S-80 .O56
Centrum voor Onderzoek Waterkeringen
opgesteld
door
P.van
Dam(praktikant)
Aangevuld en herzien
J.A. B e ijersbergen
december
19812 . Kort h i s t o r i c h overzicht. 2.1. De vroege geschiedenis. 2.2. S i t u a t i e vóór de doorbraak.
3. De oorzaak van
de
dijkdoorbraakaan
de
hand vande
beschikbare informatie.3.1. Artikel i n de Provinciale Overijsselsche
en
Zwolsche Courant van 9 januari 1926.3.2. Verslag van een technisch ambtenaar van de
Provi
nci al e Waterstaat van Gel der1 and. 3.3. Verslag van de hir. A. van Linden van denHeuvel
1
van
deProvi
nci a l e !4aters t a a t van Overijssel.
4. Concl u s i e . 5. L i t e r a t u u r l i j s t . Bijlagen1.
S i t u a t i e anno 1536. 2. Schets van de s i t u a t i e vóór 1926. 3 . Huidige s i t u a t i e . 3 3 3 4 7 8 Tek.nr.
A4/80.017 A4/81 .O03 A4/81 .O18I
1. I n l e i d i n g
In de h i e r n a v o l g e n d e
n o t i t i e
w o r d t i n g e g a a n op de o o r z a a k van de d i j k d o o r b r a a k op d e l i n k e r o e v e rvan
d e I J s s e lt e
Zalk op 8 j a n u -ari
1926.2. K o r t h i s t o r i s c h o v e r z i c h t 2.1. De vroege geschiedenis.
H e t d o r p j e Z a l k i s i n h e t v e r l e d e n nogal eens geplaagd door v e r s c h i l l e n d e d i j k d o o r b r a k e n .
Enkele j a a r t a l l e n van d i j k d o o r b r a k e n z i j n : 1489, 1505, 1573, 1595 en 1602, maar o v e r deze doorbraken i s v r i j w e l n i e t s bekend. Door deze doorbraken i s h e t v e r l o o p van de I J s s e l door de j a - r e n heen nogal eens veranderd.
T e r i l l u s t r a t i e g e e f t b i j l a g e 1 de s i t u a t i e omstreeks 1536 weer. 2.2. S i t u a t i e v ó ó r de doorbraak.
Wanneer een d i j k d o o r b r e e k t z a l door de schurende k r a c h t van h e t u i t s t r o m e n d e w a t e r een g r o o t g a t , een k o l k , t e r p l a a t s e van de doorbraak o n t s t a a n .
Hoe g r o t e r h e t v e r s c h i l tussen b u i t e n - en b i n n e n w a t e r s t a n d hoe g r o t e r de schurende k r a c h t van h e t w a t e r , hoe d i e p e r de k o l k .
Vroeger was dempen van z o ' n k o l k nog n i e t m o g e l i j k en p a s t e men een andere w e r k w i j z e t o e .
Om
de k o l k werd een r i n g d i j k aangelegd. Deze d i j k werd dan t o e - gevoegd aan de bestaande d i j k e n .I e t s d e r g e l i j k s h e e f t z i c h n u aan de Z a l k e r d i j k voorgedaan. Op de p l a a t s waar de d i j k op 8 j a n u a r i 1926 i s doorgebroken
(ca. kmr 983,5) was voor de d i j k een diepe k o l k aanwezig.
N i e t bekend i s , welke vroegere doorbraak deze k o l k v e r o o r z a a k t h e e f t . D i t omdat e r doorbraken op v e r s c h i l l e n d e p l a a t s e n z i j n geweest ( t e n noorden en o o s t e n van h e t dorp Z a l k ) en e r w e i n i g gegevens van de oude doorbraken bekend z i j n .
Over de afmetingen en opbouw van de d i j k v ó ó r de doorbraak op 8 j a n u a r i 1926 i s maar w e i n i g bekend.
