• Nie Znaleziono Wyników

Onderzoek naar de veiligheid van de boezemkade van de voormalige Kerkpolder

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Onderzoek naar de veiligheid van de boezemkade van de voormalige Kerkpolder"

Copied!
81
0
0

Pełen tekst

(1)

Onderzoek naar de veiligheid

van

de

boezemkade van

de

voor-

mal

ige

Kerkpol der

A-77,027

(2)

Blz.

I n

houd

-

1.

Inleiding

1

2 .

Beschrijving van de polder, de boezem en de kade

2.1.

De polder

2

2.1.1.

Ligging

2

2 . 1 . 2 . Oppervlakte en pei 1 en

2.1.3. Inwoners en economische belangen

2

2.1.4.

Gevolgen van een doorbraak

2.2.

De

boezem

3

2.2.1. Oppervlakte, peilen en maatgevende boezemstand

2 . 2 . 2 .

Moge7ijkheden

t o t

compartimentering

3

2.2.3. Daling van de boezem b i j een doorbraak

2

2

2

3

4

2.2.4.

Gevolgen

voor

de scheepvaart en de waterhuishouding

b i j een doorbraak

5

2.3. De kade

5

5

2.3.1. De lengte van de kade

2.3.2. Beschrijving

van

het profiel aan de hand van de

gemeten dwarsprofiel en

5

2.3.3. Beschrijving

van

de kade

2.3.4.

Vreemde objecten

9

2.3.5. Onderhoud van de kade

10

7

3. Geschi edeni s

11

4.

Beoordeling van de veiligheid van de gehele kade

1 2

(3)

Bijlagenlijst Kerkpolder

A-77.027

Bijlage nr.

1

Omschrijving

Situatie en representativiteit

van

de dwars-

profiel en.

Dwarsprofielen

1

en

2

Dwarsprofielen

3

en 4

Dwarsprofiel 5

Foto

1

en

2

Foto

3

en

4

Foto

5

en

6

Foto

7

en

8

Rapport

LGM

CO-240171

Tek

.

nr.

A4/77.414 2Z/77.367 2Z/77.368 22/77.369 A4/77.109 A4/77.110 A4/77.111 A4177.112

(4)

- 1 -

1.

Inleiding

I n

het kader van het systematisch kade-onderzoek i s een onder-

zoek ingesteld naar de veiligheid

van de boezemkade van de

voomal

i

ge Kerkpol der.

De Kerkpolder maakt sinds

1971

deel

u i t

van de polder Vocke-

s t a a r t . Deze polder behoort

t o t het Hoogheemraadschap van

Delfland en l i g t

i n

de provincie Zuid-Holland.

De kade beschermt een n i e t diepliggend voornamel

i j k

agrarisch

gebied met langs de Gaag en in het zuidwestelijke deel van de

pol der eni ge bebouwing.

Het onderzoek i s uitgevoerd

i n

de kade langs de Gaag tussen

Schipluiden en Den

Hoorn.

Er i s een verkenning

u i

tgevoerd, waarbij ondemeer dwarsprofielen

z i j n gemeten, de bestaande geologische en bodemkundige gegevens

z i j n

geanalyseerd en gegevens omtrent het onderhoud en gedrag

van de kade werden verzameld.

tiet grondmechani sch onderzoek en de rapportering hierover i s

verricht door het Laboratori

um voor

Grondmechani ca

( L G M )

.

Er

i s ook gebruik gemaakt

van gegevens die de Technische

Dienst van het Hoogheemraadschap van Delfland beschikbaar heeft

gesteld.

(5)

- 2 -

2.

Beschrijving

van

de polder, de boezem en de kade

2 . 1 .

De polder.

2.1.1. L i g g i n g .

De voormalige Kerkpolder behoort

t o t

het Hoogheemraadschap

v a n

Delfland en l i g t tussen Delft en Schipluiden. I n het oosten

grenst de polder aan de voormalige Lage Abtwoudsche polder, in

het zuiden aan de voormalige Zouteveensche polder.

