~
;(,j .' ~ ,.
" oi ~l !•
, .
~ l',
' , , • --.1t: , , ' ,~"
, ,"
" f " •.
' b~~.
"DE
BERE!
DING
VAN
TRI N ATRIUM-
NI TRILO-TRIACETAA T.
O.
r. boai
..
,
- - - -- - - --- - -
-Fabrieksvoorontwerp :
DE
BEREIDING
VAN TRINATRIUM-1HTRILO-TRIACETAAT •
A.J.W.Pippel
Roland Holstlaan 626
Delft
Aanvang : 13 november 1970
Verslag : 14 juni 1971
O.R.Booi
Jac. van Beierenlaan
61
Delft
..
.
-,.
Inhoud.
I. SamenvattinG en conclusies
11. Inleiding
111. Uitgangspunten voor het ontwerp
IV. Beschrijving van het proces
,
V. Procescondities en gegevens
VI.
r.1oti
vering van keuze van apparatuur
en berekening hiervan
VII.
Bassa-
en
warmtebalans
VIII. Overzicht
specifikatie
apparatuur
IX. Symbolenlijst
X. Literatuurlijst
Bij1ae;e I. BASF-patent van
E.Pl
oetz
pag.1,2
pag.3 t/m
5
pag.6
t/m
8
pag.9 t/m 11
pag.12 t/m 17
pag.18 t/m 21
p a
e.
23
pag.24
t/m
25
pag.26
pag.27
11
11. Vergelijking tussen polyfosfaten en
NTA-Na
3
,
artikel van R.R.Pollard
11 11 1\ 1\ 11 11
111.
Af\ü
j zing van de toepassing van
NTA-N
a3
in
wasmiddellen,artikel uit
C.and EN (1971)
IV. Berekening van de reaktiewarmtes
V. Berekening van de
warmtebalans
over reaktor
R3
VI.
Processchema
VII.
Massa- en
w
8
.rmteba1F-lls
VIII.
Apparatenstromen
-..
~!"<MI
Jtc!'
{,'uu~ ~~? ~t\-<4
,
v1~
C
-f
!
/VJ{l
f"ha.
"J
~
-+-
!Va.
AJH"L 'G
(/VA
Nj/, --')
/Va
C-vje
N
---,
Jc
~
l~(o
I
(X't
J)
(,f).~
u..,
IJ
A6'id
f-CJ( !- '-"'-..~
J
eJkI ,;.JfJ-c.--
}---1flJ-'--
pot'!~
~~-k.v1WV
(O'A'lJ)
jg~, .dcÁ-~
I.
Samenvatting en
conclusies.
In
dit
procesvoorontwerp
wordt
een continue
bereidings-wijze
voorgesteld
van trinatrium-nitrilo-triacetaat,uitgaande
van de
grondstoffen
formaldehyde en natriumcyanide.
Gemakshalve
wordt in het vervolg het te bereiden acetaat met
NTA-Na
3
aangeduid. Het proces
verloopt in
alkalisch milieu
en
heeft
onder
de gegeven
omstandigheden een rendement van ca. 84%.
Als
voorn
aams
te bron van
gegevens
werd
het
BASF-patent van
E.Ploetz
gebruikt
(zie bijlage
I).
Het proces wordt bij atmosferische
druk en verhoo
gde
temperatuur
in twee
trappen
uitgevoerd. Na zuivering wordt er
een
42-gew.
9b
oplossing van
NTA-Na3
verkre
gen
, die
eventueel
in
te de
,mpen
is tot
het droge NTA-Na3.
De produktie
is
ca.
96.000 ton/jaar
aan NTA-Na3-oplossing,hetgeen equivalent
is
aan ca. 40.000
ton/jaar
droog
NTA-Na3.
De
knelpunten
bij dit óntwerp
waren
voor
a
l een aantal
onb
ekende
grootheden, zoals fysische konstanten en gegevens
over
reaktiekinetiek,met als
gev
olg dat
dit
vooront
werp
voor
een
praktische,econornische
verwezelijking ons inziens
niet direkt
in
aanmerk
in
g
komt.
Het door
on
s
voorgesteld proces kan economisch niet
concureren
met de processen die
verlopen
op
basis van formaldehyde
en blau
wzu
ur in
zuur
milieu
(l);de oorzaa
k
hiervan
is
dat
de
~.
2
dan de
NaCN,die in
ons proces
wordt gebruikt.
Alleen daar
waar
er een overschot
is aan NaCN,
als bij produkt van een
bepaald
proces
bijvoorbeeld,zal ons ontwerp een alternatief
kunnen
zijn.
Verder zal ons
proces niet
zo
goedkoop
zijn qua
stoomkosten,
aangezien
er nogal wat water
verdampt
moet worden
om een
niet
al
te
verdUl'lde
Wl'A.-Na
3
-oplo
ssing
over te houden.
Indien het
eindprodukt
als droog NTA-Na
3
gewenst wordt,vallen
de verwarmin
gs-kosten nog
ho
ger
uit.
Een
v
erge
lij
k
ing
met
de
modernere processen
wat
betreft verwarmin
gsk
os
ten
kan door
het ontbreken van
gegevens hieromtrent niet
gemaakt
VlOrden
;vermoedelijk
zal er
geen
gro
ot
verschil
te
konstateren zijn.
Voor verd
er
onderzoek
over de bereidin
gsw
j_j
ze
van
NTA-Na-z
:J
wordt aanbevolen een
o
n
tw
erp
te maken
van een
proces,d?,t
verloopt op basis van for
maldehy
de
~nblauwzuur in zuur
milieu.
In
~e
genste
llin
g
tot wat
oor
spr
onkelijk
werd
veronderst
e
ld,is
tijdens het
ontwerp van
ons
proces
ge
bleken dat
çle gegevens
over
de processen die
in
zuur milieu verlopen toch
niet
zo
schaars zijn.
