Stabiliteit bij het oplopen van lekke ruinen
voor niet teßrote hellingahoeken.
=
i) Algemene opmerkingen.
De berekening van de heilingehoeken, die een schip kan krijgen
bij het oplopen van een ruin of ruinte, weike ,ten opzichte van
de stabiliteit; di'het schip voor het lek worden had, voidoende
groot moet zijn, i8 over het algemeen een langdurige bewerking.
Men dient narneiijk behaive over de stabiliteiteberekening van
het sehip 00k te kunnen beschikken over de rnomenten, die door
een zekere hoeveelheid ingestroomd water bij diverse
hellings-hoeken op het schip worden uitgeoefend.
Door snljding van deze kromme met de stabiliteitskronune van het
soup kan de heilingehoek voor iedere hoeveeiheid ingestroomd
water bepaaid worden, zodat men een globaa]. overzieht kan
krijgen van hetgeen zieh gedu.rende het oplopen van het ruin
afspee].t.
Aangezien de hellingshoeken gedurende het aymmetrisch oplopen
dikwij].s groter zijn dan de eindtoestand, waarbij het water
binnen- en buitenboord even hoog staat, is het van belang de
maximum hellingshoek te kennen die weliswaar siechte even
optreedtmaar waaromtrent de gezagvoerder toch georinteerd
dient te zijn, opdat overhaaste maatregelen bij aanvaring
worden voorkoinen. Ook is de bepaling van deze hellingehoeken
van belang orn een indruk te krijgen hoeveei het schottendek
tijdeiijk onder water zal komen en of geen openingen of
openstaande poorten dan een gevaar voor het schip kurinen vormen,
waarnaar de Scheepvaartinspectie eveneens geinteresseerd is.
Hoeveel moelte men ook aanwendt orn deze hellingshoeken gedurende
het oplopen te bepalen, het resultaat zal siechte een benaderend
karakter dragen.
Want orn te beginnen is de erineabiliteit
van de beschouwde
voistromende ruinte een ruwe benadering van de werkeiijkheid,
maar ook hebben recente stabiliteitametingen in de sleeptank
in Deif t aangetoond, dat er grote versohillen tuesen
stabiliteits-berekening en meting der etabiilteit bestaan, weike zeit e wel
+ 7
van de armen van statische stabiliteit bu
hellingsìioeken
van
300
kunnen bedragen, zeit s indien de stabiiiteitsberekening
met de grootste zorg gemaakt is.
Cok Prohaska heef t er reeds irki947 op gewezen, dat uit 27
uitge-voerde stabiliteitsberekeningen eenzeifde versohil bleek.
-I-Verder kan ook de inv2oed v'an de trimverendering op d&
stabiliteit tengevolge van de hellingshoek niet in aninerking
worden genomen. De stabiiiteitsbexekening wordt namelijk steeds
uitgevoerd in de veronderstelling, dat de trim niet wijzigt
t.g.v. helling , hetgeen in werkeiikheid meesta]. het geva]. za]. zijn.
Al deze factoren waarover twijf'el bestaat, maken het niet zinvol orn de berekening met uiterste nauwkeurigheid uit te voeren,
maar men kan genoegen nemen met een benaderende berekening, die tot bepaalde aellingshoekeu een bovenwaarde levert van de
werkelijke hel]..ingshoek. Dit gesohiedt, indien men aanneemt,
dat de soheepswanden bij recht liggend schip loodrecht staan op de waterspiegel, hetgeen wel voor een groot deel der huid het geval is maar niet overa], in het v66r- en achterschip. Deze benadering is In de hier volgende berekeningsmethode
aangebraoht, waardoor het mogelijk wordt een snelle berekening van de hellingehoeken gedurende het vollopen te maken, hetgeen uit de volgende par. nioge blijken.
2) Wijziglng van het gewicht-zwaartepunt van het sohiì gedurende bet volloen.
Het vollopen kan zowel geschieden Mj symmetrisch ten opzichte van hart schip gelegen ruhten als wel blj asymmetrisch gelegen ruhten. Wij zullen hier bet algemene geval besohouwen, waarbij de ruhte asymmetrisch is gelegen en wij besohouwen het binnen-gestroomde water als lading. Het schip zal tengevoige van het binnengestroomde water slagzijde krIjgen en we].
le door dit excentrieche gewicht "p" als sen vaste stoí' te esohouwen.
2e door het overiopen van het water .gevolge van de hellingshoek waarbij een evenwlchtetoestand intreedt.
