• Nie Znaleziono Wyników

Verslag behorende bij het processchema: De bereiding van ethanol uit etheen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verslag behorende bij het processchema: De bereiding van ethanol uit etheen"

Copied!
35
0
0

Pełen tekst

(1)
(2)

., \ . ,

~,)o • .' I

/,0.' I, 'f •

..

!~O-,.

~. ~

.

"

.

,\.

Laboratorium voor Chemische Technologie

Verslag behorende bij het processchema

van

H. W. G • van 0 ckenburg

onderwerp

De Bereiding van Ethanol uit Etheen

(3)

I

'I (

o

, I .

o

INHOUDSOPGAVE Inleiding

Werkwijzen ter bereiding van synthetische ethylalcohol

1

3

De voor het schema gekozen ethylalcoholbereidingswijze

4

Beschrijving van de installatie

7

Stofbalans en verbruikscijfers

9

Warmtebalans Apparatuur Literatuur Bijlagen 1. Processchema 2. Flowsheet

3.

Stofbalans

4.

Belangrijkste apparatuurgegevens

5.

Bepaling aantal H.E.T.P.l s wastoren Fl

6.

Bepaling aantal H.E.T.P.l s was toren F2

7.

Bepaling aantal H.E.T.P.l s rectificeerkolom Gl

8. Bepaling aantal H.E.T.P.l s rectificeerkolom G2

10 11

11

9.

Bepaling aantal theoretische schotels rectificeerkolom G3

10. Physische constanten

(4)

o

Inleiding

Gedurende de laatste dertig jaar is de productie van ethanol (ethylalcohol), als gevolg van de stijging van de vraag naar dit pro-duct, belangrijk toegenomen. Zo steeg bijv. de productie in de V.S.

van ca 93.000.000 gIns in 1935 tot ca 295.000.000 gIns in 1955. +)

Verwacht wordt, dat tegen 1910 de productie tot ca 600.000.000 gIns per jaar zal zijn opgelopen.

In dit verband kan worden opgemerkt, dat afgezien van de be-langrijke hoeveelheden ethylalcohol, die voor de bereiding van alcoho-lische dranken worden verbruikt, nog steeds groter wordende hoeveel-heden voor technische doeleinden nodig zijn. Niet alleen vindt ethyl-alcohol toepassing als oplos- en extractiemiddel, maar ook het ver-bruik als grondstof of hulpstof neemt meer en meer toe. Ethanol vindt o.a. toepassing als:

1) grondstof voor de bereiding van aceetaldehyde, azijnzuur, ethylchloride, ethylacetaat, butadiëen, styreen enz.,

2) oplosmiddel bij de bereiding van pharmaceutische en

cosme-tische preparaten, reukstoffen, lakken, vernissen, kleurstoffen, kunststoffen, springstoffen enz.,

3) anti-vriesmiddel,

4) brandstof.

Oorspronkelijk werd ethylalcohol verkregen door gisting van suiker- of zetmeelhoudende stoffen, zoals melasse, aardappelen, graan, sulfietafvalloog enz., gevolgd door destillatie. In 1935 werd in de V.S. nagenoeg de gehele productie nog door fermentatie van me-lasse verkregen. Sindsdien echter ging de synthetische-alcoholberei-ding een steeds belangrijker rol spelen, terwijl het aandeel van de gistingsalcohol voortdurend verminderde: in 1955 werd ca 150.000.000 gIns synthetische alcohol tegen ca 145.000.000 gIns gistingsalcohol geproduceerd en het aandeel van de synthetische alèohol in de totale productie neemt nog steeds toe. De vermindering van de productie van gistingsalcohol t.o.v. die van het synthetische product houdt

onge-twijfeld verband met het feit, dat de melasseprijzen belangr~K

geste-gen zijn en daarbij sterk fluctueren.

De ontwikkeling van de alcoholproductie in de West-Europese industrielanden verloopt m.m. op dezelfde wijze als in de V.S. Dit geldt ook voor Nederland - zij het ook, dat de stijging minder specta-culair is - zoals uit de volgende door het Centraal Bureau voor de

Statistiek gepubliceerde productiecijfers bl~Kt: (11)

+) Gedurende"de 2e wereldoorlog werd in 1944/45 zelfs een

pro-ductie van meer dan 500.000.000 gIns per jaar bereikt; deze hoge productie was nodig i.v.m. de grote behoefte aan ethyla1cohol voor de synthetische-rubberfabricage.

(5)

o

o

jaar 1952 1953 1954 1955 1956 1951 1958 1959 1960 1961 1962 2 -productie in hl alcohol 50 vol% 541.884 518.856 600.804 623.543 604.540 593.491 609.163 533.544 519.201 602.245 632.161

Wat de productie van synthetische alcohol in West-Europa

betreft, reeds gedurende de eerste wereldoorlog heeft men in

Duits-land op kleine schaal synthetische alcohol bereid. Ook in de periode tussen de twee wereldoorlogen werden in enige West-Europese landen kleine hoeveelheden synthetische alcohol gemaakt. In Nederland werd de synthetische-alcoholfabricage door Staatsmijnen op experimentele schaal ter hand genomen; de kleine productie werd echter enige jaren

geleden stopgezet. Van werkel~Ke betekenis was de productie voor de

2e wereldoorlog in West-Europa niet. Na deze oorlog neemt de beteke-nis snel toe, doordat in verschillende landen installaties met vrij aanzienlijke capaciteit voor de bereiding van synthetische ethanol in bedrijf worden gesteld, zo in Groot-Brittannië en West-Duitsland. '

Te verwachten is, dat gezien de sterke groei van de chemi-sche industrie in West-Europa - ook in Nederland - de vraag naar al-cohol zal blijven stijgen, zodat een verdere uitbreiding van de

alco-hol-productiecapaciteit verantwoord lijkt. Er zijn zeker goede gronden

aan te voeren om de realisering van zulk een uitbreiding in Neder-land tot stand te brengen. Niet alleen is na de oorlog in NederNeder-land een krachtige organisch-chemische industrie gegroeid, waarbij zich de bereiding van synthetische alcohol goed zou aansluiten, maar boven-dien zou de benodigde grondstof gemakkelijk geleverd kunnen worden.

In dit opzicht kan gewezen worden op de belangrijke petro-leum-verwerkingsindustrie, die in Nederland is ontstaan, zodat de beschikbaarstelling van de grondstof etheen geen probleem behoeft te

zijn. Immers, deze industrie beschikt over grote ervaring op het ge-bied van de bereiding van etheen uit verschillEnde aardolieproducten. Ook Staatsmijnen heeft ervaring op dit gebied: deze onderneming heeft

een installatie voor de bereiding van etheen uit lichte benzine in bedrijf. De mogelijkheid, dat de enorme aardgasvondsten der laatste

jaren in Nederland nog eens een rol kunnen g~~ spelen in de

etheen-voorziening is niet uitgesloten te achten.

