• Nie Znaleziono Wyników

Consequenties voor het milieu door de bochtafsnijding bij het Nauw van Bath in de Westerschelde en aanbevelingen voor de waterkwaliteitsbewaking

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Consequenties voor het milieu door de bochtafsnijding bij het Nauw van Bath in de Westerschelde en aanbevelingen voor de waterkwaliteitsbewaking"

Copied!
31
0
0

Pełen tekst

(1)

- 1 - rljkswaterstaat-deftadienst milieu en inrichting — bibliotheek en documentatie — postbus 439 - 4330 AK middelfeurg

tel.:01180-11851

\

CONSEQUENTIES VOOS HET MILIEU DOOR DE BOCHTAFSCHEIDING BIJ HET NAUW VAN J3ATH IN DE WESTERSCHELDE EN AANBEVELINGEN VOOR WATER-KWALITEITiiHhlWAKlNÜIDN. juli 1972 Afdeling Waterhujshouding c.a. Milieuonderzoek, Deltadienst. Dra. H.L.F. Sa e ijs Ir, R. Klomp

(2)

deltadienst

:,"_ B e s c h r i j-ving__ v a n :do: n a t u A x r w è t e n e o b a p p e l i j k e b s t e k e h i s - - v a n de

. W e s t ^ e r s c h e l d e s n . - b u i t e n c l i j k s e - t e r r e i n e n , " :_•"_•-" -: "_- - _ ~:

?.. "ConöëqüontiëG v a n "de afsni jding" van h.et. Nauw. v M / B a t h ; voor de .-.

-"• _ natuurteireinen. . . - • " " . " - . " , • .. - - " ".." • . .-";- .

.3.

:

"Huidige ondertaoekeprogramma en aanbevelingen -voor- een

toekomstig--h. U i t v o e r i n g van h e t toe-komstige o n d e r z o e k s p r o g r a m m a

'5.. Normen. - " _--""_ -

"

_

"

-

-•6. L i t e r a t u u r .

'

" . .

-Bijlage-: . Bemonstering Wósternchelde et oor RI.ZA-Voorburg.

per "1^ dagen. ; - -".-_""

(3)

- 71

-Beschrijving. vani de ^atuurweterischappeli-jke bete.kenis van" de

i i ,en, buitendijkse -terreinen., . "- "- - : _- \- ' "

: "-' Be Westers.chelde is als estuarium bij uitstek-een gebied-van gra-diënten-in milieu factoren. Als voorbeeld-noemen we een" af name in- stroom-opwaartse" richting van het -natrium - (-Ka)-, kalium (K), magnesium (Mg) en "calciumgehal'te (ca)., zowel in hot water-als "in de bodem", "De afnam e"-van."

_de_ verschillende elementen in niet in dezelfde mat&, . Voorts vinden .we_ -er een toename van -het ' stikstof- en fo_s"f-ü"rgêhalt"en" en van het gemiddeld"

-, De zo grote en geleidelijke milieu veranderingen .vinden- hun. weerslag'. -in het verêpreidingspatroon van planten en dieren" in en langs-he't

estuarium. Typische "zqutplanten" en '.'dieren" dringen van_aee landinwaarts -en" "typische zoetwaterplant-en" en dier-en" dringen van land aeewaart-a*. :"

. Zowel ui-t zee als. door de rivier aangevoerde organismen sterven in _ dit overgangsgebied in groten getale , aodat dit gebied tevens-van nature een grote .organische rijkdom heeft. . . - . - - . - - - --. - ' •

.Op.de ontmoetingsplaats, tussen zout en soetwater ontstaat, een zout-, zoet gradiënt, welke" echter in plaats sterk "kan variëren, zodat voor 'lahd-planten" eén belangrijke variatie in o.n.-het zoutgehalte kan optreden. In

dit brakwater gebie_d kunnen zich slechts, die organismen handhaven, w-al-Jce aich kunhen- aanpassen en die een behoprlijke tolerantie" hebben voor wis-selingön-in zoutgehalte (3), Het gevolg- is dat : hier een- soqrtenarm ge-- " -" bied ontstond. Deze tolerantie voor variati.e in zoutgehalte geld.t'öbk" -" : voor. organiöraen op regelmatig overstroomde schorren, want hoewel de ": "

overstromingen ervoor zorgen, dat., het-.zoutgehalte van-de bodem op een-zeker niveau-blijft,- gullen in dit zoutgehalte toch niet onbelangrijke schommelingen .optreden " ten gevolge'van "neerslag en verdamping "(2).

.". ; Bij de beschrijving van de natuurwetenschappelijke betekenis", .van de •

buitendijkse terreinen in het Westerscheldegebied -{£,3,5")- valt de nadruk op de onmisbare plaats, welke ieder=terrein in.de keten"van terreinen

-•langs de gradiënten in-heb • Westerscheldey/'ater- inneemt, - -- •- -". . " ~Van illö terreinen langs de Wester.söhëlcie is" het Verdronkeniand van -Saeftinge de belangrijkse (2). De Verdronken" Zwarte "Polder en de-Mossel-bank voor de Braakman "zijn ook belangrijk, maar van geheel andere .aard, """

(4)

•Dê

:

'-grobt_sclfali-ghoi"_a",

: :

;de"_ beschut tingsm.ëgisl ij kneden, de; rüat,: de voedsel'

-">i"jk"dom-en-;de:-variatie" binnen de levensgetneeAS.cKappèn veroorzaken.mede ---.-.

/dVhp"ge" .waarden van dit terrein. ..De waarde .w.qrd.t;- des -"te"-groter f

z

omdat

na. de.-u.it veering varr de -deltawerken de" -flor.a en "fauna -van >et- Rijn---

1

;

_

_

-

"

. " .

Haas" estuarium in'de' oorspronkelijke" vorm'-ïmllen _&ijn verdwenen/t -sodat .__"._

"^©"-Scheld e-.-slikken "en - schorren voorshands de-enige- overgeblevene zullen"

zijn "in een rivier estuarium in denabije emgevi.ng. Van de ecüorreii, '_' .

-.welke, na "de uitvoering van de Deltawerken] nog" Touitendi jks liggen is oa;_

.

"

"

_

_

9 0 ^ in. het Verdronlcen- land van Sao ft Inge"- aan "te .tr.efi"ên "_(^")-tDe--" diahte- - ";

bij?lfflde" riviereateria, Eems-, Weser-," Hllbe "estuaria,... in het noorden .en -

"-de Somme-. en Beine estuaria in heb--zui"-den aijn van een .an"-dere aard.

:

. _-.'.

De geriese van het

:

Verdronken land van Sae'fttnge. is nog in volle •

-gang* Het .sediment is. jong en wordt nóg dagelij.ks aangevoerd. Over de

aard van- hst sediment en de veranderingen,-.die-het ondergaat-in de -over- .

gang- van zout naar zoet, ia nog weinig bekend. Ook van het"

Bedim.entatie-:patroö-n en "het daarmee., samenhangende reliëf van kreksn <_, .peverwallên./ "_;. . -.

:-en kommen èn het mechanisme van kreekvopming_en van de bodem in s'n" gè-_>

.-heee

:

is. nog weinig -bekend. Pit gebie-d-"moet ale sfudieóbje.ct van groot. :

belang worden geacht voor de -fiindanjenbole" kennia van de bodem ..van estuaria:

en .delta -gebieden in het algemeen (5)... . . :- - - " " • " " " " - . " .

_

"

:

"

"

"

.

--

-

-

" -Doordat het" Verdronken land van/Saëftinge._ voors.handa het enige over-,

-blijvende -brakke- achorrengëbied in Kedorland en önvaiggen_de:landen-" 1 B -... -.."

.kan h e f een belangrijke funkt ie vervullen a-ls_-""refugi"um"

:

yoor ".trskyög-eÏB,; _

:

die. aan. Ërakwabermilieu gebonden ai-jn. . . - " ""_--".

2* Gono'equentiea'-van de afsnijding van Het .nauw - van. Bath-voor de natuur.":

:/ reinen/ " . " . - -_.---•"-.'.- ""--"_-:_ -,_'

".--_"..-.Boyènstaande .en mogelijk andere: overwegingen

:

m.b.t. de plaats, van . = .

:

het Baalhoekkanrïal en de af an ij ding bij-het Kauw. van \Bath hebben "zeer'- --"_-"•"

•recentelijk geleid "tot regeringsbeöluiten "ten . gunste . van .dit" uni-©k-e_.na.« " ."

tuurterrein. -Het-kanaal-van-Baalhöek -komt .bihne-ndi jks "en "de" a.f snijding in

-het Nauw van Bath komt zoveel mogelijk naar de buitenzijde (noórde-li^k)

van het Schorrengebied." Toch heeft "deze afsnijding- consequenties v o o r ""

r

"

het" natuurterrein: "- " - . - " " - - - . .

