• Nie Znaleziono Wyników

Onderzoek naar de veiligheid van de kade rond de Oude Lierpolder.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Onderzoek naar de veiligheid van de kade rond de Oude Lierpolder."

Copied!
62
0
0

Pełen tekst

(1)

Onderzoek

naar

de veiligheid

van

de kade

rond

de Oude Lierpolder.

A-73- 006

(2)

Bijlagenlijst.

Bijlage nummer:

Tekeningnummer:

1 2. 3.

4.

5. 6. A2 73.18 A5 73.20

--

--

A l 74.132 A l

74.133

Omschrijving:

I

Situatie dwarsprofielen

Dwarsprofiel 1 t/m

4

Bijlagen L.G.M.-grondonderzoek

L.

G.

M.

-rapport stabi 1 i teits-

onderzoek

Foto 1 t/m 3

(3)

- 1 -

1. Inleiding.

I n het kader van het systematisch kadeonderzoek i s een onderzoek ingesteld

naar

de veiligheid

van

de boezemkade

van

de Oude Lierpolder, behorend

t o t

het Hoogheemraadschap

van

Delfland en liggend in de

pro-

vi ncie Z u i d-Hol l and.

De kade beschermt een polder

met

daarin de bebouwing

van

de Lier en een tuinbouwgebied. Zowel de bebouwing a l s de tuinbouw zal in de pol

der

ui tbreiden.

Lee- o f Lierwatering in het zuiden en het Zwethkanaal en Kromme Zweth in het noordwesten.

Er

i s een verkenning uitgevoerd, w a a r b i j onder meer dwarsprofielen z i j n gemeten, de bestaande geologische en bodemkundige gegevens zijn geanalyseerd en gegevens omtrent onderhoud en gedrag

van

de kade werden verzameld. Het grondmechanisch onderzoek en de rapporte- ring hierover i s verricht door het Laboratorium voor Grondmechanica

(L.G.M.)

.

Bij het onderzoek i s eveneens gebruik gemaakt

van

gegevens,

die de Technische Dienst

van

het Hoogheemraadschap

van

Delfland be- schikbaar heeft gesteld.

(4)

- 2 -

2. Beschrijving van de polder, de boezem en de kade.

2.1. De polder.

2.1.1.

2.1.2.

Li ggi ng.

De ten noorden

van

De Lier gelegen polder heeft een enigszins driehoekige vorm en

wordt

aan twee zijden

door

boezemwateren begrensd: i n het noordwesten door het Zwethkanaal

en

een gedeelte

van

de Kromme Zweth, in het zuiden

d o o r

de Breêlee, die b i j De Lier overgaat in de Lee- of Lierwatering. In het westen

wordt

de grens gevormd door het veilingcomplex b i j Westerlee; hier l i g t thans

ook

nog een c i r c a 200

m

lange boezemsloot met boezemkaden ( f o t o 1). In de loop

van

1974 of 1975 zal d ie s lo o t worden gedempt. De noordoostelijke grens wordt gevormd

door

de Noord Lierweg. In het noorden l i g t een 200 m lange boezemsloot langs de

Noord

Lierweg tussen de Kromme Zweth en de Zwethoeve

.

In het oosten l i g t eveneens een circa 200

m

lange boezemsloot tussen het boerderij-complex

aan

de

Noord

Lierweg en de Lierwatering.

Oppervl akte en pei 1 en.

De

Oude Lierpolder heeft een waterstaatkundige oppervlakte

van

356 ha.

De polder heeft een zomerpeil

van

N.A.P. -1,71

m

en een winterpe van N.A.P. -1,91

m.

Volgens de waterstaatskaart liggen in de polder vier gebieden

van

ongeveer 15 ha met onderbemaling. De maaiveldhoogte in de polder i s langs de grenzen ongeveer N.A.P. -0,30

m

à -0,70

m

en

het

midden gedeelte v a rie e rt tussen N.A.P.

-

1 , l O

m

en

-

1,40

m.

1

2.1.3. Belangen i n de polder.

De polder i s i n

het

systematisch kadeonderzoek opgenomen, vanwege de vele belangen i n de polder. Een kadedoorbraak

zou,

ondanks de geringe inundatie

van

de polder (2 .1 . 5 .), grote schade veroorzaken.

Een gedeelte van de bebouwde kom

van

De Lier l i g t in de polder; d i t gedeel t e

wordt

sinds 1965 regelmatig uitgebreid.

Het gebied van de Oude Lierpolder

behoort

t o t

de gemeente De Lier.

(5)

- 3 -

cultures onder glas bestaan. Thans i s ongeveer

4

deel

van

de opper- vlakte nog weiland en e r z i j n enkele boomgaarden. In de bebouwde kom

van

De Lier i s enige kleine industrie

en

nijverheid.

2.1.4. Bestemmingsplannen.

In 1974/75 zal de veiling Westerlee worden uitgebreid

t o t

de westelijke boezemsloot. I n verband met die uitbreiding

wordt de Breêlee door de veil ing gedempt vanaf de westel i j ke boezem- sloot

t o t

de Leekorenmolenbrug. In een l a t e r stadium zullen R i j k

Provincie het Leewater dempen vanaf de Leekorenmol enbrug t o t de Groene- wegsbrug. Het Zwethkanaal en de Lierwatering zullen met el kaar worden verbonden door een t e graven kanaal van

De

S t r i j p

t o t

ongeveer 350

m

ten westen

van

de Voorboezem

v a n

het gemaal.

Door

het kanaal

wordt

de polder in twee gedeelten g e s p l i t s t ; het bestaande gemaal b l i j f t de gehele Oude Lierpolder ontwateren; de

o n t -

watering van het westelijke deel zal

door

een sifonduiker in de polder- tocht geschieden. Na de aanleg

van

het kanaal o n t s t a at een v r i j unieke s i t u a t i e , waarbij de Oude Lierpolder twee "binnenboezemkaden" zal hebben. Teneinde het t e graven kanaal t e kunnen kruisen, zullen bruggen gecon- strueerd worden i n de Kanaalweg langs het Zwethkanaal en in de t h a n s nog met puin verharde weg langs de Lierwatering.

Dwars

door

de pol der

wordt

een weg aangelegd; qedeel t e l i j k i s die weg nog in voorbereiding; h i j zal het t e graven kanaal halver- wege kruisen.

2.1.5. Gevolgen

van

een doorbraak.

Wanneer a l l e noodzakelijke boezemkeringen (2.2.2.) g e l i j k t i j d i g met de

doorbraak

z i j n gesloten, zal het maaiveld

van

de polder,

na

een doorbraak, nauwe1 i j

ks

onder1 open. Wanneer de noodkeri ngen i

n

de boezem geopend b lijv e n , zal de inundatiehoogte i n de Oude Lierpolder ongeveer 0 , l

m

boven het maaiveld z i j n ; het poldergedeelte genaamd Nieuwe Tuinen b l i j f t ook i n d i t geval waarschijnlijk wel droog.

Doordat de Noord Lierweg o p een hoogte

van

N.A.P. -0,40 à 0,50

m

l i g t , loopt de Groeneveldsche Polder b i j een doorbraak

van

de Oude Lierpolder- d i j k weinig gevaar mee t e inunderen.

(6)

- 4 -

2 . 2 .

De

boezem.

2.2.1. Oppervlakte

en

peilen.

De boezem

van

Delfland heeft b i j een stand

van

N.A.P. -0,40

m

Het peil

van

de

boezem

(Delflands P e i l ) i s N.A.P.

-

0,40

m.

Het Het boezempei 1

wordt

zoveel mogel i j k gehouden

op

N . A. P. -0,40111,

Een

verantwaording

van

de maatgevende boezemstand i s in hoofdstuk

een

oppervlakte

van

670 à 680 ha.

maalpeil i s N.A.P. -0,25

m.

maar

meteorologische omstandigheden kunnen

het

peil doen oplopen.

6 uitgewerkt.

2.2.2. Mogelijkheden

t o t

compartimentering.

Door

het s l u i t e n

van

een t i e n t a l boezemscheidingen

is de boezem

compartimenteren

t o t

een vak met een inhoud

van

c i r c a 500.000

m

; de Oude Lierpolder l i g t geheel in dat vak.

3

2.2.3. Daling

van

de

boezem

b i j

een doorbraak.

het maaiveld van de polder o p N.A.P. -1,40

m ,

zal de boezem b i j door- braak gedeel t e l i j k 1 eegl open.