Op grond van de voorgaande overwegingen zal een schema wor-den opgesteld van een installatie voor de bereiding van synthetische

ethylalcohol, capaciteit ca 20.000 ton per jaar, bij voorkeur te bou-wen bij een der petroleumraffinaderijen in het Nieuwe-Waterweg-gebied of bij Staatsmijnen, waarmede niet gezegd wil worden, dat anderé

(6)

o

o

Werkwijzen ter bereiding van synth~tische ethvlalcohol

Als grondstof voor de bereiding van synthetische ethylalco-. hol kan àf acetyleen àf etheen dienen. Van deze koolwaterstoffen is acetyleen het eerst op technische schaal toegepast en wel gedurende de eerste wereldoorlog (in Duitsland) en ook nog gedurende enige ja-ren daarna. Toentertijd kwam etheen als grondstof nauwelijks in aan-merking: grote hoeveelheden waren niet beschikbaar en de bereiding uit aardolieproducten was nog niet voldoende ontwikkeld om een pro-duct tegen redelijke prijs te kunnen leveren. Acetyleen daarentegen werd reeds op technische sohaal door inwerking van water op calcium-carbide gewonnen.

Wordt aoetyleen als grondstof gebruikt, dan wordt dit gas eerst in aoeetaldehyde omgezet, dat vervolgens met waterstof onder gebruik van nikkel als katalysator wordt gereduceerd:

CH

3

CHO + H2 ---~ C2H

5

0H

De omzettig van aoetyleen tot aceeta1dehyde kan teohnisch op twee verschillende wijzen worden bewerkstelligd, t.w.:

1) door een mengsel van acetyleen en waterdamp bij hoge tempe-ratuur over bepaalde katalysatoren, in het bijzonder ijzeroxyden, te leiden;

2) door acetyleen bij temperaturen beneden

50

0 C te hydrateren

onder gebruik van kwikzouten in zwavelzuur als katalysator.

Voor de technische bereiding van aceetaldehyde zal meestal gebruik worden gemaakt van de laatstgenoemde werkwijze, bijv. door

acetyleen te leiden door warm

6

%-ig zwavelzuur, waarin kwikoxyde is

opgelost (werkwijze van IIKonsortium füx elektrochemische Industrie"). Acetyleen heeft echter zijn betekenis als grondstof voor de bereiding van ethylalcohol verloren, nadá:ç etheen in grote hoeveel-heden en tegen redelijke prijs kon worden geleverd. Praktisch wordt

tegenwoordig als grondstof uitsluitend etheen gebruikt.

Twee werkwijzen zijn ontwikkeld om etheen in ethylalcohol om te zetten. De oudste van deze werkwijzen, die tot 1948 uitsluitend werd toegepast, berust op het absorberen van etheen door sterk zwa-velzuur onder vorming van hoofdzakelijk mono-ethylsulfaat, waaruit dan door hydrolyse ethylalcohol wordt verkregen:

C2H

4

+ H2S0

4

---~ C2H

5

0S0

3

H

C2H

5

0S0

3

H + H20 ---~ C2H

5

0H + H2S0

4

Naast het mono-ethylsulfaat wordt ook een weinig di-ethyl-sulfaat gevormd, maar men tracht de reactiecondities zo te kiezen, dat de hoeveelheid di-ethyl sulfaat zo klein mogelijk blijft, en wel i.v.m. het feit, dat di-ethy1sulfaat moeilijker te hydrolyseren is en vermoedelijk de di-ethy1ethervorming bevordert.

Ofschoon deze werkwijze bevredigende resultaten oplevert -in het bijzonder is ook op analoge wijze isopropylalcohol -in grote hoeveelheden uit propeen bereid - zo kleven er toch ernstige

(7)

bezwa-o

o

4

-ren aan. Niet alleen vereist het proces het gebruik van grote hoe-veelheden sterk zwavelzuur, maar het na hydrolyse teruggewonnen

zuur is tot ca. 50

%

verdund en moet dus worden geconcentreerd, om

opnieuw te kunnen worden gebruikt. De concentreringsinstallatie vergt hoge investeringskosten, ook de bedrijfskosten zijn hoog, o.a. als gevolg van het hoge stoomverbruik en de hoge onderhoudskosten. Trouwens ook de onderhoudskosten van de ethylalcoholinstallatie zelve zijn aan de hoge kant. Tenslotte moet gewezen worden op de noodzaak vrij grote hoeveelheden zwavelzuur te spuien, teneinde op-hoping van onzuiverheden te voorkomen: als gevolg zijn de zwavel-zuurkosten, die op dit prooes drukken, niet onbelangrijk.

Het is dan ook niet te verwonderen, dat de tweede, later ontwik-kelde methode voor de bereiding van' ethylalcohol uit etheen aan-trekkelijker wordt geacht. Deze werkwijze berust op directe hydra-tatie van etheen in de dampfase onder invloed van een katalysator, waarbij zioh onder warmteontwikkeling ee,n evenwioht instelt:

C2H

4

+ H20 ;::~ C2H

5

0H + 10.600 oal/mol

Het evenwicht ligt het gunstigst bij lage temperatuur en hoge druk. In de praktijk moet de temperatuur niettemin vrij hoog gekozen

worden, daar anders de reactiesnelheid ontoelaatbaar klein zou worden. I.v.m. de ongunstige ligging van het evenwioht moet men de druk zo hoog mogelijk kiezen; deze is eohter bij elke temperatuur aan een bepaald maximum gebonden, daar er voor moet worden gezorgd, dat het voor de reactie benodigde water als damp aanwezig is. In het algemeen zal men er naar moeten streven de totale druk zo in te stellen, dat de partiële waterdampspanning slechts een weinig lager is dan de verzadigingsspanning van water bij de heersende tuur. Een voor de praktijk bruikbare instelling van druk en tempera-tuur kan echter alleen worden bereikt, als een aotiev,e katalysator wordt toegepast.

Voor deze directe hydratatie van etheen zijn in de

litera-tuur vele katalysatoren voorgesteld

(1)(7).

Praktisohe toepassing

heeft de door Shell Chemical Comp. ontwikkelde katalysator gevonden: (vast) fosforzuur op celiet, een gecaloineerde en in pillen geperste infusoriënaarde. Met deze katalysator zijn gunstige resultaten be-reikt. Het feit, dat onder hoge druk moet worden gewerkt, heeft uiteraard een ongunstige invloed op de investeringskosten,

daar-tegenover staat, dat de verwerkingskosten t.o.v. die van het indirecte hydratatieproces gunstiger zullen liggen.

De voor het schema gekozen ethylalcoholbereidingswlize

Wil men ethylalcohol uit etheen maken, dan heeft men in feite te kiezen tussen twee werkwijzen: of door indirecte hydratatie met behulp van sterk zwavelzuur via mono- en di-ethylsulfaat, of door directe hydratatie onder invloed van een katalysator. Gezien de bovengenoemde bezwaren van eerstgenoemde methode, is er in het onder-havige geval alle reden, het directe hydratatieproces te kiezen: de finantiële resultaten zullen zeker beter zijn.

