• Nie Znaleziono Wyników

Onderzoek naar de veiligheid van de boezemkade van de Hoge Broekpolder

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Onderzoek naar de veiligheid van de boezemkade van de Hoge Broekpolder"

Copied!
44
0
0

Pełen tekst

(1)
(2)

2. B e s c h r i j v i n g van de p o l d e r , de boezem en de kade

2.1. De p o l d e r 2

2.1.1. L i g g i n g 2

2.1.2. Oppervlakte en p e i l e n 2

2.1.3. Inwoners en economische b e l angen 3

2.1.4. Gevolgen van een doorbraak 3

2.2. De boezem 4

2.2.1. Oppervlakte en p e i l e n 4

2.2.2. Mogelijkheden t o t compartimentering 5

2.2.3. D a l i n g van de boezem b i j een doorbraak

2

5 2.2.4. Gevolgen b i j een doorbraak voor de scheepvaart

en de waterhuishouding 6

2.3. De kade 6

2.3.1. De i e n g t e van de kade 6

2.3.2. B e s c h r i j v i n g van h e t p r o f i e l aan de hand van de

gemeten d w a r s p r o f i e l en 6

2.3.3. B e s c h r i j v i n g van de kade 7

2.3.4. Vreemde o b j e c t e n 10

2.3.5. Onderhoud van de kade 11

3. Geschiedenis

4. Beoordeling van de v e i l i g h e i d van de gehele kade

5. Samenvatting

1 2 14

(3)

2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 S i t u a t i e , dwarsprofielen en representati

-

v i t e i t . Dwarsprofiel 1, 2 en 3 Dwarsprofiel 4 S i t u a t i e , overzicht genomen f o t o ' s Foto 1 en 2 Foto 3 en 4 Foto 5

en

6 Foto 7 en 8 Foto 9 en 10 Foto 11 Rapport LGM CO-244581 A4/78.378 A3/78.554 A3/78.555 A4/78.379 A4/79.365 A4/79.366 A4/79.367 A4/79.368 A4/79.369 A4/79.370

(4)

1. Inleiding

In

het kader van het systematisch kade-onderzoek i s een onder- zoek ingesteld naar de veiligheid van de boezemkaden van de Hoge Broekpol der,

Deze

behoort t o t het Hoogheemraadschap van Delfland en l i g t in de provincie Zuid-Holland. De kaden be- schermen een n i e t diepliggend agrarisch gebied met enige be-

bouwing en de rijksweg E10 Den Haag-Rotterdam. Het onderzoek beperkt gebleven t o t een verkenning, het meten van dwarsprof en het maken van een s e r i e foto' s over de kaden,

Het Laboratorium voor Grondmechani ca (LGM) heeft voor het

i s e l en

betrokken gebied een geotechnisch lengteprofiel samengesteld.

B i j de rapportering i s tevens gebruik gemaakt van gegevens die de Technische Dienst van het Hoogheemraadschap van Delfland beschikbaar heeft gesteld,

Dit l a a t s t e z i j n vooral gegevens omtrent de geschiedenis en het onderhoud van de kade.

(5)

2.1.1. Ligging.

De Hoge Broekpolder 1 i g t in de gemeente Rijswijk.

De polder grenst aan de volgende boezemwateren: in het westen aan de Del ftsche Vliet en in het zuiden aan de

Broekmol ensl oot. I n het noord-oosten grenst de pol der niet aan boezemwater maar rechtstreeks aan de Tedinger-

broekpol der en de Lage Broekpolder.

De grens wordt hier gevormd door respectievelijk de gemeente- grens Ri jswi jk-Leidschendam en de rijksweg E10 Den Haag-Rotter-

dam.

Ten westen van de polder l i g t de Plaspoel- en Schaapweipolder.

2.1.2. Oppervlakte en peilen.

De Hoge Broekpolder heeft een waterstaatkundige oppervlakte

van 209 ha en omvat vier gebieden,

a. Een gebied

van

45 ha in het noorden van de polder tussen de Kansjesmolensloot en de gemeentegrens Rijswijk-Voorburg. Het zomer- en winterpei 1 bedraagt respectieve1 i j k

NAP

-

1,60 m en NAP

-

1,85

m,

Het maaiveld l i g t gemiddeld

op NAP

-

0 , 7

m.

b, Ten zuid-westen van de Kansjesmolensloot l i g t een gebied

met een oppervlakte van 35 ha.

Het maai veld, voorname1 i j k bestaande ui t gras1 and 1 i g t op NAP

-

0,7

m,

Het zomer- en winterpeil bedraagt respectievelijk NAP

-

1,51

m

en NAP

-

1,76

m,

c1 Het gebied tussen de Delftsche Vliet en rijksweg Delft- 's-Gravenhage met een oppervlakte van 117 ha heeft een polderpeil van NAP

-

2,41 m.

Het maaiveld warieert tussen de NAP

-

2 , 2 m en NAP

-

0,8

m.

d . Het bebouwde gedeelte nabij Delft heeft een oppervlakte van 12 ha.

(6)

De lozing van de onder a en b genoemde gebieden vindt door één e l e c t r i s c h gemaal plaats d a t u i t s l a a t op de Kansjesmolensloot. Van het onder c genoemde gebied v i n d t de lozing door een elec- t r i s c h gemaal van de Lage Broekpolder plaats, d a t u i t s l a a t op de Broekmol ensl oot.

2.1.3. Inwoners en economische belangen.

De onder de gemeente Rijswijk behorende Hoge Broekpolder be- s t a a t vrijwel geheel u i t agrarisch gebied met langs de Delftsche V1 i e t enige t u i n b o u w onder glas en kleine industrieën.

De in de polder voorkomende bebouwing wordt voornamelijk langs de Del ftsche V1 i e t aangetroffen.

In noordelijke richting loopt i n de polder de rijksweg E10 Den Haag (zuid)-Rotterdam.

Het aantal inwoners wordt op 100 geschat. 2.1.4. Gevolgen van een doorbraak.

Na een eventuele doorbraak van de kaden langs de Kansjesmolen- s l o o t en de kade langs de Delftsche Vliet, z a l n i e t alleen een deel

van

35 ha

ten

zuid-westen

en

45 ha ten noord-oosten van Kansjes- molensloot i n de Hoge Broekpolder inunderen, maar ook een groot

deel van de Tedingerbroekpol der.

