• Nie Znaleziono Wyników

Simulatiemodel voor een cilinder van een vier-takt dieselmotor + bijlagen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Simulatiemodel voor een cilinder van een vier-takt dieselmotor + bijlagen"

Copied!
241
0
0

Pełen tekst

(1)
(2)

VOORWOORD

Voorwoord

Dew scriptie is geschreven in het kader van ons gezamenlijk afstuderen bij de

vakgroep Maritieme Dieselrnotoren aan de Technische Universiteit Delft. De scriptie

beschrijft de ontwikkeling en resultaten van een model ter

simulatie van een cilincler

van een 4-takt dieselrnotor. Het is de bedoeling dat met dit rapport de basis is gelegd

voor vervolgopdrachten em uiteindelijk te komen tot een nauwkeurig dyrymicch

simulatiemodel voor een 4-talct motor.

De door ons gebruikte theorie is uitgebreid toegelicht, maar enige kennis op het

gebied van verbrandingsmotoren wordt verondersteld. Hoofdstuldcen 2, 3 en 4 zijn

interessant ter vergelifidng met de met andere cilinderrnodellen bereikte resultaten.

Hoofdstuk 5

is vooral van belang voor onze "opvolgers" die

het model pan

uitbreiden. In dit hoofdstuk wordt een al voor een deel

door ons onderzochte

uitbreiding gesc.hetst.

In de tijd dat wij geWerkt hebben aan de afstudeeropdracht, zijn er veel petsonen

geweest die ons met mad en daad hebben

bijgestaan. Enkele daarvan willen

expliciet noemen.

One dank gaat uit naar professor Van den Pot voor de stifling

die hij gal aan onze

gedaclitengang en naar professor Klein Woud voor de

begeleiding tijdens de

afwezigheid van professor Van den Pol. Tevens willen wij de heer Knoll bedanken

voor de assistentie bij de metingen aan de clieselmotor en de uitwerking van de

meetgegevens; oak vergeten wO niet de altijd bereidwillige bonding van de bemanning

van de "Van Speyk" om praktische Wensen van onze

kant uit te voeren.

Delft / Den Helder, jzutuari 1993

Michelle van der pUill

(3)

Inhoud

Voonvoord

Inhoud

Samenvatting

vi Symbolenlij St 1

Inleiding

1 1.1

Oompronkelijke opdracht

1 1.2

Uiteindelifice opdracht

1.3

De uitvoering

2

2

Mathematische beschrijving motor

4

2.1

Algemene systeembeschrijving

4 2.2

Compressie

12 2.3

Verbranding en expansie

18 2.4

De uitlaatslag

26 2.5

De spoelperiode

32 2.6

De inlaatslag

36 3

Het computerprogranuna

38 3.1

'pickling

38 3.2

Het hoofdprogramma

38 3.3

De subprogramma's

40

3.3.1 "Compressie"

40

332 "Verbl"

41

3.3.3 "Verb?

41

33.4 "Verb3"

42 INHOLTD ifi

(4)

HOOFDSTUK 4 RESULTA7"EN 65

toerentallen met de Wiebe-methode een goede matching te bereilcen is.

In bijlage D, biz. d49 en d50 zijn de temperatuurverlopen opgenomen voor n = 650

omw/min met a = 0.8 en m = 0.001 en met a = 0.4 en m = 0.06. De verlopen van

druk on temperatuur bij hogere a en lagere m volgen wat eerder in de tekst gesteld

is. Het is echter zo dat a maximaal is gekoze,n en m teg,ea de minimum grens aanzit

Het moge duidelijk run dat voor lagere toerentnllen de =telling niet zal lukken.

Men kan overwegen de verbranding en/of de warmteoverdracht op een andere wijze

te modelleren, om zodoende meer speelruimte te krijgen bij het matchen.

In figuur 4.8 zijn het berekende koppel en het gemeten askoppel tegen het toerental

uitgezet Zichtbaar is dat de waarden bij het gematchte toerental overeenstemmen.

Van de overige toerentallen is te zeggen dat het onderlinge verse/al tussen gemeten

en berekend koppel maximaal 180 Ntn is

Het verschil wordt enerzijds veroorzaakt door het niet overeenstemmen van gemeten

en berekende drukverlopen bij toerentallen lager dan 1000 omw/min. Anderzijds is

de berekening van het verlieskoppel, zoals beschreven in

2.1, misschien te

onnauwkemig. Nader onderzoek is an te bevelen.

Tot slot worth voor ieder toerental een grafiek van de momentane cilindermassa

gegeven. 21e hiervoor bijlage D, blz. d51-d59. Hieruit volgt dat bij lage toerentallen

(5)

1800 eat bo 1600

I.

1400

cr

1200 co" 071 CD

if

1000 800

gemeten en berelcend koppel

650

-700 750 800 850 900 950 1000

toerental tonmriminj

062t7

ece&cy/1

,44.4-1-34-91-4"

(6)

HOOFDSTUIC 5 EVALUATIE OORSPRONICELLI/CE OPDRACHT

HOOFDSTUK 5

EVALUATIE OORSPRONKELLIKE OPDRACHT

5.1 Inleilding

Dit hoofdstuk geeft een beeld van de aanpak van de afstudeeropdracht tot op het

moment dat de opdracht werd gewijzigd. Veel van de materie die toen al was

voltocdd, is met gebruilct voor het uiteindelijke programma. Een korte schets van de

modellering van die geschrapte onderdelen kan toekomstige werkers an dit project

op weg helpen en duidelijk malcen welke wege.n beter niet gekozen konnen worden.

Eerst wordt mede met behulp van blokscherna's van het oorspronIcelijice model (zie

bijlage E) de bedoeling van deze modellering uitgelegd. Aan de hand daarvan worth

een schets gegeven van de problemen die daarbij naar voren kwamen die uiteindelijk

leidden tot een herziene opdracht.

Na de grote lijn van het model wordt gekeken naar de afzonderlijIce onderdelen van

het beschouwde systeem. De grow lijn van de mathematische beschouwing wordt

gegeven en indien van toepassing, worden de knelpunten en de gemaakte fouten

toegelicht

Aan het eind van dit hoofdstuk volgen de concludes dW getrokken zijn uit het gehele

verloop van het afstuderen, met uitzondering van de conclusies die verhonden zijn

an de uiteindelifice opdracht.

5.2 Het model

Oorspronkelijk bestond het systeem dat gemodelleerd moest worden tat

vijf

deelsystemen: dinder, uitlaatreceiver, turbine, compressor en last. Dit systeem is te

vinden in figuur 5.1.

6-rag tkine.

(7)

Tin Corn--Or -411. pressor in b andstof toerenta I M Pultrw cillnder uitlaat-receiver Tuf .0tar

figuur 5.1 Schema model ocirspronkelijke opdrac.bt

De inlantreceiver was volleclig bepaald doordat de druk in de inlaatreceiver ,als

irwoew_star_gegeven_am werd_hij aanvang van het programma of als het programma,

al doorgerekend was daaruit volgde. De temperatuur in de inintreceiver wad

verondersteld altijd hetzelfde te zijn. De intercooler bracht de tetnperatuur op een

bepaalde waarde, ongeacht de doorstroming De modeLlering van de intercooler was

this oolc gereduceerd tot een vergelijlcing: T

constant.

Als eerste wad gekeken wat het doel van het model was en wat allernaal moest

Warden beschouwd. Mn de hand van die analyse werd het model verder verfijnd tot

het uitandelijke model.

doel van het model

Met de stand van de brandstofhendel

als

invoerparameter

het

te

leveren

dmaimornent, het toerental en de gaslcracht op de zuiger als functie van de krulchoek

berekenen (dit ander transiente condities).

systeemgrens

De systeemgrens ligt om de motor met drukvulgroep en de last, bestaande uit schroef,

schroefas en overbrenging.

HOOFDSTUK 5 EVALUATIE OORSPRONKELUICE OPDRACHT 68

111.

turbine

(8)

HOOFDSTUK 5 EVALUATTE OORSPRONICELLIKE OPDRACHT 69

variabelen die de systeangrens passeren

invoerparameter:

stand brandstofhendel

uitvoerparameters:

infOrinatiestrooth

massastromen:

motor met de ptocessen:

koppel

toerental

kracht op zuiger

omgevingscondities (temperatuur, druk)

motorgegevens (wandtemperaturen, geometrie,

traagheidsmoment)

brandstofgegevens

(samenstelling,

soortelifice

warmte,

verbrandinpwaarde, dichtheid, temperatuur)

eigenschappen fluidtun (gascon.stante, constante soortelijke

warmten, vaste les)

lastgegevens (geometrie, traagheidsmomenten, cons tante

koppel-toeren lcromme)

startwaarden voor prows

luchtstroom

brandstofstrooth

uitlaatgassenstroom

modelhypothesen/niet reievante verschianselen

Vervolgens werden de modelhypothesen opgesteW en gekeken wat de niet relevante

verschijnselen waren. In hoofdstuk 2 volgen ze voor het deelsysteem caMder. !adieu

interessant vow tilt verhaal volgen ze voor de rest van het oorspronkelijke model in

de volgende paragraaf, bij de besprelcing van de deelsystemen.

opdelen in deelsystemen

compressie

verbranding en expansie

uhlastslag

spoelperiode

sa-tr-

ekeiti

°it'

9

.

derri4A

(9)

HOOFDSTUK 5 EVALUATIE OORSPRONICELLIKE OPDRACHT 70

turbine

compressor

last

uitwerldng van de bloksche.ma's

De gegeven blokschemn's zijn niet zozeer procesdynnmisclie blokschema's als wel

programmatechnische beslissingsschema's. Aan de hand van de schema's is de

opbouw van het computerprogramma beter te volgen.

Blokschema I

Blokschema I geeft de grote lijn van het model weer van motormodel gekoppeld met

het lastmodel via het toerental. De meest efficiente oplossing leek daarbij een

splitsing te maken: begirmen met een stationair model dat als uitgangspunt client voor

het transiente model. Deze splitsing wordt uitgewerkt in blolcschema II en HI.

inlaatslag

Blokschema

De opdracht was de motor door te rekenen met S enige bekende de stind van de

brandstofhendel. Om de motor te kunnen doorrekenen zijn echter ook

91

toestand in

de beide receives nodig en' het toerental Hier moesten waarde

voor worden

aangenomen en de juiste vraarde moest vervolgens gevonden worden middels iteratie.

De startwaardes werden geschat aan de hand van de meetgegevens die van de motor

beschikbaar waren.

In het blokschema staat het volgende. Alle bekende gegevens over het systeem

worden ingelezen en de startwaarden worden toegelcend. Hierbij wordt de toe stand in

de inlaatreceiver vastgelegd door de druk

(de temperataur is constant) en de

toestand in de uidaatreceiver met de temperatuur Luce (in het blolcschema

(10)
(11)

HCOFDSTUK

5

EVALUATIE OORSPRONKELUKE OPDRACHT 71

de uitlaatreceiver p,.., te bepilen.

Vervolgens wordt er begonnen met het doorrekenen van de motor: compressie,

verbranding, uitlaatslag en spoelperiode worden doorlopen. Dan zijn genoeg gegevens

bekend om de uitlaatreceiver door te rekenen. Hkruit volgt een nieuwe vraarde voor

de druk en de temperatuur. De nieuwe temperatuur wordt vergeleken met de vorige.

Bij een verschil tussen beide worth teruggegaan naar de uitlaaulag met de laatst

uitgerekende waarde van T

(Ts.. heeft geen invloed op compressie of

verbranding). Dit wordt herhaald tot de temperatuur niet meer verandert of bizmen

bepaalde ingestelde grenzen blijft.

