• Nie Znaleziono Wyników

Manoeuvreerruimte voor scootmobielen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Manoeuvreerruimte voor scootmobielen"

Copied!
12
0
0

Pełen tekst

(1)

Manoeuvreerruimte voor scootmobielen

(2)

Inhoud

1. Doel van het onderzoek 2

2. Onderzoeksopzet 2

3. Resultaten

Afmetingen van rolstoelen 3

Ruimte voor draaien en keren 4

Vrije doorgangsbreedte 4 Rolstoelgebruik binnenshuis 5 Toilettransfers 5 Overige opmerkingen 6 4. Discussie 6 5. Conclusies en aanbevelingen 7

(3)

1. Doel van het onderzoek

Eind 1995 verscheen het Handboek voor Toegankelijkheid, de langverwachte opvolger van Geboden Toegang. Hierin worden maatcriteria gegeven voor integrale toegankelijkheid. Uit-gangspunt is dat iedereen zo onafhankelijk en gelijkwaardig mogelijk de gebouwde voorzie-ningen moet kunnen bereiken en gebruiken. Voor de vrije ruimte ten behoeve van draaien en keren in een rolstoel worden de volgende maten gegeven:

• een draaicirkel van 1500 mm voor een draai van 1800 en 3600 in een handbewogen rol-stoel;

• een draaicirkel van 1800 mm voor een draai van 1800 en 3600 in een elektrische rolstoel of een zogenoemde scootmobiel.

De maat van 1800 mm is gebaseerd op de ervaringsdeskundigheid van degenen die be-trokken zijn geweest bij de voorbereiding van het handboek. Vooralsnog is hierover in de vakliteratuur weinig informatie te vinden. Reden om door middel van een klein onderzoek informatie te verzamelen ter beantwoording van de vraag:

Hoeveel ruimte hebben gebruikers van een elektrische rolstoel minimaal nodig om een ruimte binnen te rijden, te keren en weer uit te rijden?

2. Onderzoeksopzet

De beurs Support 96 bood een goede gelegenheid om de benodigde manoeuvreerruimte voor draaien en keren in een elektrische rolstoel nader te onderzoeken. Deze beurs voor revalidatie en thuishulp is gehouden van 9 tot 12 mei en vond plaats in Utrecht. Centraal thema was dit keer: wonen, woningaanpassingen en aanpasbaar bouwen. Een dergelijke beurs trekt uiteraard veel bezoekers met een functiestoornis, waaronder gebruikers van een elektrische rolstoel of scootmobiel.

Ten behoeve van het onderzoek is een proefopstelling opgebouwd met behulp van houten blokken van 50 cm lang, 25 cm breed en 25 cm hoog. Op deze wijze is een ruimte afgeba-kend van 1.60 x 1.60 m, die naar behoefte vergroot of verkleind kon worden. De vrije door-gang tot deze ruimte bedroeg 85 cm. Door de opstelling van de blokken werd bij een verklei-ning van de onderzoeksruimte tot 1.50 x 1.50 m de vrije doorgangsruimte van de toegang automatisch tot 76 cm gereduceerd (figuur 1). Om de minimaal benodigde ruimte gemakke-lijk te kunnen aflezen is op de vloer zeil gebruikt met een rasterpatroon van 10 x 10 cm, on-derverdeeld in eenheden van 1 cm. Om de onderzoekstijd te beperken en ook omdat het verschil tussen wel en niet kunnen draaien eerder ligt in een veelvoud van 1 cm, is de mini-maal benodigde ruimte gemeten in stappen van 10 cm.

Aan voorbijgangers in een elektrische rolstoel of scootmobiel is gevraagd de afgebakende ruimte in te rijden, te draaien, en weer uit te rijden. Door te schuiven met de wanden is vast-gesteld bij welke minimum maten men kon draaien zonder tegen een van de wanden te bot-sen en zonder meer dan twee keer te hoeven steken. Voorts is het type rolstoel genoteerd en zijn de lengte en breedte van de rolstoel of scootmobiel geregistreerd. Tenslotte is ge-vraagd naar het gebruik van de stoel binnenshuis. Wanneer de tijd het toeliet werd nog even doorgepraat, waarbij persoonlijke ervaringen met (on)toegankelijkheid van de gebouwde omgeving naar voren konden komen.

In ruim drie dagen hebben 71 proefpersonen aan het onderzoek deelgenomen, waarvan: • 31 personen in een elektrische rolstoel;

• 21 personen op een scootmobiel;

• 10 personen in een handbewogen rolstoel, waarvan 6 met een stijf (gestrekt) been; • 9 personen in een handbewogen duwwagen.

