• Nie Znaleziono Wyników

Actieteam innovatie: De versterking van het innovatieve vermogen van de woning- en utiliteitsbouw. Drivers voor innovatie (versie CPI)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Actieteam innovatie: De versterking van het innovatieve vermogen van de woning- en utiliteitsbouw. Drivers voor innovatie (versie CPI)"

Copied!
10
0
0

Pełen tekst

(1)

Actieteam Innovatie

De versterking van het innovatieve vermogen van de woning- en utiliteitsbouw Drivers voor innovatie

Versie CPI/Rob Geraedts 16-5-2013 / Hans Wamelink 17-6-2013 Aanleiding

In 2012 is door bedrijven, kennisinstellingen en overheden de Actieagenda Bouw ontwikkeld: de investerings- en innovatieagenda voor de woning- en utiliteitsbouw in Nederland. Deze door het zogenoemde Bouwteam opgestelde agenda geeft antwoord op de vraag wat eerder genoemde organisaties (gezamenlijk) te doen staat om te zorgen dat de woning- en utiliteitsbouwsector sterker uit de crisis komt.

Actieteams

De Actieagenda Bouw omvat acties, waarbij het voortouw voor de uitvoering bij ondernemers en hun brancheorganisaties ligt. Kennisinstellingen, overheden en financiers moeten gezamenlijk met de ondernemers voor de juiste condities zorgen. Hierbij wordt waar mogelijk gebruik gemaakt van al lopende initiatieven. Het betreft de volgende 17 actieteams: 1. Opdrachtgeverschap, 2. Gemengd woningfonds, 3. Renovatie, transformatie en herbestemming, 4. Wonen, zorg en pensioenen, 7. Menselijk potentieel, 8. Innovatie, 9. Bouwcampus, 10. Vakscholen, 11.

Praktijktoepassing bouwbesluit, 12. Private kwaliteitsborging, 13. Regionale kantorenprogrammering, 14. Regionale woningprogrammering, 15. Regionaal grondbeleid, 16. Ontslakken gebiedsontwikkeling, 17. Vastgoedfinanciering. Actieagenda

De woning- en utiliteitsbouwsector is vanwege zijn overwegend nationale oriëntatie niet aangemerkt als ‘topsector’ (sectoren waarin Nederland wereldwijd uitblinkt). Gelet op het belang van de woning- en utiliteitsbouw hebben het kabinet,

ondernemingen en de kennisinstellingen wel besloten om ook voor deze sector

zo’n sectoraanpak te ontwikkelen. Begin 2012 kreeg het Bouwteam van Minister Spies de opdracht om met en voor de woning- en utiliteitsbouwsector een Investerings- en Innovatieagenda op te stellen. In mei 2012 heeft het Bouwteam deze agenda in de vorm van de Actieagenda Bouw gepresenteerd: Actieagenda Bouw.

(2)

Ontwikkelingsrichtingen

Samengevat schetst het Bouwteam de volgende vier samenhangende ontwikkelingsrichtingen:

1. Nieuw ondernemerschap

2. Verbetering productiviteit relatie kennis-ondernemerschap 3. ‘Ontslakken’ overheidsbeleid

4. Ontwikkeling nieuwe financieringsarrangementen Doelstelling Actieteam Innovatie: Routekaart

De doelstelling van het Actieteam Innovatie is de versterking van het innovatieve

vermogen van de woning- en utiliteitsbouw in Nederland; het traceren en aangeven van drivers voor innovatie.

Het Actieteam Innovatie is opgenomen bij de ontwikkelingsrichting Verbetering productiviteit relatie kennis-ondernemerschap. Onderzoeks- en onderwijsinstellingen kunnen hier samen met ondernemers invulling aan geven door de vernieuwing van de programmering en verbetering van de valorisatie van onderzoek en

innovatie/ontwikkeling (o.a. Routekaart Innovatie).

