• Nie Znaleziono Wyników

Een geraffineerd spel?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Een geraffineerd spel?"

Copied!
1
0
0

Pełen tekst

(1)

8

Energie Actueel, jaargang 15, nr 5 • dinsdag 10 april 2012

OPINIE

het record van juli 2008 gebroken heeft (zie grafiek). Naast Iran doet zich de verzwakte euro gelden. Op de energiewebsite EIA werd hiervan melding gemaakt. Voor de fragiele Europese economieën een belang-rijk bericht lijkt me. In tegenstel-ling tot 2008 was de olieprijs zeer hoog en de dollar zwakker, terwijl nu de euro zwak is en de olieprijs in dollars wat minder hoog. Helaas kwam ik het bijna nergens tegen, noch een analyse van de gevolgen van dergelijke prijzen voor de Eu-ropese economie. Europa moet on-dertussen accepteren dat het beleid om de eurocrisis te bezweren mede heeft geleid tot een hogere olieprijs in euro’s. Je vraagt je dus af of de zwakte van de economie nog een rol heeft gespeeld bij de discussie over het in de ban doen van de Iraanse olie. Nu de Amerikaanse verkiezing gewonnen of verloren kan worden aan de pomp, blijkt Europa een on-fortuinlijke bijvangst te worden van het hoge Iraanse spel met een land in een verkiezingsjaar.

Coby van der Linde is hoofd van het Clingendael International Energy Programme en hoogleraar Geopolitiek en Energiemanagement aan de Rijksuniver-siteit Groningen.n

Al geruime tijd wordt uw columnist van dienst van de straat gehouden door de vele vragen naar de oor-zaken van de stijgende prijzen van benzine en dieselolie. De oorzaak ligt natuurlijk in de oplopende prijs van ruwe olie, als grondstof voor de productie van deze brandstoffen. Het inzetten van de strategische voorraden helpt dan misschien een paar centen. Ook krijgt de concur-rentie tussen oliemaatschappijen en hun benzinestations langs het Nederlandse wegennet ruime aan-dacht en wordt er voor de zoveelste keer onderzoek gedaan naar de ef-fectiviteit van marktwerking. Maar zonder dat er een ‘smoking gun’ gevonden wordt, blijft het lastig om dat aan te tonen. Natuurlijk krijg ook het Kwartje van Kok er van langs. Dat was als tijdelijk be-doeld. Maar het blijkt een blijvertje als bron van overheidsinkomsten. Maar dat is niet alles.

Ook elders in de oliewaardeketen, in het raffinagesegment, rom-melt het. Op het eerste gezicht lijkt daar weinig aan de hand. Met een grote gezamenlijke capaciteit en verspreid over een flink aan-tal bedrijven in heel Europa is de raffinagesector nooit gezien als een probleem in de industrie. De structuur gaf geen aanleiding tot vragen vanuit het perspectief van marktwerking, want er heerst een stevige concurrentie op de markten voor de onderscheiden olieproduc-ten. Ook de voorzieningszekerheid werd geen probleem geacht, zo-lang er maar voldoende ruwe olie aangevoerd kon worden, of uit de strategische voorraden beschik-baar gemaakt werd. En daar lag dan ook de nadruk in het voorzie-ningszekerheidsbeleid.

Toch is de raffinagesector uiterst complex en gevoelig, vooral in Europa, zo blijkt niet alleen uit re-cente studies maar ook uit de harde realiteit. De afgelopen jaren is een groot aantal Europese raffinade-rijen verkocht, overgenomen en recentelijk dreigen ze zelfs failliet te gaan. En dat bij stijgende prijzen aan de pomp.