Omdat de bodem

van

de boezem o p ongeveer N.A.P. -2,20 m l i g t en

2.3.

De

kade.

2.3.1.

De

lengte

van

de kade.

De boezemkade l a n g s

het

Zwethkanaal

en

de Kromme Zweth heeft een lengte

van

ongeveer 3 km; de kade l a n g s de Lee- o f Lierwatering

en

de Breêlee i s totaal c i r c a 4 km l a n g .

2.3.2. Beschrijving van het profiel aan de hand van gemeten dwarsprofielen.

De

noordwestel i j ke kade 1

angs

het Zwethkanaal heeft een

doorgaans

onverdedigd buitentalud met een helling van 2:5 à 1:3; het buitentalud i s tevens wegberm.

Door

de verharde weg op de kruin i s de kruinbreedte totaal circa 5

m.

De

kruinhoogte v a r i e e r t tussen N.A.P. t 0,lO

m

en t 0,40

m. Het

b i n n e n t a l u d i s s t e i l ,

met

een helling

van

1:2

en

plaatse-

(7)

- 5 -

Het buitentalud van de zuidelijke

kade

langs de Lierwaterhg i s t e r hoogte van dwarsprofiel 1 onverdedigd. Bij dwarsprofiel 4 i s enig puin tegen het onderwatertalud g e s t o r t ;

o p

de w a te r l i j n l i g t een steen- stapeling. Het buitentalud heeft een helling van 2:5 à 1:3. Plaatse- l i j k , bijvoorbeeld t e r hoogte

van

dwarsprofiel 4 , i s het buitentalud veel s t e i l e r . De kruinbreedte i s c i r c a 1 , 5

m;

de kruinhoogte l i g t tussen N.A.P. t0,05

m

en N.A.P. t0,lO

m. Het

soms

s t e i l e binnentalud heeft een helling tussen 1 : 2 en 1:3.

2 . 3 . 3 . Beschrijving

van

de kade.

De noordwestel i j ke boezemkade 1 angs het Zwethkanaal heeft een on- geveer 3,5 M brede asfaltweg op de kruins de Kanaalweg; langs de Krom- me Zweth, c ir c a 500

m

voor

de bocht

naar

de Zwethoeve

aan

de

Noord

Lierweg,

g a a t

het a s f a l t over in een kl inkerbestrating.

Het kadegedeelte langs de Nieuwe Tuinen heeft een onverdedigde oever;

van

het

resterende kadegedeel t e i s de oever verdedigd met perkoenpalen

( h a r t op hart c ir c a 0,5

m )

en azobé-vlechtwerk. P l a a t s e l i j k zi j n t e r hoogte

van

de waterl i j n steenstapel ingen aangebracht; eveneens werd kadegedeelte langs de Noord Lierweg tussen de Kromme Zweth en de Zwethoeve heeft een onverdedigd buitentalud. De kwelsloot l i g t d i r e c t aan de teen. De wegberm en het binnentalud z i j n met een

grasmat

bekleed.

De zuidel i jke boezemkade l a n g s de Lierwatering en de Breel ee heeft geen uniform p r o f i e l . Ten oosten

van

Blaker l i g t ongeveer 200

m

groene kade langs een boezemsloot; de oever i s n i e t verdedigd en de kwelsloot l i g t c ir c a 4

m

u i t de teen. De 650

m

groene kade tussen de z i j t a k van de boezem en de voorboezem

van

het gemaal i s bochtig; over een gedeelte van d i t t r a j e c t l i g t een rechte kwelsloot achter de kade, hierdoor v a r i e e r t de afstand tussen de teen en de kwelsloot.

Waar

deze n i e t aanwezig i s , worden onderaan het talud n a t t e plekken geconstateerd; d i t i s onder andere t e r plaatse

v a n

dwarsprofiel

4

het geval. Ter

hoogte

van

de waterl i j n z i j n plaatse1 i j k steenstapel ingen aangebracht; tegen het onderwatertalud i s , eveneens plaatsel i j k , puin g es to r t. Vanaf ongeveer 90

m

ten westen van de watergang naar het gemaal

t o t

dwarsprofiel 1 l i g t een c irc a 3,5

m

brede met puin verharde weg op de kruin.

Voor

de kade

van

d i t t r a j e c t l i g t 20

m t o t

30 m breed v l i e t l a n d .

I

pl aatsel i j k een weinig pui

n

tegen het onderwatertal ud g e s t or t o Het I

I

(8)

- 6 -

Op plaatsen

waar

een kwelsloot aanwezig i s , l i g t deze d i r e c t

aan

de t e teen. Dwarsprofiel 1, met ongeveer 3

m

breed v l i e t l a nd , i s representa- t i e f

voor

een t r a j e c t van 200

m.

{foto 3 , 4 ) . Het bui tental ud i s met diverse soorten beschoeiïng verde- d i g d . Het binnentalud i s hier moeilijk aan t e wijzen

d o o r

de bebouwing die erop s t a a t .

boezemland,

waarvan

de maaiveldhoogte v ar i e e r t tussen N.A.P. -0,lO

m

en N.A.P.

+

0,lO

m.

Op de kruin l i g t een ci r c a 3,5

m

brede asfaltweg. Het achterland l i g t op N.A.P. 5 N.A.P. +0,10

m.

Een gedeelte

van

de bebouwde kom

van

De Lier l i g t o p boezemland

Voor

het kadegedeelte langs de Breêlee l i g t

t o t

meer d a n 50

m

breed

2 . 3 . 4 . Vreemde elementen. In de Kanaalweg, tin g onder het wegdek gasleidingen. I n de b

langs de Nieuwe Tuinen, liggen in de lengterich- en p l a a t s e l i j k hoog in

het

binnentalud, ol i e- en nnenkruinlijn l i g t langs de Kanaalweg een e l e k t r

-

c i t e i t s l e i d i n g

voor

de s t r a a t v e r l i c h t i n g . De boezemkade langs het Zweth- kanaal

wordt

op regelmatige afstanden gekruist

door

water- en e l e k t r i - ci teits leid in ge n ; t e r hoogte van de S t r i j p 1 iggen kruisende PTT-kabels.

met

s ta len damwand; de kruisende leiding loopt

naar

de Dorppolder

Ten zuiden

van

het gemaal 1 i g t een hogedrukaardgasleidingzinker ( f o t o 5 ) .

De boezemkade langs de Lierwatering en de Breêlee wordt op diverse plaatsen gekruist

door

e l e k t r i c i t e i t s l e i d i n g e n en PTT-kabels; b i j de Nieuwe Tuinen 1 i g t bovendien een aardgaszinker.

I n de bebouwde kom

van

De Lier t r e f t men langs iedere b r u g kruisen- de leidingen aan.

In het binnentalud

v a n

de kade langs het Zwethkanaal komt pl aat - sel i j k .enige hoge beplanting voor in de

vorm

van kleine bomen.

Aan het eind

van

de boezemsloot ten oosten

van

Blaker, nabij de boerderij

aan

de Noord Lierweg, s t a a n enige bomen

t o t

hoog in het bi nnental ud.

(9)

- 7 -

3 . Geschiedenis. (Gedeeltelijk u i t Texeira de Mattos, deel 11, afdeling 11)

In 1894-95 werd door Delfland het boezemkanaal

van

de Kromme Zweth

naar

de Oranjes1 uis aangelegd. Krachtens de overeenkomst

van

29 oktober 1891 tussen de Dijkgraaf en Hoogheemraden

van

Delfland en het polderbestuur moest de kade langs de zuidoostzijde

van

het kanaal worden aangelegd met de vol gende afmetingen: Kruinbreedte minstens 2 , 5

m,

kruinhoogte minstens 0,5

m

boven D.P. (minstens N.A.P. +0,10

m),

buitenglooiing 1,5:1 en binnenglooiing 1 : l . Met de toepassing

van

het bestek kreeg de kade echter een kruinbreedte

van

4,45

m ,

een kruin- hoogte

van

D.P. t 1 , O O

m

en p l a a t s e l i j k D.P. t0,60 m ( r e s p e c ti evel ij k

N.A.P. +0,60

m en

N.A.P. t0,ZO

m ) ;

de buitenglooiing werd 1,75:1 en de binnenglooi ing bleef op 1: 1 gehandhaafd. Krachtens eerder genoemde overeenkomst i s de kanaalkade eigendom

van

-

en i n onderhoud b i j Del fland.