De druk die hoort bij de bereikte waarde van de uitkatreceivertemperatuur wordt

meegenomen om de turbine door te rekenen. Met behulp van de beschikbare

turbinekarakteristiek (bijlage E) 1comt uit dit deelsysteezn een bepaald vermogen dat

door de turbine wordt geleverd. De volgende stap is dan het door de compressor

opgenomen vermogen uitrekenen. Dit kan met behulp van de aangenomen druk in de

inlaatreceiver en de uit het cilindeiproces berekende waarde voor de volumestroom

en

met

behulp

van

de

karakteristiek

van

de

compressor

waaruit

het

corapressorrendement volgt (bijlage E). De tweede iteratie volgt nu door het turbine

"veirmogen math het mechanisch rendement

van de drukvulgroep, P *

%itch,

te

vergelijken met het corapressorvermogen Pr De waarde van p

moet nu verandert

worden tot evenwicht tussen deze twee termer' is bereikt of het versclzil in ieder geval

binnen een Ideine marge blijft.

De

bereilcte vraarde

van

pth.

waarbij

evenwicht tus-sen

turbine-

en

compressorvermogen is wordt vergelelcen met de vorige waarde. Indien er een

verschil is wordt met de nieuwe waarde de doorrekening opnieuw gestart bij

compressie tot een waarde is bereikt die niet of nauwelijksnog verandert.

De druk in de cilinder is op elke krukgra.ad bekend na doorrelcening tan het

cilinderinodel. Met die informatie 'can de gomiddelde geincliceerde druk

p worden

berekend en than& vo1gt weer het Motorkoppel. Via het lastmodel wordt het

lastkoppel berekend. Deze twee waarden worden vergeleken en zolang er een (te

groot) verschil is, wordt met het nieuw berekende toerenta1 N. weer het hele

rekenschema tot dan toe doorlopen.

Is uiteindelijk het juiste toerental bereikt, dan is tevens de stationaire toestand van de

(12)

%eat

.4/2/

(00Levt

Cery

(13)

HOOFDSTUK 5 EVALUATIE OORSPRONKELLIKE OFDRACHT 72

het transiente gedrag van de motor kan worden bekeken. Dit rekenschema is niet

conform de werkelijkheid, maar de opzet om iteratieloops over maar een gedeelte

van het hele relcenmodel te zetten was bedoeld ozn tijd te besparen. Op deze manier

is wel een wirwar van heresies ontstaan die de overzichtelijkheid met ten goede Icomt.

Daarover bij de bespreking van het volgende blolcschema meet

Blokscbema

Begonnen worth met de stationaire toestand inlez,en. Windt deze situatie wordt de

brandstofhendel in een andere stand gezet: een nieuwe hoeveelheid ingespoten

brandstof wordt meegegeven. De opbouw is nu veel eenvoudiger. Het rekenschema

wordt weer doorlopen, nu echter alleen nog maar met de iteratie bij de drukvulgroep.

Dit levert na e6n keer doorlopen een nieuwe waarde voor pw. en Tans. Het

motorkoppel en het lastkoppel worden weer bepaald en nu pas vvordt er edit

geitereerd, naar het toerental. Met een tijdstap van 1 arbeidsslag wordt this steeds

koppel, toerental, p

en T.. bekelcen. Zodra

M.. is er weer een nieuwe

stationaire toestand bereikt. Per doorloop

is

er verder een verloop van de

cilinderdruk en -temperatuur en de gaslcra.cht te zien.

Het bereiken van de stationaire toestand op deze manier is veel overzichtelijker en

conform de werkelijkbeid. Dit verdient de voorkeur, mits het in tijd met essentieel

veel uitmaakt Het plan bestond om beide manieren te onderzoeken waarbij bij de

tweede manier in plaats van de berekende stationaire toestand ook de geschatte

startwaardes zouden worden opgegeven. Helaas is het er filet van gekomen, maar het

lijkt zeker interessant in de toekomst daar aandacht an te besteden.

5.3 De deelsystemen nader benefit

Cilinder

Vanaf de start van de opdracht werd al ingezien dat bet geheel modelleren eert gyoot

karwei zou zijn. Het model zou zo simpel mogelijk moeten worden gehouden. Voor

het cilindennodel moesten atter gegevens per krukgraad warden geleverd. Een

eenvoudig cilindermodel was hierdoor praktisch uitgesknen en het modelleren met

(14)

HOOFDSTUR 5 EVALUATIE OORSPRONICELUICE OPDRACHT 73

Alhoewel het computerprogramma voor doze methode per krukgraad maar 66n eerste

orde differentiaalvergelijlcing moest oplossen, bleek de computer niet kracbtig genoeg

om in een afzienbare tijd voor 66n arbeidsslag, of zelfs maar een deel ervan, dit door

te rekenen. Aanvankelijk was de enige computer waarop gewerkt kon warden een

"386". Veel later konden ook wat uurtjes op een "486" gedraaid worden en bleek dat

de tijd tot een kwart van de oorspronlcelijke werd gereduceerd.

Met de gekozen oplossingstnethode moest zeer rutuwkeurig gewerla warden om

numerieke instabiliteit te voorkomen. Tevens moesten de geVraagde verlopen van

cilinderdruk en -temperatuur redelijk met de werkelijkheid overeensienunen. Dit

vroeg om het matchen van een a.antal parameters. Bike run met het programma

kostte een hoop tijd en hield het werk aan de andere deelsystemen op. Deze waren

theoretisch wel klaar, maar konden nog niet gedraaid worden in een geheel, omdat

daarvoor het cilindennodel af moest zijn. Dientengevolge lconden ook nog geen

verbeteringen aan de overige onderdelen aangebracht warden.

Uitlaatreceiver

De uitlaatreceiver

vorrnt

als

het ware

het verzamelvat voor de

uitgaande

massastromen van de vier cilinders, this moesten vier cilinders in het verhaal worden

meegenomen. De modellering vond net als bij het cilindermodel plants met

behulp

van

de

vul-

en

leegmethode,

zoals

weergegeven

in

[Woodward,'831. De

vereenvoudiging werd gemaalct, dat er geen warmtestroom van/naar de omgeving

was, zoals wordt gerechtvaardigd in rWoodward,'84].

Het simultaan laten draaien van vier cilindermodellen, direct gekoppeld aan het

uitlaatreceivennodel we,rd onderzocht, maar bleek met de beschikbare hardware een

onbegonnen werk.

Hier startten de aaasluitmoeilijkheden. Er moest uit

het

cilindermodel gestapt worden en een algemene situatie voor de uitlaatreceiver

worden beschouwd.

De volgende vereenvoudiging die werd gemaakt, was om voor de drie onbekende

cilinders, na afloop van het doorrekenen van 66n cilinder, dezelfde verlopen te

nemen, steeds 180° in fase verschoven. Met de bekende massastromen nit de cilinders

en de massastrootn naar de turbine die valgde tilt de turbinekarakteristiek, Icon de

uitlaatreceiver doorgerekend word=

(15)

HOOFDSTUK 5 EVALUATIE OORSPRONICELLIKE OPDRACHT 74

cilinders. Op elke la-ulcgraad werd bekeken wat er tilt de afzonderlijke cilinders Imam

en wat er naar de turbine ging, daaraan steeds de toestand in de uitlaatreceiver

aanpassend. Om tot een eindtoestand in de uitlaatreceiver te komen, die weer molest

dienen als invoer voor een volgende doorrekening, werd over 720° de toestand

gemiddeld. Tijdens de doorrekening van an arbeidsslag bleek echter het systeem niet

stabieL De oorzaak hiervoor werd niet gevonden.

Er werd vereenvoudigd door een gemiddelde ingaande massastroom te berekenen

met een gemiddelde temperatuur en een genaiddelde uitga.ande massa.stroom, over

een arbeidsslag genomen. De differentiaalvergelijking hoefde nu maar een keer

uitgerekend

te worden.

Dit veel

eenvoudiger model leverde

al

een

forse

tijdsbesparing en tijdens het draaien ermee bleken de oplossingen ook heel plausibel.

Voor eett eerste opzet van een complex simulatiemodel leek dit heel aardig, mar de

aansluiting met het cilindermodel was hierdoor rat nauwkeurig meter, omdat de

tijdschaal voor de twee systemen verschillend was. Bij het cilindermodel wijzigde de

toestand per krukgraad of een deel daarvan en bit de receiver gebeurde dit per

arbeidsslag. De interactie tussen beide systemen was niet meer correct

Selectie van aannarnes en/Of vereenvoudigingen

de waarde van 'Filth wordt berekend door an mul de diffetentiaalvergelijidng op

te lossen, met geniiddelde waarden over een arbeidsslag voor de parameters

ingevuld

er worden in de vier cilinderi identieke processen verondersteld, ten opzichte

van ellcaar 180° in fase verschoven.

Turbine

De turbine werd "basic" gemodelleerd. De druk in de uitlaatreceiver was belcend. Met

de omgevingsdruk aLs druk na de turbine was dan de drulcverhouding over de turbine

bekend. De beschikbare turbinekarakteristiek (bijlage E) gaf de drukverhoucfmg aLs

functie van de volumestroom v. Door de wt

in de turbinelcarakteristiek op te zoeken

(aangegeven

pa,

de volnnanstroom door de turbine te vinden.

(16)

0.03 0.028

1.

1020 0.024 0.022 0.02 scrokicen lijn aoorspronkelipte karakteristia

gestippelde Iiin a polyneambenadeting

0.01114

L41.6

1.8 2 2.2 2.4 7.6

drukverhauding am nubble

figuur 5.2 Polynoombenadering

turbinekarakteristielc

De volumestroom

zoals in de

lcarakteristiek gegeven,

is een naar

de temperas=

HOOFDSTUK 5 EVALUATTEOORSPRONKELUKE OPDRACHT

75

[-1

Po

Van de

tarbinelcarakteristiek was met behulp van

de lcleinste

lavadraten methode

een

polynoom gemaakt (zie

ook figunr 5.2):

v =0.04813344490758 +0.09652175113095

-0.04000355072769

+0.00566722336837se.,

[in3/sK IP] polynoombenadertngturbinekerektenstek

(17)

HOOFDSTTJK 5 EVALUATIX OORSPRONKELLIKE OPDRACHT 76

gerelateerde vohunestroom. De Werkelijke volumestroom, yaw, worth gegeven door:

vkir = vt

*717

:three [fit 3/51

Deze voltimPstroom vftur moest vervolgens naar een ma.ssastroom mft,,, worden

omgezet. Het isentropisch rendement was niet te achterhalen vow de turbine, dus

clan werd een waarde voor aangenomen. Met de volgende formule kon dan het

vennogen uitgerekend worden:

1

.

m *T *It

*(1-(

) [W]

far Pas gene tar

met;

xtur = 133 El

cos = 1150 [J/kg IC]

-

is het isentropisch rendement van de turbine

Dit model voldeed alt eerste opzet van de modellering. Verdere verbetering kan

gebeuren door een goede functie voor het rendement te vinden en drukverliezen mee

te modelleren.

Selectie van aannames en/of vereenvoudiemgen

de verbrandingsgassen worden van constante samenstelling verondenteld en de

ternperatuur heeft geen invloed op cp., en

er wordt expansie tot omgevingsciruk aangenomen

temperatuur en dna voor de turbine zijn constant bij constant toerental

de gebruikte karakteristiek is de karakteristiek opgenomen bij de proefstand van de

fabnicant

Compressor

Voor het modelleren van de compressor was het nodig de aansluiting met de turbine

te vinden en op een nieuwe waarde van ph,, te komen. De link met de turbine lag in

het vermogen. Het beschilthare vermogen oin de compressor aan te drijven,

(18)

HOOFDSTUIC 5 EVALUATIE OORSPRONICELIJICE OPDRACHT

Wordt gekregen van de turbine.