I n een v e r s l a g van de h o o f d i n g e n i e u r van de P r o v i n c i a l e Water- s t a a t w o r d t s l e c h t s h e t volgende genoemd:
"De d i j k t e r p l a a t s e r e i k t e n a m e l i j k 0,40 t o t 0,50
m
boven b u i t e n - w a t e r s t a n d en had een breeden en hoogen binnenberm."3. De
oorzaak
v a n
de dijkdoorbraakaan
de hand van de beschikbare i nf ormati e ..*
3.1. Artikel in de Provinciale 0veri.isselsche en Zwolsche
C o u r a n t
van
9 januari 1926.De verschillende krantenartikelen li jk e n veel
op
el ka a r ; hier- onder i s een aantal passages u i t bovengenoemd a r t i k e l aangehaald.“De plaats der doorbraak werd n i e t a i s een zwakke plek beschouwd; wel vertoonde zich aan de binnenzijde een we lle tje, doch dergel i jke w el le t j e s komen
o p
t i e n t a l l e nvan
plaatsen langs de dijken b i j hoog watervoor.
Nog
om
half zes ‘s-ochtends had het dijkbestuur met denprov.
techn. ambtenaar, den heer P. Loderus, dewel geobserveerd en had
voor1
oopig maatregelen getroffen. Bij aankomstvan
den hoofdingenieur den heerA . van Linden van den Heuvell,
om
7uur
t e Zalk, werdvan
d i t w e lle tje danook
n i e t onmiddellijkr a p p o r t ge-
maakt.
Tegen 8uur kwam
eenvan
de dijkwachtersrap-
porteren d a t het water i e t s s n e l l e r
door
de welop-
borrelde. Onmiddellijk was het bestuur met den pro- vincialen dienst t e r plaatse aanwezig. Ook toen werd de toestand nog n i e t gevaarlijk geacht. Toch werden maatregelen t e r b e strijd in gvan
deze wel genomen. Twee minuten l a t e r , terwijl de hulpmaterialen reeds aangevoerd waren vertoonde zich plotseling een modder- fontein en bleek de toestand hopeloos.”3.2. Verslag
v a n
een technisch ambtenaarvan
de Provinciale Waterstaatv a n
Gelderland.Hieronder volgt een passage u i t het verslag opgesteld
door
de technisch ambtenaar die t e r plaatsevan
de doorbraakaan-
wezig was *“De d ijk
waarvan
de kruin al spoedig verdween(2
9.15uur)
bleek zooals de dijkgraaf mededeelde reeds sinds den vorigen dag ste r k t e kwellen, welke kwel, vermoedelijk een molle- g atop
eenige diepte beneden de kruin,na
e e r s t steeds grooter afmetingen t e hebben aangenomen,oorzaak
der breuk werd. I’3 . 3 .
Verslag van de h,ir
A.van
Linden
van den Heuvel1 v a n de
,Provinciale Waterstaat
van
Overi j s s e l
.
Dhr. van Linden was vlak voor de doorbraak
b i jde
d i j kaanwezig.
Uit het
uitgebrei de verslag worden enige passages aangehaald.
"De dijkwacht bracht regelmatig verslag
u i tvan de
bevindingen en niets wees op naderend gevaar. Echter
kwam
tegen half acht een der waarnemers
i nhet wacht-
lokaal t e Zalk verklaren, dat zich in de onmiddellijke
nabijheid
van
Zalk een welletje
hadontwikkeld, dat
nochtans schoon water vertoonde. Hoewel n i e t verwacht
werd, d a t zulks aanleiding t o t bezorgdheid
zou
geven,
ging men toch onverwijld
n a a r
de aangegeven p l a a t s ,
onderwijl den voerman
van
den beladen grintwagen aan-
zeggende, dat h i j het gezelschap op het e e r s t e teeken
zou
volgen. Inderdaad bleek een wel van weinig betee-
kenis t e z i j n ontstaan en het p l e i t voor den speur-
zin
van
den dijkwacht,
d a th i j deze ongerechtigheid
hadwaargenomen. Toch werd
voor
a l l e zekerheid den voer-
man
het sein gegeven, g r i n t naar de waargenomen plek
t e brengen en deze
a ft e dekken.