1. -De-gradiënten -in het water {.m.n. de e out—zoet -gradiënt)" gullen resul-. _.

teren'd in. westelijke richting \yer'3chuiv-ën. "

"

. ' " " _ • " . _

(5)

-de samenstelling-, -van ".het över"st>Qming$wat-&r.- i s -van.--" -

:

.

gr o"ot ""belang; voor de -eigenschappen van de bêdëiB'van; de

-srlj-kkan--en-"schor"--ren ( 2 ) - e n dds

:

:v.ocr de levensgepe"enschap:p;en:_"in dit"gèbtefl, wa"ar""vele" o r

-~;gani;smen_|©n-milieu -vinden, -~da£ "nog n e t binnen hun aanpaasingsfflogel-ijk-hëde

l i g t , osdahk?. de vaak-"grote" t o l e r a n t i e - v o o r go.ut» Dat deze -vèr^chjaiyirigën

k r i t i s c h kunnen "si-jn" wordt "hier tbegerliöht-aa-ri de hand- van 'voorbeelden.i-\

,

:

.y-oo-rbeeld -1, - De frlaat s waar "het. - g r o o t s t e v e r s o M l - i n " h e t c h l o r i d e ge-haltV

" van-het"-stromingjswater wordt aangetrekken" (•£ B e l g i s c h e greno) v a l t /onger

:

-ve.e

:

r- "saften met" de k l e i n s t e - soortenrrjkdojn _van -d©/schorren (-2"),.": -." _/-•_/

~;~-- Voorb.ee l d ,g

t

-Evenals hogere p l a n t e n , " r e a g e r e n d e op_ schorren- voorkomende"

diè-réji lede-r.-'op h u n - e i g e n wvjze op h e t w i l i e u . Het meest" u i t g e b r e i d "is

aan Mollusken o n d e r z o c h t . ( z i e tab'èl "1)..."" "_" "" */"•_ .-- • -- '.-_- ."

."-/Pabel 1':-.Aanwezigheid van da_rn-olluskÊ"n epie-ed-ho-rr&a -lange he_t Schelds.-"

-_ - -.

-- _ --'

" - • - . . . .

-"goort

• Littöri-rja sa^cat.j l i s

Ilydpobia. ulvae

-"•'-„Aeaént-nèa'Brftyana

F h y t i a myonoti ê . ' .-•"

F^pAlln muBcorum

+++ tL veö.1 j ++ z. m a t i g o o rH" <u TJ .++ + t + - • { • • + +" en -X, ''< J •H tJ " LQ ^ „ O r—\ fi-J 'f~3 'H . ^^ tr"" "-. o -"-. c> + -+ ; -+ + •-" -ft |—( f - l . ïQ T 2 *rT" \O" " O O -f'_ . . +++ -++ + -O) T3 r-H 0 T l •05-jij. . • • -- , Q - Itd--Q - ^1 - O

o +

+ H-- f •H-- • -- '0 - E T3• ( t i --- < ö . • . -"" 'r > •ri - ro o • " * • ? -++ -H- 4-:-t-""-•"' _ - " "-P -"ni [>" . t - ^3 _ J-1 -" 0> -P ^" - o-ja o ;+. " +•++ -*-"" " Xj- -p m H - (]} .qj -P tl " Ö rU "-"O - « _ f - w e i n i g VOÓTkomè.nd " . ti si-•""r! - - J ^ - •fc" -- " O-- " _- o ö c -•: c Ü - r" lp r—

\o."

ü - ZJ± ZJ± ZJ± -ra. si . o. • -10 -- (O (O H (O

-. a

i O -•r-ï • r i -rO ' o -- -- - .--"." .- - -" J^j QJ -- (Ü -- H , - - f j - f^ "fc CÖ " . ' •

-r, "s

"-- w . tó ^! ,•3.0) " P O • -_ £-_ 'A • ^ . "^ O . VH " " ^ <ji O ' H . --~!/3 j~3 -. ; • ." ++-+ -\: :: - • " - \ - - " -. -. " -" -_- -_": - - '.:

(6)

•"" - . 6 v":.- : . ":-."" "".:•••/. • " , - . . - . " . :-•.."•"•.

Uit •in-ciö.entele/mededelingen' blijkt, dat- dit .ook "geldt voor ksvers, .-" .". " - .

s wantsen, .spinnen enz. Het oMotiüche milieu" io bepalend"voor -.hun ver- \_ ,

'spreiding lange" het Scheideectarium (2). . _• • . " " _' -2. "De verontreiniging vanuit België zal aloh meer westelijk" uitstrekken,

-hetgeen .behalve voor het water ook consequenties heeft voor-de bodem(en" organismen ei»in)<31o hierdoor zeer nter-k kan worden, beïnvloed. .-Water ..en ". . luchtverontreiniging hebben tot dunver nauwelijks schade" aan het gebied: toegebracht, "hetgeen onder meer aan de grote opvang capaciteit te-"danken- . . ia. Voorkomen" moet echter worden, dat de verontreiniging ttog" verder

toe-neemt, •- " - - - - . _ . . - .

;5. De uit het-.oogpunt van sedimentatie en morfologie K O belangrijke aan- • ; wezigheid en overgang van onbegroeide naar begroeide tildkken zal door :af-cnijding; gedeel-telijk te niet worden gedaan als de afsnijding "niet noor-, . delijk genoeg loopt. . . ,-. . - _ _ " " " • - ._".--. 4. Door het .aanleggen van een drukbevaren echoepyaart-rout-e- vlak .Inngn" @e-_ bieden- als -deze, aal het gebied wat -betreft beschutting en runt aan waarden

inboeten. . - - . . _ - " " ; _ •

In een nota, betreffende de -verontreiniging van de Weaterrachelde (l), :

wordt gewezen op .de urgentie van "een. regelmatig,- veeia-ijcfig en- diepgaand onderaoek van het .water van de Wetiternchelde. Het water,-". dat door het . Nauw van Bath ntroomt heeft reedc een waterkwaliteit", welke .te. wensen over-laat.-" Vooral-do mini ma -van voor- het. leven vitale afeof fen .zoals zuurstof - _~ (0 -) e"n de -maxima van. andere, meestal fiyateem-vreemde stoffen aoals pesti- -" ciden, zware- metalen enz. zijn biologisch"-van. grote /betekenis. Gemiddelde .". waarden van "deze stoffen zeggen in dit "verband minder, "immers de "org-anifsmen--aterven als bepaalde minima of maxima worden" overschreden. Bi.i het normeren .

van de toelaatbare "concentraties dienen derhalve niet -alleen -de -gemiddelde.-, doch ook de minima of maxima te worden vaatgesteld. Bovendien moe"t- onder-scheid worden gemaakt tussen enerzijds biologisch afbreekbare verontrei- . nigingen die"-door "aelfrei-niging" in de-kringloop" verwerkbare st-offen zijn,-, voornamelijk hu-i ahöudeli jk afvalwatoTj on anderzijds, biologisch-niet af-breekbare "straffen-, voornamelijk industrieel afvalwater, - - - -"-'-" Tot dusverre"wordt de verontreiniging uitgedrukt in inwoner equivalent,-waar-bij geen-onderscheid wordt gemaakt tussen biologisch afbreekbare"enbiolo-" gioch niet afbreekbare stoffen. Dat deae benadering onjuist is kan worden aangetoond met de volgende onderzbeksresul-taten: . - .. _ ;

(7)

— ' 7 —

U i t m e t i n g e n v e r r i c h t "in twee" d o k k e n van""BAf>F - t è A n t w e r p ë n v 3~_ d o k k e n te-"'-_".

'Berendroch-t en b-i,j F r e d o r i k i n de üoheïde b l i j k e n s ê ë r lag© BOD waarden.".

". (-1,"7- e n - 2 , 5 mg/1) on hoge COD waar'den .(T'l-"Ö,'i-.en 15^ ,Ö_ jag/lO yoor-_ t e

komen.--De . on-gunstige_ verhouding GOD/BOD ia ± 9Ps1 -(in. Rijnwater, ".in de .verhouding' ..

GOD/BOD gemiddeld-^ 6 : 1 ) . Des?,o. ui-LKonderl-i rjk"h-ogfi waarde van de verhouding"

"COD/BOD vanhet water i n deae dokken kan worden v e r o o r z a a k t d o o r i . ~ '

u. De: a a n w e z i g h e i d ' v a n t o x i s c h e s t o f f e n , w e l k e do a d a p t i e e n / o f v o o r t

--.- "-.""- " p l a n t i n g v a n b a c t e r i ë n remmen c « q . - - b e l emmer e s . - _ -" " " - . - " :. -"-,"•-"/

"b. De a a n w e z i f^lreid y;-m m d e v l i j k " ( b l o l o g i ach)_ afbÊèQ_kbar_e. o r g a n i s c h e " - . a t o f f o n , w e l k e - m e t b , v . c h e m i s c h e m i d d e l e n w e l - w o - r d c n " - g - e o x a / d e e r d . . Gok dé f i u u r n t ö f v e r 7 . u d i g i n ^ , ' 3 p ü r c e n t a g e G vari h e t We.sterr,ch"eld6w"ator "in" d e " -• j a r e n "10Ö7 "t/in 1'JÖ9 ( t a b e l " ?) w i j a e n i n eeii d e r g e l i j k o - r i c h t i n g --"-- ;

"T qb e 1 ? V,\xnvf<to !'v'M"-".ncii f\ n g f ; p ë r c e nrt 8 j!; yB van"'1.-96-'" t o t - " e n - m e t -1 'Jt)9/ i n ._ / "

" • " h "rneetpMnten i n d e We.~tf vf:c\\e\<\e. .' '. •".'"" " " """

-" -. ."Zand v l i e t

"Bjith-Bualhoek .