(4)

Bovenaanzicht van de proefop-stelling

3. Resultaten

a. Afmetingen van rolstoelen

In onderstaande tabellen zijn de gemeten waarden voor de lengte en breedte van de rolstoe-len weergegeven, inclusief attributen zoals een boodschappenmandje, werkblad, of stan-daard voor loopkrukken.

Tabel 1: Geregistreerde lengte inclusief attributen

< 110 110-119 120-129 130-139 140-149 150-159 ≥ 160 Totaal handbewogen - standaard 1 1 2 4 - duwwagen 7 1 1 9 - gestrekt been 2 1 2 1 6 elektrische rolstoel 1 6 10 10 1 2 1 31 scootmobiel 2 2 5 4 4 2 2 21 Totaal 4 16 20 16 7 5 3 71

Tabel 2: Geregistreerde breedte

< 60 60-64 65-69 70-74 ≥75 Totaal handbewogen - standaard 2 2 4 - duwwagen 2 3 3 1 9 - gestrekt been 4 1 1 6 elektrische rolstoel 5 23 3 31 scootmobiel 1 10 9 1 21 Totaal 1 17 41 10 2 71

(5)

Inclusief voetsteunen en eventuele attributen is het merendeel van de handbewogen rolstoe-len tussen de 1.10 en 1.20 m lang; 77% blijft binnen de 1.40 m. Rolstoelgebruikers met een gestrekt been nemen ca 1.60 m in beslag. Ca 13% van de elektrische rolstoelen en bijna 29% van de scootmobielen is langer dan 1.40 m. Slechts 3 rolstoelen zijn inclusief de ge-bruiker langer dan 1.60 m. Het gaat hier om een gege-bruiker van een elektrische rolstoel in een half-liggende houding en twee scootmobielen, die ‘netto’, d.w.z. zonder losse attributen, ca 1.40 m lang zijn.

De meeste rolstoelen (82%) zijn tussen de 60 en 70 breed. Nog geen 3% is breder dan 75 cm. Het gaat hier om een duwwagen met werkblad en uitstekend besturingspaneel, en een persoon in een handbewogen rolstoel die door zijn handicap letterlijk breeduit moet zitten.

b. Ruimte voor draaien en keren

In bijgaande grafieken is per type rolstoel uitgezet hoeveel ruimte minimaal nodig is. De scootmobielen spannen de kroon: 40% heeft minimaal 2.00 m nodig, terwijl 20% zelfs mini-maal 2.10 m nodig heeft. De benodigde ruimte is aanzienlijk meer dan de draaicirkel die in de documentaties van rolstoelfabrikanten wordt vermeld. Gebruikers van een elektrische rolstoel volstaan doorgaans met 1.80 m, hoewel nog altijd 13% minimaal 1.90 m nodig heeft. Voor een enkeling is zelfs deze maat te krap. De reeds lang ingeburgerde maat van 1.50 m blijkt voor de doorsnee gebruiker van een handbewogen rolstoel geen probleem, maar is voor mensen die geduwd worden aan de krappe kant: 3 van de 9 proefpersonen had 1.60 á 1.70 m nodig. Voor mensen met een gestrekt been is eveneens minimaal 1.60 á 1.70 m noodzakelijk. Ook binnen eenzelfde categorie rolstoelen komen grote verschillen voor. Deze verschillen zijn te verklaren vanuit de volgende factoren:

• wendbaarheid van de rolstoel: elektrische rolstoelen verschillen onderling qua draaicirkel en afmetingen, en ditzelfde geldt voor scootmobielen;

• aan- of afwezigheid van attributen zoals boodschappenmandjes (scheelt ca 25 cm in leng-te), een ophangconstructie voor stokken (veel toegepast door gebruikers van een scoot-mobiel), een werkblad;

• behendigheid van de gebruiker. c. Vrije doorgangsbreedte

Voor niemand blijkt een vrije doorgang van 85 cm een probleem. Bij recht van voren aanrij-den is 76 cm voor gebruikers van een elektrische rolstoel of scootmobiel vaak evenmin een probleem, omdat zij - in tegenstelling tot gebruikers van een handbewogen rolstoel - met de hand sturen en er geen lichaamsdelen naast de rolstoel uitsteken. Deze maat is wel het ab-solute minimum en alleen acceptabel bij een puntvernauwing (over een zeer korte lengte). Binnen deze maat is manoeuvreren niet meer mogelijk. Voor deuren, waar men vaak ter plaatse van de deuropening nog enigszins moet bijsturen, is deze krappe maat dus zeker niet acceptabel.