[R]

waarin n2,

het mechanische rendement van de drulcvulgroep is. De waarde

hiervan was niet bekend uit de gegevens die MAN wilde verstrekken. Na

raadpleging van de literatuur (Ptepanoff,'55], [Stiezenou,'83], [Ter Riet,'90]) werd tot

een geschatte waarde gekomen van

= 0.98.

Voor het berekenen van het verrnogen waren de drukverhonding en de massastroom

door de compressor mt. nodig. De drukverhouding ?roar wordt gegeven door.

Paver V

PO

Hierbij werd verondenteld dat er over de intercooler geen dnikverlies plaatsvindt en

de

aanzuigdruk van

de

compressor

gelijk is

aan

de

omgevingsdruk. De

inlaatreceiverdrulc went als startparameter van het programma geschat.

De massastroom werd aanvankelijk genomen uit meetwaarckn van de motor, waarbij

de werkpunten wesden verondersteld op een sloklijn te liggen. Dit als eerste schatting

van de volumestroom. De opzet hiervan was dat op deze manier de inlaatslag na de

drulcvulgroep kon worden doorgerekend, met de nieuwe berelcende wa.arde voor

Dit ook weer met het oog op tijdsbesparing.

Dit was een finite methode, onidat de link met de motor dan totaal verloren

at De

verbeterde opzet was eerst het hele cilinderproces door te rekenen en via de

maccabalans voor de vier cilinders te kijken wat er per arbeidsslag in gaat. Hier werd

weer dnelfde vereenvoudiging gemaalct als bij de uitlaatreceiver, namelijk dat de

massastroorn gemiddeld werd over den arbeirkcIag Ook bier werd dus weer eon

andere tijdschaal geintroduceerd dan bij de thunder het geval was.

Met deze twee gegevens Icon de beschikbare karakteristiek (bijlage E) van de

compressor gebruilct worden. De drukverhouding was in deze vorm direct te

gebruficen. De massastroom moest warden omgerekend naar een volumestroom v,

en die moest weer orngerekend worden war een relatieve volumestroom, via. de

relatie:

(19)

HOOFDSTUK 5 EVALUATIE 0012SPRONKELUKE OPDRACHT 78

To

vfa=

= v *

293.15

[In is]

waarin v, de relatieve volumestroom [m3/s] is, zoals in de karakteristiek gebruikt. Uit

de lcarakteristiek volgt, na invullen van de twee bekende parameters, de waarde van

het isentropisch compressorrendement 00[-] Het compressorvennogen was ten.slotte

te vinden tilt

in *ft *T

P. -

-1"1" eaa

e *(treosr -1)

[1.11 neon met:

= 1000 [J/kgK]

xan,, = 1.4 [-]

Bij verschil tussen het compressorvermogen dat op deze manier worth gevonden en

het turbinevennogen vermenigvuldigt met het mechanisch rendentent van de

drukvdgroep werd de drulcverhouding gewijzigd. Dit gebeurde tot er geen verschil

meer was.

Vow de karakteristiek was een routine geschreven ow de lcarakteristiek in te lezen

en. Vervolgens Was er een programma dat voor elke

willekeurige combinatie van

drulcverhouding en voltunestroom de waarden voor het rendement en het toerental

via een iteratie tilt de ingelezen lcarakteristiek kon halen. Deze methode voldeed

goed.

Het wankele in de modelleting van de compressor is dat er geen gebruik worth

gemaakt van het drukvulgroeptoerental AL.. De modellering is op deze manier

dynamisch. Voor een clynamisch model zoo er een differentiaalvergelijking naar het

toerental moeten worden gemaakt en op die wijze uiteindelijk een nieuwe vmarde

voor

moeten worden gevonden.

De differentiaalvergelijking naar het toerenml kim op soortgelijke wijze ab bij de

motor en de last gedaan worden. In het Icon komt dat op het volgertde neer: het

opgenomen koppel wordt vergeleken met het door de turbine geleverde koppel.

Indien er een verschil is tussen deze twee za1 er een vertraging of een versnelling in

(20)

HOOFDSTUIC 5 EVALUATIE OORSPRONICELDKE OPDRACHT 79

de dnilcvulgroep optreden. In formulevorm is dit:

tin"

-

I *

AC-AL

[omw1s1

dt

2nr

met

L [kgm2] is het traagheidsmoment van de drukvulgroep

[Nat] is het door de turbine geleverde koppel

Mcom [Nm] is het door de compressor opgenomen koppel

Bevvust is bij de niodellering aanvankelijk nitt voor deft in

lode gekozen, omdat het

traagheidsmoment onbekend was en er geen goede mogelificheden waren dit met an

redelijke nauwkeurigheid te bepalen.

Selectie van ammames en/of vereenvoluligingen

- voor c

en iç

worden constante waarden verondersteld

er is geen drukverlies over de intercooler tussen compressor en inlaatreceiver

de aanzuigdrulc en -temperatuur zijn gelijk aan the van de omgeving

de gebruikte karakteristiek is die van de compressorproefstand van de fabrikant

Last

De modellering van het lastmOdel was gebaseerd op de volgende vergelijking:

1* 2 *inc/Ne

dt

Hkrin is AM het Verschil tuSsen het koppel dat beschikbaar is en het koppel dat

gpevreagd wordt. Ads er een verschil is zal de motor gaan vertragen of versallen

volgens de bovenstaande wet van Newton.

Het besc.hikbare koppel werd uitgerekend zoals beschreven in § 2.7. Het gevraagde

koppel is het koppel dat de schroef opneemt bij een bepaald toerental. Algemeen is

dit voor te stellen door:

(21)

HOOFDSTUK 5 EVALUATIE OORSPRONKELLIKE OPDRACHT 80

C *ne2

Wm]

met

- Name is het toerental van de schroefas [omw/s]

- C is een constante [kgmi

De waarde van C werd empirisch bepaald met behulp van de metingen ged-aan op de

"Van Speyk". De resultaten hiervan zijn te vinden in bijlage E.

Het toerental van de schroef

is

gekoppeld aan het motortoerental via de

overbrengingsverhouding van de tandwielkast, L [-].

kehmef = [omw/s]

I [kgmi in de formule stelt het massatraagheidsmoment voor van motor en last. Dit

totale traagheidsmoment wordt gevonden door sommatie van de traagheidsmomenten

van vier verschillende onderdelen. Het gaat bier om het traagheidsmoment van

motor, schroefas, tandwielkast en schmet

Bijdrage aan het traagheidsmoment van de motor wordt geleverd door de Icrukas,

Icruldcen, krukpennen, krukwangen en vliegwiel. Gezien de complexiteit van dat deel

is het massatraagheidsmoment van de motor berekend met een speciaal daarvoor

geschreven massatmaghedenprogramma, te vinden in [Brule]. Uitgingspunt hiervoor

is te vinden in (Haffner,'85).

De sdtroefas word vereenvoudigd tot en holle cilinder on ook op de tandwiellcast

ward een vereenvoudiging toegepast; de tandwielen werden opgevat als schijven. Dit

gebeurde ook that de sc.hroef waar nog een percentage van die waarde aan werd

toegevoegd, oin het meegenomen water te representeren (zie [Klein Woud,'90]). De

traagheidsmomenten van schroef, schroefas en tandwielicast werden gereduceerd naar

bet motortoerental.

5.4 Conclusies

(22)

HOOFDSTUK 5 EVALUATEE OORSPRONKELUKE OPDRACHT 81

De aansluiting tussen cilinder enerzijds en receivers en drukvulgroep

andenijd.s werkte niet zoals gewenst door de verschillende tijdschalen.

Voor een nauwketuiger modellering voor de oorspronlcelijke opdracht waren

onvoldoende gegeveas te bemachtigen.

Een deel van de verworpen materie lijkt zelcer bruikbaar voor toekomstige

uitbreiding van het model.

(23)

HOOFDSTUK 6 CONCLUSIES EN AANEEVEIINGEN

Hoofdstuk 6

Conclusies en aanbevelingen

6.1 Conclusies

De benodigde tijd voor het maken van een accuraat, compleet simulatiemodel voor

motor, drulmagroep en last moet niet onderschat worden. Een goede methode is om

te starten met een basis van een cilindennodel. Dit kan dan modulair worden

uitgebreld na.ar een compleet model.

Ten aanzien van het gerealiseerde cilindermodel Jammu de volgende conclusies

worden getrokken (ervan uitgaande dat de gemeten temperatuur en druk goed zijn).

Krachtige hardware is onontbeerlijk em de benodigde rekentijd acceptabel te

houden.

De gebruikte methode om de cilinder te modelleren, de viii- en leegmethode,

blijkt niet volledig in overeenstemming met de werlcelijkheid. Oorzaken

hienranicun4en de verwaarlozing van de rotatie-energie en de mass ale

Het verbrandingsmodel volgens Wiebe is niet to nauwkeurig, maar laat zich

wel gemakkelijk implementeren in het gebruikte model.

De Wiebe-parameter m lcan in dit model niet voor ieder toerental gelijk

genomen worden. Bij afnemend toerental moet m afnemen om gemeten en

gesimuleerde resultaten beter met elkaar in overeenstemming te brengen.

De warmteoverdracht volgens Armand levert teinperatuurverlopen, %Taman bij

hoge toerentallen de vonn goed in overeenstemming is te brengen met de

werkelijkheid door middel van variatie van de coefficient a uit de formule van

Annand. De waarden van de temperatuur zijn echter niet juist

(24)

HOOFDSTUK 6 CONCLUSTPS EN AANBEVELINGEN 83

De coefficient a uit de fommk van Annand voor de wannteoverdracht km in

dit model niet voor ieder toerental gelijk genortien worden. Bij afnemend

toerental moet a toenemen om gemeten en gesimuleerde resultaten beter met

ellcaar in overeenst6mming te brengen.

De matchmogefijkheden met in (Wiebe parameter) en a (Annand coefficient)

zijn niet toereilcend om de simuktieresultaten van het model tot duster voor

alle toerentallen in overeenstenumn'i te brengen met de werkelificheid.

Uit de vergelijking van gesimuleerde en gemeten koppel blijkt dat het model

tan bet verlieskoppel niet de fysieke werkelijkheid weergeeft

bij

lage

toerentallen.

Dit model is nog niet volledig genoeg om de werkelijkheid nauwkeurig te

simuleren.

Voor

het

vote

verschil

in

de

berekende

en

gemeten

temperatuurverlopen is geen aanwijsbare reden gevonden.

6.2 Aanbevelingen

Om het gerealiseerde cilindermodel te verbeteren, worden de volgende aanbevelingen

gedaan:

De formuk van Wolfkr voor het ontsteldngsuitstel en de empirische forrnule

voor de starttemperatuur T, kunnen aangepast vtorden, zodat de berekende

temperatuur bij aanvang compressie op de gemeten temperatuur "gelegd" kan

worden.

Lac langs de zuigerveren kan nauwkeuriger beschouwd warden en, indien

alsnog nodig, worden gemodelleerd.

Er kan beter onderzocht worden of de rotatie-energie term inderdaad te

venvaarlozen is; zo no dig moet dew gemodelleerd worden.

Het model van het verfieskoppel zou verder verfijnd en onderzocht moeten

worden voor verschillende toerentallen.

(25)

HOOFDSTUK 6 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 84

wordeh in het cilindermodel.

Door middel van metingen kan een bij deze Specifieke motor passende

discharge coefficient bepaald worden.

Men kan proberen de warmte-uitkvisseling met de oingeving empirisch

vinden, ter vergelijking met het gekozen warmteoverdrabhtmodel volgens

Annand.