Het gezelschap
van
ambtenaren van waterstaat en water-
schap keerde
na
deze i n s t r u c t i e s naar het wachtlokaal
terug, doch nauwelijks had men de plek
den
r u g toege-
keerd, of de achtergebleven dijkwacht
kwam aanhollen
onder het roepen
van
" h i j geet!
h i jgeet!". Ons
om-
draaiend, zagen wij een modderfontein
van
manshoogte
op de plek van den waargenomen wel.
Het bleek a l r a s
,
dat h i e r geen voorziening
zou
baten en
dus
werd in a l -
l e r i j l de brandklok geluid en werden de menschen
i nhet
achterland door e s t a f e t t e s per rijwiel gewaarschuwd".
Verderop in het verslag gaat
d h r .van
Linden
i nop de
vraag
wat
de oorzaak
van
de dijkbreuk i s geweest.
"Wat was nu de oorzaak van deze d i j k b r e u k ? Jn h e t "Ver- s l a g van h e t voorgevallene t i j d e n s h e t hooge opperwater op de Nederlandsche r i v i e r e n i n den w i n t e r van 1925
op
1926"
,
uitgegeven door h e t Departement van Waterstaat,
i s h i e r o m t r e n t op b l z . 12 h e t volgende medegedeeld: "De l i n k e r I J s s e l d i j k , op ongeveer 350 meter boven h e tdorp Zalk, bezweek b i j een w a t e r s t a n d van 4.17
m.
tn.a.p. aan de p e i l s c h a a l t e Katerveer, welke 0.11
m.
hooger was dan de hoogste bekende r i v i e r s t a n d . De d i j k , d i e onder voortdurend t o e z i c h t stond, was zwak en r e i k t e op sommige p l a a t s e n n i e t veel hooger dan de r i v i e < r s t a n d , zoodat h i j was o p g e k i s t . I n de u i t e r w a a r d was een v r i j diepe k o l k vóór de doorbraak. Het overstroomde gebied i s h e t ongeveer d r i e h o e k i g e t e r r e i n begrensd door den I J s s e i d i j k van h e t K a t e r v e e r naar zee, de Z u i d e r z e e b e d i j k i n g van Ketelmond t o t E l - b u r g en den Rijksweg E l burg-Katerveer.
Ofschoon g r o o t e schade ontstond, i s deze doorbraak n i e t t e beschouwen a l s een ramp met verstrekkende gevolgen voor de bewoners, behoudens d i e van h e t dorp Zalk,
om-
d a t h e t gebied b i j hooge vloeden meermalen w o r d t over- stroomd door h e t water, d a t van de Zuiderzee o v e r de Drontherbedi jk i n g b i n n e n v l o e i t . De i n u n d a t i e i s dan n a t u u r l i j k , v o o r a l i n de omgeving van Z a l k en Hattem, van minder beteekenis, doordat de z i c h i n h e t gebied be- vindende woningen i n h e t a l gemeen op t e r p e n z i j n ge- bouwd.
Zoodra de w a t e r s t a n d h e t t o e l i e t , begon men de k o l k vóór den d i j k v o l t e persen met u i t de r i v i e r gebag- gerd zand en een noodwaterkeering t e maken vóór den doorgebroken d i j k
,
waarna de d e f i n i t i e v e d i j k nagenoeg geheel van k l e i e e n i g s z i n s binnenwaarts van den ouden gelegen i s . Deze d i j k h e e f t een k r u i n b r e e d t e van 5m.,
~
een hoogte
van 4.60
m.
+
n . a . p . ,een builenbeloop
van
3 op1
en
oen binnenbelmop
van 2
O P 1met een
binnenberm
van
5m
breedte
op2
rn
-tn e a , p l "
Tot
zoover het verslag, dat in
z i j nsoberheid een
vol-
komen j u i s t e weergave i s
van het voorgevallene, be-
houdens de passage over de di jkhoogte- .k
~ r izou
imme-
l i j k
u i thet verslag kunnen afleiden,
d a tde ontoe-
reikende hoogte de onmiddellijke oorzaak van de door-
braak i s geweest. Niets is echter minder waar
dand a t .