Wat de uiteindelijke inundatiehoogte zal z i j n i s in verband hiermee moeilijk vast t e s t e l l e n .

Gedacht moet worden, indien de doorbraak optreedt, dat de hier- voor genoemde polders ongeveer t o t NAP

-

0,56 m inunderen.

Het inundatie gebied kan na een doorbraak beperkt blijven, indien t o t compartimentering van de boezem wordt overgegaan en door diverse grondduikers in de polders t e dichten.

Na een eventuele doorbraak van de kade langs de Delftsche

Vliet en de Broekmolensloot zal n i e t alleen het hieraan gelegen pol dergedeel t e van de Hoge Broekpol der inunderen, maar ook de Lage Broekpolder en het vliegveld Ypenburg. De ui teindel i jke inundatie hoogte i s ook hier moeilijk vast t e s t e l l e n .

Indien een doorbraak optreedt moet gedacht worden d a t de hier- boven genoemde polders ongeveer t o t NAP

-

1,47

m

inunderen. Het inundatie gebied kan ook hier, na een doorbraak beperkt blijven, indien t o t compartimentering van de boezem wordt over- gegaan *

(7)

De rijksweg E10 zou, indien d i t haalbaar i s na het dichten van de diverse duikers en watergangen, a l s binnenwaterkering dienst kunnen doen.

Het inundatie gebied b l i j f t dan beperkt t o t de Hoge Broekpolder.

B i j deze berekeningen z i j n de vol gende aannamen gedaan :

-

Het maaiveld van een gedeel t e van de Hoge Broekpolder

langs de Delftsche Vliet en de Tedingerbroekpolder ten noorden van Ypenburg, g r o o t ongeveer 435 ha, l i g t gemiddeld op

NAP

-

0,8

m.

-

Het overige deel van de Hoge Broekpolder, de Lage Broekpolder en het vliegveld Ypenburg, met een gezamenlijke oppervlakte van ongeveer 537 ha, heeft een gemiddelde maaiveldhoogte van NAP

-

2 , 4 m.

-

Dat de rijksweg E8, Den Haag (zuid)-Rotterdam n i e t a l s binnen- waterkering dienst zal doen.

-

Geen rekening i s gehouden met slootberging.

-

De boezem n i e t i s gecompartimenteerd.

-

De oppervlakte van de boezem 670 ha i s , b i j een stand van

NAP

-

0,40

m.

Om de schade zoveel mogel i j k t e beperken zal na een eventuele doorbraak van een der kaden d i r e c t t o t compartimentering en het dichten van diverse grondduikers overgegaan moeten worden. 2.2. De boezem.

2.2.1. Oppervlakte en peilen.

De boezemwateren rond de Hoge Broekpolder behoren t o t het boezemgebied van Delfland en staan hiermee onder normale omstandigheden i n open verbinding.

De t o t a l e oppervlakte van Del f l ands boezem bedraagt ci rca

670 ha b i j een boezemstand van NAP

-

0,40

m.

(8)

In het rapport van het Centrum "Systemati sch kade-onderzoek 1972"

i s een beschouwing gegeven over het voorkomen van een maatgevende boezemstand op Del f l ands boezem.

Hiervoor wordt een stand van NAP

-

0,15 m aangehouden. 2.2.2. Mogelijkheden t o t compartimentering.

Na een eventuele doorbraak

van

de kaden langs de Kansjes- molensloot i s het mogelijk om middels een boezemkering d i t deel van de boezem t e compartimenteren.

Dit compartimenteringsmiddel (met behulp van p u n t deuren) bevindt zich i n de Kansjesmolensloot, onder de Jan Thijssen- weg, b i j de Delftsche Vliet (no. 24 Delfland).

Met de boezemscheiding aan de Koetswagenbrug (no. 23 Del fland) i s het mogel i j k na een eventuele doorbraak

van

de kade 1 angs de Broekiiml ensl

o o t ,

d i t deel van de boezem t e compartimenteren. Na een eventuele doorbraak van de kade langs de DelftSche

Vliet, i s het noodzakelijk, indien t o t compartimentering overgegaan wordt, een twaalftal keringen t e doen s l u i t e n . 2.2.3. Daling van de boezem b i j een doorbraak.

Indien n i e t t o t compartimentering i s overgegaan zal de boezem ongeveer 0,16 m dalen b i j een doorbraak van de kade langs de

Kansjesmolensloot en 1,l m b i j een doorbraak van de kade langs de Del ftsche V1 i e t en de Broekmol ensl o o t .

Indien

de Broekmol ensl o o t i s overgegaan zal het gecompartimenteerde deel van de boezem nagenoeg geheel in de polder leeglopen.

Na compartimentering van het boezemgedeel t e , waarin de Del ftsche Vliet 9 zal deze na een kadedoorbraak t o t respectievelijk 0,26 m

en 1 , 6 7 m dalen.

De i n h o u d

van

d i t gecompartimenteerde boezemgebied heeft volgens opgaaf

van

het Hoogheemraadschap van Delfland een inhoud van 1,65 x 10

m

Dit i s ongeveer 35% van de t o t a l e inhoud van Delflands boezem. wel t o t compartimentering van de Kansjesmolensloot en

(9)

2 . 2 . 4 . Gevolgen b i j een doorbraak voor de scheepvaart en de water- h u i s houding.

Het scheepvaart verkeer op de Delftsche V l i e t z a l , zowel b i j gecompartimenteerde a l s ongecompartimenteerde boezem e r n s t i g

of z e l f s geheel verhinderd worden.

Bovendien wordt de waterhuishouding in een v rij groot gebied er n stig verstoord en kan de s t a b i l i t e i t van de kaden in het getroffen gebied i n gevaar komen.

2.3. De kade.

2.3.1. De lengte van de kade.

De t o t a l e lengte van de boezemkade van de Hoge Broekpolder be- draagt ongeveer 7,4 km.

De kade loopt langs de Delftsche Vliet en heeft een lengte van

4 km, langs de Kansjesmolensloot ongeveer 2,4 km en langs de Broekmol ensl

o o t

ongeveer 1 km.

2.3.2. Beschrijving

van

het profiel aan de hand van de gemeten dwarsprof i el en.

De dwarsprofielen z i j n ruwweg representatief voor de op de kaart ( b i j l a g e 1) aangegeven trajecten.