Nauwkeuriger gegevens van de satnenstelling van de bmdstof zouden in he

programma ingevoerd kutmen worden.

Men kan probe:en de temperatutu van de zuigerkroon meetbaar te Timken,

zodat een redelijke schatting daarvah mogelijk is.

Voor betere meetresultaten lcunnen de metingen beter uitgevoerd worden bij

een hogere last.

Het

(verbeterde)

alindermodel kan stapsgewijs worden uitgebreid

met een

drulcvulgroep en een lastmodel. Na realisatie van een bevredigend stationair model

(26)

LITERATUURLUST

L Annand, W.J.D., 1963, "Heattransfe.r in the cylinders of reciprocating internal

combustion engines". Proc. Inst. Mech. Engrs. VoL 177 nr. 36, 973-990.

Assails, D.N., Ekchian, LA., Haywood, J.B., Replogle, K.K, 1985, "Computer

simulation of the turbocompounded diesel engine system". Procedings, Society of

automotive engineers, Warrendale PA., U.S.A., 297-316.

Benson, KS:, Whitehouse, N.D., 1979, Internal combustion engines, Pergamon

Press, Oxford.

Bride, P. van den, Handleiding programmatuur voor de berekerting van

traagheidsmomenten. KIM, Den Helder.

Bulaty, T., Glanzmann, W., 1984, "Bestimmung der Wiebe

Verbrennunuparameter". MTZ 45, 299-303.

Grohe, H., 1991, Benzine- en dieselmotoren. 2druk. Kluwer, Deventer.

Haffner, KS, Maass, H., 1985, Torsionsschwingungen in der

Verbrenriungskraftmaschine, Springer Verlag Wien, New York.

Klein Woud, J., 1990, Maritieme Werktutlatnde 3. Collegedictaat Maritieme

Technielc T.U. Delft, Delft, 1990.

Lier Lit van, 1988, Energietransformaties Deel I, De Grondslagen van de

thermodyntunica. Collegedictaat Energievoorzieriing T.U. Delft, Delft.

Lilly, L.C.R., 1985, Diesel engine reference book. 2" druk. Butterworths, Kent.

Pol, E. van den, 1984, A, Warmteoventracht. Collegedictaat Dieselmotoren ho.,

KIM, Den Helder.

ii Pol, E. van den, 1984, B, Het bepalen van de zg Weatrelease" nz.b.v. an gemeten

cilinderthulcverloop als funktie van de loukhoek. Collegedictaat Dieselmotoren

b.o., KIM, Den Helder.

13. Pol, E. van den, 1987, Thermodynainisehe grondslagen. Collegedictaat

Dieselmotoren b.o. KIM, Den Helder.

(27)

LITERATUURLUST

Pol, E. van den, 1988, Drukvidling. Collegedictaat Dieselmotoren b.o. KIM, Den

fielder.

Poi, E. van den, Wijers, H.E., 1989, 700 hours test with "quasi" DMC-type of fuel in

a MAN 4L 20/27 diesel engine. Den Helder. KIM.

Riet, B.J. ter, 1990, Het othwikkelen en testen vart eat mathematisch model van ear

viertakt dieselmotor met dmkvulling voor het simulereit van dynamisch gedrag.

Rotterdam. Rapport OEMO 90/51.

Smith, J.M., Van Ness, H.C, 1987, Introduction to chemical engineering

thermodynamics. McGraw-Hi Book Co., Singapore..

Stepanoff, A.), 1955, Turboblowers, theory, design and application of centrifugal and

axial flow compressors and fans. John Wiley & Sons, Inc., New York.

Striezenou, C., 1983, Rondrekenmodel voor het 4-ti/la dieselproces met drulcvulling

en interlcoeling. Eindhoven. Technische Hogeschool Eindhoven, Aideling

Werktuigbouwkunde, Vakgroep Verbrandingsmotoren en Vervoerstechniek.

Visser, W.P.J., 1983, OntwikIceling van eat rekenmodel valr de TM410 medium

speed die,selmotor met dnrkvulgroep. Delft. Technische Hogeschool Delft, Md.

Werlctuigbouwkunde.

Wean, R., 1978/1979, CRC Harulbook of chemistry and physics. sr edition. CRC

Press Inc., West Palm Beach Fla..

Woodward, J.B., Latcirre, R.G., 1983, Simulation of diesel engine transient

behaviour in marine propulsion analysis. Michigan. Department of Naval

Architecture and Marine Engin.eering, College of FT,gineering, The University of

Michigan, Ann Arbor.

Woodward, LB., Latorre, R.G, 1984, "Modeling of diesel engine transient

behaviour in marine propulsion analysis". SNAME Transactions, Vol. 92, 33-49.

(28)

BUIAGE A OORSPRONICELLUCE OPDRACHT EN TAAKVERDEL1NG

CONCEPT-IR.OPDRACHT VOOR M. VAN DER DUIN & R.G. TERLAGE

- .

Inleiding

-De moderne digitate computer maakt het mogelijk het stationaire & het niet-stationeire gedrag Van men dieseltotot met

afvoergaSsen-dtukVulling te simuleren.

Voordat Met een dergelijk simulatie-programma vordt aangevabgen, is het gevenst een blekdiagram op te 2:tenet, (tie

tail,.

fig. 2

tan het bijge4Oegde artikei). De samenstelling cq. etruktuut en de inhoud van o'n blokdiagram vorden bepaald door het doet vaarvoor men een dergelijke simulatie venst.

Zo bent de bovenaangehaa1de fig, 2 eblokjess. die vellicht niet voor iedere diesel-simulatie nodig zijn, evenzo dienen er

misschien "blokjesw toege*yead te vorden vanneer het programta een ander doel moet dienen.

Oodracht

Vervaardtg een simulatieprogramma in VAR PASCAL vOttr een vier-takt-dieselmotor met afvoergassen-drukvullingen met de

cylinder's in Lijn.

Deem hiervoor de 4-cylinder MAN 20/27, zoals geplaatst a/b/ "%NIP

4PeYr1

Net programme dient towel Your stationair als niet-stationair gedrig minimaal de Volgende grootheden lft de tAJd te

berekenen:

te leveten draaimoment

ante' omventelingen/minuut

de gaskracht op de zUlger als functle van de krUkhoek

Hietbij dient de stand van bet btandstofhandle de

invoerpara-meter te zip*.

3. Om het te vervlardigen computer-programme te kOhnet tOetsen op Validiteit is het nOOdzakelijk de biJ verschAllende standen

Van het brandstofhandie ten iinstes metingen te doen t.a.v.:

- draaimoment toeren

- cylladerdruk als Dinette Van de krahOet brandstofverbruik (denk ow blJbehorende 110) 7 aangezogen luchthoeveelheid (mans)

hem niertoe seer tijdig kontakt op met: LTZSD 2 OC W.H.J. van Reeken (VSP)

Ir. R. Knoll (VSP)

Witsiers (Lab ScheepsverktuigkUnde)

WellIcht suit U op sommtge onderdelen gedvongen zijn

etpirische relatles te gebrviken, hietVoor zult U metingen ter sake dienen te bedenkem teem ook hiervoor tijdig kontakt op

met:

(29)

BULAGE A OORSPRONICELUICE OPDRAOHT EN TAAICVERDEL1NG

Het te Ver4aardigen programma dient 2ovel te voortien in eel! diesel-Delasting in reiatie met de egw" schroefver alswel bij constant aantal oflentelingen.

Verevek de KIM-dotUmentalitt een dodumehtatle tan te leggen Van idiblicaties.m.b.t. diesel-simulaties atm.v..een computer.

De afstudemrhooglerasr,

Distributle:

M. van der Duin K.E. Terlage

W.J.H. van Keeken

H. Knoll

G.A.M. Witsiers C.A.J. Tromp

E. van den Pol. TU-D

J. Klein Woud,

KIM

(30)

MACE A OORSPRONKELLIKE OPDRACHT EN TAAICVERDELING a3

Taaliterdeling

K.G. Terlage:

Basistheorie cilindennodel

Basittheorie koppels

Uitwerken traagheidsmoment last

Laatste fase matchen cilindermodel

M.P. van der Duin:

Basistheorie compressor en turbine

Basistheorie uitlaatreceiver

Uitwerken traagheidsmomeM motor

Scrip tie

Programma

Gezamenlijk:

LiteratutitOndetwek

Draaiehd krijgen prograrnina

Betprelting testiltaten

Algemeen kan gezegd worden dat tijdens de uitvoering van de opdracht voortdurend

(31)

Polynoombenadering warmtegeleidingscoefficient 2. van lucht

aestippelde lijn = polynoombenadering

temperatuur

(32)

9 8 7 6

4

3

Polynootnbenadering dynamische viscositeit q van lucid

x10-5

tenaperattur [K]

500 1000 1500 2000 2500

1000

BIJLAGE B POLY.NOMEN b2

getrokken lijn = data

gesdppelde lijn

polynoorabenadering

(33)

Polynornen soortelijke warntte.n

Uit [Van den Pol,'871:

1 c,N2=

2813

((6.93((6.93 + 0.497*10 (7; -273) +1.85 *104 (7; -273)2 -.1.56 *10*

(T-273)3+0.463 *102(Te-273)4 -0.0472*10' (7'e-273)5)4185.5 -8314.3)

[114K]

1

C= 31.999(0.94

+2.81*W-3(Tc-273) -1.58*104(Tc-273)2+0.469*10-9*

(71-273)3 - 0.051*10(71,-273)4) 41853 -83143)

111kgKJ 1

c

=-((8.65 +10.7*10(t-273) -9.13 *10(T_273)2 +4A*10 *

"c°2 44.010 (2; 473)3 - 1.1 *10' (7; -273)4 + 0.109*10' (Tc-273)5) 4185.5 -8314.3)

[J1kg1

1 = ((7.99 + 1.26*10-3 (71-273) 3.41 *10-' (7:-273)2 -2.68 *10 *

c

la° 18.015

(Te-273)3+0.787*1042(Tc-273)4 -0.083810' (T-273))4185s -83143)

[illcriq

1

csn=64w3

0928 + 9.63 *104 (Te-273) -7.74*10(t-273)2+0.796404)*

(L-273)3 + 2.02*102(71-273)4 -0.746 1r (7c-273)5)4185.5 -83143) MA

1 in=

-((6 9 +0.0229*10(Tc-273) -0.858*10(t-273)2-0.319*10*

2016

(t-273)3 + 0.0351*10' (71e-273)14185.5 -8314.3)

[714,K]

Uit [Smith,'87]:

1 =

(8314.3 * (1.771 +0.771*1047; +0.867*107;2) -83143)

WATJC] c"s 1 (83143 *(4.114 + 1.728 *10T + 0.783 *104T;2) -83143)

[fikglq

=

-32 BIJLAGE B POLYNOMEN b3

(34)

BULAGE B POLYNOMF-N

Uit [Van den Pol,'87] volgt vow de brandstof:

0.42

CP= 58.124(22.1

+67.4*104(T0-273)-38.3*104(T0-273Y+8.89*10-9*

(T.-273)3)41853 + ry51815 (17.5 +822*104(7'fr-273) -74.4*104(7'6,-273? +

(35)

BULAGE C PROGRAMMA

Tabel startwaarden

n 41'104 [kg] Tw, [K] p,w*10' [Pa]

T. [K]

pw*10-5 [Pa] 600 2.40 523.384 1.023 303 1.083 650 2.46 552.171 1.023 303

1403

700 2.71 578.606 1.023 303 1.113 750

293

607.392 1.035 303 1.173 2.94 637.804 1.050 303 1.223 850 3.06 668.390 1.060 303 1.273 900 3.39 703.200 1.070 303