Op
het
l
ab
oratoriunl
kan onderzocht worden
of
het mogelijk is
het
NT
A
-Na
3
te bereiden
door selektieve
oxidatie van
nitrilo-trieth
21l01,die
gemé:~'kkelijlcte
verkrij
een
is uit etheenoxide
(
en ammoniak.
c.iI~
CJ!."",Ij
'2
~
lz
~
NI{·"JN
~ ~~ ~".r
,
3
11.
Inleiding.
Het trinatriumzout van nitrilo-triazijnzuur,het
HTA
-
Na3
'
wordt tegenwoordig als
mogelijke
vervanger gezien
van
de
eutrophierin
g
veroorzakende polyfosfaten
in
wasmiddelen
(2) •
Alhoewel de
mening
en
hierover nog sterk
verde
eld
zijn,bestaat
een reële mo
ge
lijkheid
dat
het
gebruik
van
NTA-Na
3
sterk zal
toenemen en is
een
studie over de bereidingswijze van deze stof
alleszins gerechtvaardicd.
Voor
meer
informatie over de
werking
v
an H'1'A-Na3
in \'lasmiddelen
wordt
verwezen naRr bijla
,g
e 11
(
3
)
•
Alle
toepassingen
van
NTA-Na3
of het overeenkomstige zuur
NTA
berust~nop
het
k~mplexv~!mendver
m
ogen ervan met
m
etaal-ionen.
Naast wellicht
de toepassing op grote
s
chaal in
was-middelen
in
de nabije toekomst,vindt het
N
TA-Na3 toepassing
in de p
a
pier-,textiel- en fotografische industrie,als
water-ontharder en
8
.
1s hulp
r;üd
del in de analytische
ch
emie
(4,5,6,7,
8
)
•
.
De eerste
economische
proc1uk
t
ie van
NTA-Na3 vond
plaats
o
mstreeks
1935 in Duitsland,uit
g
evoerd door
I.G
.F
arben.
'
De
toegep
ast
e berei
d
ingswijze 'verliep via
carbox
ym
ethylering van
ammoniak met
s
lkalicyanide
en
for
ma
ldehyde in waterig
alkalisch
milieu,volgens de
totaalre
ak
tie :
hoger rendement
leveren, verlopen via carboxymethylering van
ammoniak met
blauwzuur en formaldehyde in zuur
milieu,
volgens
de
reakties :
---I,,~
NTA
+
2
NH3
NTA
+
3 NaOH
Op het
laboratorium kan
het
NTA
-Na3
op
n
og verschillende
andere
manieren worden bereid,doch deze zijn
ni
e
t o
m
te
zetten
"'----
--in economische processen en zullen
d
aarom
niet nader
besproken
worden
(4) •
Antici~erend
op
de mogelijke
verplichte vervan
gi
ng van
poly-fosfaten door
lI
TA-Na3 in wasmiddelen in de Verenie;de Staten
en
mogel
ij
k
ook in Europa zijn al
vergevord
erde plannen geJll
aa.kt
voor
de produktie
VEllE
TA-Na3
op grote schaal. W.R.G-race en Go.
heeft fabrieken
gepland
in
On
"tario
(Can
e,da
)
en Teesside
(
Enge
land)
met respectj_evelijk een produlctie van
45.000
ton/jaar
en
22.000
ton/jaar. Hexol.in Chemicals heeft een fabriek Det
g
rote
produktie
gepland
in
~elsingberg
(Zwe
den
).
Deze
fabrieken
zullen
Vlerken
v
olt::ens
het formaldehyde/blauwzuur-proces.
Bovenstaande optimistische
ge
luid
en
Vierden onlangs gesmoord
door de beperkte goedkeuring in de
Vereni
gde
Staten
voor
het
het
gebruik van
NTA
en
NTA-Na~in wasmiddelen (zie bijlage 111).
-
..
5
Aangezien
men
in
Europa al
een
afvmchtende
houding had a
a.n
-genomen
(Unilever e. a.) ten aanzien va
.
n
NTA,
zal dit wel betekenen
dat er voorlopig
geen
g
rote
zal\:en meer
te doen is
in NTA.
Voor
de
gevolgen
van deze
nieuwe
ontwikkeling wordt verwezen naar
bijlage
111.
Tevens heeft deze ontwikkeling het
zoeken
n
aar
andere
verva
ng
ende stoffen voor polyfosfaten
gestimuleerd;
een
mogelijke
stof zou bijvoorbeeld het polyvinylmethylether/
111. Ui tgémgspunten voor het ontwerp.
·
Daar het literatuuronderzoek over de bereidingswijzen van
NTA-Na3 aan
het licht bracht dat
gegevens
over
kinetica,
reaktiewarmtes en reaktie-evenwichten,en ook verschillende
fysische konstantel1. van tussen- en eindprodukten nog onbekend
zijn,is
de
oude bereidingswijze van E.Ploetz (BASF
.
,zie bijlage I)
gekozen als
uitgangspunt voor het ontwerp. Deze
keuze werd
gemaakt
op
grond
van de veronderstelling dat over deze
methode
meer gegevens
te vinden zou
zijn dan
van
de recente methoden,
namelijk
die
van 1957 en eind
zestiger
jc
;
.
ren.
Een grondig
literatuuronderzoek over
de gelwzen methode
lev
e
rde
verder
zeer
schaarse
ge
g
evens
over
het gekompliceerde
reaktiemechanisme op.
Deze Begevens
vormden
samen met de
ook
al schaarse
g
e
g
evens
uit het patent van
Ploetz de basis
voor
het ontwerp. Voor de uitwerking van het ontwerp
was h:t
echter
nodig
nog
vershillende
aannamen te
maken. De belan
g
rijkste
hiervan
zullen voor de duidelij
k
heid hier s
e.
mengevat worden;
- het
proces verloopt
in twee
stappen,wa
a
rbij
tijdens
de
eerste
stap
enkel N
a
-glycinaat
wordt
g
evormd,dat tijdens de tweede
stap
wordt
omgezet in
NTA-Na3
(zie verder
hoofdstule
V,
reaktie-mechanisme) ,
- de
reaktie van de
eerste stap
is een pseudo-eerste
orde
re
a
ktie
7
- het rendement v
an
de
eerste stap is 92% ten
opzichte v
a
n
formaldehyde,
_
.
