maart 1971
L
LABORATORIUM VOOR
SCHEEPSBOUWKUNDE
TECHNISCHE HOGESCHOOL DELFT
Stablliteit8berekening volgens
Leparment ler
door:
Deze stabiliteitaberekening is
en wigeninethode waarbij geen
instru-ment nodig is.
'Beschouw een segment met lengte
Dc intredende wig wordt aangeduid met I, de uittredende met U. Stel
hetvolume van het segment onder W0 L0
volume onder
= C.
Dan is C0 C1.7= U. gu gj.
Als gevoig van de totale scheepsvorm 7.al de
hellende waterlijnniet
door het snijipunt van hart
schipen W0 L0 gaan, doch bijv. door punt 0,
gelegen op
af stand 6uit hart sohip (Fig. 2)
I'
/
-
ri
ZO
F.2
Van deze carne met
waterlijn W0L0ligt het
drukkings-spent C0 op de aangegeven
plats.(zie Figuur 1)
Beschouw flu een
helling-
100.
Trek ml de zwaartelijn KL in
de wiggen en geef de
zwaarte-panten der wiggen aan met
g reap. gj.
De 1.ngte van de
svaarte-lijn op de halve
LD
n.1. KO noemen we U, die
van OL noemen we I.
Be zwaarte-panten liggen
weer op 2/3 van KO reap.
OL uit 0 n.1. gu reap. gj.
I.p.v. reohte wanden worden
nu - ala benadering
cirkelbogen beschouwd voor
elk deelapant.
Met behuip van de trapeziuinregel worden het volume van U en I berekend
Stel, we nemen 20 verdeelapanten en telkene een verdraaiing van
c/.x 100.
Dan wordt eerst de afstand C0C1 berekend en de afstand H1CO3 vervolgena C1C2 en H2C2 enz.2 Van een cirkel is de oppervlakte gelijk aan 77 R
Van een sector met Lf is de oppervlakte R-2 I.'
Nu wordt R' vervangen door U' reap. I'. Volume U 7T40
1/(j;Z
Z 2.L/20 -
--
+
+-z
Volume I
(
rZi
2
Z
L/20
2
/ - -- - ----z +
Dit wordt in tabelvorm uitgevoerd.
Da.ar L bekend is kan de constante factor bepwid vorden. Deze is o 3.1416 x 10
en voor P10 ,
due7200
Het deplacement - met of zonder aanhangeels - verandert na verdxaaiing
van de hoekp niet, due V
aset
gelijk V1 zin. Om te beginnen - n.1. van 00_ 10 - kan men leggen in het snijpunt van hart schip met WoLo. Gewoonlijk zullen Vu en Vj &aardoor niet gelijk zijn. Men kan dan door meerdere wat.rlijnen arn te nemeni lange grafieche weg de juiste plaata van 0, dus de afetand ó bepalen, dooh dit is te ornelachtig.Stel dat Vj>V is, d.an kunnen alle waarden van I verminderd worden met
en die van U verTneerderd.
De forniules voor deze omrekening zijn op pag. 48 gegeven (afleidirtg). Op pag. 49 van ATMA 1894 wordt de formule gegeven wa.armee de afatand berekend kan worden. Daze luidt:
2Z
2(ZE0)
C
-e,' .r2
We moeten eohter
weten
het moment van de verplaatfjte wiggen. Dit kan een voudigworden oinachreven
door bovensta nde formules voor in- en uittredendewigg.n te verTnenig'!uldigen met 2/3 reap. 2/3
De totale momenten worden veer met de trapeziuznregel
in tabelvorfn
berekend. De verhouding '24' moet worden ingevoerd omdat door de gebogen zijdeJ2P
het zwartepunt op lets
kleinere afstand dan 2/3 I
T.o.v. punt 0 is dan het moment
?an een
sector gelijk aan x36ozo
X
Hierin is alleen I variabel. I.n is voor de intredende wiggen t.o.v.
punt 0: x
2/
(
z,of na vereenvoudiging en in tabelvorrn berekend:
11 7L-
3!.
en voor de uittredende'
wig: 17?
00k hierbij geldt dat het volume der wiggen niet ge].ijk zal zijn. Op pag.