Oude Lierpolder, terwijl het uitwaterde o p de V 1 ietpolder, werd

na

de aanleg

van

het kanaal

van

z i j n afwatering afgesneden en

t o t

boezemland opgehoogd.

een gronddui ker onderdoor onderhoudt de watergemeenschap.

l i j k e ombuiging van de Noord Lierweg b i j de Zwethoeve, l i g t een stukje land t e r grootte

van

ongeveer 1 , 4 ha. Van oudsher en n u nog, watert d i t landje af op de Oude Lierpolder; de afwatering g a a t d o o r een grond- duiker onder de boezemsloot door.

De bemaling geschiedde

door

een windschepradmolen, d i e via een korte voorboezem op de Lierwateri ng uitsloeg.

Thans

geschiedt de bema- 1 ing door een vijzel

,

aangedreven d o o r een dieselmotor. Hierbij wordt nog steeds via de voorboezem op de Lierwatering uitgeslagen.

b esluit

van

6 november 1857 en goedgekeurd b i j Koninklijk Besluit van 4 januari 1858. De keur werd l a a t s t e l i j k vastgesteld in 1970.

Het westel i j ke polderhoekje, d a t vroeger deel uitmaakte

van

de

Het oostel i j ke polderhoekje

wordt

door

een boezems1

o o t

afgesneden; I n de noordhoek van de polder, tussen de Zweth en de noordooste-

(10)

- 8 -

4. Grondonderzoek.

4.1. Keuze van de t e onderzoeken dwarsprofielen.

Bij de keuze

van

de t e onderzoeken dwarsprofielen i s

vooral

gelet op de resultaten van de verkenning, de geschiedenis

van

de polder en de kade en de geologische beschrijving

van

het gebied, zoals in de

hoofdstukken 2 . 3 . 3 . , 3 en 5 s t a a t beschreven. De kade kan qua afmetingen en historisch gezien, worden verdeeld in de kade langs:

a. Het Zwethkanaal en de Kromme Zweth b.

De

ad a:

ad b:

Breelee en de Lee- of Lierwatering

Deze kade heeft een s t e i l binnentalud en diepe s l o o t d i r e c t achter de kade. Het achterland l i g t tamelijk hoog. De kruin i s breed d o o r de aanwezigheid

van

een

weg op

de kade. De kade i s aangelegd b i j het graven

van

het Zwethkanaal

,

dus e r kan worden verwacht d a t h i j in lengterichting u i t dezelfde specie i s opge- bouwd. Om d i t l a a t s t e t e controleren, z i j n e r twee dwarsprofielen ( 2 en 3) onderzocht.

De kade langs de Breêlee en Lee- o f Lierwatering heeft nauwelijks een kerende hoogte. Men k a n ei gen1 i j k zonder grondonderzoek zeggen

d a t

de kade stabiel zal z i j n . Omdat de kade b i j profiel 4 nogal kwelde, i s alleen hier een grondonderzoek verricht om de

oorzaak

hiervan vast t e s t e l l e n . Verder z i j n geen profielen onderzocht. Eventueel verder onderzoek was afhankel i j k van de resultaten

van

een s t a b i l i teitsonderzoek in een profiel langs het Zwethkanaal ( z i e hoofdstuk 7 en 8 ) .

4.2. Uitvoering

van

het grondonderzoek.

Het L.G.M. heeft het grondonderzoek uitgevoerd en gerapporteerd in haar brief CO-21731-0-1, waarvan de bijlagen, a l s bijlage 3,

aan

d i t rapport z i j n toegevoegd. De brief i s in onderstaande t e k s t verwerkt.

I n totaal z i j n e r door het L . G . M . d r i e sonderingen en zeven continuboringen

0

29

mm

uitgevoerd. Het aantal en de situering

van

de boringen i n de uitgekozen profielen i s in overeenstemming met de af- metingen

van

de kade vastgesteld;

i n

principe één t e r plaatse

van

de kruin, één halverwege het t a l u d , één b i j de teen

van

de kade en soms nog één in het achterland.

(11)

- 9 -

De continuboringen in de kruin worden bovendien met middelzware sonderingen gecombineerd.

Daar

b i j deze profielen het binnental ud kort

en

s t e i l i s ,

zouden

de boringen in het talud zeer dicht b i j elkaar komen.

Daarom

i s de kruinboring v e r p l aa t s t

naar

de boezemzijde en i s de boring onder aan het ta l ud verval 1 en.

Van

de continuboringen z i j n in het laboratorium de volumegewichten bepaald. Tevens z i j n de grondsoorten beschreven en de boorresul taten gefotografeerd. Aan de uitgelegde en in de lengte doorgesneden grond- monsters z i j n met behulp

van

een handpenetrometer de vastheden van de diverse grondlagen gemeten. De penetrometerwaarden ( p ) z i j n grafisch weergegeven naast de boorprofielen.

op

de b ijla g e nummer 3D1.

op de bijlagen nummers 3S1 t / m 3S3 weergegeven, waarbij de gemeten 2 conusweerstanden en de p l a a t s e l i j k e wrijvingsweerstanden in kg/cm tegen de diepte in

m

ten opzichte

van

N.A.P. z i j n uitgezet.

De bijlagen nummers 3F1

t / m

3F7 bevatten f o t o ' s van de boorresul- taten.

Het vaste Pleistocene zandcomplex begint op N.A.P. -19 à - 2 1

m.

Tussen d i t niveau en N.A.P. -7,5

m

l i g t een fijnzandig pakket doorsne- den door kleilaagjes. Vanaf N.A.P.-7,5

t o t

N.A.P.-4,5

m

i s een klei- t r a j e c t aanwezig, met enkel e zandlaagjec. Het daarboven gelegen veen heeft een maximale d ik te

van

1 meter.

Onder het maaiveld

t o t

de genoemde veenlaag bestaan de lagen hoofdzakel i j k u i t k l e i ,

met

zand of organogene resten.

De Pleistocene vaste zandformatie werd vermoedelijk s l e ch ts in de sonderingen nummers 3-1 en 4-1 bereikt, De sondering nummer 2-1 moest vó6r het bereiken van deze formatie worden beeindigd ten gevolge

van

het overschrijden van de indringcapaciteit

van

de sondeerapparatuur in het zandige gedeelte

van

het C a l a i s - t r a je c t , t e weten o p c i r ca N.A.P. -9

m.

Uit de boor- en sondeerresultaten b l i j k t , d a t het topniveau

v a n

de Calais- formatie in a l l e d r i e de profielen l i g t op N.A.P. -4 à -4,5

m.

In het bovenste k l e i t r a j e c t

van

deze formatie komen nog enkele zand- laagjes voor.

De resultaten

van

de boringen z i j n getekend in de dwarsprofielen

(12)

-

10

-

Het daarboven gelegen veen van het Hol landveen heeft een dikte

De bovenop het veen aanwezige kleilagen z i j n nog vaak sterk ver-

Ter

plaatse van profiel nummer 2 bevindt zich i n de kleilaag nog van circa 1

m.

mengd met vergane plantenresten o f zand.

een veenlaagje

van

ruim 0,5

m

dikte. Dit is waarschijnlijk verslagen veen.

kade nog

wat

puin aanwezig.

de bijlagen 3S1 t / m 3S3 en 3D1.

Direct onder het maaiveld i s i n het opgebrachte materiaal

van

de

Voor een nauwkeurig beeld van de grondopbouw

wordt

verwezen

naar

4.3. Metingen van het f r e a t i s c h vlak.

geplaatst om de hoogte

van

het freatisch vlak t e kunnen bepalen. De hoogst gemeten freatische l i j n in deze profielen

s t a a t

op bijlage 2 ingetekend

.

De waarnemingen z i j n verricht i n een droge en een natte periode. De waarnemingen lopen echter n i e t ver uiteen. Tijdens de natte periode l i g t het f r e a t i s c h vlak

-

t 0 , l O

m

hoger dan in de droge periode.

De freatische l i j n heeft een

voor

de s t a b i l i t e i t gunstig verloop. In a l l e profielen l i g t h i j meer dan 0,70

m

onder het maaiveld en heeft onder de kruin een

g r o o t

verhang.

De

drassigheid b i j profiel 4

wordt

n i e t veroorzaakt door kwel. Het b e t r e f t hier waarschijnlijk hemelwater d a t naar het laagste p u n t , in d i t geval de teen van de kade, stroomt en door de afwezigheid

van

een s l o o t o f drainage n i e t

zo

snel weg

kan

stromen.