Wat is het verhaal? Europese raf-finaderijen zien zich geconfron-teerd met een toenemende vraag naar diesel en kerosine en steeds strengere milieuvoorwaarden. Bo-vendien moeten ze steeds zwaar-dere en zure ruwe olie verwerken. Omdat de raffinaderijen relatief bejaard zijn en vooral gebouwd zijn om benzine te produceren, wordt het steeds moeilijker om in de vraag naar diesel en kerosine te voorzien, zonder grootschalig te investeren. En dat nu is moeilijk vanwege de minimale marges tus-sen de hoge kosten van ruwe olie en opbrengsten van de verkoop van het huidige spectrum aan produc-ten in een fel concurrerende markt. Bovendien is er een uitzicht op een minimale groei van de afzet, onder

meer als gevolg van de Europese CO2 -uitstootdoelstellingen. Het is ook de vraag wie er zou kun-nen investeren in de noodzakelijke aanpassing van raffinaderijen. De grote internationale oliemaat- schappijen, zoals BP, Shell en Exxon-Mobil, volgen een strategie waarbij de nadruk ligt op investeringen in de risicovolle, maar winstgevende upstream en reorganiseren hun raffinageactiviteit. Onafhankelijke bedrijven, zoals Petroplus, zagen zich al genoodzaakt raffinaderijen stil te leggen vanwege de minimale marges. Bedrijven uit opkomende economieën, zoals Essar, Petro-China en Lukoil vestigen zich wel in Europa door oude raffinaderijen over te nemen, maar het is de vraag of ze zullen investeren in de upgra-ding ervan. De traditionele Euro-pese bedrijven, zoals Total, Repsol en Eni hebben slechts geringe fi-nanciële slagkracht, ook al omdat ze relatief minder actief zijn in het winstgevende upstream gebeuren. De consequentie is dat Europa in toenemende mate van diesel voor-zien wordt vanuit Rusland en het Midden-Oosten, terwijl de benzine-overschotten naar de VS en elders geëxporteerd worden, waar men de concurrentie aan moet gaan met moderne, efficiënte raffinaderijen in de nieuwe opkomende markten. Het is de vraag of deze importaf-hankelijkheid gezien moet worden als een bedreiging van de voorzie-ningszekerheid. Of kunnen we de markt zijn werk laten doen en zal er vanzelf een nieuwe balans ont-staan? Het is duidelijk dat er in de raffinagesector problemen zijn met het tijdig onttrekken en toevoegen van nieuwe capaciteit, als gevolg van hoge vaste kosten van investe-ringen en de relatief lage variabele kosten. Zolang die laatste terugver-diend kunnen worden, produceren raffinaderijen door en ontstaat er dus een relatief overaanbod van producten; temeer daar er sprake is van de zogenoemde joint production van verschillende brandstoffen. Maar als er geen zekerheid is dat er over de langere termijn winst ge-maakt kan worden, zullen er geen investeringen gedaan worden. In de huidige scherp concurrerende markt is dat laatste het geval en het langere termijnperspectief biedt weinig hoop. Dat leidt ertoe dat de sector zich niet zal kunnen aanpassen aan veranderingen in de vraag, de ruwe olie input en milieu-eisen. Tegelijkertijd zal dan ook de basis wegvallen voor het ontwik- kelen van een moderne, toekomst-gerichte en innoverende Europese petrochemische (en biobased) industrie die in staat is de nieuwe materialen en brandstoffen van de toekomst te ontwikkelen. In dit licht moet misschien over-wogen worden dat de verdere re-organisatie en ontwikkeling van de industrie meer geraffineerde vormen van (Europese) coördinatie vergt dan slechts het streven naar marktwerking.

Aad Correljé is universitair hoofd- docent Economie van Infrastructuren aan de TU Delft en verbonden aan het Clingendael International Energy Programme.n

Een geraffineerd spel?

Bijvangst

In de VS is de oplopende benzine-prijs een verkiezingsonderwerp geworden. Obama heeft zich in-middels laten verleiden tot het uit-breiden van de licentiegebieden om meer Amerikaanse olie te kunnen produceren. Niet dat hij daarmee voor november van dit jaar de ben-zineprijs kan beïnvloeden, maar het beantwoordt wel aan de druk van de Republikeinen om de Ame-rikaanse olie-industrie ruim baan te geven. De Republikeinen dro-men van een Amerika dat een grote mate van zelfvoorziening kent. Niet dat daarmee de energieprijzen in de VS losgekoppeld worden van de internationale markt, dat vergt weer andere maatregelen (of een gebrek daaraan, zoals het tegen-houden van infrastructurele inves-teringen). De energiemarkt van de VS staat immers in directe verbin-ding met de internationale markt. De discussie in de VS is daarmee ingewikkeld, omdat er van alles door elkaar heen loopt.