·
het to
t
ale rend
emen
t is
85%
ten opzichte van
formaldehyde,
- de nevenp
r
oduJcten van
de reë
"
kties
va
n
beide
stappen komen
niet in
de gasfase
voor,sla
an
ni.et
neer en
worden
bij d
e
zuivering
met peroxyde en
actieve kool geheel
v
erw
ijderd,
- de reaktiesnelheid van de tVleede
stap is
alleen afhankelijk
van de
formaldehydeconcentratie,
ter
vereenvoudi
ging
worden warmteverliezen naar de
oD
geving
en de
temperatm.lrafhéu
.k
elijkheid van verschillende
fysische
konstantcm
verw
aar
loosd (
gezien
de
geringe
i
nv
loed van
deze
verschijnselen in
ons geval
is dit
wel
toegest
aan
).
Met bovengenoemd patent als
leid
raad
worden de externe
gegevens
voor
het ontwerp:
grondstoffen :
eindprodukt
bij
prod
u
k
t
hulpstoffen
..
·
..
·
..
•
CH
2
0
NaCH
NaOI-I
HTA-Na
3
30-gew.% oplossing
28-gew.% oplossing
50-
eew
.
%
oplos
G
ing
c
a
.
40-gew.
%
oplossing
c
~
.
lO-
gew.%
oplossing
3
0-
gew.%
oplossing
actieve kool
l
age
druk
stoom
fr
eon
Als
ui
tgancste:npera,tuur
van
alle grondstoffen en hulpGtoffen,
met u
i
tzo
nderine;
van verw
armings-
en
koel
m
iddelen, wordt
een
te
m
p
eratu
ur v
an 2
0
0C
aangenomen.
Verder
w
o
rden
alle
gegeve
ns die
ge
brui
kt w
ord
en
bij het
opst
e
llen van de
massa- en
warmtebalans in de tabel hieronder
weer
gege
ven.
Co
mponen
t
H
P
orCp
-,-(10
3k
e
/m3
)
(lw
a
l/
kg.
oe)
H
2
°
18
0,
998
1,0
NH 3
17
0,9
+++
1,13
NaCH
49
1,60
0,
3
4
NaOH
40
2,13
0,
356
CH20
30
1,09
0,28
NH2CII2COONa
97
1,6
0,
3
5
N
T
A-Na'7
)257
-
1,67++++
0,3
0 01, 31
00,5
0Bi
j
pr
od
wet en
50
1,3
H202
34
1,44
C
(
actieve
12
:
2
kool
)
+
g
een
te
m
per
atuurscorrec
t
ie
toegepast
++
alle
waarden
voor
waterige
opl
ossing
+++
28
gew.% waterige
o
plossing
++++
A _40
gew.~waterlge
oplossing
o
aangenomen
waarden
.6.
Hverd.
.ó.H_A
-L or or(lç:c
a
l/
Jeg
)
(kc
a
l/
r:w
l)
540
-6
8
,32
157,5
-19,32
-22,
29
-43
--129,8
Alle
g
egevens uit deze
tabe
l
zijn
te vinden in literatuur
(1
B
);
de L:.
H erd
-
v .
van
N1I';7.
komt
uit literatuur
(ltr
)
.
t-I
9
IV.
Beschrijving
van het
proces.
Het proces
wordt
uitgevoerd in twee stappen;ten eerste de
bereiding van
Na-glycinaat
in waterige ammoniak-oplossing en
ten
tweede de omzetting van het Na-glycinaat in
NTA-Na3
in
ammoniakvrije oplossing. Verder zijn er nog enkele
tussen-en eindbewerkingtussen-en.
Het proces verloopt als volgt
(zie
bijlage VI)
~In
menL,rvat
Vl
worden we
,terige oplossingen van
Na
C
N
(28
gew
.e;{;)
9,
gew.%)
en
NaOH
(50
gew.%
)
met
elk
a
ar
gemengd;het
f'.
~H.A2ll
(28
./'
-\'~~/
verkre
g
en
mene;sel
wordt door warmtewisselin
e
in de reaktoren
R4
t/m
R7
opgewarmd
tot
88
0C
err
.vervolgens samen met de
waterige form
a
ldehyde-oplossing (30
gew.%
)
in de
reaktoren-ca
scade
R3
tlm
R7 geleid.
Door
de
reaktie,die
bij een
,
..
)A
temperatuur van ca.
,l?~OCplaats vindt, wordt
Na-glycinaat
.
~y/'
gevormd. De
·warmte
die bij de reaktie
vrijkomt
wordt ten dele
gebruilet voor opwarming van de voeding, zoals
,
hierboven beschreven,
en ten dele voor
opwarming
van de forI!laldehyde-oplos
s
ing (in R3 ),
die in de tweede stap
gebruikt
·
wordt.
Het
reaktiemengsel,
bevattende
Na-glycinaat,komt
vervolgens in de verdamper TB en
·wordt
à.oor afd
c
mpen
van
ammoniak
en
waterdamp ammoniakvrij
gemaakt. Een gedeelte
van
de warmteinhoud
van
de
damp
wordt
benut voor opwarming in
B9
van de
NaCN-oplossing,die
in de
tweede st
a
p
gebruikt wordt;de
damp zelf wordt na
co
ndensatie
en
koeling
(i
n H
9
tlm
Bll
)
gevoerd
naar
meng-vat V
2' vmar het
in d
e
nevenprodulden verloren
Begane
ammoniak
wordt
aang
e
vuld
v \
\
~~
.I
De
ammon
,
iakvrije oplossing
afkomstig
van TS wordt
met
de
tot
85
0C
opgewarmde
NaCN-oplossing gemengd
in
mengvat
V13 ;
tegelijkertijd
wordt
het
mengsel
met stoom opgew
a
rmd tot
o
.