Ilanfiweert-"- z o m e r ( v e r a , % 0n) - " """."" • 1 9 6 7

hn

'

71-"".-"'87

1'j68

1,0

:

.'/? "

8;> • 9 (r -• P I

. M""'"

- 61 "

.-.-" 80 '

1970."/

•• 4 2 ""

58

•" n -1

"82" "'

winter.(verz. # 0

o

)

• - 1 9 61'1 • 4 7 • .." •' 7 3 _ "'-^6- ":

"" 81

1968

"." 59

-70

'-" 8.1'

! 196-9

• " : ^ i f " • " . - • " - W , . ' -"• 6 - 2 - "

\ 85"

Immerr. do ui tzondep] i jke loge znurntof verKadigiiig>;waarden in

do-winterperi-ode wa;irbt

r

f door lage temporatuur bi ologiocJie- a c t i v i l;ei t "van- drganiömen_, in."",

.dit geval minei'nl i en Lic van organisatie r-;toffe-n, - gering i ;;* worden ni_e_t "l;e

r

rug-1

gevonden- in de c i j f e r s . Do waarden in _ de wint-erp.eriode _liggon ".op", liotaelf de'-."

niveau aio in de f.omorperiode, hetgeen kan impliceren," dat. minorülisati-o -."

.door ba.ctorib'n rjJLecTitn oen gering nandeel vorgt van het" totale zuurstofver

-"bruik. . " - - . - . . ' . ."- ""."--. -"f "

De t o l e r a n t i e van de ] üvonMgcmecn.n^happon voor fichomïael.ingen in hot

Koütge-h a i t e iu -in Koütge-hot -algomée-n groot. Dit in voor- de .DpëciTioko"

1

.. bï

i

akwater

or-ganitimon zel£r. een optimaal m i l i r u , waar-door zo- h i e r een maximale yita-lit.eit

en levenr;kanti.krijgon. " • • • " . ; : " :

(8)

-n- ni,et- "BÜÏkV insri-jjpr.^

' i n v l o e d >

;

i j V < 2 i i ë eer4er_.-genöeifl"de--vooïibe6lden

:

)

•- -j '.."De; v e r v u i l i n g VQsmï " e c h t e r - h e t : g r o o t s t e probleem"; e.n fen;

: pór>&aïc worden van een verder. gsande\yerèLftfli;ng-i

\Dev"cQiifeequeatre_s-opschuiven -vató .de veryuïXifLgBgrehs- <3oar -de ; a f s n i j d i n g . v a n _.<J0_.b'poht ..ti^ -B*,t-h

:

:

ai-Jït nog n i e t ; " i n volle,©mvang t e ovörisieii.-

:

" - - • . : . -"-"-_ ;"_";

:

___ _ /_ -_.- ... \:

:

: ' ^

/Het' i-o a e e r w e n s s l i j k , dat dé •.-"•vepv-UÏ.ling-'ï. aan de -Uanè'. van-

:

êen_--"aantal-;.-r8_^__;^t

leWnt-e'^arameter.a- wordt, gemeten/.-. H e t " - - i s - ^ t t i g ^ p a r s - l l e l . hieraan" h e t ' -" :>

r

^-|-- c h l o r i d e ^-|-- g e h a l t e , t e meten,: o.m^-|-- om de . b i o l p g i s c h e ;

:

;^tanderi.nsèïL. _t.e. .kuün«n„_;-._,-^_

' k o r r e i è r e n aan o o r a a k e l i jfce•-•-factoren

f

- "welke ook e h l - p r i d e - g e h a l t e Trer»ndo--;_","-::=.

riftggn-.-kunnen; zdjfty Kennis .van- de mate "van--vervuiTing- ""is./ev;ene.ens-_bêl-.ang--.-.-:,.

ri"jk v o o r do wkterkwal-±tei

=

t. in h é t Schel4e"-Biin-Jtanaal- yo.-ornajnslijk

i-iV:.m./"-;,;-•do py.er'^angsfase t i j d e n s de- bouw van de

x, . H u i d i g e ondorzoeksprcig)'ramina--en a a n b e v e l i n g e n " : - v o o r een" t o e k o m s t i g . ondey-, •--.;

- ".. g o e _ k i s p r oLg r j > . t m B a - . ' . ' . " - . _ " _ "_ ="_. \ - - - ' -" -•,""•--.. - _." _."-...."• "_." _.:-"_•;-.._^:-c•_-!-,

" / ": Ei? "zi jn twee • i i i t g ^ n g s s t e i l ing en.

:

Vah" waaruit", men .-het -

:

bndek-"zoek •• naar- de --,.. v"

:

V e r v u i l i n g kan aanpakken,

1

•---'-"" " " . " : " . ; " " . -- "-- ".-. ,-.. :""_. --;-.:".r.-."."-=

""_•"". 1. Het onderaoek wordt"- omvangrijk"-opg&z©t.~"üi"t de_-meetrêaultatë!i-"i3|i^lct-

;

-- .welke p a r a m e t e r s r e l e v a n t z i j n " ëii--""w«lfce .ni--etï ;]>é^è -- l a a t s t e ayl--len--./-- "

.--"- -.' '-in- é-en- d e f i n i t i e f pr.Ogramraa-a_rva.ile;.n-».. -:". " .. ; -

:

;". ._ . : . . . " . : ; "

-" -" /' :2.-.-Van i n d u s t r i ë l e , - h u i s h o u d e l i j k e - é n a q u a t i s é h e v e r v u i 1 ingsbronden.: .^..=-"-

.^..="-""""-• wordt; een k w a l i t a t i e v e , en " k w a n t i t a t i e v e i n v . ë n t a r i s a t i e _ gemaak-tK-

-Öe.W,-"-" " - . parametê-rs-voor"-een d e f i n i t i e f .:onderzoëkap;r

r

ogr.affims"worden" hierop.-.;.;

:; " • a f g e s t e m d » . - . ' . " " - . " ; " " _ " - - ' - " • • - - " .;; ' - " -•"• '-"" .-"- -\-~ - ~ - v ' " - : _-.""-'."

; ïloewel de l a ^ t ó t e methode t h e o r e t i s c h "te .pre f eren i ë , z a l . h e t in. ^de:p^ak^ijk-:

wel- n i e f m o g ë l i j k " b l i j k e n op-

:

korte_ terfflijn" van onae --aiA

:

f"4e-rlmrén__een

:

:b^_. . y =

-trouwbaar

1

ö'vörzicht "te_;

:

krijgen van .dé. a a r d sn _de --hoev©B^hei'd

r

geloosd; af>ai,-;:-

;

;

D e s a l n i e t t e m i n v e r d i e n t -Uê-f. aanbeveling- "in" de "toekomst Van inventariBatiè-,-- y:

"té doen "maken en ("te--doen")-bijhouden; - -".-""-' . " .-/ -_ -".- -r . ^ ._-;-

;_-/'--/._'---$-Jntrussèn i s men aangewezen" op- de ee-rüte -m«-tho_dë. - - . . . . : ". -.---. >

? Het h u i d i g e pndèrKOeksprpgriara^a. . -.-• "_."_" .--".-\-'_ _"_."" ." - '-- ':. - > . / ':-_:.J--r:

-"-- "- Momenteel V e r r i c h t a l l e e n h e t - R i j ka i n s t i t u u t vpo>-/auiver""ing-=;vau.--@.f-:-".-:: V;

v a i w a t ö r . (Xlph) e n i g - o m v a n g r i j k o n d e r z o e k , n a a r r" de. k w a l i t a t i e v e " e i g e n s c h a p ^ : ^

(9)

• Vöort-s" wordt'-van; de ' z t j d e -van 'hei -Üelta::j-n."ptttüu.t;;yoör

:

^

• onderzoek (PÏHÖ)" t e YeToeke onderzoek v e r r i c h t e I;n;r4dén-t_ê_ë.l_-h.aar

:

"de-'"ssimeh'-;._

. s t e l l i n g van: de levensgemeehFahappên "in -hei wa.t-.er~--en. meer- "syfftematisdh :" j ",;;;_

'= / n a a r ' d ê v e g e t a t i e .op. het l a n d , - D e " s t u t l i e d i e n s t -te" y i i Ê s i n g e n - v e r r i c h t : '

- sedimentalogiö-ch- onderzoek. "

:

-_ _- -.-,".- -."-" -.. . ." "" .- " .- / .: ~/

4 .Geen- van• de fee^taande-\ond"eraookBprograrntna' s--is. ecfrter -gericht, op

T wtxReii-van het Verdronken • land van naeftiïLgè./ ."."- -- - --_ --".. . .- .-••

De v e r o ö h i l l e n d e "bêmonsterihgB8tati.6ns;"yan "het- Bï:2A worden

- '-"• in •'de "-veertien dagen -hemonBtor.d" t.bi-jlag-ë ""• 1):. • De-

?

v e r s c h i l lande

=--chemische- en b i o l o g i f i c h e - b e p a l i n g e n a i j n in" onder-staande "tabel; verJëld:,.