Het eindrapport van het Bouwteam van mei 2012 schrijft over dit Actieteam onder meer:

"Kennisontwikkeling- en deling in de bouwkolom is veelal fragmentarisch en sterk onderontwikkeld. Betrokken partijen formuleren in de Routekaart Innovatie hun gezamenlijke ambities en acties op het gebied van onderzoek en ontwikkeling. Het doel hiervan is het versterken van het innovatieve vermogen, het verhogen van kwaliteit en het verminderen van proces- en faalkosten onder meer door BIM- en andere ICT-toepassingen. Om het onderzoek beter aan bedrijven te koppelen kan worden gedacht aan de instelling van een Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) voor de bouw, zoals die er ook zijn voor de Topsectoren".

Naar aanleiding van Kamervragen over de Actieagenda Bouw antwoordt verantwoordelijk minister Blok voor Wonen en Rijksdienst (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) op 26 april 2013:

"Onder innovatie versta ik de invoering van nieuwe ideeën, goederen, diensten en processen in de bouw die moeten leiden tot een betere bediening van klanten, het

verduurzamen van bouwproductieketens, producten en diensten en het verminderen van faalkosten. Belangrijk daarbij is een betere samenwerking tussen bedrijfsleven,

(3)

daarbij uitgangspunt te zijn. Innovaties kunnen door het creëren van additioneel toegevoegde waarde ook een stimulans betekenen voor de economie. Opschaling en valorisatie van de verworven kennis naar en door de bedrijfstak als geheel is daarbij essentieel. De verantwoordelijkheid voor innovatie ligt primair bij de sector zelf". Met betrekking tot het formuleren van een concrete doelstelling als het gaat om het terugdringen van faalkosten, schrijft de minister:

"Er bestaan diverse definities van het begrip faalkosten. In zijn algemeenheid betreffen faalkosten zaken die in de voorbereiding van bouwwerken of in de bouw zelf misgaan en later moeten worden hersteld. Het kan ook om het niet halen van de planning gaan. Ik ben van mening dat het terugdringen van faalkosten primair een zaak is van de bouw zelf. Mijn ambitie ligt vooral in het uitdagen en stimuleren van de bouwsector om tot een betere, meer op de vraag afgestemde bouwkwaliteit te komen, waarmee uiteindelijk ook de faalkosten kunnen dalen".

Op de vraag van de Kamerleden over de stand van zaken bij het actiepunt Innovatie antwoordt de minister:

"De uitvoering van de actie, gericht op de ontwikkeling van een ‘Routekaart Innovatie' is nog niet gestart omdat de formatie van een Actieteam dat hiermee aan de slag gaat nog niet is afgerond. Inmiddels heeft de heer Van den Berg (voorzitter College van Bestuur TU Delft) zich bereid verklaard als ‘trekker’ van het Actieteam ‘Innovatie’ op te treden. Ook dit Actieteam kan hiermee op korte termijn van start gaan".

Met betrekking tot het afnemend veld van de adviezen van het Bouwteam zegt de minister nog het volgende:

"In het advies van het Bouwteam is aangegeven dat het primaire aangrijpingspunt voor de noodzakelijke vernieuwing van de woning- en utiliteitsbouw sector ligt in nieuw ondernemerschap. Daarom ligt het voortouw bij de uitvoering van de Actieagenda Bouw bij ondernemers (ondersteund door hun brancheorganisaties). Van overheden

(gemeenten, provincies, Rijk), maar ook van kennisinstellingen en financiers, wordt verwacht dat ze de juiste condities creëren voor het nieuwe ondernemerschap".

Volgende fase

En daarmee is de volgende fase ingegaan voor het Actieteam Innovatie. De zoektocht naar leden, zowel binnen als buiten de bouwbranche, die in staat zijn om aan de hand van een kritische, creatieve, intelligente en out-of-the-box attitude gezamenlijk voor de middellange termijn de 'Routekaart Innovatie' voor de bouwsector te schetsen. Van belang hierbij is de vertegenwoordiging van het afnemend veld, al dan niet via

(4)

Voorgestelde aanpak routekaart innovatie

Achtergrond in de literatuur

Zoals gezegd, de doelstelling van het actieteam innovatie is de versterking van het innovatieve vermogen van de woning- en utiliteitsbouw in Nederland; het traceren en aangeven van drivers voor innovatie.