105 C en vervolgens
samen met
de reeds tot 39
0C opgewarmde
formaldeh
yde
-oplossing
~eleidin de reaktorencascade Rl?
tlm
R
22
•
De
NaCN-oplossing wordt
hierbij in zijn
geheel in
reaktor Rl?
geleid;de
formaldehyde-stroom
wordt
d
aar
entegen
in
zess
en
verdeeld
en
elk deel
wordt in een
van de reaktoren
geleid,dit
ter vermijding van
de
vormin
g
van teveel nevenprodukten eloor
reaktie v
an
de ove
rmaa
t form
a
ld.ehyde,
in
het be
g
in,
met
de
gevormde ammoniak. De
ammoniak, die tijd
en
s de
reaktie wordt
gevormd,wordt
zo
snel mogelijk afgevoerd
door verdampin
g
;
hierbij
wordt aanzienlijk
veel
water meeverdampt
teneinde een
strippend
effekt te
bereiken zodat de reaktievloeistof
zeker
ammoniakvrij
hlijft. De damp
vlOrd
t
na
condensatie en
koeling
in.Hl4 en Hl5
voor een
klein
ged
eelte
ge
bruikt
ter
suppletie
van de
a
r:
unonial\:
,die
in
de
eerste
stap
wordt
gere
circuleerd;
de
rest
v
er
l
aa
t het
proces als
bijprodukt,een ca. 10
gew.%
arnmoniak-oplossing
oHet rea
ktiemengsel
,dat
R22 verlaat
en voorna
mel
ijl(
NTA-Na
3
bev
a
t,wordt
na
k
G-eli
ng
in H23
tot 90
0C,behandeld
met
pero
xy
dè
en
actieve kool in V
24 ter
zuivering van
het ei
ndp
rod1J.kt.
De
suspensie wordt
v
erv
ol
gens,na k
oeling
in H26 tot 40
0C,gevoerd
11
naar de centrifu
g
e C27' vmar de actieve kool
met
de erop
geadsorbeerde nevenprodukten
wordt
verwijderd uit de vloeistof.
De
eindvloeistof
bestaat voor ca. 40
gew.%
uit
NTA-Na3.
De inbedrijfstelling brengt
slechts
bij de eerste
stap
proble
men
met zich mee. Hier moet
voor de op
warm
ing va
n
de
I '
~
\y\\ûf
N aCN
-oplossing een
extra
warmtevlisselaar
worden in
g
eschakeld;
r---HaCN-
oplossin
g
die R7
verlaat
een
temper
at
uur
\\~
'
~als
een
ma
al de
'i
~\,\.r"\...I:~
van
8SoC heeft
b
ereik
t
kan de extra warmte-vüsselaar
\vord
en
uit
geschake
ld.
Vanzelfsprekend zullen de
te
mperaturen
in de
casc2.de
R3
t/m
R7
in
het begin
iets
hoger zijn dan
10
5
0C ,
Î
I
Q~
,
Ó'
v.
Procescondities en
geg
ev
ens
.
A.
Het
r
eaktie
mech
ani
sme
Het
mechanisme
v
an
de realdie tussen formaldehyde
en
natriumcy
anide
,die l
eidt
tot
de
vor
m
i
ng
van NTA-N
a3
,werd h
et
eerst in
1897
door
R
o
mi
jn be
s
chreven
(lO),l
ater
in 1
9
12 door
K.Polstorff
en
H.
hleyer
(11)
en
l
a
nge tijd daarna,in 1949,door
F.Bersworth c.s.
(1
2,13). Het mechanisme dat
door
F
.Bersworth
werd
voor
geste
ld,word
t
als het juiste
b
es
chouwd
en
w
ordt
gebruikt
bij
dit
p
rocesv
ooro
ntwerp
.
Het kan
door
het
vo
lgende
c
omplex
van
~('eaktiesworden weergeg
even:
(1)
CH 20
+
Na
G
N
NaOCH
2CN
(2)
NaO
CH0C
c-N
+
2 H2 0
--lP-
I-IOCH 2COONa
4-
:NH
3
(
3
)
HOCH 2COONa
+
NH
3
..
H
2
NCH
2
CO
ONa
+
H
2
0
(4)
H2NCH2COmra
+
NaOCH 2
CN
+
H20
~EN
e
GH2comTa
)
2
+
NIl
3
'
---.-
.----1-/
i> CJ1 .. C v() No..(
5)
EN
( C
II2COONa
)2
+
NaOCI
-
I2CN
+
H2
0
..
H
(
CH
2C
OONa
)3
+
NB
3
N
•
B.
=
Om doo
r reak
tie
van
for
malclehyde met nat
riumc
yan
ide
een
kwantitatieve
o
mz
etti
ng
tot
NTA-Na
3
te
verkrijgen,volgt
uit
het reaktiemechanisme dat
dit
het
beste
kan ges
chi
eden
in
twee
ammoniak-13
oplo
ssing
vo
oral
naar
de vorming van
het Na-glycinaat wordt
gestreefd en een tweede, stap, waarbij
in ammoniakvrije oplossing
het
tijdens
, . ~ . .,;<
de eerste
stap
gev
ormde
monoglycinaat en
eventueel
o~
'"
oP-
diglycina
at
.","Ir ~
0.;'
wordt
om
gez
et tot
N
TA-Na3' poor het ontbreken V2
.
n
kinetische
gegevens
is het
hiervoor gegeven mechanisme als
zodani
G
onbruikbaar
en
er
word
en daaro
m
aan
de
hand
van de
methode van Ploetz
(zie
bijl
a
ge
I)
verschill
end
e a
s.nnamen
ge~aan
terieinde het
proc
es
realiseerbaar
te
maken.
Uit het feit dat Ploetz de eerste stap verwezenlijkt
door
de
am
m
oniakconcentratie hoog
te houd
en
,terwijl
deze
stof ju
ist
I{
________
--
- - -
.. -- . .---
i'~
t~
.