In a l l e gemeten dwarsprofielen (1 t / m 4 ) z i j n open peilbuizen

4 . 4 . Keuze

van

de profielen

voor

het s t a b i l iteitsonderzoek.

t e voeren i n de kade langs het Zwethkanaai.

De

configuratie

van

de kade i s hier het ongunstigst. De samenstelling i s nagenoeg g e l i j k

aan

de overige profielen. Profiel 3 zal

aan

een stabiliteitsonderzoek

wor-

den onderworpen.

Het

L. G.M. adviseert i n h a a r brief

om

s t a b i l i t e i tsonderzoek u i t

(13)

-

11

-

5. Geologie. (Bijlage 3K)

I n haar b r i e f , betreffende het grondonderzoek, geeft het L.G.M. het volgende geolog sche overzicht:

De geologische geschiedenis

van

de betrokken polder z i e t e r in

het

jongste deel

van

het Kwartair ( l a a t Pleistoceen en Holoceen) volgens de Geologische kaart

van

Nederland nummer 37 kwartblad nummer 1 a l s volgt u i t :

Het l a a t s t e deel van de Pleistocene sedimentatie wordt gevormd door de f l u v i a t i e l e sedimenten

van

de Kreftenheye formatie. Het top- niveau

van

deze rivierafzettingen l i g t op N.A.P. -19 à -20

m

(laag e ) .

De Holocene laagopbouw van de polder bestaat in principe u i t twee mariene laagpakketten gescheiden door een veenlaag.

I n de e e r s t e periode

van

de teespiegelrijzing ontstonden de f i j n - zandige en kleiige afzettingen

van

de Calais formatie, waarvan de bovenkant op circa N.A.P.

-

5,OO

m

l i g t (lagen d l en d 2 ) .

hadden veenvorming

t o t

gevolg. Het a l dus gevormde veenpakket wordt het Hol 1 andveen genoemd (1 aag c )

.

Omstreeks het begin

van

onze j a a r t e l l i n g drong de zee weer binnen en in een aantal fasen werd het veen

door

de klei- en zandlagen

van

de Duinkerke-Afzettingen bedekt (laag b ) .

de l a a t s t ontstane mariene afzettingen tengevolge van atmosferische o f mensel i j ke invloeden

wat

de kwal i t e i t en de continui t e i

t

b e t r e f t , v r i j sterk aangetast kunnen z i j n . Deze mogelijke plaatse1 i j ke afwijkingen

van

de laagopbouw z i j n n i e t op het schematisch profiel ( b i j l a g e 3K) aangegeven.

De verlaging

van

de zeespiegel en de verbetering

van

het klimaat

(14)

-

12

-

6. Maatgevende boezemstand.

B i j de berekening van de maatgevende boezemstand i s uitgegaan van een berekening, d i e D e l f l a n d h e e f t l a t e n u i t v o e r e n door h e t Water- loopkundig Laboratorium. H i e r b i j i s u i tgegaan van een regenperiode met een f r e q u e n t i e van eenmaal p e r t i e n j a a r . Eventuele w i n d e f f e c t e n z i j n e c h t e r n i e t i n bovengenoemde berekening verwerkt.

B i j een noordwester storm ( w i n d k r a c h t 8, volgens B e a u f o r t ) kan h e t water op h e t knooppunt S t r i j p

-

Zwethkanaal oplopen t o t N.A.P.

-0,17 m

.

H i e r b i j wordt dan uitgegaan van de hoge waterstand d i e i n de voornoemde regenperiode wordt b e r e i k t . U i t de berekening b l i j k t d a t h e t water op de L i e r w a t e r i n g kan s t i j g e n t o t N.A.P. -0,27

m.

U i t prak- t i j k g e g e v e n s b l i j k t e c h t e r , d a t de stand i n 1965 z e l f s t o t N.A.P. -0,15 m

i s gestegen.

B i j de

stabiliteitsberekeningen

i s de stand van N.A.P. -0,15 m

(15)

-

13

-

7. Stabil i t e i tsonderzoek.

In hoofdstuk 4.4. i s een motivering gegeven

van

de keuze

van

pro- f i e l 3, waarin een stabiliteitsonderzoek i s gewenst. Een beschrijving van het onderzoek en de resultaten

s t a a n

in rapport CO-21731-0-11, d a t a l s bijlage i s toegevoegd.

Uit de resultaten b l i j k t d a t het onderzochte profiel een grote s t a b i l i t e i t bezit. Een s t i j g i n g

van

het freatisch vlak t o t zeer

on-

gunstige hoogte, heeft nagenoeg geen invloed op de evenwichtsfactor. Dit i s het gevolg van de gevonden hoge cohesie.

(16)

-

14

-

8. Beoordel ing

van

de veil i g h e m . over de veiligheid van de kade:

Uit de hoofdstukken 2

t / m

7 kan het volgende worden geconcludeerd

8.1. De kade langs het Zwethkanaal en de Kromme Zweth heeft over z i j n ge- hele lengte dezelfde configuratie en samenstelling. Overal i s een tamel i j k hoog achter1 and aanwezig. Gezien de recul taten

van

het s t a b i - 1 iteitsonderzoek kan de kade a l s s t a b i e l worden aangemerkt.

De

stabiliteitsberekeningen

hebben uitgewezen d a t

een

spreiding in de cel proefresul taten nauwe1 i j ks

van

invloed was op de evenwichtsfactor. De evenwichtsfactor

van

de gehele kade zal

daarom

ongeveer 2 z i j n .

8.2. Een groot gedeelte

van

de kade langs de Breêlee en de Lee- of Lier- watering heeft een hoog gelegen achterland en k a n zonder meer a l s stabiel

worden

aangemerkt. De kade

door

de bebouwde kom van De Lier

kan

ook a l s stabiel worden beschouwd.

s t a b i l i t e i t gunstiger profiel dan de kade langs het Zwethkanaal.

Het buitentalud i s minder s t e i l en

vaak

i s de teensloot niet aanwezig. De grondsamenstelling

van

de kade i s bijna dezelfde a l s die langs het Zwethkanaal. Gezien de resultaten van het s t a b i l iteitsonderzoek

d a a r ,

zal deze kade eveneens stabiel z i j n .

Het overige gedeelte van bovengenoemde kade heeft een

voor

de

8 . 3 . Over de gehele lengte

van

de onderzochte kade z i j n een

groot

aantal vloeistof- en gasleidingen geconstateerd. Over het al gemeen moet worden gesteld, dat deze leidingen n i e t in een waterkering thuis

horen. Indien het echter n i e t mogelijk i s om een ander tracé t e kiezen, z i j n de leidingen alleen toelaatbaar, indien ze aan een sterkteberekening z i j n onderworpen, die voldoet

aan

de normen die

door

de Technische

Adviescommissie

voor

de Waterkeringen (T.A.W.) z i j n gesteld. De kade kan pas v e i l i g genoemd worden a l s de leidingen aan de leidraden

van

de T.A.W. voldoen. Het i s daarom in onderhavig geval aan t e bevelen, de reeds aanwezige leidingen

aan

de leidraden t e toetsen. Dit i s vooral noodzakelijk voor de leidingen in de kade l a n g s het Zwethkanaal en Kromme Zweth, omdat het

d a a r

aanwezige kade1 ichaam geen grootse afme-

t i ngen heeft.

I

(17)

-

15

-

9. Samenvatting.

9.1.

Er

i s een onderzoek ingesteld

naar

de veiligheid van de boezemkade langs de Oude Lierpolder (356 h a ) , t e s pl it se n in de kade langs de Lierwatering, de Breêlee, het Zwethkanaal en de Kromme Zweth. Deze kaden hebben een t o t a l e lengte van ongeveer 7 km. De kade be- schermt een gebied met bebouwing en tuinbouw onder g l a s , d a t i n de toekomst nog zal uitbreiden.

zal inunderen, i s deze inundatie

toch

schadelijk

voor

de bebouwing en glascul tures.

Hoewel de polder b i j kadedoorbraak s l e c ht s

t o t

een geringe diepte

9.2. De kade langs de Breêlee en Lierwatering heeft

op

sommige plaatsen een hooggelegen achterland. Op andere plaatsen heeft de kade een i e t s lager gelegen achterland. Hier i s grondonderzoek gepleegd. De kade bestaat h ie r u i t een zandige kleilaag

rustend

op een veenlaag met daar- onder de kleilagen behorende t o t de mariene afzettingen

van

Calais. Het geheel

rust

op

de

Pleistocene zandlaag.