(8)

o

o

Deze keus is mede bepaald op grond van de overweging, dat in Neder-land reeds op grote schaal processen worden toegepast, waarbij onder hoge druk' wordt gewerkt, met name ook in de gebieden, die in het bijzonder voor de vestiging van een ethylalcoholfabriek in aanmerking komen, als gevolg waarvan de onderhoudskosten van de installatie ongetwijfeld veel lager zullen liggen, dan het geval zou zijn indien zulk een installatie zou worden gebouwd in een gebied, waar geen faciliteiten voor onderhoud van hoge-drukapparatuur aanwezig zijn.

Zoals reeds eerder is vermeld, ligt het hydratatie-evenwicht

C2H4 + H20 ~==! C2H50H + 10.600 cal/mol

het gunstigst bij hoge druk en lage temperatuur en is de druk bij een bepaalde temperatuur aan een maximum gebonden teneinde het conden-seren van de waterdamp te voorkomen. Voor de temperatuurafhankelijk-heid van de evenwichtsconstante

vinden Stanley c.s. (5):

K

p

log K

=

_~~~2_

-

6,195

p

T

Ui t thermodynamische gegevens vindt

e

hiervoor:

log K

=

_g2~~~_

-

6,8009

f T

Enkele hieruit berekende waarden zijn:

temp. in

°c

100 200 300 400 K p 0,272 0,0116 0,00295 0,000841 t

,

,

1

J

t ! 0,396 0,0176 0,00232 0,000556

Van de vele katalysatoren, die op laboratgriumschaal voor de

hydra-tatie van etheen tot temperaturen van 343 C en tot drukken van 204

atm. zijn onderzocht

(1),

bleken:

wolfraamtrioxyde en molybdeentrioxyde op siliciumoxyde cadmiummetafosfaat

chroomfosfaat op siliciumoxyde fosforzuur op siliciumoxyde aluminiumoxyde

een mengsel van wolfraamtrioxyde en aluminiumoxyde

de grootste activiteit te bezitten. Besloten werd als katalysator voor de installatie volgens het op t,e "stellen schema de door Shell Chemical Comp. gebruikte katalysator fosforzuur op celiet te kiezen. Ook al zijn met de andere katalysatoren zeker eveneens goede

(9)

resul-o

o

6

-taten te bereiken, zo is voor fosforzuur op celiet niet alleen de bruikbaarheid op technische schaal in de praktijk bewezen, maar bovendien zijn door Shell Chemical Comp. de reactiecondities ge-publiceerd, waarop de met deze katalysator werkende installatie is gebaseerd.

In verband hiermede kan nog het volgende worden opgemerkt. De concentratie van het fosforzuur op de drager en daarmede de activiteit van het fosforzuur wordt beinvloed door de druk, de temperatuur en de water-etheenverhouding, waarmede bij het vast-stellen van de werkcondities rekening moet worden gehouden. Daar de evenwichtsconcentratie van ethanol snel daalt en de reactiesnel-heid toeneemt bij temperatuurverhoging, is een temperatuur vast te stellen, waar evenwicht en omzettingssnelheid tezamen beschouwd een maximum productie aan ethanol geven. Metingen van de etheen- en waterconversie bij verschillende temperaturen en "space velocities" zijn nodig om de optimale omstandigheden vast te stellen. Zo wordt bijv. de conversie per pass groter bij verlaging van de "space velo-ci ty". Door het volume van de reactor te vergroten, daalt bij gelj,:jk-blijvende voeding de "space velocity" en neemt de ethanolproductie per pass toe. Het is duidelijk, dat in verband met de kosten van de reactor en die van de rest der apparatuur een economisch verant-woorde keuze moet worden gemaakt. Ook drukverhoging begunstigt de ligging van het evenwicht, heeft overigens ,als de andere condities constant worden gehouden, een verlaging van de fosforzuurconcentra-tie en dus van de activiteit van de katalysator tengevolge. Wat de druk betreft zijn eveneens economische overwegingen beslissend: immers de kapitaalskosten van de hoge-drukapparatuur zullen met de druk toenemen.

De door Shell Chemical Comp. gepubliceerde reactiecondi-ties, waarop de met fosforzuur op celiet als katalysator werkende installatie is gebaseerd, zijn:

schema.

reactietemperatuur reactiedruk

etheenconcentratie der reactor;voeding op watervrije basis

etheen "make-up" concentratie "space velocity", VSVM

etheenconversie per pass waterconversie per pass

water-etheen molverhouding in voeding

570 OF (300

°C)

1000 psig (68 atm) 85 vol

%

~~1'

97 vol %.~~ 30

4,2

%

7,0

%

0,6

condities zullen worden aangehouden voor het op te stellen Er dient rekening mede te worden gehouden, dat bij de ge-kozen werkwijze - hetgeen trouwens ook geldt 'voor de indirecte hydratatiemethode - behalve de omzetting van etheen in alcohol, enige neven- en volgreacties optreden, zij het ook in geringe mate. Zo wordt nàast alcohol een zeer geringe hoeveelheid di-ethylether . gevormd:

(10)

o

o

terwijl tevens een weJ.nJ.g ethe:en (minder dan 1

%)

zal polymeriseren;

het gevormde hogere olefine zal vervolgens in een hogere alcohol, bijv. butvlalcohol, worden omgezet. Bij de verwerking van het reactie-product moet er dus voor worden gezorgd, dat de gevormde neven-producten worden verwijderd.

Vermeld dient nog te worden, dat, wanneer het te verwerken etheen als onzuiverheid acetyleen bevat, bij de hydratatie dit ace-tyleen in aceetaldehvde wordt omgezet:

C2H2 + H20 ---~ CH

3

CHO

ook kunnen sporen hogere aldehyden, bijv. crotonaldehyde, worden ge-vormd. In verband hiermede is Shell Chemical Comp., daar door de afnemers aan de geproduceerde alcohol zeer hoge zuiverheidseisen werden gesteld, er toe overgegaan het reactieproduct in de dampfase over nikkel als katalysator te hydrogeneren: de gevormde aldehyden worden dan in de overeenkomstige alcoholen omgezet. Daar aangenomen mag worden, dat de voor de alcoholproductie te leveren etheen slechts

zeer geringe sporen acetyleen zal bevatten, dat bovendien eventueel gevormde aldehyden toch bij de rectificatie grotendeels zullen worden verwijderd en het geenszins vaststaat, dat aan het te leveren product dezelfde extreem hoge eisen zullen worden gesteld, werd het niet noodzakelijk geacht, in het schema apparatuur voor een hydrogenatie van het reactieproduct op te nemen.

Beschrijving van de installatie

Bij de uitwerking van het schema voor een installatie ter bereiding van ca. 20.000 ton ethanol per jaar, af te leveren met

een concentratie van 92,5 gew

%

(95,0 vol 'fa) is aangenomen, dat

1) de installatie 8000 uur per jaar in bedr~f zal zijn,

2) de etheenvoeding als vloeistof (t

= -

41 C, P

=

16 ata)

wordt geleverd en een zuiverheid heeft van 96,9 vol

%;

eenvoudig-heidshalve zijn de onzuiverheden gesteld op 0,7 vol

%

methaan en

2,4 vol

%

ethaan,

3) het etheen voor 97,0

%

in ethylalcohol, voor 2,5

%

in

di-ethylether en voor 0,5

%

in butylalcoholen wordt omg5zet,

4) koel- en proceswater een temperatuur van 20 C hebben.

