Resultaten van de samendrukkingsproeven welke uitgevoerd zijn op klei van lokatie: 13-2 uit Empel en Gewande

(b (>. "ƒ9.06

B6 79.05

—>

laboratorium voor grondmechanica delft

delft soil mechanics laboratory

laboratorium voor grondmechanica delft

stichting waterbouwkundig laboratorium

postbus 69, 2600 AB delft stieltjesweg 2, delft telefoon 015-569223 telex: 33326 solab nl postgiro: 234342

bank: mees en hope nv delft rek.nr. 25.92.35.911

RESULTATEN VAN DE SAMENDRUKKINGSPROEVEN WELKE UITGEVOERD ZIJN OP KLEI VAN LOKA-T I E : 1 3 - 2 UILOKA-T EMPEL EN GEWANDE

CO-230662 J a n u a r i 1979

Opgesteld door: i n g . F.M. Schenkeveld

Resultaten Samendrukkings-proeven (Empel en Gewande k l e i ) Rapport CO-230662/19

d . d . J a n u a r i 1979 .

Werkzaamheden ten behoeve van opdrachtgevers worden slechts uitgevoerd op voorwaarde dat de opdrachtgever afstand doet van ieder recht op aansprakelijkstelling en zich verplicht tot vrijwaring voor iedere aansprakelijkheid jegens derden.

CO230662 1

-Toelichting

Als voortzetting van het eerste oriënterende onderzoek naar de "Invloed van de middelste hoofdspanning" dat op Betuv/e klei werd uitgevoerd, is door het Centrum Onderzoek Waterkeringen naar een andere klei gezocht.

Deze klei moest homogeen van samenstelling zijn en normaal gecon-solideerd. Tevens zouden op deze klei andere proevenprogramma's starten zoals het onderzoek "Anisotropie".

Het LGM heeft hierbij opdracht gekregen een continue boring tot 5 m - maaiveld uit te voeren op lokatie 13-2 van de binnendijk tussen Empel en Gewande.

Uit deze boring zijn drie monsters t.b.v. samendrukkingsproeven gekozen'.

Aanvullend zijn op verschillende hoogten uit de boring verzadi-gingsgraden bepaald, alsmede natte volumegewichten, watergehaltes en poriënvolumes.

Tevens is de soortelijke massa van de korrels (klei-deeltjes) bepaald om de verzadigingsgraad nauwkeuriger te kunnen bepalen.

Er 2ijn twee foto's gemaakt, een foto direct na.het uitleggen van • de boring en een foto na het uitnemen van het benodigde monsterma-teriaal en het halveren van de boring, (zie bijlagen).

Op de eerste foto is duidelijk kleurverschil te zien op 1,70 m, wat erop kan wijzen dat het laagste grondwaterniveau 1,70 m is geweest.

Boven dit niveau zou een slechte verzadigingsgraad en. overconso-lidatie door uitdroging aanwezig kunnen zijn.

Een ander punt waarmee rekening gehouden moest worden, is dat niet onbeperkt diep gestoken kan worden, omdat voor de geplande onder-zoeken grotere diameter monsters vereist zijn, dan de grootste beschikbare diameter steekapparaat van 66 mm kan leveren.

Tevens dienen voor het onderzoek "Anisotropie" horizontaal geori-ënteerde monsters verkregen te worden. Dit vereist een steekappa-raat met een diameter groter dan 20 cm.

CO230662 2

-Om de kosten zo laag mogelijk te houden, moet zo dicht mogelijk onder het maaiveld gestoken worden.

De monsters voor de samendrukkingsproeven zijn daarom uit de b o -venste 3 meters gekozen. Dieper zou nagenoeg onhaalbaar zijn voor monsterwinning met een steekapparaat waarvan de diameter groter dan 20 cm is.

Omdat uit de verzadigingsgraad (tab. 1) de gehele boring tot aan het maaiveld goed verzadigd bleek,is tevens een samendrukkings-proef uitgevoerd boven de freatische lijn.

Hoe homogeen de klei is, is duidelijk te zien aan de foto van de continue boring. In de klei is een zekere gelaagdheid te zien met in verticale richting enkele kleine kanaaltjes.

Bij Nederlandse klei is gelaagdheid echter normaal.

Schatting van de overconsolidatie

De overconsolidatiefactor wordt hier gedefinieerd als de verhouding tussen de uit de samendrukkingsproeven volgende grensspanning en de berekende verticale korrelspanning.

Voor het berekenen van de korrelspanning zijn enkele aannamen ge-daan:

- Het gemiddelde natte volumegewicht (p = 1660 kg/m ) is gebruikt van alle uit de boringen verkregen natte volumegewichten.

Deze volumegewichten vertoonden een aanzienlijke spreiding. - Het waterniveau moet blijkens de gevonden verzadigingsgraden

dicht onder het maaiveld hebben gelegen. Voor berekeningen is het oppervlak van het maaiveld aangenomen.

CO-230662 3 -monster 3A 4A 4C aiepte in in 1,21-1,26 2,48-2,53 2,88-2,93 gem. diepte m m 1,23 2,51 2,91

a

Uit de gevonden grensspanningen zou men kunnen afleiden, dat bij 2

beproevingen waarbij hogere korrelspanningen dan 50 kN/m worden aangebracht, het monster als normaal geconsolideerd zal reageren.,.