(6)

Cumulatieve frequentieverdelingen per type rolstoel

Per type rolstoel is aangegeven welk percentage gebruikers binnen een bepaalde maat kan draaien en keren

d. Rolstoelgebruik binnenshuis

Van de 10 gebruikers van een handbewogen rolstoel waaraan dit gevraagd is, gebruiken er 7 dezelfde rolstoel in huis. De andere 3 zijn in staat in huis te lopen, al dan niet met een stok, of stappen over op een werkstoel. Van de overige respondenten zijn hierover geen gegevens bekend.

Van de 29 gebruikers van een elektrische rolstoel gebruiken er 25 deze zelfde rolstoel ook in huis. De overige vier stappen over in een handbewogen rolstoel of verplaatsen zich lopend in huis.

Van de 21 gebruikers van een scootmobiel waarover deze gegevens bekend zijn, gebruiken er slechts twee de scootmobiel ook in huis; 10 personen stappen over op een handbewogen rolstoel, een kleinere elektrische rolstoel, of een trippelstoel, terwijl 9 personen zich in huis lopend verplaatsen.

In geval van overstappen op een andere stoel en/of lopen in huis, wordt de rolstoel in de schuur gestald, of in de hal van de woning, en in een enkel geval in een overdekte semi-privé binnenstraat.

e. Toilettransfers

Bij 32 proefpersonen is doorgevraagd naar de wijze waarop van het toilet gebruik wordt ge-maakt. Bij de andere proefpersonen was hier geen tijd voor of was de vraag niet relevant omdat men in huis kan lopen. Vrijwel alle toilettransfers blijken voor te komen. Deze zijn als volgt verdeeld:

• 3 x overstappen onder een hoek van 900 • 2 x idem met hulp

(7)

• 5 x diagonaal overstappen • 1 x idem met hulp

• 2 x zijwaarts overschuiven, met hulp

• 5 x voorwaarts overstappen, waarvan 1 x m.b.v. een draaischijf • 8 x transfer met tillift

Twee personen gebruiken een toiletstoel, eveneens twee personen maken nooit van het toilet gebruik (op bed) en 1 persoon wordt door 2 hulpverleners opgetild. Een enkeling merkt op zodanig getraind te zijn, dat toiletgebruik buitenshuis vermeden kan worden.

f. Overige opmerkingen

Hoewel uit de gesprekken weinig nieuwe informatie naar voren is gekomen, is een aantal opmerkingen vermeldenswaard. In willekeurige volgorde:

• procedures voor individuele aanpassingen zijn vaak langdurig en moeizaam (soms lei-dend tot een proces tegen de gemeente);

• toenemende concurrentie t.a.v. aanpassingsgelden tussen ouderen en gehandicapten; • ITS-symbool vaak onvoldoende garantie voor toegankelijkheid voor iedereen;

• verschillende recent opgeleverde gebouwen zijn niet goed toegankelijk (soms wel goed op tekening, maar foutief uitgevoerd);

• door afwezigheid van toegankelijke hotels tijdens vakanties soms aangewezen op opvang in een verpleeghuis;

• soms wel rekening gehouden met plaatsingsruimte voor een rolstoel, maar niet met ma-noeuvreerruimte om er te komen (bioscoop);

• kokosmatten vermijden vanwege moeilijke rolstoelbesturing;

• graag stopcontact dichtbij kooktoestel om b.v. gebruik mixer mogelijk te maken (roeren gaat moeilijk door beperkte arm/handfunctie);

• pinapparaten en ‘flappentappers’ vaak onbereikbaar (te hoog);

• aangepaste toiletten vaak niet goed toegankelijk (pot op de verkeerde plaats, slechts 1 transfer mogelijk, beugels te laag);

• WC-brillen vaak instabiel, bij voorkeur niet met twee schroeven maar met stang bevesti-gen;

• natte cel in Focus-woningen eigenlijk te klein voor gebruik van een tillift;

• grote tourniquets niet met vier maar met drie compartimenten uitvoeren, omdat deze an-ders voor veel rolstoelgebruikers onbruikbaar zijn;

• voetgangersknoppen op verkeerslichten bij voorkeur uitvoeren met een sensor, zodat een lichte beweging van de hand voldoende is.