In de literatuur is reeds veel bekend over drivers voor innovatie. Er zijn “innovatie scholen” die wijzen op het belang een aanpak te kiezen die vooral vanuit de bedrijven zelf moet komen (intrinsieke motivatie om te veranderen). Een belangrijke andere school, waarover ook veel internationaal gepubliceerd is, wijst op het bestaan van externe drivers voor verandering en innovatie. Voorbeelden hiervan zijn modellen van Porter (Porter, 1990) en Ansoff (Ansoff, 1990). Een belangrijke conclusie van hun werk is dat de omgeving waarin bedrijven werkzaam zijn erg veel invloed heeft op de innovatiekracht. Onderzoek bevestigt dat beide typen (interne en externe drivers) ook in de bouw herkenbaar zijn (Gann & Salter 2000, Wamelink & Pries, 2007 en Bossink, 2004) (zie bijlage 1). Voorbeelden van drivers of enablers die in de literatuur genoemd worden zijn:

- Publieke opdrachtgevers die bijzondere (innovatieve eisen) aan de markt stellen - Overheids stimuleringsprogramma’s

- Creeeren van innovatie netwerken - Opleidingen

- Alliantievorming

- Stimuleren technologische ontwikkelingen bij toeleveranciers - etc.

Consequenties voor aanpak

Gebaseerd op de conclusies uit de genoemde literatuur is het voorstel om bij het opstellen van de routekaart innovatie te erkennen dat deze drivers voor innovatie bestaan en te zoeken naar mogelijkheden deze drivers te versterken, te activeren en te operationaliseren door middel van concrete acties in de markt. M.a.w. het gaat om het zoeken naar enablers voor innovatie (uitmondend in concrete acties in de markt). Concreet worden de volgende stappen voorgesteld:

1. Opstellen definitief projectplan op basis van deze notitie

2. Eerste bijeenkomst actieteam innovatie: bespreking projectplan en taakverdeling eerste periode

(5)

3. Beschrijving van innovatie drivers uit de bestaande literatuur, waarbij tevens drivers gegroepeerd worden naar mate van invloed (prioriteit om mee aan de slag te gaan) en beïnvloedbaarheid -> classificatie van drivers

4. Tweede bijeenkomst actieteam: bespreking classificatie van drivers en brainstorm over mogelijke beïnvloeding en acties in de praktijk

5. Op basis van tweede brainstorm: bedenken van ideeën en suggesties om drivers in de praktijk te versterken/activeren

6. Opstellen van acties die de geselecteerde drivers daadwerkelijk activeren;

vaststellen welke stakeholders deze acties kunnen adopteren. Denk hierbij zowel aan publieke als private partijen

7. Derde bijeenkomst actieteam: bespreken acties en stakeholders die acties kunnen adopteren; voorstel selectie acties die in routekaart worden opgenomen

8. Benadering stakeholders en opstellen van suggesties voor concrete projecten e.d. 9. Opstellen concept eindrapportage, inclusief voorstellen voor mogelijke en/of

wenselijke vervolgacties.

10. Vierde bijeenkomst: bespreking

Daarnaast zal doorlopend verslag gedaan worden van de voortgang en na de vierde bijeenkomst zal eindrapport gemaakt worden.

(6)

Samenstelling actieteam

Bij de samenstelling van het team is het aan te bevelen een mix van

wetenschappers/praktijkmensen en denkers/doeners te maken. Het is ook belangrijk te onderkennen dat verandering en innovatie een kans, maar tegelijkertijd ook een bedreiging voor bestaande organisaties kunnen zijn. Echte veranderingen en innovatie leiden per definitie tot andere verhoudingen in de waardeketen. Uit de praktijk zullen dus vooral mensen geselecteerd moeten worden die innovatie als kans beschouwen. Tenslotte is het aan te bevelen verbindingen te zoeken met andere initiatieven.