1353

950 3.84 737.474 1.060 303 1.443 1000 3.9 771383 1.080 303 1.543

(36)

BULAGEC PROGRAMAA

Programmalisting

(voor n = 1000 ornw/min) %HOOFD_9 echo Oh; format short; Clear;

global a Avin Avuit B c_m c_v c_vtot c_p D dfi_insp dfi_v global d_Mb

4_Nin

global eta fi h HO hb MX lb j k 1 lambda lambda2

global m_tdt M_to2 m_h2b rc.db rh_sb t_h2 m_h2o

global m_h2 m_co2

global m_so2 m_n2 m m_l MMol mf_in mf_uit

global Ne p0 p_c0 p_c p_iprec p_uitrec Qb Qbprime Qyerd

global rojlittec

global

r rpm ro s theta_in Tk Tx Tin Tuit Twl Tw2 Tw3

global Vc Vc0 Vcompr Vinrec Vuitrec Vs wiebe y Tbr c_pbrst global c_pbrst25 ro_inrec

global m_c 1.0_5 m_o2b

global

m_n2b ±o_bt

c,yuitrec c_puitrec c_vinred a_v25

global c_vtot25 c_vinree25

global c_vn225 c_yo225 c_vco225 cvh2o25 c.Lvc25 c_vso225 global c_vh225 c_v$25 %GEOMETRIE MOTOR Vs=8.482e-3; Vcompr=6,840e-4; VUitrec=0.0146; Vintec=0.063; Avin=4.7e-3r Avuit=4.7e-3; D=0.2; s=0.27; 10..52; Azuiger=.0314159; r_krukas=0.135; lambda2=r_krukas/1; %STARTWAARDEN Ib=3.9e-4; rpm=1000; TUit=771,,383;

p_uitrec=1,080;

P_inrec=1-543e5; %BRANDSTOFGEGEVEN$ Cc=0.864;

(37)

Ch2=0.122; Co2=0; Cn2=0.0025; Cs=0.0094; H0=41200000; Tbr=303; ro_br=924; c_pbrst= .42/58.124* (22.1+67.4e-3* ( (Tbr-273 ) ^2+8.89e-9* (Tbr-273 ) . 58/78.115* (17.5+82.2e-3* (Tbr (Tbr-273 ) 2+37.6e-9* (Tbr-273 ) (Tbr-273 ) "4 ) *4185.5; c_pbrst25= .42/58.124* (22.1+67.4e-3 ( 25 ) ^2+8.89e-9* ( 25) "3) *4 .58/78.115*(17.5+82.2e-3 (25) ^2+37.6e-9* (25) ^3-8 . (25) "4) *41855.; % E I GENSCHAP PEN FLUIDUM

p0=1e5; TO=309; Tin=303; B=288; c_PUitrec=1150; c_vuitrec=864.7; c_vinrec=715.8; c_v25=71571;. c_viArec25=715.1; %TEMPERATUREN MOTOR Tw1=410; % cilinderkop Tw2=550; % zuigerkroon Tw3=380; % ciliaderwand %OVERIGE WAARDEN Cmotor=.5; a=.4; wiebe=0.96) T1=313+.567*(Tin-2-73.15); m_1=(Vs+Vcotpr)*p_inrec/(B*T1); Ne=rpm/60; for j=1:1:2 c_m=2*s*Ne; pdV=0; p_c0=p_inrec;

ftemparatuur voor inlaatbuis

%tempeatuur in inlaatreceiVer Tb±-273) -38.3e-6*. ^3 ) *4185.5+... -273) -74.4e-6* ... "3-8.05e-12* ... * (25) -38.2e-6*... 185.5+... * (25) -74.4e-6*. . 05e-12*. BULAGE C PROGRAMMA c3

(38)

BULAGEC PROGRADMAA fi=560;-Vc0=Vcompr+Vs/2*(1-cos(fi*pi/180)... +1/1gmbda2-1/1ambda2*sqrt(1-... 1ambda2A2*sin(fi*pi/180)^2)) tel=l; %COMPRESSIESLAG compress %VERBRANDING EN EXPANSIE verbl %INSPUITING + VERBRANDING verb2 AVERBRANDING verb3 %GASWISSELINGSGEDEELTE %UITLAATSLAG Uitlaat %SPOELSLAG spoel %INLAATSLAG inlaat

%UITREKENEN GEM. GEINDICEERDE DRUK

p_i=pdv/Vs;

koppel

end;

%PLOTOPDRACHT

(39)

BULAGE C PROGRAMMA %CQMPITSsIg Tf=T1; m_tot=m_1; disp(scompressies); for fi=561:1:702 Qbprime=0; Qverd=0; Tc0=Tf; d_Min=0; d_Mu=0; inen=0; uiten=0; bren=0; fi Vc=Vcompr+Vs/2*(1-cos(fi*pi/180)+(1/... lambda2)-(1/1ambda2)*... sort(1-lembda2A2*sip(fi*pi/180)'2)) ro=m_tot/Vc: %Tcprime=1/c_v*(-Qwprime/m_tot-Vx);

%te vinden in Tcpcom.m

t0=fi-1;tf=fi; [t,Tc]=ode45('TOPcoms,t0,tf,Td0); [m,n]=size(Tc); Tf=Tc(m,n): Th=Tf,273; eta=le-5*(.062578998779+4.546643158.88e-3*Tf-.... 1.18319439e-6*Tr'2+1.8961e-10*Tf^3); c_v=1/28.964*((6.91+.974e-3*Th+1.11e-6*Tb^2,.., 1.12e-9*Tb^3+.348s,12*Tb^4-.0363e-15*Th'5)... *4185.5-8314.3); lambda=1-19358815098e-3+8.778865759e-5*Tf-... 2_83863e-8*Tr2+7.42e-12*TfA3; Qwprime=a*lambda/D*(ro*c_m*D/.., eta)A(07)*(Tf=Tw1)*pi/4*DA2/(360... *Ne)+a*lambda/D*(ro*cm*D... /eta)^(0-7)*(Tf-Tw2)*pi/4*DA2/... (360*Ne)+a*lambda/D*(ro*c_m*D/.,. eta)^(0i7)*(Tf-Tw3)*4*... Vc/(D*360*Ne) Vx=(p_c0/m,tot+B*Tf/Vc)/2*(Vc-Vc0);

(40)

BPLAGEC PROGRAWA c6

end;

Tf

P_c=B*Tf*Ittot/Vc

Fzuiger=(p_c-p0)*Azuiget;

pCplo(tel)=p,C;

fzplo(tel)=Fzuiger;

tfplo(tel)=Tf;

mcplo(tel)=Ittot.;

dMinplo(tel)=d_Min;

dMUitplo(tel):Fct_Mu;

Qwplo(tel)=-(Nprime/m_tot);

Qverdplo(tel)=(Qverd/m_tot);

Qbplo(tel)=(Qbprj:me/m_tot);

Vxp1o(tel)=-V*;-inetiplo(tel)=inen;

Uitenplo(tel)=Uiten;

brenplo(tel)=bren;

tel=tel+1;

pdv=pdv+(p_c0+p_c)/2*(Vc,Vc0); p_c0=p_c; Vc0=Vc;

(41)

Elp4Aogc PROCRANIAA c7 function Tcprithe=TcpcOMIt,To) Th=Tc-273; eta=le-5*(.062578998779+4.54664315888e-3*Tc-... 1.18319439e-6*Td^2+1_8961e-10*Tc^3); c_v=1/28.964*( (6.91+ .974e-3*Th+1.11e-6*Th"'2- '

1-12e-9*Tha3+ .348e-12*Th"4- .0363e-15*Th"5) *4185.5-8314.3) laMbda=1.19358815098e-3+8.778865759e-5*Tc-2.83863e-8*Te2+7.42e-12*TcA3; Qwprime=a*lambda/D*(ro*c_m*D/.: ete)A(0,7)*(Tc-Tw1)*pit4*DA2/(360*Ne)... +a*lambda/D*(ro*c_m*D/... eta)"(0.7)*(Tc-Tw2)*pi/4*D^2/... (360*Ne)+a*lambda/D*(ro*c_m*D/... ete)^(0:1)*(Tc-Tw3)*4*.:. Vc/(D*360*Ne) Vx.(p_d0/&tot+B*Tc/Vc)/2*(Vc-ve0); Tcprime=(-Qwprime/m tot-Vx)/c_v; end;

(42)

BULAGgC PROGRAAMIA

WERB1

Pm4S=P_c;

tau_s=.44*(p_c*le-5)^(-1.19)*2.7182$18A(46501Tf)*le-3; taLLCO=round(teius*Ne360);

fLia=702;

fi_av=fi_ia+tau_ca; dfi_insp=1S; d_Mb=Ib/dfLinsp; a_w=6.905; d_Min=0; d_Mu=0; Qbprime=0;

inen=0;

uiten=0; %ONTSTEKINGSUITSTEL disp('verbl'); for fi=703:1:fi_av fi A=(fi-fi_ia)*d_Mb; mstoi=A*14.5; m cb=A*Cc;

02.b=A*Ch2;

mp2b=A*Co2;

mh_p2b=A*Ch2; m:_sb=A*Cs; m_to2=.21*mj+m_o2b; m_tn2=79*m_l+m_n2b1 M_tot=Mto2+m_tn2+m_cbtm_h2b+nLsb; Vc=Vcotpr+Vs/2*(1-cos(fi*pi/180)+(1/... lambda2)-(1/2ambda2)*... sqrt(1-(1ambda22)*sin(fi*pi/180)^2)) ro=m tot/Vcl

%Tcprime=1/c_vtot* ( (-QWpriMe-QVerd+ (hbstag-Uc)

li&Mb)*1/mtot-V*) %te vinden in TCpverbl.m

Tc0=Tf; clear Tc; t0=fi-1;tf=fi; (t,Tc]=ode45('Tcpverb11,t0,tf,Tc0); (m,n]=size(Tc); Tf=TC(M,n); Th=Tf-273; c_vo2=1/31.999*((6.94+2.81e+3*Th-1.58e-6*Th^2

(43)

BULAGEC PROGRANBAA

+ .469e-9*ThA3- .051e-12*ThA4 ) *4185.5-8314.3) ; c_vn2=1/28.013* ( (6.93+ .497e-3*Th+1.85e-6*ThA2...