Dwarsprofiel 1 en 2 bijlage 2 , z i j n gemeten in elkaars ver- lengde over de groene kade langs de Kansjesmolensloot ( f o t o 1). De kruinbreedte bedraagt i n dwarsprofiel 1 ongeveer 1,4 m.

Het buitentalud heeft t o t aan het boezempeil een helling van 1:1,5, terwijl het onderwaterbeloop een helling heeft van ongeveer 1:2.

De

oever i s onverdedigd.

Het binnentalud heeft een helling van 1:3 met, d i r e c t hierop aansluitend het achterland d a t o p NAP

-

0,82 m l i g t .

Dwarsprofiel 2 heeft een i e t s smallere kruin namelijk ci r c a 1 , 3

m

en een binnentalud met eveneens een helling van 1:3. Het buitentalud heeft t o t aan het boezempeil een helling van 1 : 2 .

De bodem van de boezem l i g t op het laagste p u n t op NAP

-

1,92 m.

De breedte van de boezem tussen dwarsprofiel 1 en 2 bedraagt ongeveer 11,5

m ,

Het

achterland l i g t op NAP

-

0,45

m.

(10)

NAP

-

0,05

m.

D w a r s p r o f i e l 3 en 4 b i j l a g e 2 en 3, z i j n gemeten o v e r de z u i d - w e s t e l i j k e kade l a n g s de Kansjesmolensloot.

Op de ongeveer 3

m

brede k r u i n , l i g t i n d w a r s p r o f i e l 3 een 2,5

m

breed puinpad, op c i r c a NAP + 0,35

m.

Het b u i t e n t a l u d h e e f t t o t h e t boezempeil een h e l l i n g van 1:l en een onderwaterbeloop van 1:2 à 3.

Het b i n n e n t a l u d waar v e e l p u i n i n voorkomt, h e e f t een h e l l i n g van 1:2 met d i r e c t aan de teen een ongeveer 2 m brede teen- s l o o t ( f o t o 2 ) .

Het a c h t e r l a n d l i g t h i e r op ongeveer NAP

-

0,35 m.

De k r u i n van d w a r s p r o f i e l 4 l i g t op NAP

+

0,4

m

en i s ongeveer 3,5 m breed. Op de k r u i n l i g t ook h i e r een 2,5

m

breed puinpad. Het b i n n e n t a l u d h e e f t een h e l l i n g van 1:8 met d i r e c t aan de teen een 3 m brede t e e n s l o o t .

Het b u i t e n t a l u d d a t onverdedigd i s h e e f t een h e l l i n g van c i r c a 1:l.

Het a c h t e r l a n d l i g t t e r p l a a t s e van h e t d w a r s p r o f i e l o p

NAP

-

0,55 m.

2.3.3. B e s c h r i j v i n g van de kade,

De groene kade l a n g s de Broekmolensloot,vanaf h e t gemaal de " M a a l d r i f t " t o t 75 m voor h e t v i a d u c t , h e e f t een c i r c a 2,5

m

brede b o l l e k r u i n , op NAP

+

0,2 m ( f o t o 3 ) .

Het b u i t e n t a l u d d a t onverdedigd i s , h e e f t een h e l l i n g van c i r c a 1:2.

H e t b i n n e n t a l u d h e e f t een h e l l i n g van ongeveer 1:3 à 4, met d i r e c t h i e r o p aansl u i tend h e t a c h t e r l a n d waarvan h e t maai v e l d op een hoogte l i g t van NAP

-

0,6

m.

De grasmat op de kade v e r k e e r t i n een r e d e l i j k e s t a a t .

Van h e t h i e r o p a a n s l u i t e n d e kadegedeelte t o t 20 m v o o r b i j h e t v i a d u c t , l i g t de k r u i n op NAP

+

0,2 m. Het a c h t e r l a n d wat min o f meer op kadehoogte l i g t , i s v o o r n a m e l i j k met bomen b e p l a n t .

De oever wordt door d i v e r s e s o o r t e n houten beschoei ingen verdedigd.

H i e r n a g a a t de Broekmolensloot,over een l e n g t e van ongeveer 150

m,

door een betonnen d u i k e r .

(11)

D e l f t s c h e V l i e t , wordt verdedigd door een houten damwand ( f o t o 4 ) .

De boezemkade 1 angs de Del f t s c h e V1 i e t vanaf de Broekmol ensl o o t t o t h e t v o e t v e e r , h e e f t op NAP

+

0,2 m een c i r c a 10 m brede k r u i n.

Op de k r u i n van de kade l i g t een 6 m brede k l i n k e r w e g met aan w e e r s z i j d e een 1,5 m breed voetpad.

Op h e t a c h t e r l a n d wat ongeveer op NAP l i g t komt veel bebouwing voor.

Het b u i t e n t a l u d wordt beschermd door een houten damwand met daarboven een b a s a l t g l o o i i n g onder een h e l l i n g van c i r c a 1:2. Op de buitenberm, tussen h e t t r o t t o i r en de k l i n k e r w e g s t a a t een bomenrij.

Het h i e r o p a a n s l u i t e n d e kadegedeelte met een l e n g t e van 325 m, h e e f t een zeer brede k r u i n op NAP

+

0,4 m.

Op de k r u i n l i g t een c i r c a 5 m brede asfaltweg met aan weers- z i j d e een f i e t s p a d ,

Het b u i t e n t a l u d wordt ook h i e r verdedigd door een houten dam- wand met daarboven een b a s a l t g l o o i i n g .

De bebouwing op h e t a c h t e r l a n d en de bomen i n de buitenberm komen ook b i j d i t kadegedeelte weer voor ( f o t o 5 ) .

t i e t kadegedeclte, a a n s l u i t e n d op h e t voorgaande t o t 500

m

voor de Hoornbrug, komt veel overeen met h e t h i e r v o o r be- schreven kadegedeel t e .

De

bebouwing op h e t a c h t e r l a n d komt nog p l a a t s e l i j k voor. Langs h e t f i e t s p a d l i g t nu de trambaan van Den Haag naar D e l f t ( f o t o 6 ) . Het d i r e c t h i e r o p a a n s l u i t e n d a c h t e r l a n d

l i g t op een hoogte welke v a r i e e r t van NAP

-

0,80 t o t NAP

-

0,50 m. De 500 m kade v o o r de Hoornbrug veranderd n i e t veel, a l 1 een

de trambaan g a a t a c h t e r de nu weer aanwezige bebouwing l a n g s ( f o t o 7).