49
volgt dati weer de afleiding tot een formule waarin oorkomt. Het totale moment is dan:
: .
s
o 9c
Volgens de verschuivingsregel moetJge1ijk sun aan '7 .00C1.
Bijgevolg is:
r3
3+L
J
+
I
)
k'129/
Hierbij is C0C10
1/ W5L5
voor- 100. 1)e lijn van opwaartse
druk staat eohter_LW10L10.
Deze lijri anijdt hart1in schip
in het vals metacenter Nio.
De waarde CON1O kan nu ult de
waarden C0C10 b'.kend worden.
(Zie blz.
4)
Volgens Fig.
5 is
C0A - C0B = en C0M10 C0C1O cossin
C0N1O
CpCm
Siflt// 008
Een goniometriache Sgel luidt: 2. Bin
q.00s
f, zodat sin-
--c1p
of
cos çnDan is
C0/1
coc/
2(3t-'
'/2 p)
De fouten welke men maakt door voor een wig van rechthoekige vorin
een sector te nemen, this
-
, zijn verwr1oosbaar klein, voora]. als men de LC70 slechts 50 zou nemen. Bij Cf gaat de berekening echter v?el sneller en is nog voldoende nauwkeurig.0 0
/
Vanuit 10 gaat men tot 20 . Zie Fig.
4)
enz.Men berekent dan C10N10
-
() en verbiMt
N20 mt C20.Het enijpunt met hartsohip geeft het punt N20. Hetzelfde doet men tot
op elkaar.
Op pag.
49
is reeds de Hieraa.n vooraf gaat op ge]ijk zijn en voldoen waarblj volume van inFormule 1 kan gesohreven worden alat
J(LE0J
T2E
bovenstaande formule geeft:
coc
0 0 0
30 - 40 - 50 ens. telkens de driehoeken opetapelend
__2
Formule
(iJ
afgeleld, n .1.J
Dit gesubstitueerd
in
pag. 48dat de op
6
betrokken warden Vie en Verz,
£&,
,
waarin en E1 die waarden zijn en uittredende wig gelijksun.
z
E
-
(
-I09cD
L'o
Op pag. 49 wordt hetzelfde ged.an voor de rnornenten. Da.ar wordt gevonden:
L333JLJZ+3T
-
L0J3
en op pag. 50: 3o3AthL er;
rE/TEO-
E)3/2(TO
L)
L
-2
52)
-E,
(iZ
(4)De index 0 heeft betrekking op de opgemeten waarden van I en E zoals deze volgen ult een gekozen stand van een waterlijn, de indez, heeft betrekking
op de uiste
waarden van I
en E, due waarblj er evenwioht is.De formules , en worden verder alleen gebruikt.
Forinule 5 bevat enkele oonstante factoren. Men kan doze berékenen voor 50 en
9'
= 10, afhankelijk voor het gebrulk.Voor 50
±
-voor forTnule
2y)
JOø.b1f
-- 'ck
2J3
L)2
Voor99
- c,OO2oS2 -
2- m,
S Na hot berekenen van c1' (die positief of negatief kan uitvallen) tekentmen de jui8te plaats van de waterlijn in het spantenraaTn. Van daaruit gaat men veer 100 (of 50) verder en tekent men de volgende waterlijn onz.
Met doze waterlijnen kan men als rak1ijnen de kromme van waterlijn-h.11ingen tekonen, geldend voor één voiwne. Door do punten N201, N30, N401 enz. kan men eveneens een kromzne stroken.
Tabel blz. 6
Indien de einden van w.d. bovenboawen niet op eon ordinaat vallen moot eon correctie voor een gedeelte van een ordinaatafstand worden toegepast. Hetzelfde geldt voor w.d. coamings van laadhoofden.
I en E aangeven in m met 2 decimalen.
i2 en F2 met 1 decimaal.
en F3 zonder decimaal.
T. van der Ham 24 auguetue 1964.
CX
-+-/z.
7
Tabel
Relling 100
-3 C0K F0K m.Ord
No.
Fact.
I
i3
F F2 E30
1/2
1/2(I)
1/2(1o2) 1/2(I3) 1/2(E,,)
1/2(E02) 1/2(E03
1 1