4. Discussie

Gebleken is dat met name de scootmobielen veel ruimte vragen. In principe is dit type rol-stoel voor buiten bedoeld. Toch wordt er ook in winkelcentra veel gebruik van gemaakt. Dit pleit ervoor om hiervoor zo mogelijk voldoende manoeuvreerruimte te creëren of ervoor te zorgen dat men rond kan rijden (circuit). Voorts moet voldoende manoeuvreerruimte en par-keerruimte beschikbaar zijn in de onmiddellijke nabijheid van de woningentree (gemeen-schappelijke verkeersruimte in een woongebouw, berging van een woongebouw, hal of ber-ging van een privé woning).Tenslotte dient ook de maatvoering van liften waarvan het rede-lijk is dat gebruikers van een elektrische rolstoel of scootmobiel hiervan gebruik maken, op dit type rolstoelgebruik te zijn afgestemd. Tegelijkertijd zijn er (financiële) grenzen aan het bouwkundig oplossen van ruimteproblemen. Dit betekent dat bij de ontwikkeling, produktie en aanschaf van elektrische rolstoelen nadrukkelijker gekeken moet worden naar het beno-digde ruimtegebruik!

Een tweede opmerking betreft de moeilijkheden die gehandicapte mensen vrijwel dagelijks ondervinden. Ondanks alle beschikbare kennis blijkt er bij het ontwerpen, uitvoeren en

(8)

behe-ren van gebouwde voorzieningen nog steeds onvoldoende aandacht besteed te worden aan toegankelijkheid voor iedereen, inclusief mensen met functiestoornissen. Reden te meer om hiervoor in de bouwwereld continu aandacht te vragen.

5. Conclusies en aanbevelingen

Voor gebruikers van een handbewogen rolstoel blijkt een draaicirkel van 1.50 m voldoende. Voor mensen in een duwwagen en mensen met een gestrekt been is tenminste 1.60 m en bij voorkeur 1.70 m gewenst. Onder de gebruikers van een elektrische rolstoel valt ca 13% bui-ten het zogenaamde breder gemiddelde, wanneer de huidige maat van 1.80 m gehandhaafd blijft. Dit pleit ervoor deze maat als absolute minimum aan te merken en hieraan een voor-keurmaat van 2.00 m toe te voegen. Deze laatstgenoemde maat maakt het ook voor het me-rendeel van de gebruikers van scootmobielen mogelijk om te draaien en te keren, hoewel nog altijd 20% méér nodig heeft. Een dergelijke ruime maat kan selectief worden toegepast, b.v. in grote winkelcentra en gemeenschappelijke verkeersruimten van woongebouwen. In verband met de grotere lengte van elektrische rolstoelen, scootmobielen, en mensen met een gestrekt been, zou de diepte van een liftkooi in winkelcentra en grote woongebouwen uit het oogpunt van fysieke toegankelijkheid bij voorkeur tenminste 1.60 m moeten bedragen.

(9)

Bijlage 1: Metingen per type rolstoel Vermeld zijn:

• geslacht (M=man, V=vrouw) • merk rolstoel

• de opgemeten lengte en breedte, inclusief attributen zoals een boodschappenmandje of werkblad

• de minimum ruimtebehoefte zonder veelvuldig te hoeven steken; indien deze maat tussen haakjes staat, betekent dit dat de desbetreffende maat gepaard gaat met botsingen tegen de wanden en dus te krap is;

• de maat waarbinnen men redelijk gemakkelijk kan keren;

• de maat waarbij men in een beweging naar binnen kan rijden, draait, en weer naar buiten rijdt (in veel gevallen zijn overigens niet alle drie deze maten gemeten);

• de aanbevolen minimum maat voor de desbetreffende proefpersoon, op basis waarvan de cumulatieve frequentieverdelingen in paragraaf 3 zijn samengesteld.

(10)

Elektrische rolstoelen

man/ vrouw

type lengte breedte Ø min Ø redelijk Ø ruim aanbevolen min. v 24 Pro Garant 118 65 160 170 160 m 24 Pro Garant 122 65 (160) 170 170 m Amigo/Quicky 116 64 150 160 180 150 v Elro 90 Compact 130 66 (150) 160 160 m Elro 90 Compact 130 68 (150) 160 160 m Elro Compact 130 66 150 160 150 v Elro Compact 119 66 (150) 160 160 m Garant 102 63 (150) 160 160 v LMD 125 67 (160) 170 180 170 m LMD 124 66 (150) 160 170 160 v LMD 130 67 (170) 180 180 m LMD 130 67 180 180 m LMD 147 66 (170) 180 180 m LMD 125 68 150 150 v LMD 125 67 170 170 v LMD 112 68 150 150 m LMD 135 67 160 170 170 v LMD 128 68 (150) 160 m LMD 3 114 66 150 150 v Marcher 130 65 150 160 150 m Marcher 136 65 150 150 v Meyra 124 70 (190) 200