Van h e t l a a t s t e kadegedeelte l a n g s de D e l f t s c h e V l i e t vanaf de Hoornbrug t o t D r i e v l i e t , i s de k r u i n c i r c a 1 2 m breed.

Het b u i t e n t a l u d wordt op dezelfde manier a l s b i j de h i e r v o o r omschreven kadegedeelten verdedigd,

Het b i n n e n t a l u d h e e f t een h e l l i n g van 1:2 met aan de teen een vaak onderbroken t e e n s l o o t . I n h e t t a l u d van de t e e n s l o o t staan veel bomen. Het d i r e c t aan de t e e n s l o o t a a n s l u i t e n d e

(12)

achterland l i g t op NAP

-

0,6 m.

Dwarsprofiel 3, over de zuidwestelijke kade langs de Kansjes- molensloot gemeten, kan voor de e e r s t e 250

m

kade represen- t a t i ef ges t e l d worden

veel puin i n voorkomt en waar p l a a t s e l i j k een helling van 1:2.

Het bi nnental u d , waar bomen i n staan, heeft Het buitentalud van 1 plaatsen beschadigd. Het kadegedeel t e

aans

waarover dwarsprofi el kan worden, heeft een

1 i s onverdedigd en op verschil ende

uitend o p het voorgaande t o t de boerderij, 4 is gemeten en representatief gesteld lengte van 375

m.

Op het binnentalud met een helling van 1:8 komen kleine boompjes, struiken en veel onkruid voor.

Het buitentalud i s net a l s het voorgaande kadegedeelte onver- dedigd.

Bij de boerderij 1 i g t het achterland, d i r e c t aan de kade op kadehoogte,

De

teensloot gaat achter de boerderij langs. In het b u i tentalud staan p l aatsel i j k bomen ( f o t o 8 ) ,

Voor het groene kadegedeel t e vanaf de boerderij t o t de rijksweg kan dwarsprofiel 1 representatief gesteld worden.

De kade met een ongeveer 1 , 4 m brede k r u i n op NAP

-

0,05 m was tijdens de visuele verkenning in a p r i l 1978 pas opgehoogd

De grasmat op de kruin i s i n verband met de grondaanvulling slecht. (foto 9 ) .

B i j de noordoostelijke kade langs de Kansjesmolensloot i s de kruin oyer de e e r s t e 225 m , vanaf de Delftsche Vliet, zeer breed. Op d i t zeer brede met bomen begroeide kadegedeelte, s t a a t ,

nabij de Del ftsche V1 i e t plaatse1 i j k bebouwing ( f o t o 1 0 ) .

De oeverbescherming t e r plaatse van de bebouwing bestaat u i t een houten beschoeiing.

Het kadegedeel t e aansluitend op het voorgaande t o t de boerderij heeft op de 3 m brede k r u i n een circa 2,5

m

breed puinpad. Het binnentalud heeft een helling van circa 1 : 3 met d i r e c t aan de teen een nagenoeg droge sloot.

(13)

Op de binnenkruinl i j n en i n veel mindere mate op de bui tenkruin- l i j n komen langs d i t kadegedeelte bomen voor ( f o t o 11).

Het achterland, voornamelijk grasland, l i g t op NAP

-

0,6 m. De kade vanaf de boerderij t o t de rijksweg waarover dwars- profiel 2 i s gemeten, i s een groene kade.

De kade heeft een ongeveer 1 , 3

m

brede kruin op NAP

-

0,05

m.

Het b u i tental ud met een hel 1 ing van 1 : 3 i s onverdedigd.

De hoogte van de kruin van d i t kadegedeel

t e

en het kadegedeel t e waarvoor dwarsprofi el 2 representati ef i s gesteld

,

1 i g t op de meeste plaatsen t e l a a g .

2.3.4. Vreemde objecten.

Tijdens de visuele verkenning

van

de polder z i j n e r diverse kade krui sende 1 ei dingen geconstateerd.

Tevens heeft het GEB

en

de PTT t e Rijswijk in Zuid-Holland gegevens verstrekt met betrekking t o t de ligging van gas- waterleidingen, e l e c t r i c i t e i t s - en telefoonkabels in de

kaden

van

de Broekmolensloot en de Kansjesmolensloot.

In de kade langs de Broekmolensloot bevindt zich in de lengte- richting een waterleiding en een e l e c t r i c i t e i tskabel

.

De kabels en leidingen die de Broekmolensloot krtiisen z i j n :

een e l e c t r i c i t e i t s k a b e l , ongeveer 70 m vanaf het gemaal

"Maal dri f t " , een viertal gas1 ei dingen een een tweetal tel efoon- leidingen t e r plaatse van de percelen aan het Zwartepad.

De kade langs de Delftsche Vliet wordt op, met borden aange- geven plaatsen

,

gekruist door kabel s en 1 e i di ngen

Over de l i g g i n g en de soort leidingen i n de lengterichting van deze kade i s n i e t s bekend,

De kaden langs de Kansjesmolensloot z i j n t o t de boerderij Pongong vrij van kabels en leidingen.

B i j boerderij Pongong kruist een e l e c t r i c i t e i tskabel de boezem en de kade en l i g t vervolgens i n het binnentalud, van de noord-

oostel i j ke kade

,

naar de boerderij Bui tel aan toe.

Ongeveer 45 in voor de k n i k die de Kansjesmolensloot maakt, kruist een hoofd-aardgas1 ei d i n g van de Neder1 andse Gasuni e de kaden en boezem,

I n de k n i k t o t de rijksweg E10, l i g t in de k r u i n van de zuid- westelijke kade een e l e c t r i c i t e i t s k a b e l *

(14)

In de kaden komen veel bomen en struiken voor.

2.3.5. Onderhoud van de kade.

De

zuidwestelijke kade langs de Kansjesmolensloot werd i n 1978 opgehoogd.

Het overige onderhoud bestaat voorname1 i j k u i t het jaar1 i j ks aanbrengen van herstel 1 ingen en kleine verbeteringen i n

(15)

3. Geschiedenis

Nog voor 1611, volgens de kaart van Floris Balthasars, t o t 1876 bestond de Broekpolder u i t de Oude Broekpolder en de Nieuwe Broekpolder. De Oude Broekpolder lag ten zuidwesten van de Nieuwe Broekpolder en van deze gescheiden door de Stoffelen kade. De polders werden elk door h u n eigen wind-

mol en bema1 en.