(10)

Sabel 3» Punten, van monstornams ia de West er schalde"" en 'de. te. bepalen, para-: . meters tHIZA) ; " """ "'

Temperatuur

Zuurstaf "riOD-!3 ; . " Ammorilum 'Nitraat "' -' Chloride " - • pH -Zma vond e s t o f - - [ j t o c ü r » v » d » - w . n b . Kj«id;ï!H K. -Ortho foBfaat

tiydro fosfaat

' 0 + l i . f o nfui.it •L'ot. f o s f a a t Fpaoleti fiyndets. -Koper- . Nikkel " - Z i n k " - ." ."• Kwik . • .Cadmi'Uffl Lood C h r o o m - R.P.N-.. - iOykman - . , r M."-; f. Nj: -" M b C o fik e y^ . - K j e m i i e t a l ? ö .G

Kiensge-tai ,57-C

"-- • S t r e p t "-- . "-- f a o c . .— -O in" o o -O D J (D -X X X " X " . X X M —, , " X X M X _ . x X « X IM»MHII 1-^ c+ X X X X X X -X X —„-,. X X

"o -.

- o : M -* IS H co y X M X X X X" X -——— X X x- -' W -X :-M f£" ül Ci .1? X" X '-X X X " X. " x _—.-. • —, "S""" 5) -X x" - . X " - X X -X • X . K X . « — - — - • -: N -© . ". r1 = ci-X " X • " -X X

u

X *• . "x . X -X X n

ï" "

f9 . -— 1 X X X X " X . X " X X X *_

x_

- X . X w X -x

--b'

(5 0 . ". (Pès -X X X • x . - - _ X • A \< X : Q -UÜ _ H . W . . "K ." M - X ; M

"x

" . - "

- X .X .

-i

""•-N fl>\" " ro • -"CO " - 'X-X . X • x . "" X x -X- "

x_

X . x " -X : Q' --o Hj". d -P . SU" " <X> -X

- x

K X M X . x -.

T " *

H" -H* W --01." ra a • X • x -." W " "^ "x X -K. X

~x

M" X ' X M X. K "

(11)

.."11

-• "" - Uit het voorgaande blijkt, dat ten.behoeve van. de .milieube-wakiïig

van het Verdronken, land van Saefti'nge de meetstations 3 ^ , 17, "18, 24 "en 25

-"van hst onderzoekprogramma" van h e f ï Ê Z A het =mêent van. toepassing" ;zi"jrï voor

do beoogde do"elatollingen. Uitgezonderd m.oetsta:tiQ"n25 worden échter in geen

van- deze atatronc. toxiocte stoffen i.c. ..zware, met alen in het -routine

.pro-grarama van het M Z A bepaald. Ten einde de" beoogde doelfS-teiaing" te vervullen

lijkt.-het .huidige onderzoekprogramma, derhalve onvoldoende mede ge-Kien;de

in het" voorgaande vermelde verhoudingen COD/BOD- en" de mögél-i jke effecten

van toxische ntoffen op lange termijn. . _ . " " " • .

Aanbevelingen voor een toekomstig onderzoekprogramma. .'.".. " "

-- H o t behulp van h--et onderzoekprogramma aal getracht worden een water---- ;

kwalibeitubewakingGnetin ©ti-rondom het Verdronken land - van'Saeftinge op te .

stollen mat -do volgende üüolotelli-ngèn. " • - " . " "

- Het "ondet-zoekon van de invloed van verachillonde relevante

"waterkwa-litei-ts-iridientoren óp de samenstelling van het biologisch, leven in het te bewaken--"

gebied,- - _

"

" - - - " " " - - . _

- Hot • opsporen van kritieke toer/tnndeh, veranderingen -in-_dè. kwaliteit van

.he.t water en calamiteiten. - . '\

- Het. vasi bestellen van een uitgangssituatie waartegen mogelijke

.-kwaliteit.--veranderingen-op langere tormijn en mogelijke veranderingen ain gevolg van . .

•"veranderingen in de natte-infrastructuur beoordeeld kunnen worden. "-. -.--"- -_----"

Het onderzoekprogramma voortvloeiend uit- de; bealiuoing het Verdronken" "_

land van. Saeftinge als gebied met grote natuurwete.nfichnppelijke waarde te\ -__.

handhaven, valt uiteen in twee gedeelten t.w.: =.~ -~ • -

:

"_--"."-- - "

:

1.. Onderzoek -.naar de kwaliteit, van.hot" water "van "de" Wëate-rnchelde. -

-.-;.--._:.._:_-?. Onderzoek-naar de kwaliteit van het water:: en .boderaslib in het _ Verdronken/.

-land" van B_aejtinge . . . • " " . " " . " . . _ .

ad. -1 Onderzoek naar de kwaliteit van.hat water in hot. estuarium. "

-

"

-

.

" •

'

.

.

Het lopende onderzoek van het Rl/IA, %al één maal per niamd in d e s t a

-tC • • . - : • : - - " . _ ;

.-t i-ons 1 7 , 18-, ? 5 u i .-t g e b r e i d moo.-t en.-worden, me.-t een -aan.-tal p a r a m e .-t e r s

J

.d.ie in

o n d e r s t a a n d e t a b e l w o r d e n w e e r g e g e v e n . - -

-

.

- ."..-"-•" --'_'_"

(12)

. 12" -koper * : ' _ . " nikkel *" ' . _ • z i n k * _.-' •- " k w i k "* •""" "

-.

cadmium * . .

-_ lood * . . . -_ chroom * . ara e en -seleen" antimoon • k o b a l t • . minerale oliè'n P C B "". ..-"-• -- . " _ •. _: " "

BHC ^s'o(,^y

-"Hep-t.achloor- - •.."" . • . A l d r i n

-Hepo . -"

"

.

-. D D F ; -"-.;""-• • D D D -• ". . "• D D T - • - . - - ; Dieldrin.'- " / È n d r i n . - " • • •-; • Endosullan p(Ê, -"Diur<^n

Deze parameters worden röe*S" door het RIZA" "in station .25 uitgevoerd,

- Na-een omvangrijk; vêrWennend anderzoek zullen" de :minder relevante

.parameters niot""meer in "hot; ondergoekprogramma opgenomen worden.

-•- -Naast bovenstaande "te me'teri grootheden :aul3 ©n- "ook 'klima-t-olagiscne

-omstandigheden, kleur, algengroei.en andere -visuele waarnemingen • _; geregictreed worden. . . " " " .. "

-?. Onderzoek naar de kwilitei t ivan het wator.-en Hot boder.islib in het Verdronken land te - Saef tingë

Dit onderaoek zia-I- driemaandeli.j.1tfi_ o v « - een volledige p;eti,ïcyclus __ word co. uitgevoerd ïn.het Speeï-mansgat, ; Hondegat .en ;lJ8kelder .. . . Hiertoe zullen" tnëngmoneters wordon verzameld van. het "instromende en uitstromende water- (S&, H-/, ,1^)".'-Eenmaal per ." jaar,«ullerrtey-ehs•

op dr:i.c plaatsen ( %i'\< IJ^) "slibmo^tera worden genomen van de . hovonate "bodem.laag.-.De juiste locatie ^an déze -bemensteri-ngspunteïi di-ent nog nader te worden vastgesteld. . - - _ -.__;_ . - -_:.

.- De "keuae van de; parameters m.n," de . toxische B1 p f f en -aal. afhangen

var, do- resultaten van het verkennend" onderzoek in de stations; 17,. 18 en S5. • . .

(13)

-- --

13--U i t v o e r i n g v a n he.-t .onderzoek. - .-•-_-_. " • " D e b e m o n s t e r i n g v a n h e t w a t e r > a n .de W e s t e r s c h e l d e a a l o n d e r v e r a n t -w o o r d e l i j k h e i d v a n h e t RT.2A g e s c h i e d e n en p l a a t s v i n d e n ""tijdens h e t r o u - • ti"ne*ma.tige o n d e r z o e k p r o g r a m m a . : - -• ".De b e m o n s t e r i n g v a n w a t e r e n b o d e m i n h e t V e r d r o n k e n ] and v a n -S a e f t i n g G - z a l u i t g e v o e r d w o r d e n . o n d e r v e r a n t w o o r d e l i j k h e i d v a n de--ï)eïta-.-d i e n s t A f de--ï)eïta-.-d e l i n g W a t e r h u i s h o u de--ï)eïta-.-d i n g c.a.Milieu-0nde--ï)eïta-.-derzoek e v e n t u e e l m e t assisr t e n t i e v a n d e S t u d i e d i e n s t Vlisr.ingon-van do D i r e c t i e Z e e l a n d . V o u r z o v e r m o g e l i j k z a l " g e t r a c h t m o e t e n w o r d e n v o o r h e f w a t e r de b e -p a l i n g e n in het- l a b o r a t o r i u m v a n h e t K T Z A I e l a t e n g e s c h i e d e n . Ind-ièn "geen b e p a l i n g v a n v e r s c h i l l e n d e p a r a m e t e r s k a n p l a a t s v i n d e n i n h e t l a b o -r a t o -r i u m v a n h e t RI/JA z a l u i t b e s t e d i n g a a n a n d e r e i n s t a n t i e s m o e t e n p l a a t a v i n d e n j > / ( ^ V.\l§ • V « i C&xM > V i n d i t v e r b a n d k a n m e t n a m e g e d a c h t w o r d e n a a n h e t R i j k s .Instituut, v o o r de V o l k s g e z o n d h e i d . - . - . . M e t b e t r e k k i n g tot de b c p u l i n g v a n de vorschille-nde K w a r e m e t a l e n in

h e t b o d e m s l i b l i j k t , n n ili. a tl • i e ' o a pa e i 4J^ j L \>^u "ITB i -laisi-i i. n ï n i • i uiii jr n n li ft " R I Z A n i e t v o l d o e n d e ie om d o z e b e p a l i n g e n te vorricVitón, u i t b e s t e d i n g

a a n liet I n s t i t u u t -voor B o d e m v r u c h t b a a r h e i d te H a r e n een g o e d e o p l o s s i n g .