I n

het

westen heeft de polder haar enige boezemwater kerende kade

,

gelegen langs de Gaag. Met de twee bovengenoemde polders

behoort de voormal i ge Kerkpol der

t o t

de pol der Vockestaart

.

2.1.2.

Oppervlakte

en

peilen,

De voormalige Kerkpolder heeft een waterstaatkundige opper-

vlakte van circa

245

ha waarvan

170

ha

rechtstreeks en circa

75 ha i n d i r e c t worden bemalen.

Het zomerpeil

i s

NAP

-

2 , 7

m

en het winterpeil

i s

NAP

-

3

m.

De maaiveldhoogte v a r i e e r t

van

NAP

-

1

m

i n

het noorden nabij

Den

Hoorn t o t

NAP

-

2,5

m

i n

het zuidoosten.

2.1.3.

Inwoners en economische belangen.

In de Kerkpol der wordt

t u i n b o u w

en veeteel t bedreven Bebouwing

i s

alleen langs de Gaag en

i n

het zuidwestelijke deel aanwezig.

Deze l a a t s t e bebouwing behoort

t o t

de bebouwing van Schi

p l

uiden.

De enige wegen in de polder

z i j n

de Zouteveense weg, welke de

grens vormt

tussen de voormalige Kerkpolder en de voormalige

Zouteveensche polder en de tramkade,

waarop

thans een weg i s

gelegen langs de Gaag. Deze l a a t s t e weg i s n i e t overal toe-

gankelijk voor gemotoriseerd verkeer.

2.1.4.

Gevolgen van een doorbraak.

Bij een eventuele doorbraak van de kade langs de Gaag zal n i e t

alleen de voormalige Kerkpolder inunderen doch de gehele polder

Vockestaart. De inundatiehoogte

van

de voormalige Kerkpolder

zal

i n

het laagst liggende deel

0,5

m

z i j n . Dit

komt

omdat de

beide tussenkaden t e weten

de

Zuidkade en de Tanthofkade

op

een

hoogte liggen

van

respectievelijk

NAP

-

1,9

m

en

NAP

-

2

m ,

De

(6)

- 3 -

o v e r l a s t i n de andere p o l d e r s z a l e c h t e r veel g r o t e r z i j n . ( I n u n - d a t i e h o o g t e c i r c a 0,7 à 0,9 m ) .

B i j deze berekening z i j n de volgende aannamen gedaan:

-

De p o l der Vockestaart h e e f t een gemiddeld maaiveldhoogte van

NAP

-

2,6

m.

-

Geen r e k e n i n g i s gehouden met de s l o o t b e r g i n g .

-

De boezem n i e t i s gecompartimenteerd.

-

De o p p e r v l a k t e van de boezem 670 ha i s b i j een boezemstand van NAP

-

0,4 m.

Na een doorbraak van de kade z a l , wanneer met bovenstaande i n u n d a t i e h o o g t e rekening gehouden wordt, g r o t e schade o n t - s t a a n aan de tuinbouw, v e e t e e l t , aan de bebouwing en z e l f s

i n

h e t zuiden van de p o l d e r Vockestaart z a l m o g e l i j k , gevaar voor de b e v o l k i n g aanwezig z i j n .

2.2. De boezem.

2.2.1. Oppervlakte, p e i l e n en maatgevende boezemstand.

De Gaag, h e t boezemwater waarlangs de waterkerende kade van de Kerkpolder l i g t , b e h o o r t t o t D e l f l a n d s boezem. Deze boezem h e e f t een o p p e r v l a k t e van 670 ha b i j een boezemstand van NAP

-

0,4

m.

Meteorologische omstandigheden kunnen h e t p e i 1 doen oplopen. I n h e t r a p p o r t van h e t Centrum "Systematisch kadeonderzoek 1972", i s een beschouwing gegeven o v e r h e t voorkomen van een maatgevende boezemstand

op

D e l f l a n d s boezem. H i e r v o o r wordt een s t a n d van NAP

-

0,15 m aangehouden.