Omstreeks 1870 werd e r een begin gemaakt met het droogmaken van de i n de zuidelijke delen van de twee polders door ver- vening ontstane plassen, met een oppervlakte van 143 ha. De bema1 ing van zowel de droogmakerij al s van de hoge delen van de twee polders vond plaats door een stoomgemaal, terwijl voor de bemaling voor de hogere delen ook nog de windmolen van de Nieuwe Broekpolder beschikbaar bleef.

Na vol tooiing van de droogmaking, werden in 1876 de twee pol ders samengevoegd onder een naam, Broekpol der.

Toender t i j d werd de polder begrensd aan de westzijde, vanaf de Brasserskade t o t aan de Tolbrug b i j "Drievliet", d o o r de Del ftsche Vl i e t , aan de noord-oostzi j d e door de Postenkade, tevens grenscheiding tussen de gemeente Rijswijk en Leidschen- dam en aan de zuid-oostzijde door de Brasserskade.

De Broekpolder werd i n de.loop van de jaren verdeeld i n een dri.eta1 polders t e weten: de Lage Broekpolder, vliegveld Ypenburg en de Hoge Broekpolder.

Op 1 januari 1977 i s het besluit van Provinciale Staten van Zuid-Holland d.d. 17 mei 1974 t o t reorganisatie van het water- schapsbestel binnen Del fland i n werking getreden.

Dit besluit voorziet i n de opheffing van a l l e binnen Delfland gel egen pol ders %

Het Hoogheemraadschap i s thans verdeeld i n zeven d i s t r i c t e n t e weten :

Haagse agglomeratie I Westl and-West I 1

Westl and-Oost I11

Vockestaert IV

Del fland-noordoost V Del f l and-zui doost VI Rotterdamse agglomeratie VII

(16)

Het peilgebied de Hoge Broekpolder l i g t i n d i s t r i c t V (Del f l and-noordoost)

.

(17)

4. Beoordeling van de veiligheid van de gehele kade

Het Laboratorium voor Grondmechanica (LGM) heeft voor het betrokken gebied een geologisch lengteprofiel opgesteld.

Bij de keuze van de representatieve profielen i s uitgegaan van d i t geologisch lengteprofiel en de door het COW uitge- voerde vi suel e verkenning

.

De geschiedenis van de kade bood weinig informatie die op de profiel keuze van invloed i s geweest.

Voor wat b e t r e f t het geologisch lengteprofiel, de keuze van de representatieve profielen en de ui teindel i jke beoordeling van

de gehele kade wordt verwezen naar het door het COW

en

LGM

opgestelde rapport. Dit rapport i s a l s bijlage 11 bijgevoegd.

Op grond van de visuele verkenning en het geotechnisch lengte- p r o f i e l , kan de kade langs de Del ftsche Vliet en Broekmolensloot a l s v e i l i g worden aangemerkt. De vorm en de afmetingen van deze kadegedeel ten evenals die van de kadegedeel ten 1 angs de Kansjes- molensloot, gerepresenteerd door de profielen 1, 2 en 4, z i j n zodanig dat geen nader onderzoek nodig werd geacht. Deze kade- gedeel ten kunnen a l s veil i g worden aangemerkt Voor het kade-

gedeel t e 1 angs de Kans jesmol ensl o o t , gerepresenteerd door profiel 3 moet aangenomen worden d a t deze n i e t stabiel i s , gezien het s t e i l e

binnentalud en de d i r e c t aan de teen aanwezige teensloot. Het steken

van

boringen en het door middel van gl i jvl akberekeningen aantonen van de i n s t a b i l i t e i t van d i t kadegedeelte wordt n i e t zinvol geacht wegens de hoge ligging van het achterland (boven boezempeil )

bemoei1 i j k t worden door de aanwezigheid van puin i n de k r u i n en het binnentalud

van

de kade. Ook staan i n het binnentalud bomen. D i t 250 m lange kadegedeelte moet a l s onveilig worden aangemer k t e

Zoals ook al i n hoofdstuk 2.3.3. i s vermeld l i g t de k r u i n van het kadegedeelte langs de Kansjesmolensloot, waarvoor dwars- profiel 1 en 2 representatief z i j n gesteld, t e laag.

Bovendien zou het steken van boringen e r n s t i g

Bij de beoordel ing

van

de veil igheid van de kade i s de aanwezig- heid

van

kabels, leidingen en vreemde objecten n i e t i n de be- sc houwi ng betrokken.

De aanwezige kabels, leidingen en vreemde objecten dienen aan de volgende leidraden van de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen t e worden getoetst.

(18)

-

Leidraad voor constructie en beheer van gasleidingen i n , o p en nabij waterkeringen.

-

Leidraad voor constructie en beheer van vloeistofleidingen

i n , op en nabij waterkeringen.

-

Leidraad v o o r ontwerp, beheer en onderhoud van constructies en vreemde objecten i n , op en nabij waterkeringen.

(19)

5. Samenvatting

De Hoge Broekpolder welke ten noordwesten

van

Del f t 1 i g t , heeft een waterstaatkundige oppervlakte van 209 ha.

De in Zuid-Holland gelegen polder grenst aan de volgende boezemwateren: in het westen aan de Delftsche Vliet en

i n het zuiden aan de Broekmolensloot, welke behoren t o t het Hoogheemraadschap van Delfland.

In het noord-oosten grenst de polder n i e t aan boezemwater maar rechtstreeks aan de Tedingerbroekpolder en de Lage Broek- pol der.

De grens wordt hier gevormd door respectieve1 i j k de gemeente- grens Ri jswi jk-Leidschendam en de rijksweg E10 Den Haag-Rotterdam. De t o t a l e lengte van de boezemwater kerende kade bedraagt onge- veer 7 , 4 km.

De i n de pol der voorkomende bebouwing wordt voorname1 i j k 1 angs de Del ftsche V1 i e t aangetroffen,

Het maaiveld in de polder l i g t tussen NAP

-

0 , 8 m en NAP

-

2,2 m. De polder bestaat voor het grootste deel u i t grasland met langs de Delftsche Vliet enige t u i n b o u w onder glas en kleine industrieën. De kade langs de Broekmolensloot i s voor het grootste gedeelte een groene kade. De kruinbreedte bedraagt ongeveer 2,5 m. De helling van het binnentalud l i g t gemiddeld op 1:3.