N o r m e n . • .

H e t is b e l a n g r i j k om n a te g a a n of de k e u z e v a n de normen wel. o v e r o e n k o m t m.et d e w e n s e l i j k h e i d v a n u i t een b i o l o g i s c h g e z i c h t s p u n t i n

-•hot w a t e r . • - - .

Als" voorbeeld dione do gehanleerde norm van- 30% zuurstof verzadiging., die als ondergrens toelaatbaar wordt geacht. Het aanta.1 gevonden- soorten in de Westerscheldo is n.'J. aanmerkelijk lager dan hiet te verwichten---aantal. In de Westerschnlde werden overigens lïioormalen

-zuuriStofvcrzsdi-gingspercentages gevonden, "welke hier ver onder lagen (zie tabel ?.).-' Op biologisch (theoretische). gronden ?,oü oen .norm van,". voor. de g-edach-ten bepaling +_ 80 ver?.. % 0o meer overeongekomon met de wenselijkheden".."

(Hond. med. Drs. G. Bakker Delta Inst. Yerseke). De grote hoeveelheid afgestorven organismen in de brakwo terzone (zie boven) ver.p;t in de na-' tuur-lijko situatie ook een wekere-hoeveelheid zuurstoJ? bij de minera- • lisatie ervan. ïlet moet echter, onwaarschi jnli jk worden geacht dat in eer. volgroeide brakwater levens-gemeenschap, welke niet belast wordt met. verontreiniging uit onze samenleving,- een lagere zuurstofverzadigi-ng-dan 80% wordt verkregen. " .

(14)
(15)

"Om n a te -gaèn ..met

:

weïk aucc.es de B e l g i s c h e " •-autoriteiten h e t a f v a l - ."_.-_.

p r o b l e e m -tot een

:

op l o s s i n g b r e n g e n lijkt h o t r e l e v a n t - d e g e v o n d e n - - - - -. - "-_

w a a r d e n "te r e l a t e r e n aan" de w a a r d e n w e l k e \ m e n in e e n "(

:

th©o.-ï'êtié_eh>)." -"- .;."

-

"

u i t g a n g s s i t u a t i e k a n verwachten.. H e t effect-.van de saner.ings. "maatre-"'. :_: -". "'.

.gelen" k a n h i e r m e d e - worden-"ve r g e l e ken,,» . - -".-.-" -.••-. .

:

= ~

;-:-6. L'i t e r a t uur..

-

_ • - - - -.-.--- - " '.

-

.

" ...-.-"-:_--'

1ê B a k k e r d r s . C . e . a , .Werkgroep W a t e r v e r o n t r e i n i g i n g - M i l i e u h y g i ë n e -

_

_

-:

"

:

-Zeeland.. N o t a b e t r e f f e n d e d e - v e r o n t r e i n i g i n g van;, de We at er s c h e l de ( 1 9 7 1 )

2. B e e f t l n k d r . i r . W , G . D e . b u i t e n d i j k s o " t e r r e i n e n v a n de W e s t e r s c h e l d e

on de. Jie.es chol de e.a. .Natuur ".en L a n d s o h a p =11:-33-!31 (19-57).» -. " . -•

5 . Bëeft-ink. d r . i r . W . 0 . en W o l f f d r s . W . J . D e n a t u u r w e t e n s c h a p p e l i j k e . "-_

. b e t e k e n i s v a n de buiteridijkee t e r r e i n e n in het" W e s t e r s c h e l d e g e b i e d - ._;.";

. ( 1 9 6 7 ) . ' - . " . " " • • -• '.' : : : " • " . " . " . —

Uitg, Contact comminsie voor notuur on -landsehapsbescherming en Sticht -ting Zeeuws LnndGehap, De .Westerschelde, erfdeel van het Zeeuwae •' --•-"Landschap "(1967). - . " - " - • - - . : . - " - " - > " .

h'. Wolf "f .drs. V/.J..en BoeJtink dr. -ir. W.G.- De waarde van het Verdronken ..Land van-Maeftingo. Uitg. :Delta Instituut- van .Hydro biologiach Qn:der- -. -•

. a'oek te'ïer^eke, • •

-r;. "Zonneveld dr. ir. !.:".. liet" WecterGchelde estuarium als

(16)

Zeeuws-Vlaanderen

VERKLARING

bcmDhstcringsstations, R.l.Z^A. 1 x per 14dagen

bcmonsteringsstatioris. Deltadienst milieuonderzoek

mogelijke bemonsterïngsstations t, biv. hét bodemonderzoek

Meet - en bemonstenngsstations m.b:t de milieu-,

bewaking van hét Verdronken land yan Sacftirigc

' s c h a a l . 1 : 1 O O . O O Q ' ' , .•,;'.., ï'; ' / ,•• - ' ,,'.•;;; 3 ^ 0 , -n-i*. ziè

(17)

BIJLAGE A.

Opmerkingen naar aanleiding van nota 20-72 Deltadienst afd#

Waterhuishouding o.a. Milieuonderzoek "Consequenties voor het

Milieu door de boohtafsnijding bij het Nauw van Bath in de

Weaterschelde en aanbevelingen voor waterkwaliteitsbewakingen

11

.

pg. J, 4e alinea:

Behalve mariene organismen en zoetwaterorganismen

t

die beide

in het brakke gebied kunnen voorkomen, bestaat ook een

groep specifieke brakwaterorganismen, waarvan de

versprei-ding strikt tot het brakke gebied beperkt ie. Een voorbeeld

zijn de vlokreeften Gamraarus salinus en G. zaddachi* Een

estuarium ontleent zijn wetenschappelijke waarde ook aan

het voorkomen van deze brakwaterorganismen*

pgé 4, ke alinea»

Ook de aanleg van het Baalhoekkanaal heeft gevolgen voor,

de waterkwaliteit van de Westersohelde. In dit kanaal zal een

watertransport plaatsvinden van noordwest naar zuidoost* Bij

de toekomstige sluis te Kallo zal water worden uitgeslagen

met een relatief hoog zoutgehalte* Dit heeft een

verande-ring van de zoutgradiê'nt in het estuarium tot gevolg. De

grootte van deae verandering ia afhankelijk van het

door-spoaldebiet in het kanaal.

PS» 6, 3e alinea:

Er is overeengekomen dat een noordelijk traoê zal worden

gevolgd.

pg» 6, 5e alinea!

t

Maxima van systeemvreemde stoffen als pestioiden zijn

alleen van belang, indien de grens van aoute toxiciteit

wordt overschreden. Het gevaar van pesticiden ligt vooral

in de accumulatie door organismen* Het gemiddeld

belasting-niveau ie hier wel degelijk van belang. De betreffende

(18)

-waarden kunnen overigens alleen maar worden verkregen

door intensief routine-onderzoek*

6e alinea: '

Alleen de biologisch afbreekbare stoffen kunnen

uitge-drukt worden in inwonerekwivalenten. Een inwonerekwivalent

is gelijkgesteld met een per dag geloosde hoeveelheid

20

organische stof met een BOD- van 3k g Op. Niet

afbreek-bare stoffen kunnen daarom niet In inwonerekwivalenten

weergegeven worden en worden dan ook apart beschouwd*

Dat ingevolge de W.V.O. de inwonerekwivalentie wordt

be-paald met de COD-reaotie, is vanwege de analytisch gezien

grotere nauwkeurigheid van deze reactie, waar het

afval-water betreft. Organische stoffen kunnen mogelijk vrij

langzaam afbreken waardoor de BOD,, een verkeerde» en de

M C O D

een veel duidelijker aangifte is. Sr zijn niet veel

organische stoffen die niet biologisch afbreekbaar zijn*

De inwonerekwivalentie op basis van COD kan daarom wel

degelijk acceptabel geacht worden. Dit neemt uiteraard

niet weg dat naast de met deze methode te karakteriseren

stoffen de andere, bij voorbeeld giftige of eutrofiërende;

bestanddelen van afvalwater moeten worden aangeduid*

pg* 7i te alinea;

De COD-bepaling, zoals deze voor zoet water wordt

uitge-voerd, is niet toepasbaar voor zeewater. Ook een gedeelte

van de aanwezige ohloride-ionen wordt geoxideerd tot

chloor dat ontwijkt. De GOD in zeewater wordt daardoor

relatief veel te hoog. De op de COD/BOD,,- verhouding

gebaseerde veronderstelling mist dus elke grondslag*

pg» 7 tabel 3:

Niet aangegeven is of de vermelde cijfers maxima of

minima of gemiddelden van een reeks waarnemingen zijn*

Niet aangegeven is in welke getijfase de bemonsteringen

zijn uitgevoerd. Evenmin is vermeld wat de begrenzingen

(19)

-« 3 ••

zijn van de "zomer

11

en "winterperiode. Voor het trekken

van conolusies zijn deze gegevens van veel belang*

i

pg. 7, 2e alinea)

Ook bij gemiddelde en lage watertemperaturen kunnen zeer

lage zuurstofgehaltes optreden, bij hoge belasting met

organische stoffen, net als bij hogere temperaturen.