v Meyra (grote wielen voor) 116 65 (180) 190 190

m Moover 302 157 68 (160) 180 170 v MRS Elro 90 128 66 (160) 170 m Octopus 122 67 (180) 190 190 m Permobil 123 63 150 160 150 m Permobil Chairmade (halfliggend) 165 63 190 200 190 m Rubaband EJ Compact 133 70 (160) 170 170 m Skwirrel Quatro 130 70 150 150 m Spinner 3000 152 74 (170) 180

(11)

Scootmobielen

man/ vrouw

type lengte breedte Ø min Ø redelijk Ø ruim aanbevolen min. m Clark 200 102 73 160 160 m Deltacar Favourite 142 66 (200) 200 v Flyer 112 60 170 180 170 v Fortress 2000 128 65 180 180 v Fortress 2000 130 61 180 180 v Fortress 2000 117 61 (160) 170 v Fortress 2000 125 61 180 180 v Giant 160 200 200 v Permobil Fcart 145 65 180 180 m Permobil P 126 66 180 180 v Shoprider 102 55 (160) 170 170 v Shoprider 130 60 (190) 200 m Sterling 128 65 (170) 190 190 v Sterling 124 61 (180) 190 190 m Sterling Elite 133 62 (180) 190 190

m Town & Country 138 64 (180) 190 190

v Trophy Booster 163 66 200 210 200

v Trophy Booster 147 65 200 200

v Trophy Booster 150 64 (200) 210

v Trophy Booster 147 66 200 200

(12)

Handbewogen rolstoelen

man/ vrouw

type lengte breedte Ø min Ø redelijk Ø ruim aanbevolen min. a. standaard m ? 120 67 170 170 v Logo Orthopedia 112 68 150 150 v Quicky 2 Sunrise 107 74 150 150 m Spinner 3000 120 70 150 150 b. duwwagen m ? 115 64 150 150 v ? 116 60 150 150 v Breezy 115 65 140 150 150 v Ligtvoet 116 72 160 160 v Ligtvoet 112 71 150 150 v Ligtvoet Porter 113 65 150 150 m Revab 135 78 170 170 v Rolstoeltechniek 120 70 160 160 v Spinner 115 65 150 150 c. gestrekt been v ? 142 66 170 170 m ? 150 68 (160) 170 170 v Quicky Breezy 136 65 (150) 160 160 v Spinner 3000 126 75 (150) 160 160 v Spinner 3000 145 67 160 160 v Swede F3 127 70 160 160

Cytaty

Powiązane dokumenty

Nie mo¿na ograniczaæ siê do zaanga¿owania w rozwój Grup bojowych UE i czyniæ z tego miernika realizacji celu operacyjnego, jakim wg autorów Strategii rozwoju systemu bezpieczeñ-

Według Possela i Bielickiego sprawa ta łączy się ściśle z postacią Twardow skiego.. Barbara Giżanka oczywiście nie wchodzi tu w

Dotychczasowe edycje spuścizny pamiętnikarskiej Henryka Bogdańskiego ob­ jęły jego wspomnienia z powstania listopadowego (Lwów 1882) oraz z konspi­ racji

Takie ujęcie jest daleko idącym zubożeniem rozważań ekonomicznych, nie tylko dlatego, że do­ maga się ono właśnie od socjologii szeregu wskazań (dat), ale dlatego,

opisa³ swoje wra¿enia z podró¿y do „nowych” Niemiec. Artyku³ jest jednoznaczny. Z opisu wy³aniaj¹ siê Niemcy, maszeruj¹ce ku jednoœci w wolnym pañstwie, co oznaczaæ

„Prezbiter imieniem Piotr, który pochodził z Rzymu, opowiedział nam to wyda­ rzenie dotyczące świętego Grzegorza - papieża tegoż miasta. «Zostawszy papie­

In Paris, contemporary parks and gardens not only express new forms of nature, they also form part of a green infrastructure network in their own right.. As a series

With the advent of using flexible kites for extracting wind energy and propelling ships, kite design is moving out of the ”comfort zone” and certain design rules of thumb do not