2,2,2, Mogelijkheden t o t compartimentering,

Na een eventuele doorbraak van de kade l a n g s de Gaag kan, a l s d i t i n h e t kadegedeelte vanaf de Hodenpi j l s e brug t o t Den Hoorn ge- b e u r t , met d r i e k e r i ngen de boezem gecompartimenteerd worden. Deze d r i e k e r i n g e n z i j n :

(7)

- 4 -

-

No.

10 De boezemscheiding

i n

de Buitenwatersloot, gelegen i n

de gemeente Delft.

-

No. 11 De boezemscheiding aan de

K n u i t s b r u g ,

gelegen in de

gemeente Schi pl ui den.

-

En

de nieuwe boezemscheiding i n de Gaag, nabij de Hoden-

p i j l s e

brug.

Na

een eventuele doorbraak van de

kade

langs de Gaag in het

andere gedeel t e , vanaf de "Hodenpi j l se brug"

t o t

de bebouwde

kom

van

Schipluiden i s

het

noodzakelijk indien

t o t

comparti-

mentering

overgegaan

wordt

een d r i e t a l keri ngen

t e

s l u i t e n .

De keringen z i j n :

-

De nieuwe boezemscheiding in de Gaag, nabij de Hodenpi j l se

brug.

-

No.

13 De boezemscheiding aan de Korpershoekbrug, gelegen

in de gemeente Schipluiden.

-

De boezemscheiding in het Nieuwe Water.

Hieruit v a l t af t e leiden dat wanneer i n het kadegedeelte ten

noorden

van

de

boezemscheiding in de Gaag een kadedoorbraak

plaatsvindt

en

de boezemscheidi ngen ti j d i g gesl oten zull en

worden, dan weinig schade in de polder zal ontstaan. Dit i s

echter

n i e t

het geval b i j het z u id el ij ke kadegedeelte.

2.2.3.

Daling van de boezem b i j een doorbraak.

Wanneer de boezemschei dingen n i e t gesl oten worden

,

zal de

boezemdaling c ir ca

1,7 m

z i j n .

H i e r b i j

i s e r dan wei van

uitgegaan da t dan ook de gehele polder Vockestaart zal inun-

deren, vanwege de lage tussenkaden tussen de verschillende

polders in de polder Vockestaart.

Indien een doorbraak van de kade plaatsvindt in het kadegedeelte

ten noorden van de boezemscheiding in de Gaag, zal b i j gesl oten

boezemkeringen een betrekkelijk klein deel van de boezem, zover

d i t mogelijk i s , in de polder leeglopen.

Indien onder dezelfde omstandigheden een doorbraak van de kade

ten zuiden

van

de boezemscheiding i n de Gaag plaatsvindt, zal

(8)

- 5 -

de boezemdal

i n g i n

d i t gecompartimenteerde gedeel t e groter z i j n

dan 1 , 7

m .

2.2.4.

Gevolgen

voor

de scheepvaart en de waterhuishouding b i j een

doorbraak.

Bij

een doorbraak van de boezemkade z a l , indien n i e t t o t

compartimentering overgegaan i

s

de scheepvaart gestremd

worden.

Indien na een doorbraak wel de nodige keringen gesloten worden,

zal

ook

i n

de gecompartimenteerde boezemgebieden scheepvaart

verkeer geheel onmogel i j k worden. Tevens wordt de waterhui s-

houding

in deze gecompartimenteerde gebieden e r n s t i g verstoord.

In

geval er geen compartimentering van Delflands boezem plaats-

vindt zal de verwachte boezemdaling van circa

1 , 7

m

e r voor

zorgen dat een

g r o o t

aantal polders moeili jkheden

k r i j g t

met

het inlaten van water. Indien e r wel t o t compartimentering i s

overgegaan zullen voor a l l e polders gelegen aan de betrokken

wateren moei1 i jkheden ontstaan ten aanzien van het inlaten

van

water alsmede het uitslaan

van

water op het afgesloten boezem-

gedeel t e .