De kade

kan

a l s sta b ie l worden aangemerkt, vanwege de gunstige uitkomsten

van

het stabiliteitsonderzoek in de kade langs het Zweth- kanaal. Deze kade heeft dezelfde samenstelling,

maar

een ongunstiger profiel ( z i e 9 .3. ).

9.3. De kade langs het Zwethkanaal en de Kromme Zweth heeft een

voor

de s t a b i l i t e i t o n g u n s t i g p r o f i e l . De kade heeft een brede kruin met een s t e i l binnentalud. Direct aan de teen bevindt zich een teensloot. De samenstelling

van

de kade i s nagenoeg dezelfde a l s die

van

de Lierwa- tering. Een s t a b i l iteitsberekening heeft aangetoond d a t de kade, z e l f s b i j een ongunstig, hooggelegen f r e a t i s c h vlak een zeer goede s t a b i l i t e i t bezit.

9.4. De grote hoeveelheid leidingen in de kade behoeven de nodige aandacht. De kade kan pas a l s volkomen v e i l i g worden aangemerkt a l s deze l e i - dingen voldoen

aan

de leidraden

voor

de constructie

en

beheer van gas- en vloeistofleidingen (uitgaven van de

T.A.W.).

(18)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A STICHTING WATERBOUWKUNDIG LABORATORIUM

ARCHIEFEXL;

L,

,AR

VOORONDERZOEK AAN DE

BOEZEMKADEN RONDOM

DE

OUDE

LIERPOLDER

CO-21731-0-2

2

mei

1973

L

' Werkzaamheden ten behoeve van opdrachtgevers worden slechts uitgevoerd op voorwaarde dat de opdrachtgever afstand doet van ieder recht op aansprakelijksteiling en zich verplicht tot vrijwaring voor iedere aansprakelijkheid jegens derden.

(19)

Inleiding.

In het kader van een systematisch onderzoek naar

de standzekerheid van de boezemkaden

is

in opdracht

van het Centrum voor Onderzoek Waterkeringen (C.O.W.)

door het Laboratorium voor Grondmechanica

(L.G.M.)

een

vooronderzoek uitgevoerd aan de boezemkaden rondom de

Oude Lierpolder

port

vermeld.

De resultaten van het onderzoek worden in dit rap-

*

*

*

Algemene gegevens betreffende het uitgevoerde terreinwerk.

Aantal onderzochte profielen

:

3

aantal middelzware sonderingen

:

3

aantal continuboringen

29

m

:

7

periode terreinwerk

:

2/3

-

7/3/1977.

*

*

*

Topografie.

De Oude Lierpolder ligt op hek grondgebied van de

B e

polder, die ongeveer een driehoekige vorm heeft,

gemeente De Lier.

is

aan twee kanten

d o o r

boezemwater begrensä: in het Noord-

Westen door het Zwethkanaal en.

in

het Zuiden door de Lier-

watering. De Noord-oostelijke grens van de polder.wordt ge-

vormd door de

Noord

Lierweg.

(20)

' T e r r e i n v e r k e n n i n g ( z i e de b i j l a g e no.

PI),

Door

h e t C.O.W. e n h e t

L.G.M.

werden de boezemkaden v i s u e e l verkend v o o r h e t b e p a l e n van de l o c a t i e s van de p r o f i e l e n

v o o r

een vooronderzoek.

De kade l a n g s de Zweth h e e f t een

v r i j

uniform p r o f i e l . Op de k r u i n van de kade i s een a s f a l t w e g aanwezig. Het binnen- beloop van de kade i s s t e i l . Onder aan h e t t a l u d b e v i n d t

z i c h een d i e p g e l e g e n kwe1sl.oot.

Er

werden 2 p r o f i e l e n (nos.

2 en

3 )

uitgekozen.

I n h e t e e r s t e d e e l vanaf h e t Westen, l a n g s de B r e e l e e t o t De L i e r , werd geen onderzoek gepland, Het a c h t e r l a n d l i g t even hoog a l s de kade, D i t kadedeel w o r d t a l l e e n d o o r h e t C.O.W. beschreven. Het middendeel van de kade, l i g g e n d e

i n

de p l a a t s De L i e r , h e e f t een zeer hoog a c h t e r l a n d e n i s v e e l a l - volgebouwd. Hier werd a l l e e n een p r o f i e l (no. I) op- gemeten, Het l a a t s t e d e e l van de z u i d e l i j k e kade vanaf De L i e r

t o t

aan de o o s t e l i j k e g r e n s van de p o l d e r i s een groene kade met v e e l p u i n aan de w a t e r z i j d e . O p somm5ge p l a a t s e n i s geen kwelsloot aanwezig; v e e l a l worden d a a r onderaan h e t t a l u d n a t t e plekken g e c o n s t a t e e r d .

Er

werd een p r o f i e l

(no. 4)

i n

een n a t g e d e e l t e gekozen.

Noord-westeliike kade ( l a n g s h e t Zwethkanaal)

.

----...---I

...---

---

ZuideliJke kade ( l a n g s de L i e r w a t e r i n g ) . ---I ---I---

-.---

-

*

*

*

Omvang onderzoek. Het a a n t a l e n de s i t u e r i n g van d e , b o r i n g e n i n de u i t g e k o z e n p r o f i e l e n w o r d t i n overeenstemming m e t ' d e a f - metingen v a s t g e s t e l d ; i n p r i n c i p e één t . p . v . de k r u i n van de kade, één halverwege h e t t a l u d ,

één

b i j de t e e n van de kade e n soms nog één i n h e t a c h t e r l a n d .

(21)

- 3 -

~. .

De continuboringen i n de kruin

worden bovendien

met middelzware sonderingen gecombineerd.

Daar bij deze profielem het binnentalud kort en steil

is,

zouden de boringen in. het talud zeer dicht bij el-

kaar komen. Daarom is de kruinboring verplaatst naar de

boezemzijde, en is de boring onder aan het talud vervallen.

Van de continuboringen

zijn in

het laboratorium de

volumegewichten bepaald. Tevens zijn de grondsoorten be-

schreven en de boorresultaten gefotografeerd. Aan de uit-

gelegde en in de lengte doorgesneden grondmonsters zijn

met behulp van een handpenetrometer de vastheden van de

diverse grondlagen gemeten. De penetrometerwaarden

( p )

zijn grafisch weergegeven naast de boorprofielen.

De resultaten van de boringen zijn getekend in de

dwarsprofielen

op

de bijlage no.

DI.

De resultaten van de sonderingen

zijn

met de betref-

fende boringen

op

de bijlagen

nos. S I

t/m

S 3

weergegeven,

waarbij de gemeten conusweerstanden en de plaatselijke

wrijvingsweerstanden in

kg/cm2 tegen de diepte in m t.o.v.

NAP zijn

uitgezet.

boorresultaten.

De bijlagen nos. F1 t/m

F7

bevatten foto's

van

de

Op de bijlage KI

is een schets van het geol-ogische

profiel weergegeven.

bepaling en de waterpassing van de ondereoekpunten werd

d o o r

de rneetdienst van het

C.O.W.

verricht. De tijdens

het waterpassen

van

de dwarsprofielen waargenomen water-

skanden

in

de boezem en

in

de helsl.oot

zijn

in

de dwars-

prof

ielen ingetekend.

Het opmeten van de dwarsprofielen, alsmede de plaats-

(22)

- 4 -

Geologie (bijlage no.

KI).

De geologische geschiedenis van de betrokken polder

ziet er

in

het jongste deel van het Kwartair (laat Pleis-

toceen en Holoceen) volgens de Geologische kaart van Neder-

land no.

37

kwartblad no.

1

als volgt uit:

€Iet laatste deel van d.e Pleistocene sedimentatie

wordt gevormd

d o o r

de fluviatiele sedimenten van de Kref-

tenheye formatie. Het topniveau van deze rivieraf

zettingen

ligt op

19

à

21 m

-

NAP

(laag e).

De Holocene laagopbouw van de polder bestaat in prin-

cipe uit twee mariene laagpakketten gescheiden

d o o r

een

veenlaag.

den de fijnzandige en kleiige afzettingen van de Calais-

-formatie, waarvan de bovenkant op ca.

5

m

-

NAP ligt (lagen

d,, ‘en

d2).