-\.
rendeme~~~
::?
e;end
werkt door
n~v=reakti~
met
formaldehyde,
C'"
.\t--/
\;·
;word~ë
-·
veronderste
ld
dat vo
or
de
vo
rmin[S
van
het monoglycinaat
yV';
v"
.\.. '
f+("
,\v
~
.
re
e
.
klie
(3)
snelheidsbep
a
lend is
•
Eenvoudigheidshalve wordt
"
"
v-
'\.J\
~
\\
(~
,
r
aangenom
e
n
dat reaktie
(
3
)
bij konstante
am
mon
i
akc
oncentr
ati
e
'
~~
.
een
pseudo-eerste
orde
reakti e
is ten opzichte van
HOC
H
2 COO
N
a
,
dus ook
ten
opzichte
van for
ma
ldehyde.
Als ook nog wordt
~
-
Fne;n~men
dat bij de eer;;'e stap enkel het
monog
lycina
at
wordt
<
\jf
\
~~Ii-'
I
~\)
I~~.
\evormd en dat
reaktie
-ev
enwi
chten
geen
essentHHe
rol spelen,
,,
'
~~
}
dan
kan
als
reaktievergelijking
voor
de eerste stap worden
~~
-~\
. . \ .. ,'\
o]?
geschreven:
,
~
'
",
~\
1J.c-J;t,..\..
~
~!lvJL
'
f
l~~
~~
(6)
+
NaCN
+
D
e
t
we
ede
stap
bestaat uit twee reakties,die elkaar
opvol
G
en
van NH3 komt nu een amine. De kinetiek van deze reakties wordt
ten opzichte van die van reaktie
(3)
bepaald door het sterisch
verschil in struktuur tussen NH
3
en de betreffende 8
.
mine
(mono-of diglycinaat) en door het verschil in reaktiemogelijkheden
met NH
3
en de betreffende amine ten gevolge van het verschil
in H-atomen in het molecuul. Daar ook hierover geen kinetische
gegevens bekend zijn wordt het geheel vereenvoudigd door aan
te nemen dat de in het patent gebruikte verblijf tijden veel
groter zijn dan de nodige re8.ktietijden,zodat reaktiekinetiek
bij de berekeningen geen rol speelt. De lange verblijf tijden
zijn nodig voor het ammoniakvrij houden van de reaktievloeistof
tijdens en na aflopen van de reaktie.
Als
ook hier wordt
aangenomen dat reaktie-evenwichten
geen
essenti~lerol spelen
kan als totaalreaktie voor de tweede stap worden opgeschreven:
Ter vermijding van de reaktie tu.ssen formaldehyde en de door
reaktie
(7)
gevormde
ammonial\: wordt de formaldehyde in
gedeelten
toegevoet;d en de ammoniak zo snel
mogelijk
verwijderd, zodat
I
de kans op vorming
Vé:'.llnevenprodukten zo klein mogelijk is.
B.
Re
a
l;:tiekinetiek.
Uitgaande van
reaktievergelijking
(6) met de daarbij
gemaakte aannamen
en de nUIilerieke gegevens uit het patent van
15
de theoretische vergelijking voor een eerste
orde
reaktie voor
de
gegeven ammoniakconcentratie:
(praktisch
niet juist, omdat het aangenomen
c~
rendement over de eerste stap al 92% is)
t
=
1800
sec.
-3
-1
volgt k
=
1,4.10
sec.
Vo
or de t'weede stap
is het bepalen van een
real:tiesnelheids-konstante
niet
nooclz
ake
lijk,omdat reeds is aane;ellomen dat de
verblijf
tijden groot genoeg
zijn,zodat in elke trap van de
cascade de reaktie
geheel
afloopt. Voorts wordt nog
o
pgemerkt
/~
~
'<'
\;
0. "V 'Iv \.jI.
~.,. r\:J>lr~
dat het
natriumcyanide
, anders dan in het patent voorgeschreven,
.
y
~ 1VV- /'
'.
hij het begin
van
de reaktorencii!lScade van de tweede stap in zijn
~~
J
~
r-.l
~
,
\
\""~ ~
geheel wordt toe
gevoe gd
; er word t nameli
j
k veronder st eld d at het
.
eenmalig toevoe
gen
van natriumcyanide
geen
groot
rendement-verlies
veroorzaakt.
C.
Reaktiewarmtes.
De re
ak
tiewarmte van reaktie
(6)
wordt
berekend met behulp
van de vormingswarmt
es
van de verschillende componenten en
wel
....
"
.... '.
...
?H
2 O +
HaCN
+
2
H
2
0
'
..6Hrl.,.. H
2
NCH
2
COONa
+
H
2
0
.
L\.H
r 21-
NaOH
AHr
4Î
+ NaOH
CH 20 + HCN
+
.
yH
2O
.
,LlH
r
'2
~
H
2
NCH
2
COOH
De reaktiewarmte LlHrl
'
kan berekend worden via:
L'lH
r
l'
=
~Hr2
:
+.6Hr3' +
.éÜlr4
'
,dat resulteert in
LlHrl
.
=
-35
Kcal/mol
(zie
bijlage IV)
Voor reaktie
(7)
G
eldt op analoge wijze:
H2NCH2COONa
+
2CH20
H
6
1
-
NaOH
r
~
H2NCH2COOH
+
2CH20
+
LlHrr::
.
+
2NaCN
+
5
H
2
0
~
J.lfCCH2COONa
)3
+
2NH
3
+
3H20
~
H
r7
1-
2NaOH
.
L\H
r9
i+
3NaOH
2HCN
+
2H20
.
iJl>
N
(
CH
2 COOH)3
+
2NH
3
..6HrS
·
Dit levert op
L1Hr5
=
~Hr6
+
'
~Ry7'
+
.
.óHrS :
+
AHr9
'
:: -36
Kcal
/
m
ol (zie
bijlage:
.