De
d i j kt e r plaatse r e i k t e namelijk
0.40t o t
0.50 m.boven buitenwaterstand en had een breeden en hoogen
binnenberm. Zwak was de
d i j kaldaar dus
u i thoofde
van z i j n afmetingen
i ngeen geval en de zwakte
i sderhalve n i e t a l s oorzaak aan t e merken. Deze moet
ui
tsluitend worden gezocht in de aanwezige
b u itenkol
ken het
l i j k tn u
noodzakel
i j k ,hierover nog een en
an-
der
opte merken".
Na
een uiteenzetting over
heto n t s t a a n
van
kolken vervolgt
d h r .van Linden:
"Naarmate de hooge waterstand
b u itendi
jks
van
1
anger
d u u r i s ,zal
ook
de grondmassa
van het dijkslichaam
meer verzadigd worden en ook deze toeneming van ver-
z a d i g i n gwordt
i nde
h a n d
gewerkt door den onbeklee-
den
wandvan de kolk. Tenslotte zal het water zich
onder en door het dijkslichaam een weg banen,
wan-
neer de waterdruk grooter i s geworden,
dande allengs
verminderde tegendruk van den
grond.
I e t s dergel
ijks
n u
heeft zich aan den Zal kerdi
j kvoor-
gedaan".
4 .
Conclusie.
De
oorzaak
van de dijkdoorbraak t e Zalk op
6januari
1926 zoua l s volgt kunnen worden samengevat.
, : *
.
De aanwezigheid
van
de v r i j diepe kolk
v l a kvoor
de dijk heeft
het ontstaan
van een wel
i nbelangrijke mate in de
handge-
werkt.
Deze kolk
was
slecht bekleed waardoor het water gemakkelijk in
het
d i j k lichaam en ondergrond kon treden.
Tijdens een hoogwaterperiode, i s
door
de toen aanhoudende
wa-
terdruk
aan
de binnenzijde een wel ontstaan.
O fd i t tijdens het
hoogwater
van
1926of tijdens een eerder hoogwater i s gebeurd,
i s n i e t bekend.
De waterstand
van
de IJssel was
rond
8j a n u a r i
1926zo
hoog
d a tde wel,
na
i ne e r s t e i n s t a n t i e alleen water t e hebben afgevoerd,
toen ook zand opgaf.
Door
de aanhoudende afvoer
van
zand
v a n u i t
de ondergrond i s de
d i j kuiteindelijk
i nelkaar gezakt en be-
zwe ken.
Op
bijlage
2i s één en ander schematisch weergegeven. Bijlage
3geeft de huidige s i t u a t i e .
-
Verslag van de hoofdingenieur de hr.
A .van
Linden v a n
den
Heuvell.
-
Diverse krantenartikelen (Provinciale Overijsselsche en
Z w o lsche
C o u r a n t ) .
-
Een schrijven
van de Provinciale Waterstaat van Gelderland
aan de Provinciale Waterstaat van Overijssel.
-
"Verslag van het voorgeval lene tijdens het hoge opperwater
op
de Nederlandsche rivieren
i nde winter
van
1925op
1926"uitgegeven door het Departement
van
Waterstaat.
get
gew-z
Schaal I :IOO.OOOBijlage
1
L
w e r k n r S-80.056 tek nr A 4
-
81.0173 k o l k
4 dijk na ontstaan kolk
5 r i v i e r 1 ,
6 plaats doorbraak 1926
7 Z a l k
c
schets
van de situatie vóór 1926
Z a l k
.I 1
. gew g e z . ,
schaal
1:25.000bijlage
2
o!
b werknr S-80.056
1
tek
nr A4-
81.003~ 3 r d -
? e n h m .vow 'Onderzoek Waterkeringen 21
gew
'5
Schaal 1:25.000
Bijlage
3
qet
s
Centrum voor Onderzoek Waterkeringen i! werknr S-80.056 tek nr AL -81.018