In deze 2e alinea wordt ook gesteld dat mineralisatie

door bacteriën slechts een klein gedeelte van het totale

zuurstofverbruik zou vergen.

Andere zuurstofverbruikende proceseen blijven echter

kwantitatief altijd ver achter bij het zuurstofverbruik

> l' door bacteriën. Bovendien zijn deae processen alle

tempe-ratuursafhankelijk. Spontane chemische oxidaties komen in

oppervlaktewater zelden voor, en alleen bij aanwezigheid

van stoffen als ferxo-ionen, HJS e.d. Dat in de winter

zeer lage zuurstofconcentraties optreden is aeer wel

mogelijk in milieu's waar het water een zeer grote

verblijf-tijd heeft (in dit geval meerdere dagen tot weken,

afhan-kelijk van de afvoer) en zeer hoge belastingen met

orga-nische stoffen. De temperatuur is dan niet zo overheersend ]

als in een doorstromende rivier.

pg* 8, 3e alinea*.

In het onderzoek-programma van het RIZA wordt zowel de

;

"vervuiling" als het chloride-gehalte reeds vele jaren

gemeten. Dit onderzoek is de laatste jaren sterk

geïnten-siveerd, juist met betrekking tot het Land van Saeftinge.

Pg* 8, 5e alinea:

In het overleg met België wordt er naar gestreefd een zo

volledig mogolijk overzicht te verkrijgen Van aard en

hoeveelheid geloosd afval. De mogelijkheid ia stellig

aanwezig dat dit overzicht besohikbaar zal zijn vóór

met de werken voor de bochtafsnijding van het Nauw van Bath

en de aanleg van het Baalhoekkanaal begonnen zal worden.

(20)

-Op dat moment moet de waterkwaliteit van de Scheld© bij

de grens volgens afspraak reeds aanzienlijk zijn verbeterd

door vanaf nu te treffen zuiveringsmaatregelen*

pg. 9» 6e regel:

Zie opmerkingen n.a.v. pg 8, 3e alinea*

pg.11, laatste alinea:

Niet alleen op punt 25 (grens) doch ook op punt 15

j7?T" (Haneweert) en punt 3 (Vlissingen) worden met ingang van

1972 zware metalen bepaald. Zodoende is er een"vinger

aan de pols?' gelegd voor wat betreft het niveau van de

concentraties aan zware metalen rondom het Land van

Saeftinge.

Een uitbreiding van het aantal zware metalen en pestioiden

dat in de Weetersohelde bepaald wordt, lijkt wenselijk

met name t.a.v. de pesticiden. Ken bepaling van deze

stoffen in het water van de Westersohelde geeft echter

geen duidelijke indicatie voor de contaminatie van het

Verdronken Land van Saeftinge*

Het is beter deze contaminatie te bepalen aan de hand van

het niveau van deze toxische stoffen in organismen

af-komstig

1

uit het Verdronken Land van Saeftinge. Dit kan •

-deel uitmaken Van een meer algemeen "monitoring

H

onder- '

zoek naar het voorkomen van pesticiden in de Nederlandse .

wateren.

Alleen sso kan worden vastgesteld of een bepaalde stof

'

. O.Q\ pplo biologisch gezien gevaarlijk is of niet. Het gehalte in water

is daarbij niet doorslaggevend. Gechloreerde

koolwaterstof-fen als bij voorbeeld polyohloorbiphenylen (PCB's) zijn in

water niet of nauwelijks aantoonbaar. In organismen

daar-entegen komen gehaltes voor die dicht bij de grens der

toxiciteit liggen, speciaal in die organismen die aan het

eind van een voedselketen staan»

pg.12, ad 2:

Onderzoek naar de kwaliteit van het water en het bodemslib

(21)

-In het Verdronken Land van Saeftinge.

Het onderzoek van het in- en uitstromende water van het

Verdronken Land van Saeftinge moet vergezeld gaan van

hydrobiologiech onderzoek naar de samenstelling van

(benthisohe) levensgemeenschappen in de kreken* Hiervoor

is het Delta-Instituut voor Hydrobiologisoh Onderzoek te

Yerseke de aangewezen instantie. Momenteel heeft dit

instituut echter geen capaciteit beschikbaar om een dergelijk

onderzoek te verrichten* De urgentie van dit onderzoek lijkt

op dit moment, vergeleken met het onderzoek elders in het

Deltagebied, voor dit instituut niet hoog. Het is derhalve

aan te bevelen het in de Vorige opmerking bedoelde

"monitoring"onderzoek aan te vangen*

Het verzamelen van mengmonstera schijnt in tegenspraak

met de stelling op pg. 6, dat het juist de minima van het

1

Og-gehalte zijn die voor de organismen van belang zijn.

In-het begin van de vloed zal de kwaliteit van In-het instromende

water aleohter zijn dan aan het eind van de vloed» Een

s contintwieting van het 0,,-gehalte tijdene een getij-oyolus j

lijkt daarom essentieel. Dit geldt eveneens voor het ;

chloride-gehaltet omdat het de schommelingen van het

chloridegehalte zijn die de levensmogelijkheden voor orga- •

niamen bepalen, zou ook dit ohloride-gehalte continu

bepaald moeten worden tijdene een getij-oyolus. De frekwentie

van dergelijke metingen zal meer moeten zijn dan éénmaal

per drie maanden. Het rendement van een dergelijk intensief

onderzoek ie echter gering indien niet gelijktijdig

biolo-gisch onderzoek wordt uitgevoerd.

-1^, ad 5* 'Normen.

Door het RIZA, F.A. van W, en W», en Studiedienst

Vlissingen, wordt een rapport over de Westerschelde

voorbereid, waarin aandaoht wordt gesohonken aan de

be-staande, èn na de door België volgene het. te sluiten

trac-taat uit te voeren zuiverings- en saneringsmaatregelen» te

Verwachten situatie in de Westereohelde. Doorgaand

routine-onderzoek zal moeten uitmaken of de Belgiaohe toezeggingen

c.q» maatregelen het beoogde effect opleveren.

(22)

BIJLAGE B

1. Natuurwetenschappelijke betekenis van het Schelde-estuarium

Door de uitwerking van de Delta-werken is de Westerschelde het enige resterende estuarium in Zuid-West-Nederland.

Een estuarium is een gebied bij uitstek van gradiënten in milieufactoren. In stroomopwaartse richting treedt in de Weeterschelde een afname op van zout- en kalkgehalte en een

toename van stikstof- en fosforgehalte. Stroomopwaarts neemt ook de golfslag af; het gemiddelde getijverschll neemt van Vlissingen tot Antwerpen steeds toe.

Deaje gradiënten vinden hun weerslag in het verspreidingspatroon van planten en dieren in en langs het estuarium. Karakteristieke zoutplanten en typische zeedieren dringen vanuit zee het estuarium slechts over een beperkte afstand binnen. Echte zoetwaterplanten en -dieren zijn vanaf het zoete deel van de rivier slechts tot een beperkte afstand In zeewaartse richting te vinden. In het ontmoetingsgebied van beide groepen wordt bovendien een groep van typische brakwaterorganismen gevonden.

Een estuarium Is daarom bij uitstek geschikt de relatie tussen organismen en milieu-factoren te bestuderen. In vele publicaties wordt dan ook gewezen op het belang van het behoud van een keten van natuurterreinen langs de gehele Westerschelde. Daarbij valt een bijzondere nadruk op het behoud van het Verdronken Land van Saaftinge, vanwege de grootschaligheid, de beschuttingsmogelijk-heden, rust en voedselrljkdom voor de vele vogels, en de aanwezige fcaMatie in levensgemeenschappen.

Na voltooiing van de Deltawerken en de aanleg van de Schelde-Rijn-verbindlng is het Verdronken Land van Saaftinge het enige schorren-gebied van grote omvang dat in Zuid-West-Nederland zal zijn over-gebleven. Bovendien is dit het enige brakke schorrengebied van Nederland en de omringende landen.

2. Consequenties van de aanleg van het B_aalhoekkanaal en de Boohtafsnijding ^,i,J.,.ft.?J?. Nauw van Bath voor het milieu van de Westerschelde.

Bij de keuze van het tracé van het Baalhoekkanaal en de bocht-afsnijding bij het Nauw van Bath heeft de wens tot behoud van het Verdronken Land van Saaftinge als natuurterrein een belang-rijke rol gespeeld. Het Baalhoekkanaal zal blnnendijks worden

(23)

2

-aangelegd en de bochtafsnijding bij het Nauw van Bath zal volgens

het noordelijke tracé worden uitgevoerd.

Toch zullen beide werken belangrijke consequenties hebben voor

het milieu van de Westerscheld© en voor het Verdronken Land van

Saaftinge in het bijzonder.