IV)
D. Reaktieomstandigheden.
De
eerste
stap wordt uitgevoerd bij een temperatuur
van 100
à
105°C. Aangenomen
wordt
dat deze temperatuur iets
hOGer ligt dan het kookpunt van de reaktievloei
'
stof,
immers
bj.j
d
e
ze temper
2,tuur
wordt volgens
het patent van
l)loetz
"r
eflux
,,"',
.~~yooling"
toe
ge
past.
In dit voorontwerp
wordt
in
g
eslotên
.,~
~~real\.toren
gewerkt,het
ge
en in het
patent als
een van de
~ •. ..,_'1Ii11" _ _ -""-",",,,,,,,<.,,~.,,,,
lijkhed
en wordt genoemd. Hierdoor
zal de
warmte-economie
rhet
proces
gunstigel~zijn
dan vergelek
en
met
toepassing
T
-17
Geschat vlordt
dat
de druk in de reaktoren maximas.1 ca.
4 atm.
·
zal
bedra
gen
(14)
bij een temperatuur
v
an
1100C. Door
de
gekozen
omst
andigheden,name1ijk
gesloten reaktoren
met
hoge
vullin
gsgraad
,
wordt
erna8
.
r
ge
streefd dat,
.ond
anks
de hoge
dampspanning van ammoniak,er
toch
zov~elmogelijk amnoniak in
de oplossing blijft, zodat de voorde reaktie nodige
hoge
ammoniak-concentr
atie gehandho.afd
blijft.
In de reaktorencascade R17
tlm
R
22
is
het
voor
het aflopen
van de reaktie vereist dat de reaktievloeistof ammoniakvrij is.
Tevens
wordt
dan de vorming van nevenprodukten,die ontstaan
door reaktie van formaldehyde
met
de door de reaktie
gevormde
aTll.moniak, v;erhinderd.
Het ammoniakvri
j houclen van de
reaktie-vloeistof wordt bewerkstelligd door grote hoeveelheden warmte
toe te voegen,zodat da ammoniak zowel door verdamping
als
door
VI. Motivering
v
an keuze van de apparatuur en berekening
hiervan.
Om het discontinue proces volgens het
BASF-patent
van
Ploetz om te zette
n
in een continu proces wordt voor de
eerste
stap van de reaktie, de exotherme reaktie (6
)
·
(
zie pag. 13'),
in verband met de reaktietijd van een half uur in het patent,
een propstroming gewenst.
Een redelijke propstroming wordt bereikt bij 5 of meer
ideale mengers in serie
(
15
)
•. Omdat het totale volume dat nodig
is voor de eerste stap maar 4,5
m3
bedraa
g
t wordt voor de eerste
stap 5 reaktoren in serie
gekozen.
Bij een
massastroom
van 2,6 kg/sec (zie bijlage VII),het
eee
n
overeenkomt met ca. 9 m
3
/
h,en
een
verblijf
tijd
van een half uur
o
ver de eerste stap volgt uit V = fv.t een
minimaal
benodigd
v
olume van 4,5 m3 • Aangezien alle vijf de reaktoren van
gelijke
v
o
lume zijn gel:ozen, zal iedere reaktor dus minimaal een volume
van 0,9 m3 moeten bezitten. In verband met de
aanwezigheid
van
een koelspiraal in de rea
k
tor en het
koken
van de oplossin
g
'7.
moet elke reaktor een iets
groter
volume hebben,bijv. 1,2
m/.
Ui tgaEmde van
925~
rende
me
nt in de eers
te
stap en de
Gegeven
reaktantenconcentraties
en
omstandigheden voor de eerste stap
krijGen
'
we een reaktiesnelheidskonstante k = 1,4.l0-
3
(
zie pag.15),
het
g
een in de reaktoren
R3
t/m H7 een conversiegra
a
d levert
van respectievelijk X
I
= 0,392;X2= 0,225;X
3
= 0,144.;X
4
= 0,088
en
X = 0,053. Uit deze co
n
versiegrad
e
n en de reaktiewar
m
te van d
e
5
~o~~
\
.
~~N>t~,~~
'~o~~
\
~
~~~\i
tt\Al
"
~o
cA,.
~
.
~,-""~
,
~
~
I
19
eerste stap,AHr1
=
-146,5
kJ/mol
(zie
bijlage IV),volgt
vi
a
de massastromen
(zie
bijlage VII) en de soortelijke warmtes van
de verschillende
cODponen~en(zie tabel pag. 8) de
àf
te voeren
warmte bij
de
exotherme reaktie in de verschillende reaktoren,
teneinde de
reaktievloeistof
lwnstant
op
de temperatuur van
105
0C te houden (zie bijlage V).
Door te
mper
atuurmeting van
de
uitgaande stromen uit de
reaktoren
R3
t/m R
7
,kan via regelingrepen op de koelende
reaktantenstro
me
n,bijv. via
kortsluitstromen
om de betreffende
,reaktor
heen,
zo
geopereerd
worden dat bij eventuele fluktua-üe
s
in de
warmteproduktie in
de
reaktoren
de uitgaande stromen
uit de reaktoren toch
op
de
gewenste
te
mpe
ratuur van 105
0C
gehandhaafd blijven.
Daar de
damp
in
de
reaktoren
R3
t/m R7
sterk alkalisch
is
en de druk
erV2n
tot ca. 4
atm. kan
oplopen
moet
bij de
rnateriaal-keuze en sterlcceberelceningvan de
genoemde reaktoren rekening
worden
gehouden met deze
faktoren. Waar er
a
lleen
vloeistof-kontakt is,z
a
l corro
sie
geen rol spelen,daar
de
vloeistof
ve
e
l
mind.er alkalisch
is dan.
de
da
mp.
In
de rest
•.
van de
apparatuur
van
de eerste stap heersen
nagenoeg
dezelfde corrosieve
o
mstandigheden,zodat ook
hier d
eze
lfde over
weg
ingen de
materiaal-keuze van de
apparatuur
bep
alen.
