• Nie Znaleziono Wyników

Sessie 5 Effectieve wijkinterventies - Presentatie tekst

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Sessie 5 Effectieve wijkinterventies - Presentatie tekst"

Copied!
4
0
0

Pełen tekst

(1)

5. Effectieve wijkinterventies: met inzet van best persons en toepassing van best practices

Bijdrage van Jeroen van der Velden, Platform31

Laat ik gelijk beginnen met het doorzagen van mijn eigen stoelpoten, namelijk door te stellen dat ik moeite heb met de term Best practice. De stempel Best practice nodigt namelijk uit tot kopieergedrag en het welbekende uitrollen van een interventie over stad en land. Dit kan schadelijk zijn om verschillende redenen: contextfactoren verdwijnen bij een algemeen bestempelde best practice snel naar de achtergrond. Als er budget beschikbaar is en de politieke wil aanwezig, zullen contextfactoren er minder toe doen.

En aansluitend op het voorgaande: in het kopieren van een best practice kan men het maatschappelijke doel uit het oog verliezen en wordt het realiseren van de best practice vaak zélf het doel. – ‘doe mij ook een zorgcoöperatie…’

Ik geef twee voorbeelden. Rond de start van de 40-wijkenaanpak in 2007 werd de

multifunctionele accommodatie (MFA) dé killerinterventie die veel problemen op zou kunnen lossen in de achterstandwijken. Het tegengaan van opvoedproblemen, leerachterstanden, veiligheidsproblematiek en het bevorderen van kansen op de arbeidsmarkt, en nog veel meer maatschappelijke doelstellingen werden geprojecteerd op het concept van de MFA. Door een aantal prille successen werd de MFA al snel het gedroomde antwoord op veel sociale

problematiek in de wijk. De doelstelling vanuit het Rijk werd: in elke aandachtswijk een MFA! En daar is vervolgens in het hele land hard aan gewerkt. Processen met diverse instellingen in de wijk werden opgezet om hen te bewegen samen te gaan hokken in één gebouw. Het bij elkaar gaan zitten in een mooi gebouw werd kort door de bocht gezegd het doel van de exercitie. Te weinig werd stil gestaan bij de context van de wijk. Nu zie je veel voorbeelden in het land van wijken waar de levendigheid uit de wijk is gezogen en waar MFA’s niet meer zijn dan een som der delen.

Dit is een klassieke omdraaiing van doel en middel. De MFA realiseren wordt het doel, maar is eigenlijk een van de mogelijke middelen om bepaalde maatschappelijke doelstellingen te bereiken. Ergens in het proces van het opzetten van een project in het sociale domein moeten de volgende vragen altijd gesteld worden:

 Welke maatschappelijke doelstellingen willen we bereiken?  Hoe gaan we deze doelen bereiken? Dus het wat en het wie.

 Welke redenering hebben we waarom we met deze activiteiten en middelen deze doelstellingen gaan bereiken?

Dit laatste wordt de veranderingstheorie genoemd. Daar kom ik later op terug. De genoemde vragen klinken heel erg logisch denk ik. Toch worden ze zelden op tijd gesteld in een project. Deze omissie is logisch te verklaren, aangezien we in de wijk met een complexe continue veranderende omgeving te maken hebben waar we vaak snel moeten handelen. Toch zijn ze essentieel om te stellen om veranderingen in wijken mogelijk te maken. Bezint eer u begint! Ik zie nu weer hetzelfde gebeuren als bij de MFA met het opzetten van sociale wijkteams en de wil om burgers te activeren. Beide ‘interventies’ (als je dat zo mag noemen bij zo’n diverse set aan ingrepen) maken dezelfde cyclus door als de MFA een aantal jaren geleden. We hebben prille resultaten gezien van mogelijk goede voorbeelden in het land. Ze sluiten

(2)

bovendien aan bij grote politieke ambities: om te bezuinigen, om meer integraal te werken en om de overheid te verkleinen. Daarom zien we overal in het land dezelfde interventies

opkomen. De modellen zijn wel erg divers, maar de kern is vaak hetzelfde. Wederom wordt te weinig de vraag gesteld: is dit het beste middel om te bereiken wat we willen bereiken? Of moeten we vooral iets heel anders doen?