-1. 56e-9*Tha3+ 463e-12*ThA4- . 0472e-15... *ThA5) *4185.5-8314,3 ) c_vh2=1/2.016* ( ( 6.9+ .0229e-3*Th+ . 858e-6*ThA2 - .319e-9*ThA3+ .0351e-12*ThA4 ) *4185.5-8314.3 ) ; c_pc=8314.3* (1.771+ .771e-3*Tf - .867e5*Tf A (-2) ) ; c_vc= (c_pc-8314.3) /12; c_ps=8314.3* (4.114-1.728e-3*n- .783e5*Tf A (-2) ) ; c_vs = (c_ps-8314.3) /32; c_vtot=(c_vo2*m_to2+c_vn2*m,th2+c,vh2*m_h2b... +c_vc*m_cb+c_vs*m_sb)*1/m_tot; eta=le-5*( ,062578998779+4.54664315888e-3*Tf-1.18319439e-6*TfA2+1.8961e-10*Tf A3 ) lambda=1.19358815098e-3+8,778865759e-5*Tf-... 2.83863e8*TfA2+7,42e-12*TfA3; 4wprime=a*lambda/D*Cro*cm*D/eta)A(0.7) (Tf-Tw1)*Pi/4*DA2/(360*Ne)... +a*lambda/D*(ro*d_m*D/... eta)A(0.7)*(Tf-Tw2)*pi/4*DA2/., (360*Ne)+a*lambda/D*(ro*c_m*D/.., eta)A(0.7)*(Tf-Tw3)*4*... VC/(D*360*N4); Qverd.(436.34e3*.58+417.593e3*.42)*d201b 4eltap=240e5-13*Tf*11n_tot/Vc; c_brst=deltap/ro_brl hbstag=c_pbtst*Tbt-c_pbrst25*298+C_brst Q=mto2/31.999*((6.94*(Th,-25)+2.81e-3*(ThA2-625)./... 2-1.58e-6*(ThA3-15625)/3+.469e-9*(ThA4=25^4)/. 4-.051e12*(ThA5-25A5)/5)*4185.5-8314.3... (Th-25))/m_tot; W=m_tn2/28.013*((6.93*(Th-25)+.497e-3*... (ThA2-625)/2+1.85e-6*(ThA3-25A3)/3-1.56e-9... (ThA4-25A4)/4+.463e-12... (ThA5,-25A5)/5-.0472e-15*(ThA6-25^6)/6 )*4185.5-... 8314,3*(Th-25))/m_tdt E=m_h2b/2.016*((6.9*(Th-25)+.022,9e-3/2*(ThA2-... 25A2)+.858e-6/3*(ThA3-251'3)-.:319e-9/4*(ThA4... -25^4)+.0351e-12/5*(ThA5-25A5))*4185.5-... 8314.3*(Th-25))/m_tdt;

(44)

BIJLAGE C PROGRAMMA c10

end;

Uc=(Q+W+E)

Vx=(p_cO/nt_tot+B*Tf/Vc)/2*(VC-Vc0);

Tf

p_c=13*Tf/VcrMtot

if p_d

>p,_MAX

p_max=p_c;

end;

Fzuiger=(o_c-p0)*Azuiger;

pcplo(tel)=P_c

fzplo(tel)=Fitliger

tfplo(tel)=Tf;

mcplo(tel)=m_tot;

dMinplo(tel)=d_Min;

'dMilitplo(tel)-0;

Qwplo(te1)=-(Qwprime/m_tOt);

Qverdplo(tl)=-(QVerd/t_tot);

Qbplo(tel)=(Qbprime/m_tot);

Vxplo(tel)=-Vx;

iflellP10(tel)=i4er.1;

uiteriplO(tel)=uiten;

btenplo(tel)=((hbstag-Uc)*d_Mb/uLtot);

tel=tel+1;

pdv=pdv+(p_c0+p_c)/2*(Vc-Vc0);

p_c0=p_c;

Vc0=Vc;

(45)

BULAGEC PROGRANOAA cll function TcpriMe=Tcpverbl(t,Tc) Th=Tc-273; c vo2=1/31.999*((6.94+2.81e,3*Th-1.58e,6*ThA2+.469e9*... ThA3,451e-12*ThA4)*4185.5-8314.3); c_vn2=1/28.013*((6.93+.497e-3*Th+1.85e-61*ThA2-1.56e-9*... ThA3+.463e-12*ThA4-.04726-15*ThA5)*4185.5-8314.3); c_vh2=1/2.016*((6.9+.022,9e-3*Th+.858e-6*ThA2-.319e-9*... ThA3+.0351e-12*T1f4)*4185.5-8314.3); c_pc=8314.3*(1.771+.771e-3*Tc,.867e5*TcA(-2)); c_vc=(c_pc-8314.3)/12; c_ps=8314.3*(4,114-1-728e-3*TC-.783e5*TcA(-2)); c_vs=(c_ps-8314.3)/32;

c_vtot=(c_yo2*m t02+c_yla2 *mtn2+c_yh2*uLh2b+c_vc*m_ch+... c_vs*m_ab)*1/m_tot; eta=le-5*(..062578998779+4.54664315888e-3*Tc-... 1.18319439e-6*TcA2+1.8961e-10*TcA3); . lamhda=149358815098er3+8.778865759e-5*Tc-... 2.83-863e-8*TcA2+7.42e-12*TcA3; Qwktrithe=a*1ambda/D*(td*c_m*D/eta)A(0-7)*(Tc-Tw1)*pi/4... *DA2/(360*Ne)+a*lambda/D*(ro*c_m*D/...

eta)A(0.7)*ft-Tw2l*pi/4*DA2/..

(360*Ne)+a*14M12d4/E*(ro*c-M*D/... ets)A(0.7)*(Tc-Tw3)*4*... Vc/(D*360*Ne); Qverd=(436.34e3*.58+417.593e3*.42)*d_Mb; % yx=(p_c0/m,tot+B*Tc/Vc)/24(Vc-Vc0); %

-12111_to2/31.999*( (6.94* (Th-25) +2.81e-3* (ThA2-625) /2-...

1-586-6*(ThA3-15625)/3+.469e-9*(ThA4-25A4)/4...

-.051e-12*(ThA5-25A5)/5)*4185.5-8314.3*(Th-25))/mLtot;

W=m_tn2/28.013*( ( 6.93* (Th-25) + .497e-3* (ThA2-625) /2+.

1.85e-6* (ThA3-25A3 ) /3-1.56e-9* (ThA4-25A4) /4+ .463e-1.2...

*(ThA5-25A5) /5- .0472e-15* (ThA6-25^6) /6) *4185.5- ...

8314.3* (Th-25) ) /m_tot;

E=m_12b/2.016*( ( 6.9* (Th-25) + .0229e-3 /2* (ThA2-25A2 ) + .858e-6/3* (ThA3-25A3 ) - .319e-9/4* (ThA4-25A4 ) +

.0351e-12/5* (ThA5-25A5) ) *4185.5-8314.3* (Th-25) ) /rn_tot;

(46)

BULAGE C PROGRAMMA c12 de1tep.240e5-8*To*m_tot/Vc c_Orst=deltap/ro_bt; hbetag.c_pbtet*Tbr-c_nbrst25*2-98+Obtst; Toprime=1/q_ytot*c(,.Qwprime-,Qverd+(hbstag-Uo)*d Mb)... *1/m_tot-Vx); end;

(47)

BULAGEC PROGRAMMA c13

ItygRs2

dispf'verb21);

djilin=0;

cLMu=0;

inen=0;

uiten=0;

for fi=(fi_av+1):1:720

fi

dfLv=840-fi_aV;

x_fi=1-2.7182818A(-a_w*((fi-fi_aV)/dfi_V)A(Wiebe+1));

4.(fi-fi_4)*d_Mb;

ill_n2=.79*m_l+m_n2h;

m_o2=.21*m_1-4c_fi*32*(Cc/12+Ch2/4+Cs/32-Co2/32);

m_c22=lc_fi*Cc/12*44;

m_h2o=k_fi*Ch2/2*18;

m_so2=k_fi*Cs/32*64;

m_h2=Gfi*Ch2;

m_c=Gfi*Cc;

m_s=Gfi*Cs;

putot=rp..n2+m_o2+11_co2+m_h2o+m_so2+m_h2+m_c+m_s

Qb=Ib*HO;

y=(fi-fi_av)idfi_v;

pcw=(-S_w*y^(wiebe+1)).;

Qbprime=Qb/dfd_v*a_w*(wiebe+1)*yAwiebe*2.7182818Apow

Vc=Vcompr+Vs/2*(1-cos(fi*pi/180)+(1/...

lambda2)-(1/latbda2)*...

scIrt(1-(1ambda2A2)*sit(fi*pi/180)A2));

ro=m_tot/VC;

ItTcPriMe=((QbprimerQwprime,Qyerd+(hbstagrUc)*tMb)...

*1/m_tot-Vx.)/c_vtot

%te vinden in Ttpverb2

Tc0=Tf;

t0=fi-1;tf=fi;

[tiTc]=ode4.5(1Tcpverb2',t0,tf,Tc0);

[Irt,n]=size(Tc);

Tf=Td(m,m);

Th=Tf-273;

c_vn2=1/28.013*((6.93+.497e-3*Th+1.85e-6*Th^2...

-1.56e-9*T1fA3+.463e-12*ThA4-.0472e-15...

*ThA5)*4185.5-8314.3)i

c_vo2=1/31:999*((6.94+2.81e-3*Th,1.58e+6*ThA2+.469e-9*...

(48)

BIJLAGE C PROGRAMMA c14 ThA3-.951e-1,21911A4)*4185.5-8314.3); c_vco2=1/44.010*((8.65+10.7e-3*T4-943e-6*ThA2+... 4.4e-9*ThA3-1.1e-12*ThA4+.109e-15*ThA5)... *4185.5-8314.3)i c_vh2o=1/18.015*((7.99+1.26e-3*Th+3.41e-6*ThA2-... 2.68e-9*ThA3+.787e-12*ThA4-.0838e-15*... ThA5)*4185.5-8314.3); c_vso2.1/64.063*((9.28+9.63e+3*Th-7,74e-6*ThA2+... .796e-S*ThA3+2.02e-12*Th^4-.746e-15*ThA5)... *4185_5-8314.3); c_vh2=1/2.016*((6.9+.0229e-3*Th+.858e-6*ThA2... -.319e+9*ThA3+.0351e-12*ThA4)*4185.5-8314.3); c_pc=8314,(1.771+.711e7.3*Tf-.867e5*Tf^(-2)); c_vc=(opc-8314.3)/12; c_ps=.8314.3*(4-114-1.728e-3*Tf-.783e5*Tf"(-2)); c_vs=(c_ps-8314.3)/32; c_vtot=(c_vo2*m_o2+c_y42*m_h2+c_vh2*m h2... +c_vC*ITLc+c_vS*m_s+c_vco2*m_co2+... c_vso2*m_So2+O_Vh2o*fiLh2O)*1/mtot; eta=1e-5* ( .062578998779+4.54664315888e-3*Tf-... 1.18319439e-6*Tf A2+1.8961e-10*Tf ) lambda=1.19358815098e-3+8.778865759e-5*Tf-2.83863e-8*Tf A2+7.42e-12*Tf A3 ; Q=a*1ambda/D*(ro*c_m*D/eta)"(0.7)*(Tf-Tw1)*pi/4... *DA2/(360*Ne)+a*lambda/D*(ro*c_m*D/eta)A(0.7)*... (Tf-Tw2)*pi/4*1r2/(360*Nel.,. +3.21*((Tf/100)^4-.(Tw1/100)A41*pi/4*DA2/(360*Ne)... +3.21*((Tf/100)A4-(Tw2/100)A4)*pi/4*OA2/(360*Ne); W=a*lambda/D*(ro*c_m*D/eta)A(0.1)*(Tf-Tw3)... *Vc/(90*D*Ne)+3.21*((Tf/100)A4-(Tw3/100)A44*4... *Vc/(D*360*Ne); Qwprime=(Q+W)

Qverd= (436.34e3* .58+417.593e3* .42) *d_Mb

deltap=240e5,13*Tf*m tot/Vci cjprst=deltap/ro_br;

hbsta4=d_pbrst*Tbr-c_apbrat25*298+c_brst;

Vx.(p_c0/m_tot+B*Tf/Vc)/2*(Vc-Vc0):

X=m_o2/31.999*( ( 6,94* (Th-25 ) +2.81e-3* (ThA2-625)

(49)

BULAGE C PROGRAMAA c15

.051e-12*(ThA5-25A5)/5)*4185.578314,3*(Th-25))/... m_tot;

Y=m_n2/28.013*( (6.93* (Th-25) + .497e-3* (ThA2-625)

1.85e-6* (ThA3-25^3 ) /3-1.56e-9* (ThA4-25^4) /4 ...

+.463e-12*

(ThA5-25A5) /5-

.0472e-15* (Th"6-25A6) / *4185.5-8314.3* (Th-25) ) /m_tot;

Z=m_h2/2.016*( (6.9* (Th-25) +.0229e-3/2* (ThA2-25A2 )

858e-6/3* (ThA3-25^3 ) - .319e-9/4* (ThA4-25^4) +...