Amerikaanse toestanden Het feit dat de Amerikaanse olie-prijs, de West Texas Intermedi-ate (WTI) onder het niveau van de Brent-olieprijs ligt, komt door de infrastructurele beperkingen van Cushing, Wyoming, waar de prijs tot stand komt. Voor een internati-onale ‘marker crude’ is dit een

bij-zondere locatie, die beperkt bereik-baar is voor het aan- en afvoeren van olie uit nieuwe productiegebie-den in Canada en het Rocky Moun-taingebied. Het aanpassen van de olie-infrastructuur aan de nieuwe vraag- en aanbodverhoudingen is niet gemakkelijk gebleken. De discussie over de pijpleiding van Canada, waar veel nieuwe produc-tie vandaan komt, naar de kust van de Golf van Mexico, waar zich de meeste raffinagecapaciteit en ex-portfaciliteiten bevinden, geeft een inkijkje in de belangenstrijd in de

Noord-Amerikaanse

energiesec-tor. Immers, door de infrastructuur niet snel genoeg aan te passen aan de nieuwe producerende regio’s in Noord-Amerika zijn flessenhal-zen ontstaan, waardoor de WTI al enige tijd aanzienlijk lager is dan de internationale prijzen. Op 1 april 2012 ‘deed’ WTI $ 103,10, iets ho-ger dan de sluiting op de vrijdag daarvoor en Brent $ 123,03 per vat. Aanzienlijke verschillen. De WTI is eigenlijk een binnenlandse prijs-marker geworden. Dit weerhoudt overigens de Nederlandse media er niet van om trouw de kijker op de WTI-prijs te trakteren bij berichtge-ving over olie, terwijl die er weinig toe doet als je hier naar het tanksta-tion moet en weinig tot niets weet van het verschil tussen de WTI- en de Brent-prijs voor ruwe olie. Verkiezing aan de pomp De discussie zal Obama bekend voorkomen, want ook in 2008 speelden de hoge benzineprijzen een rol in de Amerikaanse verkie-zingen. Analisten speculeren al op zijn afnemende kansen voor herverkiezing als de benzineprijs

boven de $ 4 per gallon komt, zo-als nu al in Californië het geval is. Dat is voor Nederlandse begrippen een schijntje en komt neer op bijna 70 eurocent per liter. De ruwe olie-prijs bepaalt in Amerika voor 72% de eindprijs van benzine, waardoor de discussie al gauw verschuift naar een discussie over de internationale olieprijzen. Helaas heeft Obama daar weinig grip op. Bovendien eist het Amerikaanse Congres een strenge opstelling ten opzichte van Iran. De discussie over de olieprijs werd kennelijk dermate veront-rustend dat Saoedi-Arabië te hulp schoot. Er werden eerst een flink aantal tankers volgeladen met olie en die kant op gestuurd. Vervol-gens stond in de Financial Times van 28 maart een interview met olieminister Al-Naimi, waarin hij uiteenzette dat Saoedi-Arabië ie-dere vraag naar olie kon bedienen; er was voldoende productiecapaci-teit en de voorraadtanks waren vol. Geen tekort aan olie dus, en geen enkele reden voor prijsstijgingen. Europese sores

Terwijl de media lustig verslag doen van deze erg Amerikaanse discus-sie, is er weinig melding gemaakt van het feit dat een vat olie in euro’s

Door Coby van der Linde

Energie Actueel is een driewekelijkse uitgave van de Energiezaak i.s.m. de vereniging Energie-Nederland en Netbeheer Nederland Vereniging van Energienetbeheerders in Nederland. Energie Actueel verschaft nieuws,

achtergronden en opinies uit de wereld van energie en aanverwante bedrijfstakken.