Er is verder aangenomen, dat het binnenstromen van bet water zo langzaam plaatsvindt, dat de massa-krachten, die op het
schip werken ten opzichte van de heilende krachten, te
verwaar-lozen zijn. Het schip za]. dus langzaam alle hoeken doorlopen,
totdat een evenwichtstoestand intreedt.
Er wordt dus niet alleen deze eindtoestand beschouwd, die
- afgezien van traagheidskrachten - ineens bereikt zou worden, indien bet ruhm zeer enel, zeg in een enkele seconde, zou
oplopen-fig. i) Exeentrisch gelegen tank gedeeltelijk opgelopen in rechte stand.
Door het in rechte stand binnengestroomde water
verplaatst
het scheepagewicht-zwaartepunt zieh en wel
le) Verticaal van G naar G1
2e) Horizontaal van G1 naar G2
De af standen GG1 en G1G2 volgen direct door toepassing der
momentenstelling ten opzichte van punt G en G, n.l. :
p(-h)
en
P+p
De formules (i) houden due geen rekening met bet v-loeibare karakter van het binnengestroonde water eri blijven dezelfde
indien p een vaste stof was geweest.
3)
Bepaling van het moment van het bin.nengestrooinde watertengevolge van een hellingaboek.
Dit moment is bepaald ten opzichte van het G1 en voigt uit fig.2
N pl. fig. 2) Bepaling van bet moment van P+p ten opzichte van G1 G = Zwaartepunt sehip.
P = Gewicht schip vóôr lek worden.
p = Gewicht lekwater.
GG
p.a.12
P-i-p-3-De situatie van het schiij in rechte stand gedeelteiijk opgelopen
blijkt dan uit fig. i
k
(i)
N = bet
z.. vais
metacenter,
behorende bij de hellingshoek Het moment van bet binnengestroomde water p - beschouwd als..vaste
stof-is dan t.o.v. punt G1 :
Indien de boden van, de
tank
of lekke 'ruimie niet boyen waterkomt, zoals aángegeven in
ondèretaande fig. 3), voigt de armvan het koel direct uit deze figiu±'.
Arm
=)b
Cos.r + bsin=4
os (itg2)
Hot moment tengevolgo
van hot zieh verplaatate water is due:
2.
M2 =
2(
.b b00er
( 1+ 2
M2
fig. 3) Bepaling van het monient van
het overatromende water
Bij de be.paling van M2
is aangenomen, dat
de oplopende ruinteof tank recbthoekig is en deze besohouwing .gel'dt dus alleen
in dat geval. o.
Indien het öplopende ruin een grote traagheidsmom heef t
ten opzichte
van dat der
wateriijn kan reeds bij geringehoeveeiheid ingestroond water de siagzijde zo-grot wòrden, dat
daardoor een deel ván de bodem van de lekke ruimte boyen water
komt.
In dat
geval wordt
M2M2 (« sin.
((1+
_____
2.
De bèpaling van coeffiòieut C voigt uit fig.
en
is numeriekgegeven in diagram (
A
)Voor fig. 4) zio. volgend blad.
-1-
-5-,-De coefficientflhtbetrekking
op een zekere perxne&biiiteitvan het ].ekke ruim.
rj
ç
jt
fig. 4) Bepaling van het moment van het overstromende water,
indien de tankbodem tengevoige van
de heiling boyenwater
komt.Ret verband tussen
x,
b, t en( voigt uit:
3,x2tgcç
=bt.
b
/cotgr
M2 =yi.c.sini1
t2c>
2t. , C =(6-4
/?-
cotgç')cotgq+
4j/'_
6i
(3)
;..
Ret hellend moment door versehuiving van het water van z
flaar Z1
is:
M2 =
-
i-x) COSI7'+ .t
t&lsiny_
. t sin' b.t./.1' of:M2 =
112_11
b3 siny(6_4.
Xeotgy 4
. tgD- 6
De coefficient C is dus een functie van .
en(
en heeft een grootete waarde van 1, indien = tgc7P eri
behoudt deze waarde indien tg(
De waarden, die C verder kan aannemen, worden gegeven in diagram
(A)
4) Bepaiing van het
atabiliteitioment e.a de hellingshoek van bet lekke schip.Het binnengestroomde water is gerekend als lading.
Volgena fig. .2) za]. in de evenwichtatoestand het moment van de
opdrijvende kracht ten opzichte van G1 bedragen :
=
r
(P + p)daar de werklijn van de opdrijvende kracht door het valse metacenter N gaat.
Indien P
het
drukkingspuntin
rechte stand. is bij een dispi.van P + p is volgens Scribanti ;
= iï (
+in de veronderstell2ing, dat de scheepawanden verticaa].
zijn.