In de nota 71.^ "Nautische, waterloopkundige en rivierkundige

aspeoten van een doorsteek door het Land van Saaftinge

1

' van de

Rijkswaterstaat Directie Zeeland, Studiedienst Vlissingen, wordt

ingegaan op de gevolgen van een doorsteek bij het Nauw van Bath

gekoppeld met een beteugelingsdam naar de Ballastplaat (oostelijk)

en een geleidedara naar de Platen Van Valkeniase (westelijk) .op

de waterbeweging en de waterkwaliteit. De conclusie wordt

getrok-ken dat ten opzichte van de bestaande toestand de gevolgen zullen

zijn (zie pagina k$ van genoemde nota):

- een sterk toenemende vervuiling zuidelijk en benedenstrooms

van de geleidedam naar de Platen van Valkenisse, tot ver

voor-' bij Hansweert

- in het ten noorden van de geleidedammen ontstane bekken een

dui-delijke verbetering der waterkwaliteit die het grootst is in'de

om-geving ;Van de Ballastplaat, en vandaar strooraafwaarts gaande

afneemt

- via de toegangsgeulen naar het Land van Saaftinge een relatief

sterke vervuiling van dit gebied.

Op pagina ^7 van de nota wordt erop gewezen dat de bochtafsnijding

een zekere verzouting van het noordelijk bekken en een westwaarts

opdringen van het brakwatergebied in het zuidelijke hoofdwater

tengevolge zal hebben. Voor het Verdronken Land van Saaftinge

houdt dit dus een verlaging van het chloride-gehalte in.

In de "Nota over de waterkwaliteitsaspecten verbonden met de

doorspoeling van het Baalhoekkanaal" van het Rijksinstituut voor

Zuivering van Afvalwater worden de volgende conclusies getrokken

(n.b.! de doorspoeling van het Baalhoekkanaal zal van west naar

oost zijn, dus met zout water)J

<- door een vergroting van de afvoer van de Schelde, zoals dit

tussen Kallo en Baalhoek door het doorspoeldebiat zal worden

veroorzaakt, zal een versnelde verplaatsing van vervuild water

van Belgisch naar Nederlands gebied optreden

(24)

-- het doerspoeldebiet zal de chloride--gradi'ènt in het water tussen Kallo en Baalhoek beïnvloeden.

Op grond van de eerste conclusie wordt in genoemd rapport, een voorkeur uitgesproken voor een zo gering mogelijk doorspoel-debiet.

Een verandering van het chloride-gehalte bij het Verdronken

Land van Saaftinge hoeft op lange termijn niet nadelig te zijn voor dit gebied} onder bepaalde omstandigheden kan integendeel de waarde van dit gebied als overgang tussen zoet en zout zelfs groter worden. Een verder opdringen van de vervuiling vanaf Belgisch gebied moet eohter in alle gevallen als nadelig worden aangemerkt. Dit geldt zowel ten aanzien van de vervuiling met biologisch afbreekbare

organische stoffen die een ver.laging van het zuurstofgehalte veroor-zaken, als ten aanzien van toxische stoffen als pesticiden) zware metalen e.d.

Omdat verwacht mag worden dat de bochtafsnijding bij Bath eerder gerealiseerd zal zijn dan het Baalhoekkanaal, behoeft gedurende enige tijd alleen rekening te worden gehouden met de gevolgen van deze bochtafsnijding. Dit betekent ten aanzien van het chloride-gehalte een verlaging, die na een aarital jaren gevolgd zal worden door een verhoging ten gevolge van het doorspoelen van het

Baalhoekkanaal. Dit heeft • een zekere instabiliteit van he.t milieu tot gevolg die een tijdelijke verarming van de aanwezige levensgemeenschappen zou kunnen veroorzaken*

Het bovenstaande toont aan'dat de aanleg van het Baalhoekkanaal en de bochtafsnijding bij het Nauw van Bath belangrijke conse-quenties zullen hebben voor het milieu van de Westerschelde en voor het Verdronken Land van Saaftinge in het bijzonder. Omdat nog onvoldoende bekend is in welke mate de verontreiniging vanaf Belgisch gebied door zuiveringsmaatregelen zal zijn teruggedrongen ten tijde van de voltooiing van deze werken, zijn de gevolgen voor het milieu thans nog zeer moeilijk te overzien. Mede daarom is

-het wenselijk de veranderingen in -het milieu als gevolg van beide werken door intensief onderzoek zo nauwkeurig mogelijk vast te leggen.

(25)

3. Huidig onderzoek van^de WesterBohelde

A. Het Rijksinstituut voor huivering van Afvalwater verricht routinematig onderzoek naar de waterkwaliteit van de Wester-achelde in samenwerking met de Studiedienst Vlissingen van de Rijkswaterstaat. De frekwentie van de bemonstering is éénmaal per veertien dagen; bemonsteringspunten en verrichte analyses zijn aangegeven in bijlage 1.

B. Het Delta-Inatituut voor Hydrobiologisch Onderzoek verricht onderzoek naar de vegetatie van het Verdronken Land van Saaftinge en meer inoidenteel ook onderzoek naar de samen-stelling van de planktonische en benthische levensgemeen-schappen in de Westerschelde.

C. Het Rijksinstituut voor Visserij-onderzoek voert enige malen per jaar proefvisserijen uit om de stand van garnalen en enige vissoorten (met name platvissen) vast te stellen.

D. De Studiedienst Vlissingen verricht sedimentologisch onderzoek, onder meer in het Verdronken Land van Saaftinge.

E. Het Instituut voor Bodemvruchtbaarheid heeft in 1960 en 1971 onderzoek yerrioht naar het slibtransport en zware metalen in het slib van de Westerschelde.

De vraag kan gesteld worden in hoeverre de huidige onderzoek-programma's toereikend zijn om milieuveranderingen als gevolg van de boohtafsnijding bij het Nauw van Bath en de aanleg van het Baalhoekkanaal te signaleren.

Ten aanzien van de "normale11 waterkwaliteitsparameters (waaronder

verstaan wordt zuurstof, BOD ammonium, nitraat, fosfaat, chloride) moet het onderzoekprogramma van het SIZA voorlopig voldoende ge-aoht worden. Juist bij het Verdronken Land van Saaftinge is het net van bemonsteringBpunten relatief dicht. Belangrijk is vooral dat een verwerkingsmethode wordt ontwikkeld die toelaat de gevonden waarden te relateren aan een theoretische uitgangssituatie; dit is een eerste vereiste om veranderingen in de waterkwaliteit als gevolg van saneringemaatregelen op Belgisch gebied of als gevolg van de waterstaatkundige werken te kunnen kwantificeren.

(26)

-Momenteel wordt door het RI2A aan een dergelijk model gewerkt in samenwerking met de Studiedienst Vlissingen en de Fysische

Afdeling van de Directie Waterhuishouding en Waterbeweging. Naast genoemd routine-onderzoek zijn detailonderzoekingen in de vorm van 13-uurs-metingen in de grote geulen, van het Land van Saaftinge aan te bevelen. Het heeft echter nauwelijks zin een dergelijk (fysisch-chemisch) onderzoek uit te voeren zonder een adequaat biologisch onderzoekprogramma op het Land van Saaftinge.

De bepaling van de gehalten aan zware metalen op de punten

25 (grens) en 15 (Hansweert) lijkt voorlopig voldoende intensief. Indien in de naaste toekomst een intensivering van het onderzoek wenselijk mocht blijken, kunnen de bepalingen in het laboratorium van het RIZA blijven geschieden, aangezien hier met ingang van 1973 meer capaciteit beschikbaar komt.

Wat betreft andere toxische stoffen, worden momenteel in de

Westerechelde nog geen pesticiden en verwante verbindingen bepaald. Het hydrobiologisch onderzoek lijkt momenteel niet voldoende inten-sief om veranderingen binnen de levensgemeenschappen onmiddellijk te signaleren,

k. Aanbevelingen voor een toekomstig onderzoekprogramma

Ten aanzien van de bepaling van pesticiden bestaat duidelijk een leemte in het huidige onderzoekprogramma. Meting van de gehalten aan pesticiden in het water van de Westerschelde geeft eohter niet voldoende informatie over de belasting van het milieu met deze stoffen. Vele pesticiden - met name gechloreerde koolwater-stoffen - zijn in water niet of nauwelijks aantoonbaar, terwijl in organismen gehalten kunnen voorkomen die dicht bij de grens • der toxiciteit liggen. Van de geringe hoeveelheid die in het water voorkomt, is vaak het overgrote deel gebonden aan het

slib, dit geldt eveneens voor zware metalen. De gevonden gehalten zijn daarom eerder gecorreleerd met het slibgehalte dan dat deze een indioatie zouden vormen voor de hoeveelheid geloosde pesticiden of zware metalen. Het moet daarom zeker voor de Westerschelde

uitgesloten worden geacht dat gegevens over de gehalten aan pesticiden een maatstaf •"zouden ai;}» voor de bedreiging van de

(27)

6

-schappen (bv. in het Land van Saaftinge).

Een alternatief is het meten van de gehalten aan pesticiden en zware metalen in benthisohe organismen, afkomstig uit het Verdronken Land van Saaftinge. Door de accumulatie zijn de

gehalten in organismen in het algemeen hoger dan die in water, , waardoor meer stoffen aantoonbaar zijn.. Bovendien wordt een

indruk verkregen over een gemiddelde belasting gedurende een langere periode.