Voorts zijn de reactiecondities aangehouden, waarop de door Shell Chemical Comp. gebouwde installatie is gebaseerd. De beschrijving van deze installatie is in de betreffende publicaties

(6)(8)\9)(10) zeer summier gehouden en geeft geen antwoord op vele

vragen, die bij de op~telling van het schema gerezen zijn. Dit schema,

dat hieronder aan de'hand van de bijlagen nrs. 1 en 2 nader zal worden toegelicht, zal dus wellicht in vele opzichten van dat der Shell Chemical Comp.-installatie afwijken.

De vloeibare etheenvoeding en de watervoeding worden met

twee plunjerpompen Al +) en A2 op een druk van 68 ata gebraCht en

(11)

1

o

o

~ 8

-verenigd met de veel grotere eveneens op 68 ata gecomprimeerde

//_Jk

stroom recycl~. Genoemde plunjerpompen Al en A2 zijn op bijlage ~~

nr. I .niet op schaal getekend. De zo verkregen totale voeding

f

(t =c.43~C, p = 68 ata) wordt door het reactorproduct in een drie- :~

tal warmtewisselaars BI, B2 en B3 voorverwarmd, waardoor het /'...,

mengsel geheel in dampvorm overgaat. Warmtewisselaar BI staat in

j&

~ ~

serie met de twee parallel geschakelde gelijke warmtewisselaars B2 ~

en B3, waarvan er slechts één op de schema's is getekend.

In een met gas gestookte oven C wordt het gasmengsel

ver-volgens op 3000 C gebracht en daarna boven in de reactor D gevoerd.

Om het kleine verlies aan fosforzuur, gevolg van meevoeren door de gasstroom, te compenseren en zodoende de activiteit van de kataly-sator een lange tijd te handhaven, wordt bij de inlaat van de reactor een weinig fosforzuur geïnjecteerd. Het gasmengsel stroomt van boven naar beneden door het katalysatorbed, waarbij een klein per-centage van het etheen-waterdampmengsel wordt omgezet.

Het reactorproduct passeert nu warmtewisselaar B,l. ~_e..]_

verlaten van deze warmtewisselaar wordt een kleine hoeveelheid na-triumhydroxyde-oplossing toegevoegd om de sporen meegevoerd

fos-forzuur~te-neufi"-aliseren. In de volgende twee parallel geschakelde

warmtewisselaars B2 en B3 condenseert èen deèl van het water en de ethanol; in de hodrukafscheider El worden vloeistof en gas scheiden. Vervolgens wordt het gas in twee gelijke parallel

ge-schakelde gaskoelers B4 en B5, waarvan er slechts één op de schema's'

is getekend, tot 300 C gekoeld - hierbij ontstaat een weinig

conden-saat, dat afzonderlijk wordt afgevoerd - en onder in een wastoren FI geleid, waarin ethanol met water uit het gas wordt gewassen. Een klein deel van het uitgewassen gas wordt gespuid om ophoping van

m~aan en e~an in het circulatiegas te voorkomen, de rest wordt

naar de reactor teruggevoerd.

Het in de gaskoelers gevormde condensaat en het waswater van de wastoren worden verenigd met het condensaat uit de hoge-drukafscheider en naar een lage-hoge-drukafscheider E2 gevoerd. De door de drukverlaging uit de oplossing ontwijkende gassen worden via een gaskoeler B6 - waar eveneens condensaat wordt gevormd - onder in een wastoren F2 gevoerd, waarin wederom ethanol met water uit het gas wordt gewassen. Daar het uit de wastoren tredende gas nog een aanzienlijke hoeveelheid etheen bevat, is er alle reden dit gas, evenals het hoge-druk-spuigas, weer op zuiver etheen te verwerken.

Het in de gaskoeler B6 gevormde condensaat en het waswater van scrubber F2 worden verenigd met de grote hoeveelheid warme ver-dunde alcoholoplossing uit de lage-drukafscheider en naar de eerste rectificatiekolom GI gevoerd. In deze kolom wordt de verdunde ethanol geconcentreerd; water en de gevormde butylalcoholen worden als bodem-product afgetapt en gespuid. Het topbodem-product, een geconcentreerde ethanoloplossing, wordt naar een tweede, kleine, kolom G2 gepompt,

waar lichte bijproduc~en, vnl. di-ethylether, als topproduct worden

verwijderd. De uit de kolom ontwijkende damp wordt slechts gedeeltelijk gecondenseerd; het condensaat wordt als reflux teruggevoerd. Uit de

(12)

o

o

resterende damp, die hoofdzakel:i,jk uit ether bestaat, kan zo gewenst zuivere ether worden gewonnen.

Het bodemproduct wordt naar de laatste rectificeerkolom G3 gepompt, waaruit ethanol (92,5 gew%) van de vijfde schotel van boven wordt afgelaten. De hoger liggende schotels vormen de z.g. pasteuri-satiesectie, die ten doel heeft zeer kleine hoeveelheden onzuiver-heden, die in ethanol niet kunnen worden toegelaten, via het top-product te verwijderen. Dit toptop-product wordt gecondenseerd en dient als reflux behoudens een kleine hoeveelheid, die naar de eerste kolom wordt teruggevoerd om een ophoping van genoemde onzuiverheden in de top te,voorkomen. Het bodemproduct wordt eveneens naar de eerste kolom teruggevoerd. Het terugvoeren van dit top- en bodemproduct is

nodig, teneinde de er in aanwezige alcohol niet ~erloren te doen

gaan. Het product wordt tenslotte gekoeld tot 25 C alvorens

opge-slagen te worden.

Stofbalans en verbruikcijfers

In bijlage nr. 3 is voor alle opeenvolgende fasen van het proces een massabalans voor alle componenten in kmol/h en in kg/h

opgesteld

+).

Hieruit is de volgende "over-all"-massabalans in kg/h

voor het gehele proces af te leiden: IN etheen methaan ethaan water Totaal· etheen methaan ethaan water ethanol ether butylalc. Totaal

etheen- wat er- waswater waswater Totaal

voeding voeding Fl 2.202,2 9,1 58,5 14.388,7 669,2 2.269,8 14.388,7 669,2

spui I spui II bodempr. topprod.

133,2 6,2 17,7 157,1 490,0 2,9 40,2 6,3 0,4 2,2 542,0 Gl G2 10,2 0,6 14.103,4 17,9 0,5 49,6 10,4 14.131,7 60,9 F2 2.202,2 9,1 58,5 246,5 15.304,4 246,5 17.574,2 eind- Totaal product 633,4 9,1 58,5 201,2 14.310,9 2.481,3 2.500,1 51,8 10,4 2.682,5 17.574,2

+) De kleine hoeveelheden fosforzuur en natriumhydroxyde-oplossing

(13)

Q.

o

10

-Daar het spuigas naar de installatie voor de etheenbereiding

teruggevoerd kan worden, dient 2.202,2 - (133,2 + 490,0)

=

1.579,0 kg

etheen per uur ten laste van de ethanolbereiding te worden gebracht,

'zodat het ethanolrendement 95,7

%

bedraagt.