De verlaging van de zeespiegel en de verbetering van

het klimaat hadden veenvorming tot gevolg. Het aldus ge-

vormde veenpakket wordt het Hollandveen genoemd (laag c).

weer binnen en

in

een aantal fasen werd het veen door de

In

de eerste periode van de zeespiegelrijzing ontston-

Omstreeks het begin van onze jaartelling drong de zee

klei- en zandlagen van de Duinkerke-Afzettingen bedekt

(laag b).

evenals de laatst ontstane mariene afzettingen tengevolge

van atmosferische of menselijke invloeden wat de kwaliteit

en de continuiteit betreft, vrij

sterk aangetast kunnen

zijn. Deze mogelijke plaatselijke afwijkingen

van

de laagop-

bouw zijn niet op het schematische profiel (bijlage K)

aan-

Tenslotte moet nog opgemerkt worden, dat het veenpakket,

gegeven.

*

*

*

(23)

- 5 -

Aangetroffen grondslag (bijlagen ms. SI

t/m

S7)

en

D ' i ) .

De Pleistocene vaste zandformatie werd vermoedelijk

slechts in de sonderingen

nrs. 3-1 en 4-1 bereikt.

De son-

dering

nr. 2-1 moest vóór het bereiken van deze formatie

worden beeindigd t.g.v. het overschrijden van de indring-

capaciteit van de sondeerapparatuur

in

het zandige gedeelte

van het Calais-traject, te weten op ca.

9

m

-

M , A , P ,

Uit de boor- en sondeerresultaten blijkt, dat het top-

niveau van de Calais-formatie

in alle drie profielen ligt

op

4

4

4,5

m

-

NAP,

In

het bovenste kleitraject

van

deze

formatie konen nog enkele zandlaagjes voor

.

een dikte van. ca.

'i

m.

sterk vermengd met vergane plantenresten of zand,

nog een veenlaagje

van

ruim

0,,5

m dikte. Dit is waarschijn-

lijk verslagen veen.

riaal van de kade nog wat puin aanwezig.

verwezen naar de bijlagen.

Het daarboven gelegen veen van het Hollandveen heeft

De

bovenop het veen aanwezige kleilagen zijn

nog

vaak

Tep.v. het profiel no. 2

bevindt zich

in

de kleilaag

Direct onder het maaiveld is

in

het opgebrachte mate-

Voor een nauwkeurig beeld. van de grondopbouw wordt

*

*

*

Samenvatting en conclusie

.

'I.

De kade langs de Zweth (profselen nrs.

2 en

3 )

heeft

een kruinbreedte van ca.

4

m.

Het binnenbeloop is zeer

steil, plaatselijk tot 1

:

I,?.

De kruin.

van de kade ligt

enkele dm boven NAP.

Eet hoogteverschil kussen

de kruin

en de teen

van

de kade bedraagt 1,5

-

2

m.

heeft een smalle

kruin

van

I-&

-

2 m, gelegen op

NAP. Het

achterland ligt hier hoog,

n.1.

op ca.'1 m

-

NAP.

(24)

- 6 -

2.

-

N U .

Tussen d i t niveau en

7,5

m

-

NAP l i g t een f i j n z a n -

d i g pakket doorsneden d o o r k l e i l a a g j e s . Vanaf

7,5

t o t

4,5

m

-

NAP i s een k l e i t r a j e c t aanwezig, met e n k e l e z a n d l a a g j e s . E e t daarboven gelegen veen h e e f t een maximale d i k t e van 1

m,

Het v a s t e P l e i s t o c e n e zandcomplex b e g i n t op

19

à 21 m

Onder h e t maaiveld

t o t

de genoemde veenlaag b e s t a a n de l a g e n h o o f d z a k e l i j k u i t k l e i , met zand

o f

organogene r e s t e n ,

3 .

Gezien de r e s u l t a t e n van d i t onderzoek i s e r geen r e d e n e e n d u i d e l i j k onvoldoende s t a b i l i t e i t van de kaden t e ver- wachten. Niettemin w o r d t h e t w e n s e l i j k g e a c h t , mede g e z i e n de s t e i l e b i n n e n t a l u d s van de kade l a n g s de Zweth, h i e r

één

van de twee p r o f i e l e n

2 of

3

aan een nader s t a b i l i t e i t s - onderzoek t e onderwerpen;

v o o r

een voorkeur v o o r h e t p r o f i e l

nr.

2 s p r e e k t h e t s t e i l e r e b i n n e n t a l u d en de i e t s l a g e r e sondeerwaarden;

v o o r

h e t p r o f i e l

nr.

,Z, s p r e e k t de l a g e r ge- l e g e n k r u i n van de kade e n de l a g e r gelegen k w e l s l o o t . De keuze z a l i n o v e r l e g met h e t

COW

worden bepaald.

/-I

Opgesteld

d o o r :

P.KraJícek F.IJ. van Duren

B i j d i t r a p p o r t behoren de volgende b i j l a g e n : legenda s i t u a t i e op s c h a a l 1 : 25000 d w a r s p r o f i e l op s c h a a l 1 :

100

' s o n d e e r r e s u l t a t e n f o t o ' s van de b o o r r e s u l t a t e n

(25)

F . L . P . B . S . 8 . c . b . C. B. P. b w s m

&

P T.

v.

C'

@'

c

(ADEONDERZOEK OUDE LIERPOLDER.

A4

LEGENDA

= freatische lijn = pulsboring = steekboring = continuboring 2 9 rnm = continuboring 66 mm = p e i l b u i s = waterspanningsmeter F3IJLAiC;f

0

C 0 + 2 1 7 3 1 - 0 = volume gewicht in t//mJ = hand penetrometerwaarde in kg/cm = torvune-watArde in kg/cm = cohesie in kg/cm

= hoek van inwendige wrijving

2 2 2 x laagjes y stukjes I klei 2 zand fijn

3

zand

4

zand g r o f 5 veen 6 kleihoudend

7

slibhoudend

8

zandhoudend

9

humushoudend 1 O veenhoudend 1 1 plantenresten 12 schelpen 13 grind 1 4 h o u t r e s t e n I 5 keileem 16 leem 17 puin

18

koolas 79 teelaarde = beproefd monster

-

C = c c i p r o e f

8

'i * .=

1

:: volume ,;ewiciit H = horizontale doorlatendheid

V

= verticale doorlatendheid Sa= samendrukkingsproef $I = continuboring 29 mm 1i[ = continuboring 66 m m

..

= pulsboring O =. steekboring X = o ppe r v l a k t e bor i ng

V

= diepsondering

v

= middelzware sondering = w a t e r s pa nn i ngsm e t e r

+

$

= peilbuis n = evenwichtsfactor = c '

+

tg @' beschikbaar

(26)
(27)
(28)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

I

ll3iJL:S

1

(ADEONDERZOEK OUDE LIERPOLDER.

I

A,

I

~ * 2 1 7 3 1 - C

2 9 1

30RING,

SONDERING EN

PL.

KLEEF

(29)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

B I J L : S

2

ADEONDERZOEK

OUDE LI

ER

POLDER.

A,

CO92 7 73 1 -C

iORING, SONDERING EN

PL.

KLEEF

4 4 8 6 2 9 5

(30)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

ADEONDERZOEK OUDE LIERPOLDER.

BIJL:^

3

r

ORING, SONDEJRING EN PL.

KLEEF

A4 c O * 2 1 7 3 1 -C

(31)

STRATIGRA

F

I

SC

H PROF1 E

L

TER VERDU

I

DEL 1 JKI b

M A R I E N E AFZETTING FLUVIATIELE A F 2 ET T ING

VAN HET GEOLOGISCH OVERZICHT.

ORGANO-MARIENE DOOR DE

GENE A F Z E T

-

MENS AAN-

*f$fi-

TING GEBRACHT

-

G

K

W

A

R

T

A

I

R

PLEISTOCEEN

I

HO

LOC

E E N KREFTENHEYE FORMAT IE

I

l

ID""

I

C A L Al S . F O R M A T I E H O L L A N KERKE

4

TING VEEN AFZET- \ \ \ I I \ \ \ \ \ '\ \ I \ I \ I I

\

\ \ i l I

i

I I I I I

I

L A B O R A T O R I U M VOOR G R O N D M E C H A N I C A TE D E L F T I

KADEONDERZOEK OUDE LIERPOLDER.