Over een lengte van 200 m gaat de Broekmolensloot door een betonnen dui ker,richting Del ftsche V1 i e t .

De kade langs de Delftsche Vliet heeft vanaf de Broekmolensloot t o t "Drievl i e t " nagenoeg hetzel fde p r o f i e l . De kruinbreedte v a r i e e r t van 10 t o t 20

m,

met hierop een 5

m

brede asfaltweg, met aan weerszijde een fietspad.

Naast het fietspad aan de binnenzijde, l i g t praktisch langs de hele kade een trambaan; behalve nabij de Hoornbrug en de

Broekmol ensloot waar het achter1 and bebouwd i s en o p kadehoogte l i g t . Hier l i g t de trambaan achter de bebouwing

Het binnentalud waarvan de helling v a r i e e r t van 1 : 2 à 3, heeft p l a a t s e l i j k aan de teen een s l o o t . Het achterland l i g t gemiddeld De noordoostelijke kade t o t de groene kade en de eerste 250 m van de zuid-westel i jke kade langs de Kansjesmolensloot hebben ook nagenoeg hetzel fde p r o f i e l , De kruinbreedte bedraagt onge- veer 2 m met hierop een 2,5

m

breed puinpad. De helling van

(20)

het binnental ud bedraagt b i j de westel i jke kade 1 :2 en de noordelijke kade 1:3, met aan de teen een teensloot. Na de eerste 250

m

zuid-westeli jke kade t o t de groene kade, heeft het binnentalud een helling van 1:8 met 1 2

m u i t

de binnen-

krui nl i j n een teensl oot.

De groene kade langs de Kansjesmolensloot vanaf de k n i k die deze s l o o t maakt en de rijksweg E10 hebben ook nagenoeg hetzelfde profiel. De 1 , 4 m brede kruin l i g t op NAP

-

0,05 m. De helling van het binnentalud bedraagt 1:3.

De kaden liggen geologisch gezien i n een zelfde gebied en i s van boven naar beneden opgebouwd u i t :

Afzettingen van Duinkerke

Hol 1 andveen

I

klei zand veen

zand Jonge en oude strand- en

veen Basisveen

zand Formatie van Kreftenheye

Hierbij dient opgemerkt t e worden d a t t e r plaatse van geulen zowel het Hol 1 andveen al s het Basi sveen kunnen ontbreken.

Op grond van de visuele verkenning en het geotechnisch lengte- profiel kan de kade langs de Delftsche Vliet, de Broekmolen- s l o o t en een g r o o t gedeelte van de Kansjesmolensloot a l s veilig worden aangemerkt.

Wel dient opgemerkt t e worden d a t b i j de groene kade langs de Kansjesmolensloot de k r u i n t e laag l i g t .

Het 250 m lange kadegedeel t e langs de Kansjesmolenslost,beginnend

b i j de Delftsche Vliet, moet op grond van het s t e i l e binnentalud en de ligging van de teensloot a l s onveilig worden aangemerkt.

(21)

De aanwezigheid van kabels, leidingen en vreemde objecten over de veiligheid van de kaden

i s n i e t in de beschouwing betrokken.

De aanwezige kabels, l e i d t e worden getoetst aan de

ngen en vreemde objecten dienen vol gende 1 ei draden van de Techni sche Adviescommissie voor de Waterkeringen.

a. Leidraad voor constructie en beheer van gasleidingen i n , op en nabij waterkeringen.

b. Leidraad

voor

constructie en beheer

van

vloeistofleidingen i n , op en nabij waterkeringen.

c. Leidraad

voor

ontwerp, beheer en onderhoud van constructies en vreemde objecten i n , op en nabij waterkeringen.

(22)
(23)

Aan de Hoofdingenieur-direkteur van de Provinciale Waterstaat van Zuid-Holland, Koningskade 1,

2596 A A Den Haag.

-

-

onderwerp Sys t emat i 6 c h uw kenmerk ons kenmerk 435

boezemkadeonderzoek uw brief vnn buiegen

behnndeld door P. Belgraver. '8-grevenhage. 15 april 19820

Hierbij zend ik u de rapporten toe van het onderzoek naar d e

veiligheid van de boezemkaden van de volgende polders: 1 ) Zuidplaspolder.

COW r a m o r t A-77

.

005

+

bijlagen.

2 ) Eendrachtspolder.

COW rapport A-77.i?24 + bijlagen.

3 ) Kaagerpolder.

COW rapport A-77.025.+ bijlagen. 4 ) Oude Campspolder.

COW rapnort A-77.026.+ bijlagen. 5 ) Kerkpolder.

COW rapport A-77.027

+

bijlagen.

6 ) Plaspoel- en Schaapweidepolder. COW rapnort A-78.007 + bijlagen. 7 ) Hoge Broekpolder.

Goh' rapport A-78,008

+

bijlagen.

Deze rapnorten zijn ook naar de betreffende waterschappen verzonden.

A l s gevolg van nersoneelsmutaties is de verzending van deze rapporten helaas vertraagd afgehandeld, waiirvoor onze excuses.

Indien er binnen uw provincie kadeverbeteringen worden voorbereid stellen wij het op arijs om daarvan op de hoogte gehouden te worden.

Iiet hoofd -=van.het Centrum,

po8tbu~ 20907

2500

w.

%-gravenhage

t01. (070) 88 93 70 wnoeke bU uw antwoord krnmerk en "

.6ón mak In om brid te brhandelan

datum dexes te vermolden en aleohte hOOftrk8de 1

(24)
(25)
(26)
(27)
(28)
(29)
(30)
(31)
(32)
(33)
(34)

ONDERZOEK V A N DE BOEZEMKADE

---7--

-

stichting waterbouwkundig laboratorium

_I

~

VAN DE HOGE BROEKPQLDER

I__) september 1979 CO-244581/ reknr. 25.92.35.91 1 0 .I. , ,. ~~ ~~ ~

Wehkzaamheden ten behoeve van opdrachtgevers worden slechts uitgevoerd op voorwaarde dat de0pdrachtgever afstand doet van ieder recht op aansprakelijkstelling en zich verpllcht tot vrljwaring voor Iedere aansprakelljkheld jegens derden.

(35)

ALGEMEEN

In het kader van het systematisch kada-onderzoek is door het Centrum voor Onderzoek Waterkeringen (C.O.W.) in samenwerking met het Laboratorium voor Grondmechanica (L.G.M.) een onder- zoek ingesteld naar de standzekerheid van de boezemkade van de Hoge Broekpolder.