Gegevens

Verdera gegevens zijn verwerkt in de tabel 1. Voor het berekenen van de verzadigingsgraad is gebruik gemaakt van soortelijke massa van de korrels (resp. deeltjes) die bepaald is op 2610 kg/m . • *< Tevens zijn de plots van de samendrukkingsproeven bijgevoegd. Als plasticiteitsindex werd 36,6% gevonden, waarbij de vloeigrens 60,4% en de uitvolgrens 23,8% was.

Conclusie

Gezien de gegevens uit de continueboring (wat betreft verzadigings-graad) en de verkregen grensspanningen uit de samendrukkingsproeven is besloten (mede in verband met de mogelijke problemen en kosten) monster materiaal te nemen tussen een diepte 1,10 m en 1,60 m beneden maaiveld.

Tabel: 1

Opdracht: 230662 boring nr.: 13-2 _{ing.: Schenkeveld datum: 9-11-78}

volg. nr. 2A 2B 3A 3B •4A 4B schaal no. JE 36 RE S 17 A 1 GO 7 JD II in gr. Gew. schaal 39,0 39,2 40,5 37,9 38,0 38,8 in gr. Gewicht n a t • 233,7 216,7 211,0 186,9 179,9 202,7: 1 V droog 104,2 170,8 154,0 118,9 109,3 142,6 in gr. Gew. water 39,50 45,90 • 56,10 18,00 70,60 60,10 in gr. Gew. M droog 155,2 131,6 114,4 81,0 71,3 103,8 water % 25,5 34,9 49,0 84,0 99,0 57,9 * diepte in m - m.v. 0,21-0,26 0,71-0,76 1,31-1,36 1,86-1,91 2,28-2,33 2,88-2,93 Grondsoort klei + wortelr. klei,zwak zandi klei klei + veenst. weinig klei kleist. weinig klei plantenr. Pnat g/cm3 1,95 J 1,77 1,7 1,49 1,42 1,64 verz.gr. % 98 93 100 99 97 100 Poriënvol. % 41,4 50,3 56,8 69,4 73,1 60,8

L O C T I J O

GRONDMECHflNICR DELFT

C0-230661-3R SKV

10 !4 2) 20 35 MM 5 1000 1200

moo

GRONDME-CHflNICfi DELFT

C0-230661-UR SKV

!0 14 21 20 35 14 52S9 LOC T I J D ,,1CBGEN) J

l O O C l

1200

GRQNDMECHRNICP. DELFT

C0-230661-4C SKV

C O - 2 3 0 6 6 1 BORING*—1 3 - ?

- 5

I*—*

I 9 — 0

tekeningen

se

y

^H o

1

Ü Ü H

'l~Z.—'—~ Z

! iiüiiii!]

~ccccccccc

s s s s

s s s

Tee'aardc. zwarte gr.J °°n°egeven

fractie Lutum d.i. uitsluitend . 0 -Klei Mergel Leem Loss Silt . . Zand. . f r a c t i e s G r i n d . 2 60 200 600 2 6 20 - 60 - 200 - 600 - 2000 6 - 20 - 60 > 6 0 urn um urn um mm rnm mm mm Stenen, keien, (R)otsblokken

(land)-ljsatzetsel mn. keileem( kei klei)

Potklei

_ _ _ Plantenresten

Niet neder benoemde (humeuze) slappe grond, modder, e.d. As. sintels

Hout

Brokken, baksteen , puin , e.d.

Concreties Schelpen Water X - . . . laagjes .... Y "... stukjes Samenhangende grond: 1 slap

2 middelmatig slop of stijf 3 slijt

Niet samenhangende grond : 1 tijn

2 middelkorrelig 3 grof

Boor kolommen

Hooldbestanddelsn met hoofdletters ; bijbestanddelen met kleine letters nader onderscheiden aldus :

(. . ) voor zwak . . . houdend cf . . . ig , . i voor matig . . . houdend of . . . ig en . . voor sterk . . . houdend of . . . i g . . . . houdend indien bepaald d.r.i.v. t r a c i i e a n a l y s c . . . ig bij alle andere wijzen van bepaling

Biibestonddeel Precisie :

1

met water geschud tractieanalyse Laagscheiding Precisie : Z l ( k ) KX Z 1 KX VY

^Laagjes en/of stukjes Hoofdbestanddeel bijbestanddeel

Zand,fijn,zwak kleiig met Kleilaogjcs

•>:;!:":] Klei.stijf,fijn zandig rr.et Vscnstuiije*

'. '/\ Zand, fijn, sterk silthouacr-.d met yi Klei laagjes en Vcenstukics

G1Z3 I r i ? ! S ° t ; f t ; i ^ ; ; :;J G r i n d , f i j n . Zand,grof I ooC|>:>-;.-'.::vv] Afwisselend Z a n d - e n Klcilaa^jes KX ZX KY VX 1 ///,H'/// I Kleistukje ( p l a a t s e l i j k ) Veenlaagje ( ploatseir|k )

D

XI

I Verloren monster. leeg ,enz.

Kalkvrij

Met sporen kalk

Met weinig kalk

Met kalk

Met veel kalk

p r Massa per volume in i / m

% laboratorium voor grondmechanica delft

telc«oon:l01S)-56 92 23 tolex : 33326 solib nl

d.d.

1977-01-01

. gei-H.Vink