2.3.

De kade.

2.3.1. De lengte van de kade.

De

kade langs de Gaag heeft een lengte van circa 2 , 5

km.

De overige

kaden z i j n tussenkaden met een t o t a l e lengte van circa 5

km.

2.3.2. Beschrijving van het profiel aan de

hand

van de gemeten dwars-

profielen.

Alle hierna omschreven dwarsprofielen z i j n gemeten over de kade

langs de Gaag en z i j n representatief voor de op bijlage

1

aan-

gegeven trajecten.

Dwarsprofiel

1,

bijlage 2 , heeft een

0,9

m

brede kruin o p

NAP

-

0,02

m.

Over de volle kruinbreedte l i g t een puinpad.

Het buitentalud en het onderwaterbeloop waar veel

p u i n

in

Voorkomt, hebben een helling

van

respectievelijk

1:l

en

1:2,5.

Het binnentalud met een helling van 1:1,5, heeft d i r e c t aan

de teen een

1 , 4

m

brede teensloot. Het d i r e c t hierop aan-

(9)

- 6 -

sluitend achterland l i g t op c irc a

NAP

-

1,75

m.

Op de kruin

van

dwarsprofiel 2,bijlage

2

l i g t

een

tuimelkade.

De kruin heeft een breedte

van

ongeveer

3,O

m

en een hoogte

van

NAP t

0,15

m.

Het geasfalteerde fietspad met een breedte

van

ongeveer 4,5

m

l i g t ongeveer 2

m

u i t

de binnenkruinli

j n

polderwaarts op

NAP

-

0,22

m .

Het buitentalud, met t e r hoogte van de waterlijn een puinbe-

s t o r t i n g , heeft een helling van ongeveer 1:1, het hierop aan-

sluitende onderwaterbeloop heeft een helling van 1:1,5. Het

bolle binnentalud heeft een helling van 1 : 1 , 5 met ongeveer

10,5

m

u i t de binnenkruinlijn een

1,9

m

brede en ci r ca 0,55

m

diepe teensloot.

Dwarsprofiel 3 , bijlage 3, gemeten over het groene kadegedeel t e ,

heeft een ongeveer 1,5

m

brede kruin

op

NAP t

0,13

m.

Het binnentalud heeft een helling van

1:2

met ongeveer

4

m

u i t

de binnenkruinlijn een c irc a 4,3

m

brede asfaltweg.

Het b u i tental ud dat verdedigd

wordt

door

een houten beschoeiing

heeft een helling van 1:l.

Op

de kruin van dwarsprofiel

4,

b i j l a g e 3 l i g t evenals b i j dwars-

profiel 2

een

tuimelkade. De kruin heeft h i e r een breedte

van

ongeveer

0,8

m

en een hoogte van

NAP

+

0,225

m.

De 3

m

brede asfaltweg l i g t ongeveer 1 , 3

m

u i t

de binnenkruinlijn,

pol derwaarts

o p

NAP.

Het binnentalud heeft een helling van 1:1,5 met ongeveer 9

m

u i t

de binnenkruinlijn een

2 , 3

m

brede s l o o t .

Het achterland t e r plaatse

van

dwarsprofiel

4

l i g t

op

NAP

-

1,l

m .

Het buitentalud d a t met grof p u i n bestort i s , heeft een helling

van

1:2,

Dwarsprofiel 5, bijl a g e 5,gemeten over de kade nabij Den

Hoorn,

heeft een 1 , 5

m

brede

k r u i n

waarop een even

zo

breed puinpad

l i g t .

De hoogte van de kruin l i g t

op

NAP

-

0,04

m .