In het kader van een internationaal "monitoring" onderzoek naar de contaminatie van het milieu met pesticiden, onder auspiciën van het Environment Directorate van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling bestaat reeds een aanzienlijke ervaring met dit type onderzoek. In Nederland wordt dit onderzoek uitgevoerd door het Instituut voor Veterinaire Farmacologie en Toxicologie van de Rijksuniversiteit te Utrecht

en het Rijksinstituut voor Natuurbeheer, De conclusie van het onderzoek is dat organismen een waardevolle indicator vormen, zowel voor de aanwezigheid van pesticiden en verwante stoffen in het milieu als voor trends in het contaminatieniveau»

Omdat het van belang is een referentiepunt te hebben waardoor kan worden nagegaan in hoeverre het beeld in de Westerschelde afwijkt van een landelijke trend, verdient het de voorkeur een dergelijk onderzoek in te passen in een landelijk onderzoek naar de contaminatie van het Nederlandse oppervlaktewater.

Voor het opzetten van een landelijk onderzoek is een uitbreiding van de in Nederland bestaande analysecapaciteit een eerste ver-eiste. Over 1 a 2 jaar kunnen de nodige analyses wellicht in het laboratorium van het RIZA verricht worden. Tot dat tijdstip is uitbesteding aan een ander laboratorium noodzakelijk. In eerste instantie kan hierover overleg worden gepleegd met het Rijks-instituut voor de Volksgezondheid.

In de voorgaande paragraaf werd geconstateerd dat het (hydro) biologisch onderzoek momenteel niet zo intensief is dat een verandering in de samenstelling van de levensgemeenschap in het Land van Saaftinga onmiddellijk gesignaleerd kan worden.

(28)

-In beginsel zou een uitbreiding van dit onderzoek wenselijk zijn.

Een dergelijk onderzoek kan op dit moment en op deze plaats het

best verrioht worden door het Delta-Instituut voor Hydrobiologisch

Onderzoek. Dit instituut zou verzocht kunnen worden medewerking

te verlenen aan het milieu-onderzoek in het Land van Saaftinge

ten aanzien van de (hydro)biologieche aspecten. In overleg met '

dit instituut kan dan worden bepaald, in hoeverre het uitvoeren

van de eerdergenoemde 13-uurs-metingen in de grote geulen van

het Land van Saaftinge van belang is.

Gezien de mogelijkheid dat de studie van de ingrijpende milieu**

veranderingen elders in het Delta-gebied voor het Delta-Instituut

volledige prioriteit heeft boven onderzoek in het Land van

Saaftinge* verdient het daarnaast overweging na te gaan of

t

en zo

ja hoe, medewerking van anderen kan worden

verkregen-5. Samenvatting;

De bochtafsnijding bij het Nauw van Bath en de aanleg van het

Baalhoekkanaal zullen gevolgen hebben voor het milieu van de

Westerschelde. Over de omvang van de veranderingen is thans weinig

met zekerheid te zeggen. Het is gewenst deze milieu-veranderingen

nauwgezet te volgen.

Ten aanzien van een aantal waterkwaliteitsparameters is het huidige

onderzoekprogramma van het. RIZA voorlopig voldoend©.

Dit programma zou kunnen worden aangevuld met 15-uurs-metingen in

de stroomgeulen op het Land van Saaftinge, gekoppeld aan (hydro)

biologisch onderzoek in het Land Van Saaftinge. Ten aanzien' van de,

pesticiden en zware metalen dient een onderzoek te worden opgezet •

naar de gehalten in organismen uit de Westerschelde en het Land

van Saaftinge als onderdeel van een landelijk onderzoek.

(29)

8

-Literatuur:

W.G. Beeftink, 1957: De buitendijkse terreinen van de V/ester-schelde en de ZeeV/ester-schelde Natuur en Landschap 11» 33 - 51.

I.S.Zonneveld, 196?» Het Westerschelde-estuarium als landschapstype Uitg. Gontactoommissie voor Natuur- en Landschaps-bescherming en,Stichting Het Zeeuwsche Landschap: De Westerschelde, erfdeel van het Zeeuwse

landschap. W.G. Beeftink en

W»J. Wolff, 196?; De natuurwetenschappelijke betekenis van de buitendijkse terreinen in het Westerschelde-gebied. Uitg. Contactcommissie voor Natuur- en Landschapsbescherming en Stichting Het Zeeuwsche Landschap: De Westerschelde, erfdeel van het Zeeuwse landschap.

Contactcommissie voor Natuur- en Landschapsbescherming, 1972: De kleuren van Zuidwest-Nederland, Visie op milieu en ruimte.

Rijkswaterstaat Studiedienst Vlissingen, 1971J

Nautische, waterloopkundige en rivierkundige aspecten van een doorsteek door het Land van Saaftinge Nota 71.4

Rijksinstituut voor Zuivering van Afvalwater, 1971Ï

Nota over de waterkwaliteitsaspecten verbonden met de doorspoeling van het Baaihoekkanaal.

(30)

"esterscïnelie

-1972

• lissin^en -*

3 !

oofiplgat A 3^ srneiisen

28

; 'ook v. Basrland | 10 14-"?.ast;eart i 15 Zuidsrgat Schaar v, '-'.'aarde L-smswaarie C'verl. TT. Valken. 2sth 3ch. v . Ou3en Doel

-35

17 1 8 • 2 1 2

3

V-5

I 6

i u ö o £1 E-/ / /

'1

i i i i t 1 • '

7 1

*

D • ^ 'o ƒ ƒ ƒ ƒ / / ƒ ƒ ƒ ƒ / i

1

O . ' I n o

1

LTS { a o * i t i t i t i t -H Ö O H < £ ' ! y j f f i i / Cz CC -l-ï ƒ y / ! t i f i f

r

1

O J—l f— O / / ƒ / / / / / / ƒ ƒ

i

p . / j t O ^_> ffi e *c si CJ > . tsi i\

'1

1 * I J i i I

#

<:

4 --H O c c

t

ï et c / / /

I 1

1

I

1

i

i

i

"i

- • } n c - p r O / ƒ ffi O * ^ -/ / / S ƒ / ( / /

1

i

- P o 'T— o / / i t i f f i t

-^

O ï c o * o '\ l i

i

! ü •-^ 1 Q • ' i O TZ C [ C o t t i i i i I t / / ^ » -ca —r

1 1

"^ \

- H P a i j Cü r-H

si-, £ > TT •W

i

| j

1

i

/ J

/

<D -H H O

i '

i

]

1

j

! i

|

j

•1

i I

\ \

ƒ —f . p-c t

i

/

!

H Q) -H f

'1

/

•H t^ / /

j

ƒ !

i i i

i i

j

i

r

/

\

-r-i Co C! / /

i

i S

./

i / t /

1

i

t

i

s

—r i o o j i O o r-i r* O / !

i

ï

/j /

I

1

l i

i ! j t l ' o l * /• / / / / J i -o 1 * * * / / • > i — : c e j j j t j i / ~ r Z_2 • j Cf 4 J Q) s^ C -H 1^ / / / / o-er - * /

i

|

/

i 1 '

\

i

1

1

t

i

i

i

1

i

1

i

o •H O f^ 1

i

\ \ \

i

\

t

o o o -H / / / / / / f \ \

i !

i

1

t

I

i

f. F

S i

ï

i

! 1

1

1

i

f

1

1

1'

Bijlage 1 : . Onderzoeksprograiaiaa van het Bijksinstiiraat voor Zuivering vaji Afvalwater o^' Ae JTe s t e r schel de ; monsterpunten en verrichte snai.3CSea.',-.„, .

(31)

OVERZICHT BEMONSTERiNGSPLAATSEN

• WESTERSCHELDE

3

10

14

15.

17'

18

21

25

23'

34

35

38

. üchtbOGÏ F 1 W 1 0 . . - • V . "

, boei 2 9 , Hoek ven Bacrfand. . • .- '•". ' " - . :

t o n 3 4 , Hocdckcnskcrkc. . - . ' •

. v o o r haven v a n H c n s w e e r t . • ..

>-..Hchtboci 5 9 , L a m s w c a r d s -" . "

,

tt

6 5 , overloop ValkGnïssG*' 19 Marlemonsche plaat.

. bij Bath. .. . . . • ..

. lïchtbocï S7, Schaar v. Ouden DOG!.

. voor haven Tcrncuzcn. .

. Hchtboel 4 6 , Zuidcrgat. • • " •

- boei 3 . bij Waarde

Cytaty

Powiązane dokumenty

[r]

Zowel op het strate- gische niveau (het nemen van beslissingen over lange termijn investeringen) als op het directe uitvoerende niveau dienen het technische, financiële

‘Building with nature’: the new Dutch approach to coastal and river works de Vriend, van Koningsveld and

In conclusion, we have determined the strain field inside small Ge hut clusters on Si s001d by performing model cal- culations using kinematic theory to simulate the measured

Not unrelated to teacher competency is the question of assessment. Skills and systems approaches lend themselves more easily to objective assessment through gap-fills and

In addition, Ampyx’ financing needs in- creased significantly, and Richard will give insight in some of the crucial choices Ampyx made in its financing strategy, with particular

b. Het buisje kan bij deze opstelling twee soorten trillingen uitvoeren: elastische, waartoe men aan beide uiteinden gelijk gerichte verticale stootjes van gelijke grootte

After that, the Dutch case is introduced; the case study is separated in four subsections: (1) restrictive land-use plans to contain greenhouse growth, (2) economic instruments