Tenslotte mogen de volgende verbruikscijfers worden genoemd:

1) Het verbruik aan koelwater, berekend voor koelwater van 200 C,

zal 359 m3/h bedragen.

-2) Het stoomverbruik is berekend op 8.100 kg/h in de

veronder-stelling, dat verzadigde- stoom van 1300 C beschikbaar is.

3) Het stookgas-(m~aan)verbruik wordt geschat op ca. 400 kg/ho

4) Het verbruik aan fosforzuur en natriumhvdroxvde wordt geschat op ten hoogste 6,0 resp. 4,8 kg/ho

Wat het stookgasverbruik betreft, moet nog het volgende worden opgemerkt. Daar in de oven een grote hoeveelheid gas over een

klein temperatuurtraject, t.w. van ca. 267 tot 3000 C, moet worden

opgewarmd, zullen de rookgassen met vrij hoge temperatuur de oven ver-laten. Teneinde het nuttig effect toch op een economisch verantwoord peil te brengen, zal het daarom nodig zijn, de uit de oven komende rookgassen nog voor andere verwarmingsdoeleinden te gebruiken, bijv. voor stoomproductie.

Warmtebalans

In de onderstaande warmtebalans zijn alle het proces in- en uitgaande warmtestromen (voelbare warmte) opgenomen. Om de

warmte-inhouden van de in en uit het proces gaande stofstromen te kunnen

berekenen, werd 200 C als basistemperatuur gekozen.

warmte-inh. etheenvoeding- 97 kW warmtetoevoer in oven 1330 reactiewarmte 668 oompressiewarmte 859 warmtetoevoer in: reboiler B7 2644 reboiler B9 109 reboiler BIl 2128 UIT warmte~afvoer via B4/5 warmte-inh. spui I expansie in E2 warmte-afvoer via B6 warmte-inh. spui 11 warmte-afvoer via B8 warmte-inh. bodempr. Gl warmte-afvoer via BlO warmte-inh. topprod. G2 warmte-afvoer via B12 warmte-afvoer via B13 warmte-inh. eindproduct verschil Totaal 7641 kW Totaal 1462 kW 1 129 79

3

2024 1318 108 1 2128 103 10 265 7641 kW Gezien het feit, dat verschillende posten in deze balans slechts benaderingen zijn en dat het verschil tussen de in- en

(14)

uit-o

0

gaande warmtestromen slechts

265

kW of ca.

3,5

%

bedraagt, is de

over-eenstemming tussen beide zijden van de balans bevredigend te achten.

Apparatuur

Van de verschillende onderdelen der apparatuur, bij de be-schrijving van de installatie genoemd, werd, na vaststelling van de vereiste capaciteit, het type van de apparaten gekozen en de belang-rijkste gegevens nodig voor de opstelling van de specificaties bepaald.

De uitkomsten der berekeningen zij~ in bijlage nr.

4

verzameld. Wat

be-treft de bepaling van het aantal H.E.T.P.ls nodig voor de gepakte kolommen en het aantal theoretische schotels in de schotelkolom kan

nog in het bijzonder worden verwezen naar bijlagen nrs.

5

t/m

9.

Opgemerkt dient nog te worden, dat i.v.m. de corroderende werking van het fosforzuur de reactor en warmtewisselaar BI hiertegen moeten wo.rden beschermd. De reactor kan bijv. met koper worden bekleed

en een corrosie bestendig materiaal zal voor de pijpen van warmte-wisselaar BI moeten worden gekozen. Door de injectie van een weinig verdunde natronloog na deze warmtewisselaar zal de kleine hoeveelheid fosforzuur in het reactieproduct worden geneutraliseerd, zodat geen

speciale maatregelen tegen corrosie getroffen behoeven te worden

wàt

de rest van de productiesectie en de gehele zuiveringssectie betreft.

=================== Literatuur

1)

2)

3)

4)

5)

6)

7)

8)

9)

10)

11)

Muller,

J.,

Directe hydratatieprocessen van aetheen en propeen ter

bereiding van aethyl- en isopropylalcohol, proefschrift Delft

1957.

Asinger, F., Chemie und Technologie der Monoolefine, Ie Aufl.,

Akademie-Verlag, Berlijn

1957.

Goldstein, F.R., The petroleum chemicals industry, 2nd ed., E.

&

F.N. Spon, Londen

1958.

Asinger, F., Einführung in die Petrolchemie, Ie Aufl.,

Akademie-Verlag, Berlijn

1959.

Stanley, H.M., Youell, J.E. en Dymock, J.B., J. Soc. Chem. Ind.,

21,

205 T (1934).

JOhnson, A.J. en Nelson, C.R., Chem. Ind., S

28 (1953).

Mace, C.V. en Bonilla, C.F., Chem. Eng. Progr., jQ, 385 (1954).

Nelson, C.R. en Courter, M.L., Chem. Eng. Progr.,

3&,

526 (1954).

Shell Development Comp., Petrol. Refiner,

22,

11, 234 (1957).

Shell Development Comp., Hydrocarbon Process. Petrol. Refiner,

AQ,

11, 239 (1961).

Centraal bureau voor de statistiek, Maandstatistiek van de

(15)

B,jjlage nr. 1

.0

o

f05forz~-11(: ETHEEN WATER spui natronloog • .--c;:"::~

r

-I I r--" ----I t

(I -

1 /

111-koelwa~er._Q!l~1

I

I

I

I1 - Lr:

ST

L

---r"ûf

I i . I 't.

I

~.

-~

1

j~i

I -1.1 •••••••••••• l!t-; LlYJ I r

1

I I .1 I

l==

~_

__

-=-~

..

koelwater ~ --1 .. - ____ ---.-~1'lL. _ _ _ _ _ _ _

__ y"4- _

water

-i! .

Nl .1iiI koe_l water -ETHANOL ETHANOL T

(16)

0

0

1\ I w~ter

e.th.U ..

~

>

20 0 (

-4'oC

h.

r~oc .--I~---t

tI

c

1

r

o

c

gl

Af!.

'tr;oc

/ooC

A3

Be ,

3tC

(17)

C2H4

CHj

C2 6

H20

C2H50H

(C2H5) 20 .

o

C4-a1c •

o

B!ilage nr. 3 (1)

.sTOFBALANS

in kmo1/h

Rea. c t o r .

