

23

36

5

142.10 18.82 10,00

1.01

7

+12

.44

362

*82

.17

,.0617

.6630

+,374 6253 *668

,(i014

4

13

42

61

7

20

10

34

35

5i

143+10 18.78

14.60

1.41.

.19

+28

.639 -414 +.5

* 7

.048

,..6071

*.t622

o.0348

*6097

c.06r56 8 4

14

4 65 7

22

11

35

36

54

6-144+10

7,0

6,53

-4

+ 9

.836 -296 +165

+16

.0006 .6613

+,198 '*146

:4'06#

'.t1C07

-r 8 5

15

62

7 2 7 21 24 9 3

_145 1c 24.92 10.28

tj,78

- 2

+33

+926 -412 8(

5

.47 +,1325

+0197 8 ,0002

8 5 15 51 63 7. 12 8

22

24

3e

-3±

146_16 24.814,O0

1.67

+26_+51+1020 e586 87

27

.0629

,6074+.481=*6282 :009C

.0C13:. -9: 5. 16 53 67, 7 13 8 23

25 ..li.32

;.,

(31)

-ROtMERANGL4 LINK5

1< PSI W U

R:32MM METINGEN O

O EX EV MX MY HZ

-DF'X.

DPV LEZ LTX

LV

DTZ

147 +15

6.31

7.O

2.10

*

4 .1. 3 +11 ..5(. .

*6

.O92 -.63 .,2487k3

.(i43 -. 5 4 7 3e:; 37 4 108 87 167 244 272 29

i48 +1

6.32 1O.O 3.O

+ 6 + 6 +159 61

*

3 +1.0

.0136

..e133

+.3561.+.0447

O2

O73 -; 4 8 3 37 4 iio 87 j. 246 277 3e Afl --4 , 4A A ,7 . +231

52

t2F *2

+.0217

i.621.Ob,323R4,O39O 427 ç.fJ152

---: 5 _4 a 34 39 4 115 9 182

24

29 31 t51 15 9.53 1,39 .'. 2 + 5 1Q7 .74 ,$

.,r354

*.943

4O24O *Ó7

5 4 8 33 3r 4 47 38 77 1e9 119 13

1.51+15

9.Sci 10.00 + 6 + 9

+247

11Q 4 + 8

+.0055

.60R5

+,2447

4.032

*'U0iS g27

8 4 8 34 59 6 76 39 81 112 21 1.5e +15 9 47

i.4,eO

2,80

*jØ

+j6 +342 j43 +11 +11 .i,.0102

-.6158

#.34i.3

e,C472

..o103

.,0C36

8 4 9 3 60 6 79 40 86 116 199 .21 15.

+15 12 63

7,00 1.05 e + 5

+308 -164

+28 + 5

.b.000l

,0028

*,j731.

'.0193

*,ee9

.0Ce8

8 4 8 34 58 6 43 22 48 64

154 +15 12.61

1,0,60

1.50 j.

+j6

+362 -172

+30

*

6 *.f3064 .6056

+.2637 *0326

006

8 4 9. 35 5 6 43 22 49.. f5 169 12

..1.55i5 12.58 i4.0

2.11.

+

8 .20

+469 -233

'5t 2

s.44

,.0j.1.5

.265j

'0436

9'01èi5 ,ciC4 8 4 9 36 61 7 45 23 53 68 12

156 +15 18..82_7.o0

0,71 «12

+6

*646 e18r .117

5

..0029

.6016

+,1616

*0150 :4609P

+,0004

8 4 1.0 37 !8 6 19 10 26 31

69

5 1.57

*15 18.84 10,01

i.ri

9 +18

+685 '260

.98 9

".0022

.0046

+..726

4.021.7 '.6082

.O007

8 4

j

38 51 9 16 26. .. 31...

4i.

158 .15 18,8416.60 1.61w 9

+18

+699 -267

.99 8 .0623

p.0045

+,764

.0223

6083 .0007 8 4 14 43

59.

6

19..

16

36.

36 49 S 159

.15

18.78 14.00

1.41. -4

+37

+832 p445

.3s

-.0016

-.0093

*.2112

*,0374

.oii

+,0029

84

1.5 4' 61. 7

20.

11_38

38

5j..

16b +15 24,987,61 0.3

-36 +20 .11.31 -299 +270 46 ,0651

..6029

e.1622

+0142

120 .,ie22

..

8 4 16 46 60 7. 1

6..

24 -.

22

8.

3 161. +i

2.02 10,28

0,78 36 +5j 1269 -391. .279 62

-.6672

e.1728 ..i85 9132

,0629_

-... 8 4 1.7 42

60-7

.11.

