Themasessie 2
Milieu-impact van onderhoud en renovatie
Ad Straub Integrale duurzaamheid bij renovatie
De milieueffecten van Passief renoveren
Meetbaar maken van de milieueffecten van planmatig onderhoud met GPR Onderhoud
Integrale duurzaamheid?
Vaak ligt de focus van een eigenaar en/of
beheerder van vastgoed op slechts één milieueffect, namelijk CO2-emissies, maar er zijn veel meer effecten op milieu en gezondheid die door een levenscyclusanalyse (LCA) berekend worden.
Schema: de aspecten van een levenscyclusanalyse (Straub)
Binnen dit onderzoeksproject zijn onder meer levenscyclusanalyses van dakbedekkingen gemaakt. Vergeleken zijn: PVC, EPDM, APP en SBS gemodificeerd bitumen en wit bitumen, waarbij de
dakafwerking geschroefd, verlijmd, gebrand of geballast (met grind of betontegels) is. De beste keus op basis van deze LCA blijkt te zijn: PVC geschroefd of geballast met grind.
Ook is een LCA van isolatiematerialen gemaakt, met als beste keus: Cellulosevezels en Geëxpandeerd Polystyreen (EPS) oftewel ‘piepschuim. Echter, de keuze van een isolatiemateriaal is ook afhankelijk van de dikte van het pakket en de massa voor gewenste geluidsisolatie. Bij renoveren ligt de optimale R-waarde van de gebouwschil bij 7. De optimale R-waarde is lager bij een korte exploitatietermijn (10-20 jaar) en voor materialen met een hoge milieubelasting. Overigens is niet met neveneffecten bij deze of nog dikkere pakketten gerekend, zoals het eventueel vervallen van installatiecomponenten wanneer je de principes van passiefhuisrenovatie toepast.
Foto’s: Isolatiematerialen
Het instrument GPR Onderhoud maakt milieueffecten meetbaar. De materiaal-gebonden
milieubelasting van onderhoudsscenario’s op basis van levenscyclusanalyse (LCA) kan worden doorgerekend. Zo kan men onderhoudsscenario’s vergelijken, een scenario optimaliseren, door bijvoorbeeld andere materialen of cycli toe te passen, en scenario’s spiegelen aan een benchmark voor hetzelfde type woning.
Wat leert het gebruik van instrumenten als GPR Onderhoud over duurzaam onderhoud en renovatie?
Breng isolatie aan, installeer energiebesparende installaties en installeer PV-panelen.
Verleng de onderhoudscycli door verlenging van de levensduur van bouwdelen.
Gebruik duurzame materialen.
Verminder het transport naar de bouwplaats (kortere afstand, minder vaak).
De markt moet robuuste, betrouwbare kennis leveren over toe te passen bouwproducten, inclusief over de milieueffecten ervan. De woningcorporaties, mogelijk samen met bedrijven, moeten de vraag duidelijk specificeren en kaders opstellen wat betreft kosten, prestaties en mogelijk ook
productkeuzen. Met inzet van een instrument als GPR Onderhoud kunnen de effecten worden doorgerekend. De toepassing van dit instrument vermijdt onderbuik-discussies.
De milieu-impact van onderhoudsstrategieën kan sterk complexafhankelijk zijn: welke producten zijn eertijds toegepast en moeten worden onderhouden? Ook de keuze van bouwproducten is naast de milieu-impact tevens afhankelijk van de lokale omstandigheden. Een groen dak bijvoorbeeld, dat op basis van LCA-studies niet de beste keuze is, kan een prima keuze zijn als waterbuffering belangrijk wordt gevonden. Een LCA-berekening doet namelijk weinig of geen uitspraken over de specifieke lokale milieueffecten als biodiversiteit, koeling, waterretentie. Nog problematischer is de kennis van innovatieve bouwproducten. De milieueffecten hiervan zijn vaak nog niet opgenomen in databases die worden toegepast in instrumenten als GPR Gebouw en GPR Onderhoud. Bovendien ontbreekt
vanzelfsprekend kennis over het verouderingsgedrag en noodzakelijk onderhoud. De aannames voor de berekeningen moeten dus zeer duidelijk zijn.
De zoektocht naar een balans tussen energie-efficiency en materiaalgebruik is nog nieuw, en is bijvoorbeeld bij de passiefhuisrenovatie in Kerkrade (zie workshop F) pas achteraf gemaakt.