Technische Universiteit Delft
Faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en Technische Materiaalwetenschappen Transporttechnologie / Logistieke Techniek
F.D. Bello Multiporting versus Hub & Feedering. Een kwantitatieve beschouwing van het feeder-concept. Doctoraalopdracht, Rapport 99.3.LT.5114, Transporttechnologie, Logistieke Techniek.
Zee-zee overslag is een product dat de positie van de haven van Rotterdam als mainport in Europees perspectief kan versterken. Daarmee is zee-zee overslag een instrument om de haven van Rotterdam als zodanig te ontwikkelen.
De probleemstelling die is geformuleerd luidt als volgt:
"Moet, gegeven de situatie in de containersector, het zee-zee overslag product separaat worden ontwikkeld?"
Het al of niet ontwikkelen op enigerlei wijze van het zee-zee overslag product zal bepaald worden door de partijen die betrokken zijn in deze kwestie. Deze partijen zijn de deepsea rederijen, stuwadoor (ECT) en het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam.
Het belangrijkste afwegingskader om zee-zee overslag te ontwikkelen is de commerciële relevantie voor de rederijen van de ontwikkeling. Indien voor de rederijen een commercieel haalbare situatie te bereiken is, dan bestaat er een draagvlak bij de marktpartijen om het zee-zee overslag product commercieel separaat te ontwikkelen. Zodoende is de volgende subvraag geformuleerd:
" Is of zou het economisch aantrekkelijk kunnen zijn voor rederijen om de haven van Rotterdam als megahub van Noordwest Europa te gaan gebruiken?"
Er is een model gemaakt met de volgende doelstelling:
Het in beeld brengen van de verschillen in de kostenstructuur, voor rederijen, van enerzijds Multiporting en anderzijds Hub&Feedering in Noord West Europa, om zodoende inzicht te verkrijgen in de besluitvorming van rederijen omtrent hun distributieconcept aan de zeezijde.
In de volgende figuur worden de vaarschema's van de twee distributieconcepten weergegeven die met elkaar vergeleken worden.
Uit het model dat is gemaakt blijken de volgende zaken:
De handling costs en ladingsbestemming hebben de grootste invloed op het kostenverschil van multiporting en hub & feedering. De overige kosten zijn dermate lager dat besparingen hierop een geringe invloed hebben op de totale kosten.
Het is theoretisch mogelijk om de kosten voor rederijen die Rotterdam als megahub gebruiken op het kostenniveau van multiporting te brengen. De toegevoegde waarde (overslagkosten en havenaanloopkosten in Rotterdam) voor de haven van Rotterdam is in het geval van hub & feedering groter dan bij multiporting. Het verschil in toegevoegde waarde is zo groot, dat het verschil in totale kosten van de twee concepten te
compenseren is zonder dat de toegevoegde waarde van hub & feedering kleiner wordt dan de toegevoegde waarde van multiporting.
De beschikbaarheid van het deepsea schip in het geval van hub & feedering is groter dan bij multiporting. In andere woorden, indien men hub & feedering gaat toepassen als concept dan kan een rederij met minder schepen in een string dezelfde vervoerscapaciteit leveren als in het geval van multiporting.
Dit leidt tot de volgende stellingen:
Het model geeft aan dat er door de stuwadoors voor de rederijen een financieel draagvlak te creëren is om het hub & feedering concept aantrekkelijk te maken ten opzichte van multiporting.
Indien de containerstromen sterker toenemen dan de vervoerscapaciteit (uitgaande van een evenwichtssituatie), zal men kiezen voor het hub & feedering concept. Hier heb je immers minder schepen voor nodig dan in het geval van multiporting, en zal men beter aan de vervoersvraag kunnen voldoen. De kosten per TEU zijn hoger, maar bij een gebrek aan vervoerscapaciteit zullen de opbrengsten per TEU ook hoger zijn. Indien de vervoerscapaciteit sterker toeneemt dan de containerstromen (uitgaande van een evenwichtssituatie), zal men kiezen voor het multiporting concept, aangezien de kosten per TEU lager zijn dan bij het hub & feedering concept. In het geval van hub & feedering zou er een overschot aan vervoerscapaciteit kunnen ontstaan.
De noodzaak van het commercieel separaat ontwikkelen van het zee-zee overslag product is hiermee aangetoond. Om een uitspraak te kunnen doen over het fysiek separaat ontwikkelen van het zee-zee overslag product, op terminalniveau, is nader onderzoek nodig. Hiermee kan worden getoets of en hoe de haven van Rotterdam de gestelde megahub-functie kan faciliteren.
Rapporten studenten Logistieke Techniek