M = Metacenter in rechte stand bij Dispi. P + p
N = Vale metacenter bij Dispi. P p
Voor voigt nu :
=
P(i + t()
+= +
K is het
basispunt, wz. het snijpunt van hartlijn achip met het viak van. het schip.He-t moment van de opdrijvende kracht ten opzichte van G is dus:
M
= i einr(P + p) =
1 + sinD. (P+p)
;
De evenwicbtshoek
van bet schip met
sen zekere hoeveelheidlekwater voigt dan door de termen rechts van het gelijkteken
van formule (4) gelijk te stellen aan de som van die
termen
van formules 2) en 3), aangezien het evenwioht o.a. eist, dat
de sam van de
momenten
tenopzichte van
een of anderpunt rnü
is.-I-(P+p) = G1G2-I-(P+p) cos'+1'LC. sinyO(1
+ MG1 ---¿
M.
-
MG G1G2 ootgc +f,..i.C.
(5)1+
1+g
(P+p)MP
UIt deze vergelijking (5) most
(
opgelost worden, zijnde de enigeonbekende voor een bepaald schip.
0m expliciet te bepalen als funotie van de overige parameters
van (5) is onpraktisch, zodat wij zulks door graphische interpolatie zullen doen.
De term links van het gelijkteken van (5) is een lineaire functie
der parameter MG1 en due zeer eenvoudig in een diagram uit te.
zetten met deze parameter als abais en
(
bij elke rechte van debundel rechte lijnen bijgeschreven. Het resultaat is gegeven in
diagram
(B)
en deze terni ié I genoemd.De earste term rechts van het gelijkteken , II, is, nadat voor een
bepaald schip en een bepaalde hoeveelheid lekwater G1G2
berekend
is, direct te bepalen door vermenigvuldiging met de tor gegeven
in diaan()
De overige termen rechts van het gelijkteken van (5) zijn constant
zo lang C = i dw.z. zolang de bodeni
van de
tank onder water blijft.Deze term is III genoemd en is eventueel te corrigeren door Mj
kleine waarden van rekening te houdan met de coefficient C.
De graphische berekening van is nu zonder eenvoudig en is
schematisch aangegeven in fig. ( 5 )
L
fig.(5) Bepaling van de evenwichtahoek
vì7'een
gegevenMet een papieratrook neemj'. men uit diagram I voor de gewenste.
waarde de' waarden I op voor een serie hoekenV en zet deze
uit In een diagram volgéns fig. (5)..
Daarna bepaaltmen voor de
besohouwde waarde van G1G2de waarden II 'voor diverse hoeken en zet dezé waarden
oveneens uit,in fig. (5),zljnde kroxnme II
Vanuit dze
kromme II zet men
in de goede riohting (d.w.z. + omhoog-
omlaag) de
constante term III uit.Waar
deze kromme (II + III)de kroEne.,
I snij dt Ugt de evenwiàhtshoek.Deze zelfde manipulatie is voor enige ,hoeveelheden binengestroomd
water te bepalen,
waardoor
het gedra rn het schip gedurendehet oplopen gevonden is. ..
iJç het geval dat dé lekke ruimte centrisoh
ié gelegen, kan
mende hellingahoek direct uit diagram
(8 )
aflezen door opde beschouwde waarde van MG1 de wàarde III uit te zetten,
MY
waarna de hellingshoek.direot vogt.
&x4')
De uiteindelijke
evenwichtspositie van
het sohip, waarbij hetwater in het lekke ruim en daar buiten even
hòog staat, vindt men
doorinterpo].atie.
Daar volgens de
vorige bérekening
hetverband
tussen t,
p en
bekend is, kan men hiervan een diagram maken, hetgeen er b.v. ale fig. (6) uitziet.
'ç 4 'Itt 'r 7-ii evenwjchtastand
Ret water staat binnen- en buitenboord even hoog
als
T +
(B-b) tg" = h + 1/2 t
1
.
....
. ...
(6)
Daar men. het verband
t
p..cr
kent,. Zijn de termen.links. van
éeliikteken van de vergelijking
te berekenen, en in fig..(6) uit
te zetten en te
snijden met de rechte
h +
t; waaiedede
evenwichtestand
gevonden is.
De diepgang T is
bepaald ter halve lengtevan het
lekkecompartiment. Doòr
de binnengeetroondehoeveelheden lekwater
p te besobouwen alseen ceutrisohe
belasting,isVOOr-elke t
en dus vOor elke p de trim te
berekenen en
daarmede dus dediepgang T ter halve lengte van het. lekke ru,im
te bpa].en.
Ook kan men de trim en T
voor
4n puitrkenen en
voor de anderewaarde
van p rechtlijuiginterpoleren tussenp = O
ende
aenge-nonien p.