Voep.ing

Fresh

return

feed

gas

water

18,65

1255,40

-0,57

77,90

-1,95

154,99

--

1,06

799,37

-

0,01

--

-

--

-

-81,17

1489,36

799,37

totaal

1334,05

78,47

156,94

800,43

0,01

-2369,90

Scheiding hoge-drukafscheider El

I

vloeistof

gas

totaal

C2H4

15,18

1262,84

1218,02

CHj

0,15

78,32

18,41

C2 6

1,11

155,83

156,94

H20

736,19

9,05

745,24

C2H50H

48,32

6,04

54,36

(C2H5)2°

-

0,10

0,10

C4-a1c •

°s14

-

Os14

801,09

1512,78

2313,81

Splitring gas er El in koelers B4/5

con-

gas

totaal

densaat

C2H4

2,01

1260,11

1262,84

CH4

0,02

!11?;30

78,32

C2H6

0,20

155,63

155,83

H20

8,22

0,83

9,05

C2H~OH

4,51

1,41

6,04

(C2 5)20

°s1° .

-

°s1°

15,18

1497,00

1512,78

Product

1218,02

78,47

156,94

745,24

54,36

0,10

. °s14

2313,87

,

(18)

kmol/h

Was t o r e n Fl

Invoer Afvoer

gas ex

kOilers waswater totaal vloeistof gas totaal B4 5 C2H4 1260,77

-

1260,77 0,61 1260,16 1260,77 CH 78,30

-

78,30 0,01 78,29 78,30

C2~6

155,63

-

155,63 0,05 155,58 155,63 H20 0,83 37,18 38,01 36,95 1,06 38,01 C2H50H 1 2 ~l:1

-

ldl ld6 °2°1 ld:l 1497,00 37,18 1534,18 39,08 1495,10 1534,18

o

Splitsing gas ex wastoren Fl r,.eturn gas spu~gas 1 totaal 02H4 1255,40 4,76 1260,16 CH~ 77,90 0,39 78,29 C2 6 154,99 0,59 155,58 H20 1,06

-

1,06 C2H50H °2°1

-

°2°1 1489,36 5,74 1495,10

o

Scheiding lage-drukafscheider E2 , Inv,oer Afvoer

vloeistof conden-saat vloeistof totaal gas vloeistof totaal ex El ex B4/5' ex Fl C2H4 15,18 2,07 0,61 17,86 11(', 5~ 0,35 17,86 CH4 0,15 0,02 0,01 0,18 0,18

-

0,18 C2H6 1,11 0,20 0,05 1,36, 1,34 0,02 1,36 H20 736,19 8,22 36,95 781,36 3,80 777,56 781,36 C2H5 OH 48,32 4,57 1,46 54,35 2,75 51,60 54,35 (C2H5)20

-

0,'70

-

0,70 0,70

-

0,70 C4-~lc. I °3 14

- -

-

0 214

-

0 214 °2 14 801,09 15,78 39,08 855,95 26,28 829,67 855,95

(19)

-Bijlage nr. 3 (3) kmo1/h

Splitsing gas ex E2 in koeler B6 oon-totaal densaat gas C2H4 0,01 17,50 17,51 CH~ 0,18 0,18 C2 6 1,34 1,34 H20 3,28 0,52 3,80 C2H50H 1,83 0,92 2,75 (C2H5)20 °sl° °21° 5,12 21,16 26,28

o

Was t o r e n F2 Invoer Afvoer ~as ex

oeler waswater totaal vloeistof spuigas totaal

B6 II

,

C2H4 17,50

-

17,50

-

17,50 17,50 CH4 0,18

-

0,18

-

0,18 0,18 C2H6 1,34

-

1,34

-

1,34 1,34 H20 .0,52 13,69 14,21 13,86 0,35 14,21 C2H50H 0,92

-

0,92 0,91 .0,01 0,92 (C2H5)20 , . °s1°

-

.

°21° °2 61 °sO~ °31° 21,16 13,69 34,85 15,44 19,41 34,85

o

Reotifioeerko1om Gl

.

.

Invoer Afvoer

v1oei- oon- v1oei- terug- bodem-

top-stof densaat stof voer totaal product product totaal ex E2 ex B6 ex F2 ex G3 .. C2H4 0,35 0,01

-

-

0,36

-

0,36 0,36 C2H6 0,02

-

-

-

0,02

-

0,02 0,02 H20 117,56 3,28 13,86 13,61 808,31 783,52 24,79 808,31 C2H50H 51,60 1,83 0,91 3,99 58,33 0,39 57,94 58,33 (C2H5)20

-

-

0,67 0,01 0,68

-

0,68· 0,68 C41.a10. °s14

-

-

-

°s14 °s14

-

°2 14 829,67 5,12 15,44 17,61 867,84 784,05 83,79 867,84 -

.

(20)

kmo1/h Rectificeerkolom G? , Voeding Producten toppro-duct

G1

top bodem totaal

C2H4

0,36

0,36

-

0,36

C2H6

0,02

0,02

-

0,02

R20

24,79

-

24,79

24,79

C2H~OH

57,94

0,01

57,93

57,94

(C2 5)20

°2 68

0 26

1

°2°1

0 268

83,79

-

1,06

82,73

83,79

o

Rectificeerkolom

G3

, y'o_~_d~ng I

i

Afyóèr,.

bodem- topprod. eind- bodem- \

totaal

prod.

G2

naar

G1

~roduct product

"

R20

24,79

0,69

11,18

12,92

24,79

C2H~OH

57,93

3,31

53,94

0,68

57,93

(C2 5) 20

°2°1

°2°1

-

-

°2°1

82,73

4,01

65,12

13,60

82,73

~

o

====================

(21)

C2H4 CH~ C2 6 H20

o

02H~OH (C2 5)20 C4-a1e • .

o

fresh feed 2202,2 9,1 58,5

-2269,8 STOFBALANS in kg/h Rea e t o r Voeding return water .,gas 35151,2

-1246,4

-4649,7

-19,1 14388,7 0,7

--

--

-41067,1 - 14388,7 totaal 37353,4 . 1255,5 4708,2 14407,8 0,7

-57725,6 Scheiding hoge-~rukafscheider El ,

vloeistof gas totaal

°2H4 425,1 35359,5 35784,6 CH 2,4 1253,1 1255,5

C2~6

33,3 4674,9 4708,2 H20 13251,4 . 162,9 13414,3 02H~OH 2223,0 277,8 2500,8 (02 5)20

-

51,8 51,8 C4-ale • 10d

-

10s4 15945,6 41780,0 57725,6

Splitsing gas ex El in koelers B4/5

eon-densaat gas totaal C2H4 58,0 35301,5 353"59,5 CH4

0,3r

1252,8 1253,1 C2H6 6,0 4668,9 4674,9 H20 148,0 14,9 162,9 C2H~OH 210,2 67,6 277 ,8 (C2 5)20

2

128

-

2

128 474,3 41305,7 41780,0 Bijlage nr. 3 (5) Produet 35784,6 1255,5 4708,2 13414,3 2500,8 51,8 10s4 57725,6

(22)

kg/h Was t o r e n F1 ,

.

Invoer Afvoer gas ex

koelers waswater totaal vloeistof gas totaal

B4/5

-,

C2H4 35301,5

-

35301,5 17,1 35284,4 35301,5 CH~ 1252,8

-

1252,8 0,2 1252,6 1252,8 C2 6 4668,9

-

.