Wat
b
e
treft
sterkte
van de
apparatuur
dient er
Been rekening gehouden
te
worden met
over-zoals
in
de
reaktoren R3
tlm
R7"
In verda
mper
TS wordt de
stroom
S
uit
R7,groot
2,63
kg/sec
(zie
massa
b
a
l
ans
en apparatenstromen,bijlagen VII en VIII)
met
stoom verhit
zodat al de ammoniak
(0,21
ke/sec)
en 0,46
kg/sec
water
verdalllpt,waarna de ammoniakvrije
stroom
9,groot
1,96
kg/sec,
bij 105
00 naar
mengvat
VlD
gaat.
Aangezien de uitgaande stromen
dezelfde
temperatuur
hebben
als
de
inkomende,
valt
de
benodigde
I .
hoeveelheid
warmte
als vol
g
t te berekenen:
=
11S9,8
S7
kV!
Voor cl
e
verd
amping
s-
en oploswarmte
van
NH
3
wordt
verw
ezen
n
aar
liter
atuur
(14).
-v"-<'"
Bij een
v
erbl
ijf
tijd van een h
.
a
lf uur
in..
T
S wordt er een
~-..i'-'YV'\ ' ~
-(1'((' /
mini
mó,
3.
1 vloeistofvolume van
'
3,5 m3
ge
vraa
e;d,
zodat er met
een
/'v'
da
mpvo
lume v
an
3,5
- 5
m
3
boven
de vloeistof en
de volu
meinhoud
f\A
I:
f
\
[.l'I () ('{..r-
van de
stoomspiraal
een tota
a
l volume
gevraagd wordt
van
r/
hJ'f'o
'
r
JrJ{'
ca. 10
m
3
0
Kr+"
In
de "tarmtewisselaars li9
t/m
H
12
wordt de
d
am
p
afkomstig
van
T8 afgekoeld naar 20
00,zoclat de waterige
amm
oniakoplossing
na recirclüati e S8.men lllet de reaktanten N aON en N
aOH
weer als
koelmiddel kan dienen
voor
de reaktoren R4 t/m R7.
In de
parti~le
cond
enso
r
Hg
wordt
de
NaON-voedingsstroom voor de
tweed
e stapreaktie
opgewarmd tot 85
00;de rest
van de co
ndensatie-warmte
en
voel
bare
warmte
viOrdt
in RIO. t/ro H
12
afgevoerd.
7
21
De reaktanten voor de tweede stap worden
gemengd
en
opgewarmd.
.LILvn.t
V13
met behulp van stoom tot een temperatuur
van 105
,
0C. Vervolgens vindt de tweede reaktie plaats in de
reaktorencascade R17 t/ru
R
22 • De verdamping van ammoniak en
water vindt ook hier plaats door
middel
van
stoom.
Daar de verblijf tijd in elke reaktor
ee
:
'1 half
uur
moet
zijn,
in navolging van het BASF-patent,zal de
inhoud
van elk van
de
---
'7:reaktoren oneeveer 10
m) moeten zijn
Jrekening
houdend met
de
aanwezigheid van de stoo
m
spiraal en met
het
koken
van
de
\
oplossing bij 105
0C.
De toe te voeren warmte is te
berekenen
uit de benodigde
verdampingswarmte,de ontwikkelde
reaktiewarmte
en de
warmte,die
nodig is om de
formaldehydestroom van
39
c
C
op
te
vmrmen
tot
105
0C.
Bij
de verdamping
wordt alle
ammoniak uit de oplossing
,
verdampt en zoveel warmte dat de
resulter~ndeNTA-Na3-oplossing
ca.
40~gew.
%
is en de supplerende
amrnoniàstroom
(van opslagva:t
V16 naar
mengvat
V2 ) zo verdund is
dat
de recirculatiestroom
van
V 2 n(4ar V 1
weer
27,
8-eew.
%
waterige am
m
oniali-oplossing
is.
De
aanllame
is dat er per reaktor,gebas
ee
rd
op
het formaldehyde,
92% conversie is, zodat
er
per
reaktor
ontwil
(}~
eld
word,
t::
't
1
"
.
213; 5 . 0,92.
:
36
kcal/h
2
30
=
1361q~kW
r-
'
J~,
:0
Per reaktor
moet
er verdampt
worden
0,0297
k
g
/sec
NR,)
en
0,2758
kg/sec H20
,waarvoor nodig is 642,969
kW
(analoog
met
formalclehyde-\
stroom is nodig 49,217 kW,zodat de totaal toe
te voeren
warmte
per
reaktor
e;elijk
wordt
aan
555,217 kVv.
In vat V 24. wordt de ruwe
N'l'
h
-Na3-oplossing met behulp
van
~en
30-gew.%
H
2
0
2
-oplossing
en
actieve
kool bij
90
0C
gedurende
twee
uur
ont
k
leurd en
gezuiverd.
Aangezien de volumestroom
ca. 10
m3/sec
gr
oot is,IDoet het
volume
van V
24
minimaal 20
m3
zijn, zodat een vat van on
g
eveer 22 m3 voor V 24
ge·wenst
wordt.
De warme
suspensie wordt
dan eerst in
koe
ler
H26
afgekoeld
tot
40
0C en ve
r
volgens
gecentrifu
g
eerd
in C27 •
Er
wordt
aan
cen
o
me
n
dat
alle
gesuspendeerde stoffen
eruit gehaald v/ord
en
,
zodat de c
a
.
42-gew.
%
H'l'A-Na'Z-oplossing
voor 99% zuiver
is.
. )
Vanwege de no
g
aanwezi
g
e
Ha
OH is de oplos
s
ing basisch.
De centrifu
ge
C27
moe
t bere
kend
zijn
op een maxim
a
le doorzet
aan vloeistof van ca. 10
m3/h. Daar
de concentratie a
a
n
ge~uspendeerd
e
stof
t
ame
lijk la
ag
i8(ca.
7
~
),wordt
gedacht
aan een sedimenterende centrifu
g
e met recirculatie va.n ête
vaste
stof;een bijko
men
d voordeel is dan dat het
23
VII.
M8.ssa-
en warmtebalans.