.0351e-12/5* (ThA5-25^5) ) *4185.5-8314.3* (Th-25) ) /m_tot;

U=m_co2/44.010*( (8.65* (Th-25) +10.7e-3/2* (ThA2 -25A2) -9.13e-6/3* (ThA3-25"3 ) +4.4e-9/4* (ThA4

_25a4) -1.1e-12/5* (ThA5-25^5 ) + .109e-15/6 .

(ThA6-25-6) ) *4185.5-8314.3* (Th-25 ) ) im_tot; Wm_h2o/18.015*... ((7.99*(Th-25)+1_26e-3/2*(ThA2-25A2)+3.41e-6/3*... (ThA3-25A3)-2.68e-9/4*(ThA4-25A4)+.787e-1215... (ThA5-25^5)-.0838e-15/6*(ThA6-25^6))*4185.5... -8314.3*(Th-25))/m_tot; W=m_so2 /64.063* ( (9-28* (Th-25) +9.63e-3/2*..

(ThA2-25^2) -7.74e-6/3* (ThA3-25^3 ) +

4* (ThA4-25"4 ) +2.02e-12/5* (ThA5251'5 ) - .746e-15 ...

/6* (ThA6-256) ) *4185.5-8314.3* (Th-25) ) tm_tot; Uc=(X+Y+Z+U+V+W);

Tf

p_c=B*TfiVc*m_tot if p_c >p_max p_max=p_c; end;. Fzuiger=(p_-c-p0)*Azuiger;

pcplo(tel)=0e4

fzplo(tel)=Fzuiger; tfplo(tel)=Tf; mcplo(ta).)=4ttot; dMinplo(tel)=&Min; dMuitplo(tel)=4_Mu; Qwplo(tel)=-(Qwprime/m_tot); QvercIplo(te1)=-(4verd/m_tot); Qbplo(tel)=(0-prime/m_tot); VXplo(tel)=-Vx; inenplo(tel)=inen; uitenplo(tel)=uiten;

(50)

BIJLAGE C PFtOGRAMMA c16 lotehplo(tel)=((hbstaig-Uc)*d_Mb/t_tot); tel=tel+1; pdv=pdv+(p_c0+p_c)/2*(Vc-Vc0); p_c0=p_c; Vc0=Vc; end;

(51)

BLILAGE C PROGRAMMA c17

function Tcprime=Tcpverb2 (t, Tc )

Th=Tc-273;

c_vn2=1/28.013*( (6.93+ .497e-3*Th+1.85e-6*ThA2-1.56e-9*...

Tha3+ .463e-12*ThA4- .0472e-15*ThA5) *4185.5-8314.3) ;

c_vo2=1/31.999*( (6.94+2.81e-3*Th-1.58e-6*ThA2+.469e-9*... ThA3- .051e,12*ThA4 ) *4185.5-8314.3 ) ; c_vco2=1/44.010*( (8. 5+10.7e-3*Th-9.13e-6*ThA2+... 4.4e-9*ThA3-1...le-12*ThA4+ ..109e-15*ThA5) *4185.5-8314.3) ; c_vh2o=1 /18.015* ( (7.99+1.26e-3*Th+3.41e-6*ThA2-...

2.68e-9*ThA3+ .787e-12*Tha4- . 0838e-15* ..

ThA5) *4185.5-8314.3 ) ;

c_vso2=1 /64.063* ( (9.28+9.63e-3*Th-7.74e-6*Tha2+...

.796e-9*ThA3+2.02e-12*ThA4- .746e-15*Tha5) *4185.5-8314.3)

c_vh2=1/2.016*( ( 6.9+ .0229e-3*Th+ .858e-6*ThA2- .319e-9*..

ThA3+ .0351e-12*ThA4 ) *4185.5-8314.3 )

cadoc=8314.3* (1.771+ .771e-3*Tc- .867e5*Tca (-2) ) ;

c_vc=(c_pc-8314.3) /12; c_ps=8314.3* (4.114-1.728e-3*Tc- .783e5*TcA (-2) ) ; c_vs= (c_ps-8314.3) /32; c_vtot= ( c_vo2*m_o2+c_Vn2*m_n2+c_vh2*m_h2+c_vc*m_c+ c_vs*m_s+c_vco2*m_co2+c_vso2*m_so2+. . . c_vh2o*m_h2o) *1 /m_tot ; eta=le-5*( .062578998779+4.54664315888e-3*Tc- ... 1.18319439e-6*TcA2+1.8961e-10*TcA3) lambda=1.19358815:098e-3+8.778865759e-5*Tc-2.83863e8*TcA2+7.42e-12*Tca3; % 0=a*la1Tbc14/12*(re*c_m*D/eta)A(0.7)*(Tc-Tw1)*pi/4... *DA2/(360*Ne)... +a*lambda/D*(to*c_M*D/eta)A(0-7)*(Tc-Tw2)*pi/4*DA2/... (360*Ne)... +3.21*((Tc/100)^4-(Tw1/100).A4)*pi/4*Da2/(360*Ne)... +3.21*((Tc/100)'-'4-(Tw2/10W4)*pi/4*DA2/(360*Ne); W=a*1ambda/D*(rPip_m*D/eta)A(0.7)*(Tc-Tw3)*... Vc/(901D*Ne)+3.21*((Tc/100)^4-(Tw3/100)A4)*4... *Vc/(D*360*Ne); Qwprime= (Q+W) ;

Qverd= (436.34e3* .58+417.593e3* .42) *d_Mb;

(52)

BIJLAGE C PROGRAMNIA c18

X=m_02/31.999*( (6.94* (Th-25 ) +2.81e-3*

(Th2-625).

/2-1.58e-6* (ThA3-15625) /3+.469e-9*(ThA4-25^4) /4 -.

.051e-12* (ThA5-25-'5 ) /5) *4185.5-8314.3* (Th-25) Unt_tot;

Y=m_n2/28.013*( (6.93* (Th-25) +.497e-3* (ThA2-625) /2+...

1.85e-6* (ThA3-25^3 ) /3-1.56e-9* (Th^4-25A4) /4+.463e-12...

(ThA5-25^5) /5-.0472e-15* (ThA6-25^6) /6) *4185.5-

...

8314.3* (Th-25) ) /m tot;

Z=m_h2/2.016*( (6.9* (Th-25 ) +.0229e-3/2* (Th"2-25"2 ) +...

.858e-6/3* (Th"3-25A3) - .319e-9/4* (Th"4-25"4 ) +...

0351e-12/5* (Tha5-25^5 )

) *4185.5-8314.3* (Th-25) ) /m_tot;

U=ni_c02/44.010*( (8.65* (Th-25) +10.7e-3/2* (ThA2

25-'2) -9.13e-6/3* (Th^3-25"3 ) +4.4e-9/4* (ThA4-25^4)

-1.1e-12/5* (Th"5-25^5) +.109e-15/6* (ThA6-25"6 ) )*...

4185.5-8314.3* (Th-25) ) /m_tot;

Wm_h2o/18.015* .

. .

( (7.99* (Th-25 ) +1.26e-3/2* (ThA2-25"2)+3.41e-6/3*...

(Th"3-25^3) -2.68e-9/4* (Th4-25^4 )+ .787e-12/5* (ThA5

25"5) - .0838e-15/6* (ThA6-25-"6 ) }*4185583143

...

(Th-25) ) /m_tot;

W=m so2/64.063*( (9.28* (Th-25) +9.63e-3/2*

(ThA2-25^2 ) -7.74e-6/3* (ThA3-25^3 ) +.796e-9/4.

(ThA4-25^4) +2.02e-12/5* (Th"5-25"5) -.746e-15/6*...

(ThA6-25a6) ) *4185.5-8314.3* (Th-25) ) /m_tot;

Uc.(X+Y+Z+U+V+W);

de1tap=2,40e5-m_tot*E*Tc/Vc;

c_btst=deltap/ro_bt;

hbstag=c_Pbtst*Tbr-o_pbrst25*298+c_btst;

Tcprime=1/c_vtot*((Qbprime-Qwprime-¢verd+(hbstag-IJc).

*d_Mb)*1/m_totVx);

end;

(53)

BLJLAGEC PROGRAMMA c19 %VERB3 disp('verb3'); d_Min=0; d_Mu=0; Qverd=0; iben=0; uiten=0; bren=0 for fi=721:1:840

cl-Min=0;

d_flu=0; OVetd=0; fi dfi_v=840-fi_av; x_f1=1-2,7182818'(-a_w*((fi-li_av)/dfi_v)^(wiebe+1)); k_fi=x_fi*Ibl Gfi=(1-Zji)*Ib; m_n2=.79*m_1+m_n2b; m o2=.21*m_1-k_fi*32*(Cc/12+Ch214+Cs/32-Co2/32); m_co2=k_fi*Cc/12*44; m h2o=k_fi*Ch2/2*18; m-so2=k_fi*Cs/32*64; m_h2=Gfi*Ch2; m_c=Gfi*Cc; m_s=Gfi*Cs;

m_tot=m_n2+m_o2+m_co2+m_h2o+m_so2h2+m_c+m_s;

Qb=Ib*HO; y=(fi-fi_av)/dfi_v; pow=(-a_w*y^(wiebe+1)); Qbprime=0b/dfi_V*a_w*(wiebe+1)*y^wiebe*2.7182818^pOw Vc=Vcompr+Vs/2*(1-tos(fi*pi/18M+(1/lambda2)... -(1/1ambda2)*sgrt(1-(lambda2a2)*sin(fi*pi/... 180)"2)); ro=m:_tot/Vcl %Tcprime=1/c_Lvtot*HQ/VriMe-Qwptime)*1/m-tot-V*)

%te vinden in Tcpverb3.m

Tc0=Tf; t0=fi-1;tf=fi; [t,Tc]=ode45('TcpVerb3',t0,tf,Tc0); [m,n]=size(Tc); Tf=Tc(m,n); Th=Tf-273; c_vn2=1/28.013*((6_93+.497e-3*Th+1.85e-6*ThA2-1.56e9*.,.

(54)

BULAGE C PROGRAMMA c20

Tha3+ .463e-12*ThA4- .0472e-15*Tha5) *4185.5 ...

-8314.3) ;

c_vo2=1 /31.999* ( (6.94+2.81e-3*Th-1.58e-6*Th^2... + .469e-9*Th"3- .051e-12*Th"4 ) *4185.5-8314.3 ) ; c_vco2=1 /44.010* ( (8.65+10.7e-3*Th-9.13e- 6*ThA2+...