4668,9 1,5 4667,4 4668,9 H20 14,9 669,2 684,1 665,0 19,1 684,1 C2H50H 612 6

-

612 6 6629 °27 6726 41305,7 669,2

:4

1974,9 750,7 41224,2 41974,9

o

Splitsing gas ex wastoren F1 returngas spuigas I totaal I

I C2H4 35151,2 133,2 35284,4 CH~ 1246,4 6,2 1252,6 C2 6 4649,7 17,7 4667,4 H20 19,1

-

19,1 C2H50H ° 21 .

-

°21 41067,1 157,1 41224,2

o

Seheid~ng 1age-drukafseheider E2 : - ._-- - - , -I Invoer I Afvoer .

vloeistof eonden-:- vloeistof

ex El saat ex F1 totaal gas vloeistof totaa.1 ex

B4/5

:C2H4 425,1 58,0 17,1 500,2 490,3 9,9 500,2 CH~ 2,4 0,3 0,2 2,9 2,9

-

2,9 C2 6 33,3 6,0 1,5 40,8 40 ,2 0,6 40,8 :H2O 13251,4 148,0 665,0 14064,4 68,4 13996,0 14°64,4 .C2H~OH 2223,0 210,2 66,9 2500,1 126,5 '2373,6 2500,1 . (02 ~)20

-

51,8

-

51,8 51,8

-

51,8 C4:-a e. 102~

-

-

10 2~

-

102~ 10 2

4

;I.5945;~ 474,3 750,7 17170,6 780,1 16390,5 17170,6 ...

(23)

:a.ijlage nr. 3 (7)

kg/h

Splitsing gas ex E2 in koeler B6

eon- totaal densaat gas C2H4 0,3 490,0 490,3 CH~

-

2,9 2,9 02 6

-

40,2. 40,2 H20 59,0 9,4 68,4

o

H OH 84,2 42,3 126,5

(62~5)20

-

21 s8 21 s8 143,5 636,6 780,1

o

Was t o r e n F2

-Invoer Afvoer gas. ex spuigas I

koeler waswater totaal vloeistof totaal

.B6 -- II l C2H4 490,0

-

490,0 .

-

490,0 490,0 CH~ 2,9

-

2,9 .

-

2,9 2,9 C2 6 40,2

-

40,2

-

40,2 40,2 H20 9,4 246,5 255,9 249,6 6,3 255,9 C2H50H 42,3

-

42,3 41,9 0,4 42,3 (C2H5)20 21 s8

-

21 s8 42 s6 2.2 21 s8 636,6 246,5 883,1 341,1 542,0 883,1

o

Reetifieeerkolóm Gl Invoer Afvoer

vloei- eonden- vloei- terug- bodem-

top-stof saat stof voer totaal pro- pro- totaal ex E2 ex B6 ex F2 ex G3 duet duet "\. C2H4 9,9 0,3

-

-

10,2

-

10,2 10,2 CH~

-

-

-

-

-

-

-

-P2 6 0,6

-

-

-

0,6

-

0,6 0,6 2° 13996,0 59,0 249,6 245,0 14549,6 14103,4 446,2 14549,6 C2H50H 2373,6 84,2 41,9 183,6 2683,3 17,9 2665,4 2683,3 !CC2H5) 20

-

-

49,6 0,8 50,4

-

50,4 50,4 C4-a1e • 10s4

-

-

-

IOs4 10.4

-

10s4

I.

16390,5 143,5 341,1 429,4 17304,5 14131,7 3172,8 17304,5 H

(24)

kg/h

Rectificeerkolom. G2

Voeding , Producten

toppro-duct G1 topprod. . bo.dem- totaal

... - product C2H4 10,2 10,2

-

10,2 C2H6 0,6 -0,6

-

0,6 H20 446,2

-

446,0 446,2 C2H50H 2665,4 0,5 2664,9 2665,4 (C2H5)20

2

0

d

422 6 °2 8

2

0

d

3172,8 60,9 3111,9 3172,8

o

Rectificeerkolom G3 Voeding Afvoer bodem- .

prod. G2 naar Gl topprod. product product eind- bodem- totaal H20 446,2 12,4 201,2 232,6 446,2 C2H~OH 2664,9 152,3 2481,3 31,3 2664,9 (C2 5) 2° 0 28 0 28

-

-

0 28 3111,9 165,5 2682,5 263,9 3111,9

o

======================

(25)

o

0

Belangrijkste apparatuurgegevens I Reactor werkdruk: temperatuur: hoogte: inwendige diameter: beschikbaar vulvolume: I I ~

warmte-overdracht aan gasstroom: aantal pijpen in pijpenbundel: inwendige

pijpdiameter:-totaal inwendig pijpoppervlak: III Warmtewisselaars

a) voorwarmers, koelers en condensors

BI B2/3 B4/5 E6

functie voorw. voorw. gask. gasR.

overdraehts-1690 1980 131 19,2 verm. in kW diam. in m 1,40 1,20 1,85 0,80 pijplengte 8,00 8,00 6,00 3,00 in m inw. pijpdiam. 25 20 25 25 in mm aantal pijpen 110 653 1036 153 tube passes 3 1 9 shell passes 11 12 6 verbr. koel-34,9 3,18 water kg/s +) b) reboilers B1 overdrachtsvermogen in kW 2644 diameter in m 0,90 pijplengte in m 1,50 inwendige pijpdiameter in mm 25 aantal pijpen 250 stoomverbruik in kg/s ++) 1,22

+) berekend voor koelwater van 200 C.

Bijlage nr. 4 (1) 68 ata 300 oe 11 m 2 m 31,4 m3 1330 kW 59 38 mm 190 m2 B8 BlO eond. part.c. 2024 10e 1,20 0,60 3,00 3,00 25 25 416 12 8 6 5 6 12,1 2,58 B9 BIl 109 2128 0,40 0,80 0,15 1,50 _ 25 25 30 116 0,0502 0,981 B,12 B13 eond. vlstf.k. 2128 103 1,20 0,50 3,00 3,00 25 16 440 65 8 13 5 9 12,1 1,31

++) berekend voor verzadigde stoom van 1300

(26)

o

o

IV Afscheiders werkdruk in ata inwendige diameter in m hoogte of lengte volume in m3 in m

V

Was torens werkdruk in ata inwendige diameter in m totale hoogte in m aantal H.E.T.P.' s hoogte vulling in m El 60 1,40 3,25 4,8

afmeting Raschigringen in in.

F1 59 1,00 4,00

5

2,50 1 E2 1,5 1,40 3,00 4,6 F2 1,3 0,40 4,00

5

2,50 0,5

7

~.