Kortom: ik zou graag af willen van de term best practice.

Betekent dit dat we ons volledig moeten laten leiden door de context van een probleem? En door de toevallige aanwezigheid van de juiste professional en actieve burger om het probleem te tackelen en verandering in wijken te bewerkstelligen? Nee, zeker niet! Als dat zo zou zijn, zou u nu niet hier in de zaal zitten. U bent hier, naast het ontmoeten van uw collega’s uit het land tijdens de borrel, om inspiratie op te doen voor uw eigen praktijk. Inspiratie komt op wanneer u nieuwe ideeën opdoet die u kan toepassen in uw eigen praktijk. Dit zijn zelden afgeronde methodieken of volledig uitgedachte en bewezen werkzame interventies. Het zijn vaak losse flarden die u kunt benutten voor uw eigen projecten, beleid of bedrijfsvoering. Zo werkt het en dat is ook goed. Het is zeer van belang dat overal het eigen wiel wordt uitgevonden. Dit is een van dé meest effectieve bestanddelen van menig interventie. Het levert namelijk eigenaarschap op. Eigenaarschap zorgt voor inzet, passie, creativiteit, maatwerk en duurzaamheid van een project. Eigenaarschap ontstaat vooral als men zichzelf herkent in het project/ initiatief. Herkenning ontstaat als men een (herkenbare) bijdrage heeft kunnen leveren in de opzet of uitvoer van het project. Kortom: het wiel uitvinden is essentieel voor het slagen van een interventie.

Maar….er is natuurlijk een maar: je moet het wel slim doen! Wielen worden steviger als er een aantal spaken worden gebruikt die bewezen effectief zijn gebleken. En dan komen we bij de term die ik in plaats van de term best practice zou willen gebruiken. Zinniger dan de term best practice is ‘de veranderingstheorie’. De theory of change brengt in kaart hoe een

interventie tot verandering of de beoogde maatschappelijke resultaten leidt. Elke interventie is gebaseerd op veronderstellingen. Deze veronderstellingen vormen gezamenlijk een theorie. De veranderingstheorie (ook wel interventietheorie of beleidstheorie genoemd) is een hypothese die de verbinding legt tussen het maatschappelijk doel dat je wil bereiken en de activiteiten die je daarvoor moet ontplooien en de korte termijn doelen daar tussenin. [Sheet voorbeeld veranderingstheorie – Buurtbarbecue]

De veranderingstheorie heeft diverse voordelen boven beschreven methodieken, afvinklijstjes, protocollen etc.:

De veranderingstheorie maakt het mogelijk om wél te leren van elders (minder afhankelijkheid van de context) zonder dat dit direct leidt tot kopieergedrag. - De veranderingstheorie is het geraamte waar omheen de lokale interventie gebouwd kan worden;

Het formuleren van de veranderingstheorie legt veronderstellingen bloot van de

wijkprofessional die vervolgens kritisch tegen het licht gehouden kunnen worden (door zowel praktijkcollega’s als wetenschappers);

(3)

Het leidt tot begrip bij de professional hoe veranderingen kunnen plaatsvinden in de wijk zonder dat hier direct één mogelijk middel aan wordt gekoppeld – meer wegen kunnen leiden naar Rome.

De veranderingstheorie maakt wetenschappelijk onderbouwde kennis beter toepasbaar voor de wijkpraktijk. – geen dikke rapporten die niet worden gelezen maar een makkelijk te begrijpen ketting van veronderstellingen.