De massa- en
warmtebalans
is bijgevoegd als bijlage
VII
en
de massa- en warmtestromen van de apparaten als bijlage
VIII.
Alle massastromen zijn aange
ge
ven in
kg/sec,de warm-cestromen
.
in kW.
De laatste decimaal van de
eetallen
in bijlagen
VII
en
VlIr
zijn door het vele rekenen
en
o
mr
eken
en
bepaald
niet
nauwlieurig,
nog afgezien van het
gebruik
van minder nauwkeurig bekende
VIII. Overzicht specifikatie apparatuur.
Voor alle
apparatuur geldt
dat er
geen
extreme corrosieve
omstandigheden optreden,zodat er voor alle
apparatuur
constructie-staal of het veel duurdere roestvast constructie-staal
Bebruikt kan worden.
Voor de
apparaten R3
tlm
R7 en TB dient voor de plaatsen,waar
er dampkont
ak
t
is,ammoniakbestendig
materiaal
Bebruikt te worden.
In
verband met
eventuele
scho~nelingentijdens de operatie
van de fabriek is alle
apparatuur
ca. 10% over
ge
di
mens
ioneerd.
Dit
gel
dt
eveneens
voor de
warmtewisselcapaciteit
en voor de
stoomv
erwa
rming.
Overzicht
apparatuur:
I
::mengvat
voor de
reaktanten
,met roerder;
inhoud 4 m3
:mengvat voor
~onial~oplossingen,metroerder;
inhoud 4
ro3
:exotherme
reaktorjgesloten
vat
met
inwenclir;
k0'31-spiraalji
n
houd
1,2
m3 ;maximale inwendige
overdruk
4
at
rn
R4 tiro R7
:zie R3
T
S
:a
mm
oniakver
damper
jinw
end
i
g
stoof'lspiraal,warmte-cap
a
citeit 1200
kW;inhoud
10
m
3
Rg
::parti~lecondensor;
warmte
capaciteit 500 kW
RIO
:totale
cond
e
nsor;warmte
w
isselc
a
paciteit 800 kW
Hll
:waterkoeler;warmtewisselcapaciteit
ISO
kW
H
12
::freonkoeler;warmtewisselcapaciteit
6
5
kW
V 13
:m
enGvat
,met roerder en invvendig
st
oo
mspiraa
l
warmteca
p
aciteit 160 kW;inhoud 9 m3
25
H14
.
:waterkoeler jwarmt
ev
fisselc
apa
ci tei t
48
00 kW
R15
:freonkoeler;warmte
wis
selc
apa
citeit 170 kW
V16
:opslagt
an
k voor
ammoniak-oplossing;inhoud
10
m
3
R17
:
exotherme reaktor,
me
t
.
.
,
inw
en
di
g
stoomspiraal
me
t
v'larmtecapaci
teit v
a
n 600 kW; inhou
d
10
m
3
R18
t/m
R22
:zie
R17
H23
:waterkoeler;warmtewisselcap
a
citeit
160
kW
V 24
: on tl
\.
leurin
gs
vat; inhoud 24
m3
V
25
:doseerinrichting
a
ctieve
kool
H
26
:waterkoeler;warmtewisselcapaciteit 550 kW
IX. Symbolenlijst.
M
::
molekuulge"Jicht
f
::
dichtheid
in
kg/m3
Cp
:: soortelijke warmte in kcal/kg.oC
~Hf::
vormingswarmte in kcal/mol
AH ::
reaktiewarmte in kcal/mol
r
AH I::
op
•
oploswarmte
in
kcal/mol
.6H
::
verd
.
ampingswarmte
in kcal/kg
Vérd.
,6T
::
temperatuurgradi~nt
in
°c
T
:
temperatuur in
°c
k
::
realctiesnelheidskonstante in ons geval in
sec.-
l
t
::
tijd in sec
Q
::
warlJltestroom in kW
~m
:: massastroom in kg/sec
(=
T
\
l,
Gebruikt
in de massabalans)
~v
::
volumestroom in
m
3
/sec
V
::
volume in m3
27
X.
Literatuurlijst.
(1)
(2)
(3)
(4)
(5 )
(6)
(7)
(8)
( 9)
(10)
(11)
(12)
(13)
(14)
(15)
(16)
(17)
(18)
J.J.Singer ,
M.Weisberg,
U.S. patent 2.855.428 (1958)
Joint Task
force
to investigate
Eutrophication,
U.S. Dept. of the Interior,
News Release
(1967)
R.R.Pollard
, Hydrocarbon Process
45 (1966)
.
11
Ullmann
Encyclopedie
,
Aanvullingsband
(1970) 127
Vl.Ender, }Iette
und
Seifen
45 (1938) 144
Hampshire NTA
Technical
Bulletin
(1960)
,Hampshire
Chemical
Div.
of
W.R.Grace
,Nashua
N.ll.
E.J.Hudson
c.s.,Chem.
Ind.London 46
(1970) 1458
Me
thode der Organische
Chemie
Del.
11/2
(1958)
414,
Houben-
Wey
l , Thiene Verl
ag
,
Stuttgart
geen auteur
,Chem. Eng. News
49
t1971)
5
Romijn
,
~eAnal
oChem.
36
(1897) 18
K.Polstorff,H.Meyer ,
Ber. 45 (1912) 1905
F.C.Bersworth
c.s. ,
J. Org. Chem. 14 (1949)
355
11 " ,
J.
Org. Chem. 15 (1950) 46
Ullrn
a
nn
Encyclopèdie,deel
11,3e
druk,(1953) 525
Collegedictaat
Reaktorkm1de T.R.Delft
,De Jong
en
Van den
Berg
, (19
6
7) 118
,Ph.Ch.
3,8
1
98
J.
Sturtev
2~
t
,Am. Soc.
63 (1941) 93
Hand book
of
Chemistry
and
Physics
·
,R.
C
~
\ieas
t ed. ,
•
(19)
Beilstein 3e aanvullingsband,
4e druk,
systnr.364,1098 e.v.
(20)
(21)
ad~