VI Rectificeerkolommen

(\J{.Iir .

a) kolommen met vulling /

r

te rectificeren mengsel totale hoogte in m inwendige diameter in m

aantal H.E.T.P.' s boven de voeding aantal H.E.T.P.'s beneden de voeding hoogte vulling in m boven de voeding hoogte vulling in m beneden de'voeding afmeting Raschigringen in in.

ref1uxverhoudi~g b) schotelkolom G3 te rectificeren mengsel: totale hoogte: inwendige diameter:

Î

aantal schotels boven de voeding: aantal schotels beneden de voeding: schotelafstand: Gl G2 alc./water

9,5

ether/ale. 6,0 0,4 1,2

5

9 2,5 4,5 1 1,2

5

4

2,5 2,0 1 14 alc./water 20,5 m 1,3. m 22 9 0,6 m schotelefficiency:

ref1uxverhouding (beneden de aftapschQtel):

65

%

(27)

Bijlage nr. 4

(;)

VII Pompen en compressoren

Al A2 A:2 A4 A5

type dubbelw. dubbelw. centrif. centrif. centrif.

plunjerp. plunjerp. compr. pomp pomp

fluidum vloeib.C2H4 water gasv.C2H4 alc.(15

%)

alc.(85

%)

dichtheid in kg/m3 460 1000 64,4 962 780

temperatuur in oe - 41 20 30 64 78

cap.aci tei t in l/min. 82,5 240 10.600 292 81

persdruk in ata 68 68 68 2,5 2,5

zuigdruk in ata 16 1 à 4 58

0

diameter in mm 500 290 280

A6 A1 A8 A2

type centrif. pomp centrif. pomp centrif. pomp centrif. pomp

fluidum ale. (85

%)

alc.(86

%)

alc.(12

%)

ale. (94

%)

dichtheid in kg/m3 780 780 963 760

temperatuur in oe 7f3 79. 90,5 78

cap.aci tei t in l/min. 68 66,5 4,6 3,63

persdruk in ata 2,5 2,5 2,5 2,5

diameter in mm 280 250 100 100

0

(28)

'0

5"

(29)

2.0

15

10

(30)

H-' !

ftttit , ! "'. ')0 -. F~ ; ~:trHJ< -- . ~ li fr I~ - ! I O;?I 1I lt' H+ r~ :~. -l':f IT

Ifr

C''- ~

It

1#-

~ It

V Et I;C. I.W >-W-

.

t~

Ifr

~

~i ~ Il~ !:t I:P i+~_ ~ If 11

0,2. 3i Ij-H Ii n- li 1+ p- It p-, ! rH 11 Ir 1,+ 0,1 IH tel

lEa

ti H

o

0,1

oJ

(31)

Ier Ir I t

Ir

Ir

t

Im

11' r;:j .. ~ 0,1 'I~ I~:

~

:J: tt~ iTi Ij: ~ ~ it 1;1

It

.rH ·Ft ~ ~±' c:t+ ~~ ~ü IH+ ~

It

(32)
(33)

I:t~ Ut) ~ i+.

i'

.1. te? 1/ :t' I~ =ti' If ~ (;}-!: ;;; ~r

nn

.n

It U. .~ I~i

~x

IHf

ilO liH! i ~ .Irt It

It II

Vi I~ I cl1 IY rr

rl

~

~ ,I I·q I .... t-C :t! ~'~ . -,. .~g;. 1+ Ij: ~f ~tt l;:;:tt , itl ftt:t . +m I, I , ~ ~ tl~ , .

If

0,01 'I! 'H ct+ , .

!fi

rtf

f

o. 0,001 O,OO't o,ool

(34)

'.0

o ,

) ,0 ~ ~I " . '" ' Ihr I,tt 1 f+t llit ~ t+ ~w,:

"

rr

11

Vi

rlV::l

,

:1F;jilj~ %:

111F0

n;:

I~i:~ I~ 11 Ir-:r :'·1 tf-1 h" ti

mf!'ftr

I:, Irt cr-ii

i:t lo+:-!: Hit, I i~ I:;!tt f~I~=i1 ,11-\ ~;t:'" h"t 0)1:

,f!

tT: p IH 1.t I t' H II 1! " ij i':1 B ti , U:! :J:! I! ~d

nu

ft

Im , ~t , IH , '/ 11 ±'± !'" fl, fiX ' ,lU: rJ. tttt ft ~, trt 'rt! IT

11

Ilili

fSi

[~

,

m

'll

H ,HW

I~

n

ii!+ '

IE :tEe; , ~ fi: I~; , fIt-;

iJ rH lilt

~TI

rtffi "

fT [it ~lill

liL

R

m

f{c] I:: l~

I~ ,

lill lli

g

1,+ j:r~ ~'H! ' It-f

Ice I'tl~t-i-c Itt± Itl

I~ ~It+;:: , 11"" 1"-' I~!:I j7j I~c Itl 03 ) ~'t '( ',' ". DJ' . ~ :.I.

ä

~ , k:;, i'tH HIT , v.: IJ: ,~ lt, ~ g ~t

il{

Ft

f.

Ui

~

1

ti

I~ ,

i

~' I-l til": hl ft H i i I

h lillJlmHllll

IBl!

Ij,-jtl

1~1l

0,1

~T D/~ , 0.l~

(35)

OH~ 02 4 C2H6 H20 C2H~OH (02 5)20

o

o

B!ilage nr. 10 P H Y SIS C HE C

°

NS T A N T EN I I 0 0 d20 oplosbaarheid per 100 ml mol. gew. amp. C kpt. C

4 water alcohol 16 -184 -161,5

-

920 cm 3 25 6° 11 602Ocm3 28 -169,4 -:103,9

-30 -172 - 88,3

-

4:720" 18 0,0 100,0 0,998

-46 -114 78,5 0,789 ()() 74 -116 34,5 0,714 6,7 g. I basistemperatuur 250

c,

cal/mol , --- .- ._-lito i Ffo 1010g kf' 2° (g) -57,80 -54,64 i 40,047 12,496 16,282 ':'11,9345 -2H4 (g) 2H50H (g) H

o

C -56,24 -40,30 29,536 '. 360 11 46 4

"

00

-00 -< SO 45,11 52,54 67,4 ether 912Ocm3 opl.

-C()

Cytaty

Powiązane dokumenty

[r]

Źródłem tych w artości jest, oczyw iście, osoba sam ego Naruszewicza, który dał się poznać nie tylko jako literat, ale rów nież — w sposób nie m niej

Z DYDAKTYKI HISTORII NAUKI I TECHNIKI WE FRANCJI Na Wydziale Nauk Społecznych Sorbony istnieje Instytut Historii Nauki i Techniki, który ma prawo nadawania stopni

Rola wymogu przekładalności definicyj polega na ułatwieniu spraw­ dzenia, czy definicja nie jest sprzeczna z systemem (przy czym musi tu być dokonana względnie

Odnosi się to zarówno do tomów omawiających poszczególne problemy wiedzy współczesnej, gdzie materiał aktualny wprowadzany jest często w ujęciu historycznym,

W jednej sali pokazano więc tematy: budow a portu w Gdyni i zaczątki Stoczni Gdyńskiej, stworzenie zrębów szkolnictwa wyższego w zakresie budownictwa

Ferranti przyczynił się w istotny sposób do udoskonalenia prądnic i transfor­ matorów, ale najbardziej znanym jego dziełem była zbudowana w latach 1889— 1891

Due to the extreme operating altitudes required for SAI, flight profile parameters such as total (fuel and payload) mass, speed, range and altitude strongly influence the