A4

SCHEMATISCHE

GEOLOGISCHE OPBOUW.

nl

NEPTE n m. to ,

(32)
(33)
(34)
(35)
(36)
(37)
(38)
(39)
(40)
(41)
(42)
(43)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A

y

rnndmeehaniea ddiün

STICHTING WATERBOUWKUNDIG LABORATORIUM

- 1

STABILITEIT SONDERZOEK AAN EEN DWARSPROFIEL VAN DE

BOEZEMKADE VAN DE OUDE LIERPOLDER

LANGS HET ZVETHKEINhAI; I

____

- _ _ _

* Werkzaamheden ten behoeve van opdrachtgevers worden slechts uitgevoerd op voorwaarde dat de opdrachtgever afstand doet van ieder recht

op aansprakerijkstelling en zich verplicht tot vrijwaring voor iedere aansprakelijkheid jegens derden. Het rapport .mag slechts woordelijk en in zijn geheei worden gepubliceerd na schriftelijke toestemming.

(44)

-1

-

I n h e t kader

van

een systematisch onderzoek naar h e t

waterkerend vrrmogen v m de boezemkaden

i s

i n opdracht

van h e t Centrum

v o o r

Onderzoek Waterkeringen

(C.O.W.)

d o o r

h e t L a b o r a t o r i u m

v o o r

Grondmcchanica

(L.GaM.)

een

s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k uitgevoerd aan een dwarsprofiel

van de boezemkade van

de

Oude Lierpolder

l a n g s

h e t

Zwethkanaal.

De r e s u l t a t e n van h e t onderzoek worden i n

d i t

rapport

vermeld,

* *

*

Algemene gegevens b e t r e f f ende

h e t

onderzoek

a a n t a l onderzochte p r o f i e l e n

:

1

a a n t a l continuboringen

66

mm

:

3

t o t a l e boorlengte

:ca

15

m

.

aantal

celproeven

: 14

periode terreinwerk

:

31

juli

1973

* * *

In1

e

i d i n q

D i t

s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k i s een vervolg

op

een eerder

door

h e t

L.GaM.

uitgevoerd vooronderzoek i n

3

p r o f i e l e n

( z i e L.GeM.rapport

CO-21731-O-ï d e d e 2

mei

1973).

Het

vooronderzoek h e e f t b e s t a a n u i t de u i t v o e r i n g van

mid.deSzware sonderingen en continuboringen

29 mm.

De

r e s u l t a t e n van h e t vooronderzoek gaven geen a a n l e i d i n g

om

een. onvoldoende s t a b i l i t e i t van de kaden rondom de

polder t e verwachten. Niettemin werd h e t

raadzaam

geacht

om, gezien

de

s t e i l e b i m e n t a l u d s ,

&én

van

de

p r o f i e l e n

(45)

-2-

.

i n de kade l a n g s h e t Zwethkmaa.1 aan een s t a b i l i t e i t s -

onderzoek t e onderwerpen.

I n

overleg tussen h e t

C.O.W. en h e t L.G.M. werd p r o f i e l

3

I

I

uitgekozen

voor een s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k .

* *

*

Onivantr

van he% onderzoek

Ter v e r k r i j g i n g

van

ongeroerde grond.monsters en aanvullende

gegevens omtrent het; grondlagenverloop z i j n

3

continu ge-

stoken boringen met een diameter

van

66

mn

uitgevoerd.

Zn

h e t laboratorium z i j n u i t de b o o r r e s u l t a t e n

14

grond-

I

monsters genomen waarop langzame celproeven z i j n v e r r i c h t

om

de

m i

jvingseigenschappen i n v o l l e d i g geconsolideerde

t o e s t a n d t e bepalen.

Baast

de volumegewichten d i e

b i j

deze celproefmonsters

worden verkregen z i j n nog een v e e r t i e n t a l volumegewichten

bepaald op

monstertjes u i t de d i v e r s e grondlagen, De volume-

gewichten

van

de grondlagen z i j n een belangriSk gegeven

n a a s t

'

de wrijvingseigenschappen om de a a n d r i jvende en weer-

st andbiedeiide kracht en

t

e bepalen.

N a

h e t nemen van

de

monsters v o o r

de

laboratoriumproeven.

z i j n de overige b o o r r e s u l t a t e n beschreven en gefotografeerd.

Deze f o t o B S z i j n a l s de b i j l a g e n

F-O

t / m

F-10 b i 3 d i t

r a p p o r t

ge

voe gd

.

De b o o r r e s u l t a t e n

z i j n . tevens getekend

op

de b i j l a g e i 3 4

waarbij

ook

de

volumegewichten en de p l a a t s e n van

de

cel-

proefmonsters s t a a n aangegeven.

Om

een indruk van

d e

laagverdeling t e v e r k r i j g e n z i j n deze

boorprofielen nogmaals getekend i n het dwarsprofiel van

b i j l a g e D-2.

(46)

-3-

De

c e l p r o e f r e s u l t a t e n z i j n g r a f i s c h weergegeven op de b i j l a g e n C-I

t / m

C-6.

Het v e r l o o p van de f r e a t i s c h e

l i j n

i n h e t d w a r s p r o f i e l

i s

b e p a a l d

aan

de hand van open p e i l b u i z e n d i e door h e t C o 0 , W a

z i j n g e p l a a t s t . Deze p e i l b u i z e n z i j n gedurende e n i g e weken waargenomen, t e g e l i j k e r t i j d met de waterstanden

i n

h e t Zwethkanaal e n de k w e l s l o o t ,

Ook

h e e f t h e t C a O e W o gegevens

v e r s t r e k t omtrent de maatgevende boezemwaterstand w a a r b i j de b e r e k e n i n g van de s t a b i l i t e i t gewenst i s .

Met de v e r w e g e n grondgegevens e n waterdrukken z i j n e e n g r o o t

aantal

s t a b i l i t e i t s b e r e k e n i n g e n u i t g e v o e r d met ge-

bruikmaking van c i r k e l v o r m i g e g l i j v l a k k e n ,

.

* *

*

Re s u l t a t e n

U i t de b o o r r e s u l t a t e n i s de volgende grondopbouw van de kade t e r p l a a t s e

van

h e t onderhavige p r o f i e l gevonden, De kade b e s t a a t u i t een a a n t a l v r i j w e l

h o r i z o n t a a l

lopende grondlagen, D i r e c t onder h e t maaiveld van de k r u i n i s een

ca

0,s

m

dikke l a a g kleihoudend zand aanwezig, Hieronder

i s

een b i j n a 2

m

dikke l a a g k l e i a a n g e t r o € f e n welke

soms

met

wat

zand

i s vermengd. Deze l a a g wordt gevolgd door een overgangslaag van

klei,

over h e t algemeen vermengd

met

p l a n t e n r e s t e n ,

met

een d i k t e van ongeveer 0 , s

rn.

Hieronder i s een

ca

l , 2 5

m

dikke veenlaag aanwezig, gevolgd door c a 0 , s rn k l e i met p l a n t e n r e x t e n e n dunne z a n d l a a g j e s ;

de

o n d e r z i j d e h i e r v a n i s gelegen o p ongeveer

4 , 5

m

-

N,A.P. Vervolgens i s

t o t

de verkende d i e p t e van

5

6

n

-

N,A..P, v o o r n m e l i j k kleihoudend zand a a n g e t r o f f e n , vermengd met

p l a n t e n r e s t e n . Voor een. nauwkeurig b e e l d van de bovengenoemde grondlagenopbouw word-t- v e r d e r verwezen

naar

b i j l a g e D-2.

(47)

-4-

De celproeven vertonen over h e t algemeen een goed verloop;

ook de

r e s u l t a t e n van de proeven

op de veenmonsters z i j n

bevredigend,

z i j h e t

d a t

e r nog a l wat s p r e i d i n g i n uitkomst

t u s s e n de v e r s c h i l l e n d e monsters u i t de veenlaag b e s t a a t

,

U i t

de

op

4,5

m

-

N.A.PI

beginnende zandige l a a g

z i j n

geen monsters beproefd;

b i j

de berekeningen z i j n i n deze

s t r e k t geen invloed

op

de b e r e k e n i n g s r e s u l t a t e n h e e f t ge-

had

.

Het r e s u l t a a t van colproef

8 op

een monster u i t de e e r s t e

k l e i l a a g i s n i e t

b i j

de berekeningen betrokken daar

d i t

monster s t e r k

a f w i j k t

t e n opzichte van de monsters ZA,

SB

en

9

u i t dezelfde

l a a g ,

zowel i n volumegewicht

a ï s i n

m í

jvingseigenschappen,

.

l a a g geschati;e c-

en

la-waarden ingevoerd, hetgeen vol-

A a n

de hand

van

de r e s u l t a t e n

van

de boringen en de labo-

ratoriurnproeven

i s het- p r o f i e l i n

9

grondlagen verdeeld,

waaraan

een bepaald volumegewicht, een c-waarde en

een

'P-waarde z i j n toegekend d i e voor een h e l e Jaag constant

worden verondersteld.