Voorstel voor de samenstelling:

Dirk Jan van de Berg Voorzitter College van bestuur TU Delft.

Hans Wamelink Chair of Design & Construction Management, TU Delft, Architecture. Directeur Centre for Process Innovation in Building & Construction.

Jos Lichtenberg Chair of Product Development in the building industry, TU Eindhoven, Architecture.

Bart Bossink Chair Technology & Innovation, VU Amsterdam

Margriet Drijver Voormalig bestuurder ComWonen (verbinding met team opdrachtgeverschap)

Peter Fraanje Directeur NVTB

???? Bouwer

Willem Hein Schenk Architect Taco van Hoek Directeur EIB

Jim Schuijt Opdrachtgever

Rudi Stroyink

/Coen van Oostrom Ontwikkelaar Uitvoerend team

Rob Geraedts (CPI), Maurice van Rooijen (Movares), Annoesjka Nienhuis (verbinding met Bouwcampus).

(7)

Concept begroting Actieteam Innovatie

overig

ondersteuning CPI

1. Opstellen definitief projectplan op basis van deze

notitie 16 16 4.480,00

2. Eerste bijeenkomst actieteam innovatie:

bespreking projectplan en taakverdeling eerste periode

0 32 4.480,00

3. Beschrijving van innovatie drivers uit de

bestaande literatuur, waarbij tevens geprobeerd wordt drivers te groeperen naar mate van invloed (prioriteit om mee aan de slag te gaan) en beïnvloedbaarheid ->

classificatie van drivers 32 32 8.960,00 4. Tweede bijeenkomst actieteam: bespreking

classificatie van drivers en brainstorm over mogelijke

beïnvloeding en acties in de praktijk 0 32 4.480,00 5. Op basis van tweede brainstorm: bedenken van

ideeën en suggesties om drivers in de praktijk te

versterken/activeren 32 32 8.960,00

6. Opstellen van acties die de geselecteerde drivers daadwerkelijk activeren; vaststellen welke

stakeholders deze acties kunnen adopteren. Denk

hierbij zowel aan publieke als private partijen 16 16 4.480,00 7. Derde bijeenkomst actieteam: bespreken acties

en stakeholders die acties kunnen adopteren; voorstel selectie acties die in routekaart worden opgenomen

0 32 4.480,00

8. Benadering stakeholders en opstellen van

suggesties voor concrete projecten e.d. 32 32 8.960,00 9. Opstellen concept eindrapportage, inclusief

voorstellen voor mogelijke en/of wenselijke

vervolgacties. 16 32 6.720,00

10. Vierde bijeenkomst: bespreking 32

6. Eindrapportage/advies 32 72 14.560,00

7. Onkostenvergoeding teamleden die alleen aan

vergaderingen deelnemen 20.000,00

Totale kosten (excl.btw): 90.560,00

Uren

(8)

Literatuur

Ansoff, H.I. and E.J. McDonnel, Implanting strategic management, Prentice Hall, New York, 1990.

Bossink, B.A.G., Managing Drivers of Innovation in Construction Networks, Journal of Construction Engineering and Management, 337-345, ASCE, may/june 2004

Gann, D.M., Salter, A.J., Innovation in project-based, service-enhanced firms: the construction of complex products and systems, in: Research Policy 29 (2000) 955-972, Elsevier Science b.v.

Rogers, E.M., Diffusion of innovations, The Free Press, 1983

Porter, M.E., The competitive advantage of nations, Free Press, New York, 1990 Wamelink, J.W.F., Inspireren, integreren en innoveren, Inaugural Lecture TUDelft, 29 November 2006, TU Delft

Wamelink, J.W.F., Pries, F. , Innovating the Dutch construction industry: How to change?, Second International Conference World of Construction Project Management 2007, TU Delft

Whyte, J., & Sexton, M. (2011). Motivations for innovation in the built environment: new directions for research. Building Research & Information, 39(5), 473-482.