624

23

16 +15 24.94 14,1

i,t17 -19

+70 +1346 -64

+266 '10

-.i627

10.0100 ..p,,937

*,(36 ig17

*,0048

85

1,8

563: 7

1.2

1

25.24

e

(32)

f3OLMERANGL4 LINKS

K

Psi_w

U R:302MM METIJGEN. O 0M FX P' f MX

MY'IZ

DFX DFY LF'Z LIX t6. +23 6.22 6.99 2.1 + 1. + 5 i3i .37 . t

*

4

..0627

-.0l7

..3633

.s,0286

4.0g4

..U27

4 8 3 36 4 110 89 174 253 . 277:

16' +20

6.25 10.00

3.64 + 4

+7

.189 .53 9 + 7

..6698

-.6172

+.4236

0464

4007i

,(1051 5 4 9 3 37 4 112 89 179 294 281 30 165 +2cj

6.21 14.00

4.28

+ 8 +12 +269 .55 +31. +13

..0188

.6281

+.6248

'6424

4',2i2 5 4 8 34 .. 3& 4 . 117 91. ... 191 263.. 29t 32

166 .21

9 38 7.00 1.42 2 + 5 .236 -67 *21. e

-.0070

..6047

+.2399

4,t1224

'.667

.0002

167 +20

9.38

i3O.1

2.62 5 4 +10 8 +292 3, -j03 36 4 *2 I 48

-.6005

39

-.0105

82 114

+.2969 *'6348

121 4'006 13

..oeo3

5 4 .: 8 34 36 4 49 40 85 116 22 16 26

9.39 14.66

2.83 5

399 -145

.38

*

1

#.J051

-.0170

*.4046 Het1488 4'ë127

w,6002

5 4 9 35 38 4 51 46 jj9 . 128 169

21 12.63

7.6

1.05 - 7

+ 3

*38o

-io7

+58 - 7

-.6037

-.6018

e.2114

4.0199

.61o7 e,'013 5 .4 9 35 36 4 27 22 49 69 67 7

17u+26 12.58 16.00

1.51 - 7 +1.0 .441 -j6! .42 8

..6038

-.0057

+.2495

+.6308

4'007Ç

..0615

5 4 9 35 36 4 27 22 51

66

6 7

171. .20

12.58 14.60

2.11 -1 +22

+555 -233

.6 15

-.6008

-.0122

+.3137

#'0436

,0027

5.

4 0

3737.4..

28 23

55.

69.,,

e ... 8

_t72.26 1.8.85

7.06 6.70 -27 +12 +8Ø7 -j,85

475

-39

..069

-o.0194

4.1

e,0633

. . 5 4 11 37 4 12 10 27 32

3i

3 j73

.2j

,e e

10 28

1 3 ?7 +25 +866

27t +162

.46

..008

..0064

.7j82

*,226

,0039

5 4 15 44 38 4 13 16 38 37 32 4

174.20 18.78 1-4.00

1.41 26

+46 +1014 -465 ..90

-ß2

-.0666

..e101

.2576

4039

.e,i59

,0669

54

16

4.39.

4 13 1.1 46

39.

32 4

.17+20 24.9

14.1

1.37 .55

+77 +1660 -763 +406 i97 -.79 -.6111

..2395.

4.6336

.Ufl94

-.

-.:

8 5 1-9 52 64 7 12 7

281

25 e 4..

17b *20 25.0014.61

1.06 -55

88

1691 .73e .4.0 «205

-.0079

-.6126

*.2420 .,C346

-8,0194 ,0e97 8 5 . 19. 5 64 7 12 7 3e ...4

(33)

-. N)

3OtMERANGL4

1< PS

LINKS

W U

R:302jM MTINGEN .0

0M FX FY FZ MX MY 117

DX

DrY LFZ LÎX .LIY. DTZ

177 +30

6.35

7.0 2.19 -2 +1

+173 -54 *13 - 3 -.0641

-.0629

*.3837

4,6394

'e '. 00 97 4..0024 5 4 8 33 36 4 t72.. 244 264 29

_47u+30

6.32 10,0

3.60 +1 +5

+232

64 +1( -4

+.0614

-.6122

.5193

".6475

6675 5 4 36 4 107 .87

-.180

256

265

179_-'30

6.26.4.60 4,4

* 5 +

+35

'.69

*3.o

'.01.4

-.6266

- .... -.0616 . 5 .4 9 35 38 4

f4

j94

22

287 31..

..18i3o

9.47 1.40 4

-6

+295 36 '.13

..066

*.2946

+,0041 . 5 .4 34 36 4 48 39 83 . 112

,2e.