Redactieadres Energie Actueel Postbus 834 6800 AV Arnhem Tel. 026-3569 417 e-mail persinfo@energiezaak.nl Hoofdredactie Anne Sypkens Smit Bladmanagement & eindredactie PACT Mediaproducties BV, Den Haag Redactie Martijn Boelhouwer, Noud Köper, Sjoerd Marbus, Sander Schilders Correspondenten Henk van den Boom (Barcelona), Elro van den Burg (Warschau), Jan van Etten (Parijs), Jan van Hoof (Frankfurt), Frank Kools (New York), Jan Schils (Brussel), Arjan Schippers (Londen), Wim Verseput (Kopenhagen)

Lay-out & opmaak Do Company, Rotterdam

Druk & Distributie Senefelder Misset Grafisch bedrijf bv, Doetinchem Abonnementen Energie Actueel wordt kosteloos toegezonden aan personen in dienst van bedrijven die lid zijn van Energie-Nederland of Netbeheer Nederland, in dienst van de overheid of hoger onderwijs-instelling en aan openbare bibliotheken. Overige geïnteresseerden kunnen zich abonneren. Een jaarabonnement kost € 99,- Losse nummers € 6,50 Alle bedragen zijn inclusief BTW. Abonnementsgelden worden namens de uitgevers geïnd door Abonnementenland, Heemskerk. Opzeggingen - uitsluitend schriftelijk - twee maan-den vóór ingang van het nieuwe kalenderjaar aan: Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem

Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan: icentrum@energiezaak.nl

Advertentie-exploitatie André van Beveren, Recent BV, Postbus 17229, 1001 JE Amsterdam Prins Hendrikkade 77 b, 1012 AE Amsterdam t 020 3308998, f 020 4204005 andre@recent.nl Overname van artikelen uitsluitend toegestaan na toestemming van de hoofdredactie. ISSN 2211-6230

Abonnement op

Vul de bon volledig in en stuur zonder postzegel naar: Energie Actueel, Postbus 834, 6800 AV Arnhem

Ik abonneer mij op Energie Actueel Een abonnement kost €99,- incl. 6% btw Ik verzoek om kosteloze toezending van Energie Actueel, omdat ik werk bij: een bedrijf dat lid is van Energie-Nederland een bedrijf dat lid is van Netbeheer Nederland de overheid een hoger onderwijsinstelling Titel(s) Voorletters en naam M / V Functie Telefoonnummer E-mail Naam organisatie/bedrijf Afdeling Postadres* Locatiecode Postcode/woonplaats Aard van het bedrijf * Tevens factuuradres. Ik ontvang Energie Actueel graag op onderstaand privéadres** Adres Postcode/woonplaats ** Bij ontvangst op privéadres ook altijd de gegevens bedrijf, incl. postadres, invullen. Datum Ordernr. btw-nr. Handtekening

ENERGIE

Actueel

10 -0 4-2012

Olieprijzen

ENERGIE

Actueel

Door Aad Correljé 160 140 120 100 80 60 40 20 0 100 80 60 40 20 0 2007 2008

Brent crude oil spot price, January 2, 2007 - March 26, 2012

2009 2010 2011 2012

U.S. dollars per barrel euros per barrel

Bron: Energy Information Agency (EIA), Energy Today.

new record: M96.53 (March 13, 2012) priorrecord: $145.66, M92.76

Cytaty

Powiązane dokumenty

essentiel qui permet la mise en emprise de la violence, car « l’enjeu de la violence,.. Arrivée en France et installée dans l’appartement qu’Y. a préparé pour elle, Marie se

W tym okresie, zwłaszcza w IX–XI w., skarby zyskały specyficzną formę — zazwyczaj tym terminem ozna- cza się gromadne znalezisko przede wszystkim srebrnych, rzadko

Но это только в том случае, если бы н а п лан ете Зем ля не сущ ествовало полтора м иллиарда человек, то есть прим ерно двадцать два

Figuur 11.7 Snelheidsprofielen gemeten door Nikuradse; gladde wandstroming (figuur ontleend aan

Reading Rilke (1999) Williama Howarda Gassa i Rilke poetów polskich (2004) autorstwa Katarzyny Kuczyńskiej-Koschany są obecnie postrzegane jako fi lary literatury krytycznej

ZUBIK M ałgorzata: Zła passa trw a: zw olnienia w toruńskich zakładach.. W oj­ ciech Rom

Jako historyk literatury wierny jest także głoszonemu przez siebie hasłu, że badacz nie powinien się izolować od bieżącego życia literackiego; że - co więcej -