Het onderzoek heeft betrekking gehad op de kade langs de Delftsche Vliet en een zijtak van de Zuidvliet. Aan de hand van een door het C,O.W. uitgevoerde visuele verkenning en het door het L.G.M. opgestelde geotechnische Icngteprofiel is een viertal profielen opgemeten en in tekening gebracht. Ieder pro- fiel is min of meer representatief V O Q ~ een bepaald kadegedeelte.

Op grond van bovenstaande gegevens is het mogelijk gebleker. om zonder nader grondonderzoek een beoordeling van de standzeker- heid van de gehele kade te geven.

Keuze van de I te onderzoeken dwarsprofielen

Om een indruk te krijgen van de vorm en de afmetingen van ver- schillende kadedelen zijn tijdens de visuele verkenning in cer- ste instantie vier profielen uitgezocht, waarin nader onderzoek plaats zou kunnen vinden.

Xeder profiel is min of meer representatief gesteld voor een bepaald kadegedeelte (zie.COW-rap.port Beschrijving van de kade). Bij de keuze van de representatieve dwarsprofielen is naast de informatie, verkregen uit de visuele verkenning, uitgegaan van de gegevens uit h e t geotcchnisch lengteprofiel.

Pra£.ielen

-.-..-- 1 t/m 4 representeren het kadcgedeclte langs de

Z u i d v l i e t (bijlage D-1 en D - 2 ) .

,

i

Van de kade Langs de Delftscho V l i e t z i j n in verband met de vorm en afmetingen geen prafielm opgemeten.

(36)

Geologische beschouwing ----.

Samenvatting m e t h e t oog op h e t g e o t e c h n i s c h p r o f i e l op b i j l a g e K1

-___c___.-

D e bovenkant van d e p l e i s t o c e n e a f z e t t i n g e n b e v i n d t z i c h t e r p l a a t -

se van deze p o l d e r t u s s e n ca.N.A.P.

-

16 m en c a . N . A . P .

-

14 m,

S l e c h t s i n h e t zuiden b i j het w i z n t a t i e p u n t B werd deze door e e n

ca. 3 à 4 m d i e p 3 geul geërodeerd. D e p l e i s t o c e n e l a g e n b e s t a a n

uit v r i j grove zanden (vaak m e t g r i n d I r d i e p l a a t s e l i j k met een

dunne k l e i , s i l t i g l a a g j e (leem) kunnen z i j n bedekt.

Boven de o p p e r v l a k t e van h e t P l e i s t o c e e n t o t e e n d i e p t e van ca.

N.A.P.

-

3 . a 4 m , Cisniinorcn twee EaciGs, d i e i n h e t v e r l o o p van de

C a l a i s - t i j d z i j n o n t s t a a n , t e weten:

a) lagune- en w a d f a c i s s van d e A f z e t t i n g e n van C a l a i s , deze beslaan h o o f d z a k e l i j k u i t k l e i e n , met uitzonderi.ng van zandige g e u l - opvul.lingen;

bj s t r a n d w a l - f a c i ë s , i.n priiicipe b e s t a a n d e u i t f i j n - t o t middel- k o r r e l i g e zanden, die vaak v e e l s c h e l p e n r e s t e n kunnen b e v a t t e n .

Plaatselijk is h e t o p p e r v l a k van de s t r a n d w a l nog b e d e k t door e e n

dunne kleilaag (z.g. s m e e r l a a g ) d i e ook tot d e A f z e t t i n g e n vdn C a l a i s behoor t.

Tussen N.A.P.

-

3 a 4 m e n N.A.P. bevinden zich h o o f d z a k e l i j k k l e i -

ige l a g e n van d e A f z e t t i n g e n van Duinkerke. Clcclits t e r plaatse Iran

geul.en z i j n deze u i l zand opgebouwd.

De kaden z e l f hestaaii uit d i v e r s e , o p g e b r a c h t e m a t e r i a l e n .

G e d a g i e

1

PI-_

Tegen h e t einde van het f i a a t - P l c i s t o c c c n ( W e i c h s e l i e n ) werden i n d i t g e b i e d door de g r o t e r i v i e r e n , a f h a n k e l i j k van v a r i a t i e s i n de d e b i e t , -

g r o o t . t e , grofkorrelicje zandlagen (vaak ook met g r i n d ) tot klei I

s i l . t i g e l a g e n (lecrn) neergelegd. Lltnzc z. g. f l u v i a t i e l e a f z e t . t i n g e n

I

vormen de basis vali het liolocenc p i k k e t en vall.en onder de ----.- Fornratíe

van Ktef tenheye

(37)

B e t begin van het Holoceen wordt bepaald door een klimaatsverbete- r i n g . De verhoging van temperatuur had tot gevolg d a t h e t l a n d i j s , d a t toen p r a k t i s c h het gehele n o o r d e l i j k e d e e l van Europa b e d e k t e ,

yiiig afsmelten. D e hiermee gepaard gaande z e e r i j z i n g l e i d d e t o t

een verhoging van de grondwaterspiegel. D i t was een impuls t o t de

ontwikkeling van veen. H e t op deze w i j z e o n t s t a n e veen wordt h e t

Basisveen genoemd.

De steeds voortgaande z e e s p i e g e l r i j z i n g had tenslotte h e t gevolg,

d a t de zee h e t land indrong e n liet veranderde i n een lagune en daar-

na in een wad. Hierdoor kwam een einde aan de vecnvorming en werden de lagen van de

---

Afzettingen van C a ï a i s gevormd..

D e Afzettingen van C a l a i s z i j n i n enkele fasen a f g e z e t , waarbij de

granulaire samenst,elling van deze a f z e t t i n g e n werd bepaald door v e r -

schillen van d i v e r s e facib. In p r i n c i p e kunnen h i e r worden ondax- scheiden: de lagune- en de wad-faciës en de strandwallen-faci.ës.

Xrk dc wadden hangt de g r a n u l a i r e samenstelling van ,de d i v e r s e 1.agerr

ook nog af van het, Xocale stroinliiyspatroon. Uver h e t algeineen kan worden gesteld dat i n de geulen met, priel.en grovere sedimenken kun- nen worden verwacht dan op de wadplaten zelf.

