Van den Herik-Sliedrecht
i . H J l / ; j r > 1 f : - r i , ; i ! l i 1 V ' i l J '
In mei 1996 werden 2 bedrijven gevraagd een technische oplossing te ontwerpen voor het herstel van een oeverval i n het Botjesrandgat te Zuidbroek i n de provin-cie Groningen. De oeverval was i n maart 1996 ontstaan als gevolg van instabiliteit vari het onderwatertalud. De aanvraag werd gedaan door de Nederlandse Aard-oUe Maatschappij; de organisatie verant-woordelijk voor een gasleiding gelegen binnen het invloedsgebied van de al-schuiving. Voor de opdrachtgever waren er 2 oplossingen tot herstel van de inmid-dels buiten gebruik gestelde leiding, te weten: vervangen leiding i n een gewij-zigd tracé en herstel oeverval.
Nadat een offerte-aanvraag voor de laatst-genoemde oplossing was gedaan werd het ontwerp i n l e instantie gebaseerd op het verdichten van de ondergrond d.m.v. vibratie waarna i n 4 fases werd opge-hoogd door de aanleg van een stort-steendam en een zandaanvulling tussen dam en oever. Om prijstechnische reden werd de stortsteendam uiteindelijk ver-vangen door een dam opgebouwd m.b.v. geocontainers. Door de opdrachtgever werden, alvorens de opdracht werd ver-strekt, slechts 2 voorwaarden gesteld: sta-biliteit van de aanvulling na afloop werk en oplevering werk voor 1 oktober 1996.
Start werk
Nadat middels grond-mechanisch onder-zoek was aangetoond dat het door de aannemer ingediende herstelplan realis-tisch was (hierbij was met name van be-lang de samenstelling van de ondergrond in relatie met de te bereiken dichtheid) 'A'erd eind mei opdracht verleend tot het herstel.
in verband met de bereikbaarheid van het Botjeszandgat werd hoofdzakelijk ge-bruik gemaakt van demontabel materieel dat per as werd aangevoerd. Het volgende materieel werd aangevoerd:
- 1 afvier-verdichtingsponton, 12 x 24 m ; ^ 1 X sproeiponton, 8 x 18 m; - l X peilponton, 6 x 10 m; - l X aanlandingsponton, 8 x 15 m; - 2 x s p l i j t b a k ( 1 6 0 m 3 ) , 7 x 3 2 m ; - 2 X sleepboot/multicat, 200-400 kW; - geinstall. vermogen 250 k W (3 x fluisteraggregaat).
E.xtra moeilijkheid was dat vanwege de ~roie waterdiepte uitsluitend gebruik ••"n worden gemaakt van ankerlieren "r het posidoneren van het materieel.
Slechts met bijzondere inspanning van velen was bovengenoemd materieel vol-gens plan op 17 j u n i bedrijfsgereed.
Dimensies werk
- Lengte werk gemeten / / aan de bestaande oeverlijn ca. 200 m ' ' - Lengte glijvlak gemeten A op de
oeverlijn ca. 150 m ' '
- volume ophoging tot ontwerpprofiel ca. 150.000 m^;
- waarvan t.b.v. 4 st. onder-waterdammen ca. 30.000 m^; - t.b.v. zandaanvulling onder water
ca. 100.000 m^;
- t.b.v. zandaanvulhng kap ca. 20.000 m 3 ;
- Grootste diepte N.A.P. -22,00 m
Uitvoering werk
Terwijl onze collega's van Van Splunder Funderingstechniek BV uit Rotterdam verantwoordelijk waren voor het verdich-ten van zowel de ondergrond als de zandophoging, was v.d. Herik Kust- & Oeverwerken BV uit Shedrecht verant-woordelijk voor de opbouw van de op-hoging onder een talud van 1:5. Voor de ophoging van N.A.P. -22,00 m tot N.A.P. -^2,00 m werd i n 4 fases een onderwater-dam van geocontainers opgebouwd van de volgende afmetingen: hoogte ca. 4 m, kruinbreedte 5 m en taluds 1 : 3. Direct nadat een onderwaterdam op hoogte was diende onder een talud van 1 : 15 te wor-den aangevuld met ter beschikking ge-steld zand uit de winplaats. D i t zand werd gewonnen m.b.v. een diepwinzui-ger en verwerkt m.b.v. een sproeiponton met een i n diepte instelbare diffusor. Voor het vullen van de geocontainer werd eveneens gebruik gemaakt van ter beschikking gesteld zand uit de win-plaats met dien verstande dat dit zand eerst i n depot werd opgespoten en na ontwatering met behulp van een trans-portband droog werd beladen. Afhanke-lijk van de beschikbare zandkwaliteit had het zandvolume per geocontainer een spreiding tussen 120 en 140 m^ hetgeen ten opzichte van de beuninhoud van de splijtbak een beladingsgraad tussen 75 en 85 % betekende.
Voor het positioneren van het materieel werd gebruik gemaakt van een total-station. Voor controle van het uitgevoer-de werk werd per fase eveneens gebruik gemaakt van het total-station i n combina-tie met de i n eigen beheer ontwikkelde meetpaal (lengte 26,00 m) zodat het
ge-hele werk i n X, Y en Z richting tot op cen-timeters nauwkeurig i n kaart kon wor-den gebracht.
Specificaties
Voor het s a m e n s t e ü e n van de geocontai-ner is gebruik gemaakt van een PE lus-senweefsel. Kenmerken: - breuksterkte ketting/inslag; 45/45 k N / m ' ; - breukrek ketting/inslag; 25/25 % O - 90; 180 micron; - gewicht; 235 gram.
I n alle gevallen werd de geocontainer uit-' gevoerd met onduchtingsvensters terwijl uitsluitend voor de buitenste rij geocon-tainers i n iedere onder-waterdam boven-dien een langsexpansienaad werd in-ge¬ naaid. De zand-kwahteit varieerde i n een D50 van 350 tot 650 micron hetgeen van invloed was op de beladingsgraad van de geocontainer. De gebruikte splijtbakken hadden een volume van 160 m,^ en een hoofdmaat (beun) van ca. 5 x 20 m). De maximaal gebruikte splijtopening tijdens het werk was 1,90 m.
Zoals eerdere ervaringen met geocontai-ners al hadden geleerd is er een zeer nauwe relatie tussen stortdiepte, geotex-tiel, uitvoering geocontainer, zandkwali-teit, wijze van belading, beladingsgraad en materieel grootte. Een nauwgezette monitoring van de telkens wisselende omstandigheden i n relatie met gekwaUfi-ceerd en ervaren personeel zijn dan ook de sleutel tot het succesvol toepassen van de geocontainer.
Oeverval in hel Botjeszandgat te Zuidbivek, maart 1996 Foto: Sky Pictures