.13

t8i+3c

9.47 iø.6

2. -7 + 3

+385 -l3

*)

16

-.0665

-.0628

'.3842

'.6443 *.0653 5 4 13 4f? 37 4 49 ... 39 . 125 I. 132 122

182 +30

9.4. 14.00

2.82 - 2 14

*66 '.156

25 22 '..0017 '.,6144

+.5165 oe582

. 1

.

4 41

13.

138 124 .t8

.3ri 12.65. 70 1.o5

- .3 3 +466 ..j29 +64 22 01

,.6616

'.2576

e.0239

4 61 S :. 5 4 9 35 37 . 4 27 . 22 51 65 65 7 18'.30. 1?..66i.6,00._ .1.5.1 -1.3

+0

's56 '.267 *61

.34

...t373 '..0663

'.3153

.o'0386 -. 8 4 14 41 6. 44 23

76.

77

18.' +36 12.54 14.0

2.12 -13 +16

722 -263

+7 '.47

-.0075

.R9 +,11.2

4 ' 0132 + . 0689 --. 5

.4

1.6

38

304

28

23

60.

. 71 6

(34)

flEx DFY

LU

LX

Lrv

DTZ

-.0029

..6621

..4904

.0344

4,0644 ,fi686 168 87 186 256 .0686

+.6866 +.6494

oe94 e.0158 iii . 1,93 266 28e 3

-.6310

44.6

0339

4;6259 ,0142 1i7 94 211 278 296 32

.,0o14

-.6621

*.3545

+'017

4 1o4 +.0621 8 39 06 113 122

13.

-.50 *.6613

+.4717

.0425 '6663 .0112 49 39 92 . 116

13

. -.0143 .e074

.4607

"'g595

4,6147

+,0224 2 O, 163 .. 124 -130

+.0014

.0012

..2955 4012 4'613C

..0í19 29 22 54 67 72 e .00tj6

-.0608

+.3737

o'0364

412C. .,.0

. 28 22 58 69 8

-.0116

..6038

.51Ci.

'65!1i1 .

4j44

*,0j,83

30.

23.

65.. 74

0.0028

-.066

+,3605

s0286 4'6j67

+.059

13 11 35 36 34 4

3OUIERANGL4 LINKS

K PSIW

U

R:302MM METINGEN O

0M EX FY FZ MX MY MZ 18

43

6 2

7.60

2,11 i. - i

.16

-46

*

6

ii

5 8 33 36 4 187 +4.5

6.23 io.oi

3.nS 4 + 2 +298 -6 +1,2 -21 --5 34 37 4 18 +45

6,131.4.60

4,34 + 3 +13

+396

43 ..33

p1.8

..5

4 9 35 37 4

18v +45

1.40 j.

2_ .358

.6

+32

6 5 4. 9 35 37 4 1,Çtj 45

9.4710.00

- 5 -1 *473 -1,29 *1,9 34 5

4.

9 35 37.. 4

19. .45

9,38 13.99

2.83 -14 4. 7

+65e o16

944 :"66

. 5 4 io 37 39 4 _i9

45 12,59

7.60

1.66 2

+2 523

97 +70 5 5 :4 9 36 39 4 19

+45 12.52 10.00

1,52

-I

*

1

*655 0161

.64 20 .5 4

10

37 3 4

194 +45 12.44 14,00

2.14 -20 + 7

+882 -267

*73 -98 .

.5

4

ii

39 40 4

19+45 18.8614.60

1.41 .i1

+22 1,433 "344 .201. -7i 4 14 43 4Ù 4

Cytaty

Powiązane dokumenty

W dziedzinie języka możemy jednak mówić o szczególnych zainteresowaniach: studenci bardzo interesują się językiem reklamy i biznesu, a czasem nawet językiem polityki, choć

kształtują się organa centralne oraz dokonuje się in­ tegracja towarzystw terenowych i kółek rolniczych.. i tę datę można

Oznaczenie zawartości macerałów i substancji mineralnej wykonano według polskiej normy PN-ISO 7404-3:2001 oraz ICCP (2001), a mikrolitotypów według polskiej normy

The beam loading diagrams are illustrated in Figure 3. First, the P1 shelf was loaded, followed by the P2 shelf. The next stage was loading the profile in reverse order to the

W reasumpcji dodam, że opiniowana monografi a napisana została bardzo sta- rannie, a personifi kacja dziejów kieleckiej straży ogniowej jest jej bardzo istotnym wy- różnikiem,

Było to wydanie dwujęzyczne grecko-łacińskie, wprawdzie tekst w języku greckim umieszczony został w honorowej lewej kolumnie, nato- miast tekst łaciński w prawej, jednak

Wpływ wysiłku fi zycznego na wybrane aspekty koordynacji. ruchowej –

‘Building with nature’: the new Dutch approach to coastal and river works de Vriend, van Koningsveld and