Men kan op deze wijze de trim wel
enigszinsin rekening brengen,.
doch de invloed van de trim op
is buiten besohouwing
gelaten.De verandering van M
t.g.v. de trim zou wel voor eon paar gradentrim kopiast
en stuurlastte berekenen zijn, doch of. deze extra
coniplicatie gerechtvaardigd is., zou beter vast te
stellen. zijn,
indien voor eon bepaald schip een
modelproeí' werdgenomen,
zowelin stil water
zonder
windals wel in
zeegangdwarszee's liggend
van wind en zeegang. Ret zou
uitermate intereseant en
leerzaamzijn de .gedreging van. een passagieraschip,b.ct.
bij lek
machlnekamercompleX, in deze noodtoeatand te
bestuderenOok v'ocr
è redèrij ende gezagvoerder van een passagierseohip
is hot - nu wij over de teoìmische meetapparatu'ur voor eon
dergelijk
onderzoek beachikken -. van byzonder .belán
deze thans
Ook te gebruikeü.
Ç5) .ae1djheidsbereik
vande
berekeningethOde,.Deze methode is alleen geldig voor verticasi staande
scheeps-wanden
tassende
rechte. ende. heliendé waterlijn en gaat dus
vanzelfsprekend niet meer op, indien dot
dek tewater komt,
of indien de kim boyen
water koint. Ret. eerste geval
doet zichreeds bij vrij kleine hellingshoeken
voor bijtankers, het
tweede gea1 bij vracht- en passagiersachepen in
ballast.
Bij het
earste scheepetypegeschiedt dat bij zeg 15° on bij
passagieresohepen
uitgaande komt bij circa
200
de kim uit hot
scheepatype.
Uit een vergelijking van bestaande echepen blijkt nu, dat men
toch verder kan gaan en wel tot hoeken van 250 à 300
Dit is de reden waarom in de aanhef gesproken is over niet te grote .hellingshoekén, zonde:r grenzen te noemen, waaromtrent echter
het volgende diagram een minder subjectief oordeel geef t.
In diagram (CD) is v'oor twee schepen (zeer versohillende schepen)
nameìijk het passagiersschip "Statendam" en de 32.000 ta.. tanker "Caltex Rotterdam" het verachil bepaaid tussen MN berékend .volgens Scribanti en volgens dé gebruikelijke stabiiiteltsberekening
met Tsjebisjeff spanten. en de integùtor.
Neemt men nu in aarimerking, dat de fout bij 30 in d:e
stabiliteits-berekening + 5 cm kan zijn, dan kan zen uit dit diagíam wel.
concluderen, .dat Scribanti voor deze scheepstypen in de beschouwde
benaderende berekening wel tot 25° à 30 hellingshoek aanvaardbaar
is.
Ware de stabiliteitaberekening als jui'st te aanvaarden, dan zou
de invloed van de benadering van Scribanti slechts .10 à 2° bedragen
6) CONCLUSIE:
Aan de hand vaneen interpolatie-diagram is onder de veronderstel-ling van de geldigheid der formule van Scribanti een eenvoudige en snelle berekeningamethode gegeven voor de slagzijde gedurende het oplopen van een ongeveer rechthoekiggevormd lekruim bij niet
te gróte hellingahoeken. Deze methode s .afhankelijk van het
acheepstype en gèeft met enige benaderingaanvaardbare resultaten
g :1 g ir .fla..fl.t.g.
:::
...:::u:::
i. : I::::: ::::::::..a.::g:
...Jnn,i Cr
g gi
I g .1 I g g g g : gr:
gi
1.1 g g 1I II I n a. g g g g z a.. -. Cg.nn..
g : - : 1 I g g g I i g i I r:::: a. i I gWk11i4
. gi
g g g g z i:: g:: n...I..
g I g I gg u.' - g .rn.I...n. ...i z g..
g g... __g...g ¡ i:::: g i z : la..
r
i : g. g . z :r
a. 1 1 g a..: a i : g I g gI g g g 2 1i
I; Ii: --r..d
--1-ji;
g g:-g ..g : : g g I : I:: .-, Ig...!!
d.,.
;;... ::u u n g g -: :... u::I1I
: g g I g i g ir
...:..:
Jù:::u::::: 1II1I1HII I...
o I g :::::::" u:: I ::u:uu. :..n:.:uuu: -ir:qu::::iiuu:ng I uJ:u u:u:::r: I g gi
: I -.;,;;.,. I g..:2 8 8 - r-.8 2 8:!
ii:
2:I:3::' t e.. e 2._i
22