(9)

Bijlage 1: Voorbeelden modellen van innovation drivers in de literatuur (bouw) Gann (zie onderstaande figuur) heeft onderzocht welke drivers en barrières er voor innovatie in de bouw bestaan. Hij richt zij daarbij met name op de omgevingsfactoren die projectmatig werkende bedrijven beïnvloeden.

Aan de hand van een raamwerk schetst hij de actoren die een rol spelen of kunnen spelen bij innovatie in de projectmatig werkende bouwsector. Historisch gezien hebben voornamelijk toeleveranciers (links in de figuur) invloed op de mate van innovatie in de bouw. De toepassing van nieuwe materialen en halffabricaten leidt tot andere ontwerpen. Deze invloeden gaan verder dan ontwerpen, maar hebben ook invloed op het proces. Een voorbeeld hiervan is de toepassing van prefab beton. Dit heeft geleid tot een versnelling van het bouwproces op de bouwplaats. Wetenschap en andere kennisinstituten hebben volgens Gann of rechtstreeks of via gebruikers en toeleveranciers invloed op de projectmatig werkende bedrijven. Daarnaast kunnen opdrachtgevers en eindgebruikers veel invloed hebben op de mate van innovatie. De wijze waarop opdrachtgevers hun vraag aan de markt stellen heeft invloed op de opstelling waarmee de aanbiedende partijen reageren, zowel met het product als met het proces. Opdrachtgevers die sneller of goedkoper willen bouwen geven ook een bepaalde innovatiedruk op de branche. Life-cycle performance, duurzaamheid en de vraag om flexibiliteit vraagt om andere toekomstgerichte aanbiedingen met een andere kwaliteit/prijsverhouding.

Bossink heeft op basis van bestaande literatuur een classificatie gemaakt, waarbij drivers opgedeeld worden in vier groepen: environmental pressure , technological capability, knowledge exchange en boundary spanning. Vervolgens onderscheidt hij drie verschillende sturingsniveaus waarop actie ondernomen kan worden om

(10)

innovatie te bereiken (zie figuur). In verschillende casestudies heeft hij de relatie tussen het bestaan van drivers en actie aangetoond.

Cytaty

Powiązane dokumenty

C’est la communauté dans la souffrance que, après les Mais… de Zadig, le moi lyrique de Voltaire professe dans le Poème sur le désastre de Lisbonne : « Je respecte

(INSTYTUT NAUK HISTORYCZNYCH UKSW, 18.XI. 2013) Pierwsza z cyklu konferencji „W kręgu cywilizacji śródziemnomorskiej” poświecona za- gadnieniu religii w świecie

Czy cena akcji jest związana z wewnętrzną wartością spółki akcyjnej i tym samym, czy istnieją podstawy do przyjęcia bądź odrzucenia hipotezy o półsilnej efektywności

Zowel op het strate- gische niveau (het nemen van beslissingen over lange termijn investeringen) als op het directe uitvoerende niveau dienen het technische, financiële

Hieronder worden bedrijven aangehaald die hun supply chain (van strategie, via marketing, de vorm van organisatie en keuzen in de logistiek) anders hebben ingericht die

krótko rozw ażano także budow ę m ostu pontonow ego, który miał doraźnie rozwiązać problemy komunikacyjne miasta w okre­ sie spodziewanego zam knięcia jezdni mostu

Do spopularyzowania polskiego pisarstw a dla dzieci i młodzieży obok prasy (liczne recenzje) przyczyniły się roczniki Austriackiego K lubu Książki Młodzieżowej

31 H.. 150 Zagadnienia znalezisk prowincjonalnorzym skiej.... Odkrycia- interpretacje-hipotezy, red. 4) słusznie wskazuje na konieczność traktowania jako jedno