4.4e-9*Tha3-14e-12*ThA4+.109e-15*Tha5) *4185.5-8314.3) c_vh2o=1/18.015*( (7.99+1.26e-3*Th+3.41e-6*ThA2-... 2.68e-9*ThA3+.787e-12*Th^4-.0838e-15*... Tha5) *4185.5-8314.3 ) c_vso2=1/64.063*( (9.28+9.63e-3*Th-7.74e-6*ThA2+... .796e-9*Th"3+2.02e-12*Tha4-.746e-15*Th"5) *4185.5-8314.3) ; c_vh2=1/2.016*( (6.9+ . 0229e-3*Th+ . 858e-6*ThA2 - .319e-9*ThA3+ .0351e-12*Th4 ) *4185.5-8314.3 ) ; c_pc=8314.3* (1.771; .771e-3*Tf- 867e5*Tf A (-2) ) ; c_vc= (c_pc-8314.3) /12; c_ps=8314.3* (4.114-1.728e-3*Tf- .783e5*Tf A (-2) ) c_vs= (c_ps-8314.3) /32; c_vt ot = (c_v02*m_02+c_vn2*m_n2+c_vh2*m_h2 +c_vc*m_c+c vs *m_s +c_vco2*m_co2 +c_vh2o*m_h5o+c_vso2 *m_so2) *1 /m_tot

eta=le-5*( .062578998779+4.54664315888e-3*Tf-1.18319439e-6*Tf A2+1.8961e-10*Tf 13 ) ; lambda=1.19358815098e-3+8.778865759e-5*Tf-2.83863e-8*Tfa2+7.42e-12*Tf A3 ; Q=a*lambda/D* ( ro*c_m*D/ eta)A(0.7)*(Tf-T14)*pi./4*DA2/(360*Ne)... +a*lambda/D*(ro*c_m*D/... eta)"(0.7)*(Tf-Tw2)*pi/4*DA2/... (360*Ne)... +3_21*((Tf/100)^4-(Tw1/100)^4)*pi/4*D^2/(360*Ne)... +3.21*((Tf/100)^4-(Tw2/100)a4)*pi/4*D"2/(360*Ne); W=a*lambda/D*(ro*c_m*D/... eta)a(0.7)*(Tf-Tw3)*Vc/(90*D*Ne).., +3.21*((TfJ100)A4-(Tw3/1.00)^4)*4*Vc/(D*360*Ne); Qwprime7(Q+W) Vx=(p_c0/m_tot+B*Tf/Vc)/2*(Vc-Vc0); Tf g_c=B*Tf/Vc*m_tot if p_c > p_max.

p.Mak=pc;

(55)

BIJLAGE C PROGRAMMA c21 end; end; Fzuiger.(pc-p0)*Azuiger; pcplo(tel)=p_c; f2plo(tel)=Fzuigerl tfplo(tel)=Tf; mcplo(tel)=11Ltoti dMinplo(tel).=d_Minj aluitplo(tel)=d_Mu; Qwp16(tel)=-(QwPrime/Mtot); Qverdplo(tel)=-(Qverd/m_tot);. Qbplo(tel)=(Qbprime/m_tot); Vxplo(tel)=-VX; inenplo(tel)=inen; uitenplo(teli=uiten; brenplo(tel)=bren; tel=tel+1; pdv=pdv+(p_c0+P_c)/2*(Vc-Vc9); p_c0=p_c; Vc0=Vc; mr_n2=gui2/m:_tot; mr_o2=m_o2/m_tot; mr_co2=m_co2/mtot; Mr_h20=PL.h2Q/m_tot; mr_so2=rLso2/m_otdt; tr_h2=M_h2/M_tot; mcc=m_c/m_tot;. mr_s=m_s/m_tot;

(56)

BULAIMEC PROGRANIAA c22 function Tcprims=Tcpverb3(t,Tc) Th=Tc-273; c_vn2=1/28,013*((6.93+.497e3*Th+1.85e-6*Th1%2-1.51e-9*... ThA3+.463e,12*ThA4-.0472e-15*ThA5)*4185.5-S314.3); c_vo2=1/31.999*((6.94+2.81e-3*Th-1.58e-6*ThA2+.469e-9*... ThA3-.0516-12*ThA4)*4185-5-8314.3); c_vco2=1/44.010*((8.65+10.7e-3*Th-9.13e-6*ThA2+... 4.4e-9*ThA31.1e-12*ThA4+.109e-15*ThA5)... *4185.5,8314.3); c_vh2o=1/18.015*((1.99+1.26e-3*Th+3.41e-6*ThA2-... 2.68e-S*ThA3+.787e-12*ThA4-.0838e-15*... ThA5)*4185.5-8314.3); c_vso2=1/64.063*((9.28+9.63e-3*Th-7.74e-6*ThA2+... .796e-9*ThA3+2A2e12*Th"4.746s-1-5*ThA5)... *4185.5,8314.3); c_vh2=1/2.016*((6.9+.0229e-3*Th+,858s-6*ThA2-.319e-9*... ThA3+.0351e-12*ThA4)*4185.5-8314.3); c_pc=8314.3*(1..771+.771e-3*Tc-..867e5*TCA(-2)); c_vc=(c_pc-8314.3)/12; c_ps=8314.3*(4.114-1.728e-3*Tc-.783e5*TcA(-2)); c_ys=(c_ps-8314.3)/32; c_vtot=(c,vo2*tri_o2+cvn2*I.Lh2+c_vh2*t_h2+cvc*mc... +c_vs*m_s+c_vco24m_co2+c_vh2o*m_h2o... +c_vso2*m 302)*1/m_tot; eta=le-5*(.062578998779*4.54664315888e-3*Tc-... 1.18319439e-6*TcA2+1A961e-10*TcA3); lambda=1.19358815098e=3+8.778865759e-5*Tc-... 2.83863e-8*Tc"2+/.42e--12.*Tc"3; Q=a*lsmbda/D*(ro*c_m*P/et4)A.7*(Tc-Tw1)*pi/4*DA2/... (360*Ne).+a*1ambda/D*(rotb_ITI*D/eta)A.7*(Tc-Tw2). *pi/4*0A21(360*Ne)... +3.21*((Tc/100)A4-(Tw1/10.0)A4)*pi/4*DA2/(360*Ne)., +3.21*((Tc/100)A4-(Tw2/100)A4)*pi/4*DA2/(360*Ne); W=a*lambda/D*(ro*c_m*D/eta)A.7*(Tc-Tw3)*Vc/. . (D*90*Ne)+3.21*((Tc/100)^4-(Tw3/100)A4)*44c/(D*360*NS); Qwprime=(Q+W); Vx=(p_c0/m_tot+B*Tc/Vc)/2*(Vc-Vc0); Tcprime=1/c_vtot*((Qbprime-Qwprime)*1/m_tot-Vx); end;

(57)

BULAWIEt PROGRAM/AA c23 %UITLAAT x=1.33; roLuitrec=p_titrec/(Tuit*B) QVetd=0; Qbprime=0; bren=0; disp('uitlaatslag'); fOr fi=121:1:310 fi Tc0=Tf; Vc=Vcompr+Vs/2*(1-cos(fi*pi/180)+(l/lambda2)7(1/1ambda2)... *sgrt(1-1aMbda2^2*sin(fi*pi/186)A2)); ro=p_tot/Vc;

% als ((d_Mu^2) < 0 ) this

in

geval van tetugttiating

% uit de uitlaat receiver in de cilinder

% Tcprime=1/c_vtot*H-Qwprime-((c_vuit*Tuit-c vtot*Tc)+... B*Tc+(P_c-P_uitret)/ro) *d_Mu)*1/Mtot-Vx) % anders % Tcprime=1/c_vtat*((=Qwprime-(B*Tc+(p_c-p_uitrec)/ro) *d_1114)*1/m_tot-Vx)

% beide te vinden in Tcpuit_m

t0=fi-1;tf=fi; [t,Tc]=ode45(17cpuit',t0,tf,Tc0); [m,n]=size(Tc); Tf=Tc(m,n); Tcil(1,t1)=Tf; Th=Tf-273; d_Mu=0.38*1/(360*Ne)*ro*sgrt(k*p_c/r0)*... Avuit*.sqrt(2/(5-/)*.., ((p_ilitrec/p_c)^(2.41-... (p_uittec/p_s)"((h+1)/k))); if ((d_M/1^2) < 0 ) disp('A') uiten=6; d_Mu=0.3.8*1/(310*Ne)*t0_uitrec... *sgrt(k*p_uitrec/ro_uitrec)... *Avuit*sgrt (2/ (k-') * . . . ((p_c/p_uitrec)^(2/k)-... (p_c/p_uittec)A((k+1)/k))); eta=le-5*(.062578998779+4.54664315888e-3*Tf-... 1.18319439e-64Tfl+1A961e-10*Tf'3);

(58)

BIJLAGE C PROGRAMMA c24 lambda=1.193588150.98,-3+8.778865759e-5*Tf-... 2.83663e-E*TfA2+742e-12*Tf^3; QW0tithe=a*1ambda/D*(ro*c_t*D/eta)A(0.7)... (Tf=Twl)*pi/4*D^2/(360*Ne)... +e*1emb4a/D*(ro*c_m*D/eta)^(0.7)... (Tf-Tw2)*pi/4*DA2J(360*Ne)+... a*lapbde/D*(ro*c_m*D/eta)A(0.7)... (Tf-Tw3)*4*Vt/(D*360*Ne); c_vn2=1/28.013*((6.93+.497e-3*Th+1.85e... -6*ThA2-1.56e-9*T/1^3+.463e-12., *ThA4--0474-15*ThA5)*4185.5,8,314.3); c_vo2=1/31.9.99*((6.94+2.81e-3*Th-1.58e-6... *T11^2+.469e-9*Tha3-..051e-12.... *Th^4)*4185.5-8314.3); c_vco2=1/44.010*((8.65+10.7e-3*Th9.13e-6*Th2*... 4.4e,9*Th^3-1.1e-1.2*ThA4+409e-15*T/r5)., *4185.5-8314.3); c_vh2o1/18.015*((7A9+1.26e-3*Th+3-41e-6*Th^2-... 2.68e-9*Th"3+.787e-12*ThA4-.0838e-15*... Th^5)*4185.5-8314.3); c_vso2=1/64.063*I(9.28+2,63e-3*711-7.74e6*Ths2*.,. .796e-9*Th^3+2.02e-1*Th^4-.746e-15*ThA5)... *4185.5-8314.3); c_vh2=1/2.016*((6.9+.0229e-3*Th+.858e-6*ThA2. -.319e-9*T/1"3+.0351e12*ThA4)*4185,5-8314.3); c_pc=8314.3*(1.771+.771e-3*Tf-.867e5*Tf^(-2)); c_vc.(c_pc-8314.3)/12; c_pe=8314.3*(4.114-1.728e-3*Tf-.783e5*TfA(-2/); c_ve.(d_ps-8314.3)/32; c_vtott-(c_vo2*m_o2+c_vn2*m_n2+c_vh2*m_/12,., +c_vc*m_c+c_ys*m_s+c_vco2*m_c02..: +c_vh2o*m_h2o+P_Ys02*M_eo2)*1/m tot; VZ=(p.,.,c0/m_.tOt+B*Tf/Vc)/2*(Vc-Vc0);

muit_n2=matA2*Mu;

muit_o2=mr_o2*d_Nul muit_cp2tmr_co2.*4_4u; muit_h2o=mx212o*CMu; muit_sci2=mt...s62*d,flui muit-_h2=mr_h2*d_Mu; muit_c=mr_c*d_Mp; muit_s=int_s*d_Nu; m_n2=m_112+muit_n2;

Cytaty

Powiązane dokumenty

Skolnik (red.), Creating Knowledge, Strengthening Nations. The Changing Role of Higher Education, Toronto: University of Toronto Press 2005. Schuster, „The Professoriate’s

Quandoque bonus dormitat homerus / Quandoque bonus dormitat home-..

The public facilities on the roof bring the vigour of the people and city inside the building, service indus- try, retail business, dining and accommodation industries will form in

The aim of the article is to present the reception of one of the most important records of Orthodox-Christian literature - the Kiev-Pechery Patericon (The Patericon of

Figuur 11.7 Snelheidsprofielen gemeten door Nikuradse; gladde wandstroming (figuur ontleend aan

It took a while to go from Savery’s engine (let’s say 1700) to Trevithick’s engine (ca. 1800), events that resulted in the development of the steam engines themselves as well as

cheologicznego w Gieczu wyróżnia się, szczególnie ze względu na swoją chrono- logię, mosiężny pierścionek znaleziony we wsi Chłapowo.. Stanowi on przykład

Abstract: In order to adequately characterize the adhesive bonding strength of the various membranes with surrounding materials on orthotropic steel decks and