B i j

de berekeningen z i j n twee verschillende f r e a t i s c h e l i j n e n

toegepast, t e weten:

FL-I

:

een f r e a t i s c h e l i j n waarvan h e t verloop

i s

bepaald

aan

de

hand van

de peilbuiswaarnemingen.

Y b 2

:

een f r e a t i s c h e l i j n met een aangenomen verloop,

behorende

b i j de

maatgevende

b o e z e m s t m d

van 0,15

M

-

N,R.P.;

b i j d i t

verloop

dat;

e r g ongunsttg i s aan-

genomen wordt verondersteld

dat;

de f r e a t i s c h e l i j n

op

0,6

rn

onder

de

k m i n u i t h e t binnentalud t r e e d t .

Zowel

b i d

t o e p a s s i n g van de Lage f r e a t i s c h e l i j n

(FL-1)

a l s

bij

toepassing van de hoge f r e a t i s c h e l i j n

(FL-2)

z i j n

evenwichtsfactoren gevonden d i e

alle g r o t e r z i j n dan 2 ,

D a a r b i d

een verhouding

kussen

h e t aandrijvend

moment

en

h e t wcerstrevende moment welke g r o t e r i s dan

2

een bepaald

i t e r a t i e p r o c e s i n

h e t

gebruikte computer-programma n i e t w o r d t

(48)

uitgevoerd kan

in

dat

geval geen minimum g l i j c i r k e l

wor-

den aangewezen.

D i t

i s

e c h t e r

b i j

d e r g e l i j k e evenwichtsfactoren van weinig

belang,

De grote s k a b i l i t e i t d i e i s gevonden i s voornamelijk een

gevolg van de i n he% algemeen

hoge

cohesie d i e

i n de

on-

dergrond i s aangetroffen.

* *

*

Conc l u s ie

--

U i t

de berekeningen

kan

worden geconcludeerd

'dat

de kade

t e r

p l a a t s e

van

h e t onderzochte p r o f i e l over een ruim

vol-

doende s t a b i l i t e i t beschikt ook

b i j

de maatgevende boezem-

w a t e r s t a n d .

'

'Gezien de hiervoor genoemde r e s u l t a t e n

en de r e s u l t a t e n

van

h e t vooronderzoek wordt geen verder onderzoek van de kaden

rondom de onderhavige polder nodig geacht

.

* *

*

Opgesteld door:

c 9 <

- .

-z?-n,

---

ir.

R.J.

van Zweden

P:J.

van

Duren,

I

B i j d i t r a p p o r t

behoren &e volpsnde bi,jlagen:

I

$$s

7

O :

legenda

P-1 :

s i t u a t i e schaal

I :

25.000

D-2 :

dwarsprofiel s c h a a l

1 : 100 B-I :

b o o r p r o f i e l e n

C - I

t / m

C-6 :

c e l p r o e f r e s u l t a t e n

G - I : r e

s u l t

a t en

s t a b i li

t

e

i t sbere

keningen

3.-8

t / m

F-10 :

f o t o ' s b o o r r e s u l t a t e n ,

(49)

/- F C = L r e a t i s c h e l i j n P 8 . = p u l s b o r i n g S.B = s t e e k b o r i n g c . b . = c o n t i n u b o r i n g 29 m m C . B . = c o n t i n u b o r i n g 66 mm pmb = p e i l b u i s W S

m

= waterspanningsmeter 3 = volume g e w i c h t i n t / m

z

b-

P E: h a n d p e n e t r o m e t e r w u a r d e i n kg/cm 2 T.V. = t o r v a n e - w a a r d e i n kg/crn 2 C' = c o h e s i e i n kg/crn

Izr

'

= hoek v a n i n w e n d i g e w r i j v i n g x laagjee y etukjea 1 k l e i 2 z a n d fijn 3 z a n d

4

z a n d g r o f 5 v e e n 6 k l e i h o u d e n d 7 s l i b h o u d e n d 8 z a n d h o u d e n d 9 humushoudend 1 O v e e n h o u d e n d 1 1 p l a n t e n r e u t e n 1 2 s c h e l p e n 13 g r i n d 1 4 h o u t rest e n 15 k e i l e e m . 16 leem 17 p u i n 18 koolas i 9 teelaarde = b e p r o e f d m o n s t e r

-

C = c e l g r o e f = volilme ;ev:.:iit H = h o r i z o n t a l e d o o r l a t e n d h e i d V = v e r t i c a l e d o o r l a t e n d h e i d

1

* i * 7 c s

8

S a = s a m e n d r u k k i n g s p r o e f

R

=

reserve $! r c o n t i n u b o r i n g 2 9 mm n

*

evenwichtsfactor P 1[ i; c o n t i n u b o r i n g 66 mm C '

+

t g # ' beschikbaar * O = p u l s b o r i n g c

+

t g @ b e n o d i g d voor evenwicht O = s t e e k b o r i n g X = o p p e r v l a k t e b a r i n g

p'

= d i e p s o n d e r i n g

D

= m i d d e l z w a r e s o n d e r i n g

$

= w a t e r s p a n n i n g s m e t e r

(d

= p e i l b u i s __ - L A B O R A T O R t U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F 1

-NDERZO

EK

o

UDE L I

E

R~PO

CDE

R .

I

1

1

6 i J L A G E . O

L

& I .

IA'"!

CO921731 4

-

- 2 9

LEGENDA

i 4 3 * . .

(50)
(51)

-

3-4

IiI

KADEONDERZOEK OUDE LIERPOLDER.

DWARSPROFIEL 3

schaal

1:lOO

3-5

s

BIJL:

D

2

4 0

21731-0

$ì.

,30

~

co

..

a ~~~~

LABORATORIUM VOOR GRONDMECHANICA TE DELFT

(52)

LABORATORIUM VOOR'GRONDMECHANICA TE DELFT

8iJL:B

1

co

*:- *O\?'

IADEONDERZOEK

OUDE

LIERPOLDER.

9\!

A4

217

31-

O

295

BORINGEN

3-3,3-4m3-5

4486

(53)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

I

1

I

BIJL:^

1

KADEONDERZOEK OUDE

LIERPOLDER.

I I

co+

21

73

7

-0

U

A,

1

2 9 5 5

“ELPROEVEN

4 4 8 6

(54)

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

I

KADEONDERZOEK

OUDE

LIER POLDER.

CELPROEVEN

BIJL:^

2

I

co

+

(55)

I

L A B O R A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

BIJL:^

3

KADEONDERZOEK

OUDE

LIER POLDER.

I

co+

21731-0

,

2 9 5 5 Y A4

-ELPROEVEN

4 4 0 6

(56)

I

L A B O d A T O R I U M V O O R G R O N D M E C H A N I C A T E D E L F T

BIJL:C

4

ADEONDERZOEK

OUDE

LIER POLDER.

co

+

A,

21

73

1-0

2 9 5 5

:ELPROEVEN

Cytaty

Powiązane dokumenty

Among the thousands of contemporary Polish amber jewelers, experienced masters stand out who thanks to the original improvement of techniques of combining

Nevertheless, this comparison still shows the suitability of using the pressure-impulse theory for predicting the loads to be expected in standing wave impacts on vertical

Dwa problemy wymagaj¹ obecnie rozwi¹zania: (a) ciê¿- koœæ objawów – aby oceniæ nasilenie wielu objawów DSM zaleca dokonanie tego w po³¹czeniu z oszacowaniem funk-

Hence, the upscaled co-simulation presents satisfactory results (both qualitatively and quantitively) and the tools and interfaces developed in this work can be used as

Rout, S.; Mangia, Mauro; Pareschi, Fabio; Setti, Gianluca; Rovatti, Riccardo; Serdijn, W.A.. Publication

The water supply duct must be dimensioned such that the applicator can withstand the required waterjet pressure, the corresponding pres- sure drop is acceptable, while the

Transport von Kühlladung in Containern an Bord von Containerschiffen. Linde 197 SchiffbaulicheForschungsarbeitenfürdie

The other type of instrument is more mechanical; the movements of the shaft are controlled from inside the patient by a physical track that guides the shaft along the desired