Dat wetenschappers aan theorievorming doen zal niemand verbazen. Maar waarom is theorievorming door wijkprofessionals zelf zo van belang? In de huidige praktijk werken wijkprofessionals vooral intuïtief. Men doet al jaren wat werkt vind men. Men staat er te weinig bij stil dat de gedachtevorming over hoe veranderingen plaatsvinden in de wijk soms

gebaseerd zijn op valse veronderstellingen. Vasco Lub laat dat zo mooi zien in zijn studie ‘Schoon, heel en werkzaam’. Hij beschrijft hier een bundel veel voorkomende

interventietheorieën over leefbaarheid en gaat op zoek naar wetenschappelijke onderbouwing voor deze veronderstellingen. Vaak vindt hij dit bewijs niet en formuleert een andere theorie die meer wetenschappelijke basis heeft om hetzelfde maatschappelijke doel te bereiken. Er valt op zijn wetenschappelijke aanpak wel iets af te dingen, maar hij zorgt voor een

zelfkritische blik bij de wijkprofessional die nu vaak teveel ontbreekt.

En dan kom ik tot de kern van mijn betoog. Wat we nodig hebben is meer vakmanschap in de wijk. De ‘wijkprofessional’ is geen afgebakend werkdomein met duidelijke richtlijnen en werkwijzen. Er is veel kennis, maar de kennis waarom projecten wel of niet werken is veelal intuïtief aanwezig. Het zit vooral in het hoofden van de professional. Een wijkprofessional pleegt een interventie in een wijk omdat hij vindt dat het niet goed gaat. Dat betekent dus dat hij een oordeel heeft over een wijk en haar bewoners; een oordeel dat zo zwaar weegt, dat hij ingrijpt in de situatie van mensen. Aan het interveniëren is dan ook de morele plicht

verbonden dit zo goed mogelijk te doen: naar de beste inzichten, met niet meer en zwaardere middelen dan nodig en zonder grote schadelijke bijwerkingen. Effectieve wijkontwikkeling begint met de bereidheid om jezelf en elkaar vragen te stellen over de effectiviteit van

interventies. Vervolgens is het van belang om bevindingen met elkaar te delen, zodat anderen hierop door kunnen bouwen in hun eigen context met hun eigen competenties.

(4)

Cytaty

Powiązane dokumenty

To­ masza w formalizacji Ojca Bocheńskiego”, Studia Philosophiae Christianae 42(2006)1, 27-35, powtórzony w celu eliminowania błędów, które wkradły się przy

Permanent female presence inside army posts appears to be confirmed by finds from the Vindolanda fort situated back of the hadrian Wall, where a cohort of the Batavians was stationed,

Nie jest jednak tak, z˙e moz˙liwos´c´ kontrolowania otoczenia rynkowego doste˛pna jest dla wszystkich przedsie˛biorstw. To, z˙e che˛c´ ograniczania ryzyka

Zasadą lokalnej wyciszającej akcji prewencyjnej w ujęciu Głowackiego kierowali się przede wszystkim funkcjonariusze szczebla podstawowego, odpowiedzialni za porządek w zakładzie,

Dla niniej­ szych rozważań najważniejszy jest jednak swoisty bunt bohatera przeciw ab­ surdalności życia oraz zgubnym wpływom filisterskiego świata, wyrażający

Verschiedenheit der angenom m enen durch diese V ere­ inigungen Zwecken und Aufgaben hatte als Folge eine große Konsolidation der K atho­ liken in Schlesien und gab ihnen A nlaß

Consapevole della responsabilité assunta e nello stesso tem po della lim itatezza dei mezzi e delle possibi­ lité (dal 1940 ospite nel territorio del Vaticano),

Szczególna bliskość Maryi z Bogiem, przejawiająca się w Jej zasłu- chaniu w Jego słowo, utożsamieniu Jej myśli i woli z Jego zamysłami i wolą, nie tylko rozbudza w Niej