Wat de l a g u n a i r e f a c i ë s b e t r e f t , deze bevat vaak veel. verveende hout- en p l a n t e n r e s t e n . Dit organische materiaal werd door de i n de lagune uitmondende rivieren aangevoerd.

D e zanden van d e strandwallen-faciës, meestal scerk vermengd n i e t

s c h e l p r e s t e n , vertanen over h e t algemeen hoge conucweerstanden van nieer dan 5 MN/m

.

Als gevaby van h o t d i c h t s l i b b e n van zeegaten en de v o o r t z e t t i n g van

de vorming van de s t r a n d w a l l m langs d s k u s t m e t daarop opyewaaide

duinen, werd op .den duur de zee buiteri h e t land gehouden. Dit: gaf

aanJ.ei.dirig t o t de veengroei van h e t ---...I...--.- Hullandvecii.

O m d a t Be stxaridwallen OVIIK het. algemeen enkele meters hoger Lagen

dan de ovu.r:i.*c delen van het wadgabied, kwam de vecnontwikkel i n g

op do wallen l.ater op gang.

---.

(38)

geliiundeerd. Deze nieuwe mariene a f z e t t i n g e n , d i e i n d i t gebied

meestal uit k l e i ë n bestaan (zand komt s l e c h t s i n geulen v o o r ) ,

warden de -__A f z e t t i n g e n van I.- ü u i n k e r k e genoemd.

D e l a a t s t e b i j d r a g e aan de vorming van de grondopbouw van deze

landstreek h e e f t de inens gehad. Voor de door h e m gebouwde en op

de waterkerende hoogte gehouden kaden h e e f t h i j diverse materia-

(39)

Beoordgling van d.e v e i l i g h e i d van de gehele kade

PI_---

--.

-

D e kade l a n g s d e D e l f t s c h e V l i e t

-

kan op gronc? van d e visue1.e

verkenning en het. yeotechnisch l o n g t e p r o f i e l a l s v e i l i g worden

aangemerkt. De vorm en de afmetingen van kit kadegedeclte,

----

e v e n a l s d i e v m d e kadegedeelten g e r e p r e s e n t e e r d door de pro-

-

f i e l e n l , 2 C I Z ~ , zijn zodanig d a t geen nader onderzoek nodig

Werd geacht. Deze kadegedeeiten kunnen a l s v e i l i g worden aange-

merkt. Voor h e t k.a.deged.eel:te, g e r e p r e s e n t e e r d door p r o f i e l I--3 ---

-moe% aangenomen worden d a t deze n i e t s t a b i e l i s , , gezien h e t

s t e i l e b i n n e n t a l u d en de d i r e k t aan de teen aanwezige te€?nr;l.Ook.

Be.t s t e k e n van b o r i n g e n eri h e t dcoc m i t ? c i e l van glij vlakbercke-

riinyeh aantonen van de i n s t a b i l i t e i t van dit . ,.

r1ie.t z i n v o l g e a c h t wegens de hoge l i g g i n g van h e t achter1a.n.d

(boven boezempeil) e Bovendien zou h e t s t e k e n van imringen ernstig

Uzrrnozili j k t worden door de a.anwezighei.cl van puin i n de kru.i.n van

üe kade.

kadegcclce l.te 1~rorC1.t

De aanwezigheid van k a b e l s , l e i d i n g e n en vreeinde objecten i s n i e t

i r i de beschouwing over d e v e i l i g h e i d van de kade betrojtkcri. D e aan-

wezige l e i d i n g e n , k a b e l s en vreemde ob j e c t e n dienen g e t o e t s t t,c w o r -

den aan de 1 volgende Leidraden van r5c 'ï't:chn.i.sclie Adviescommissie

'voor de Waterkeringen:

a. Leidraad VOOK constructie en beheer van gssieidirigen i n , op e n

n a b i j waterk.er ingen

S. Leiadraad voor c o n s t r u c t i e en beheer van v l o e l ~ ~ t o f l e i d l n g e n i n ,

op e11 n a b i j vatt.rkcr.iri-jm ,

c . Leidraad voor ontwerp

,

beiieer en oriderhoud van constructie-; en

(40)
(41)
(42)
(43)

i i I ? i i I. l j

i

i j I 1 ! j 1 I

1

I i puinpad ! j , ! 1 I ,

o

.I

DWARSPROFIELEN

I

+

2

en

3

I

BIJLAGE

HOGE BROEKPOLDER I n * m n r + n a - 7 C E N T R U M VODR ONDERZCEK

(44)

d d. get

laboratorium

voor

grondmechanica

tetex 33326

delft

s o h b nl

telefoon.íûl5)- 569223

-

gec

KADEQNDERZOEK HQGE BROEKPOLDER.

co

-

2445

%O

form

3WA

FISPROF

IEL

4

BUL.

D-

2

?o5o

I

DWARSPROFIEL

4

B îJLAGE

HOGE BROEKPOLDER C E & T f ? U M VOOR O h S E R Z C E K -

-

S C H A A L

1: 100

g e m g e * g r 2 J K W E R K i u R A-78.008

A 3

--'FK &R 78.555 A'A T Eff K E R i t\l G E f ; 11

-

78, ! a, U

-

I .- . . O b ò I

o

A

O-PUNT

MATEN IN N T.O.V. NAP EN O-PUNT

Cytaty

Powiązane dokumenty

S3 Current density-voltage curves of perovskite/silicon tandem solar cell with and without the optimized P2-PDMS attached on the front surface of transparent electrode ITO.. S4 The

Mimo że książka obejmuje obszar Wileńszczyzny, brak w niej pol­ skich pom ników z tego samego okresu, niszczonych przez kolej­ nych okupantów ; takie zestawie­

Flint artefacts: 9 – flake with negative flake scars on the dorsal surface; 10 – mesial fragment of blade with scars on the dorsal surface; 11 – partially initial microflake; 12

Odezwa Naczelnej Rady Adwokackiej do wszystkich rad adwokackich. Palestra

Może on już dziś zapisać na sw oim koncie szereg osiągnięć nie kwestionow anych ani p rzez środowisko adwokatury, ani p rzez opinię spoza tego środowi­

[r]

Poniew aż celem kurateli spadku jest ochrona spadku, a nie zm niejszanie jego składników , przeto sąd spadku pow inien wyrazić zgodę na czynności

Z tych wszystkich przyczyn, ważnych dla poznania historii zawodu adw okackiego i zasad jego wykonywania, ale daleko wykraczających tak­ ż e i poza tę