Het binnentalud waar veel puin in

voorkomt,

heeft een helling

van

ongeveer 1

:

2.

De teensloot welke d i r e c t aan de teen

1

i g t ,

heeft een breedte van

(10)

- 7 -

Het b u i t e n t a l u d wordt verdedigd met p u i n en h e e f t een h e l l i n g van 1:2.

B i j a l l e d w a r s p r o f i e l e n r e i k t de bodem de boezem t o t een d i e p t e van ongeveer NAP

-

2,5 m.

2 . 3 . 3 . B e s c h r i j v i n g van de kade.

I n de kade l a n g s de Gaag, vanaf de brug b i j de P . K. k e r k i n S c h i p l u i d e n t o t aan h e t gemaal, waarvoor i n g r o t e l i j n e n d w a r s p r o f i e l 1 r e p r e s e n t a t i e f g e s t e l d kan worden, staan veel bomen, onderbroken door bebouwing, i n h e t b i n n e n t a l u d .

Ook komt zowel i n h e t binnen- a l s b u i t e n t a l u d veel p u i n voor. De oeverbescherming langs de Gaag b e s t a a t voor een g r o o t deel u i t een p u i n b e s t o r t i n g

,

p l a a t s e 1 i j k z i j n b i j d i t kadegedeel t e nog r e s t a n t e n van een azobé mat t e z i e n ( f o t o 1).

Op de kade l i g t een c i r c a

1

m

breed puinpad ( f i e t s p a d ) . D i r e c t aan de teen van de kade l i g t een t e e n s l o o t , h e t h i e r o p aan- s l u i t e n d e w e i l a n d l i g t op een hoogte van NAP

-

1,75 m. Over h e t ongeveer 100

m

lange kadegedeel t e voor h e t gemaal, veranderd h e t f i e t s p a d i n een karrespoor.

Voor

h e t kadegedeel t e na h e t gemaal t o t 200 m voor h e t zandlichaam van de toekomstige RW 19, i s d w a r s p r o f i e l

2

r e p r e s e n t a t i e f ge- s t e l d.

D i t kadegedeelte maakte vroeger deel u i t van een trambaan; thans l i g t op deze trambaan een

4

m brede asfaltweg. Deze a s f a l t w e g l i g t ongeveer

0,35

m l a g e r dan de k r u i n van de kade.

Het b u i t e n t a l u d d a t ook h i e r door een azobé mat verdedigd wordt, v e r k e e r t i n een v r i j s l e c h t e s t a a t .

Het b i n n e n t a l u d h e e f t een h e l l i n g van c i r c a

1:1,5

met aan de teen een 2 m brede t e e n s l o o t .

H e t a c h t e r l a n d d a t op een hoogte l i g t van ongeveer

NAP

-

2 m i s v o o r n a m e l i j k w e i l a n d d a t p l a a t s e l i j k bebouwd i s met kassen en h u i z e n ( f o t o

2

en 3 ) .

De grasmat aan de boezemzijde van de asfaltweg en van h e t binnen- t a l u d v e r k e e r t i n een m a t i g e t o t s l e c h t e s t a a t .

B i j h e t kadegedeelte a a n s l u i t e n d op h e t voorgaande t o t c i r c a 30 m voor de boezemscheiding i n de Gaag, 1 i g t de a s f a l tweg aan de t e e n van de kade op een hoogte van

NAP

-

0,8

m.

(11)

- 8 -

k a n

worden, kwelt o p veel plaatsen aan de teen ( f o t o

4 ) .

De teensloot i s hier p l a a t s e l i j k onderbroken en het achterland

l i g t ,

door

het zandlichaam van de toekomstige RW

19,

v r i j

hoog

( c i r c a

NAP

-

1,l

m ) .

Ook

hier l a a t de oeverbescherming t e wensen over. De grasmat

o p d i t kadegedeelte verkeert in een matige

t o t

goede s t a a t .

Bij het kadegedeelte

t o t

de boezemscheiding, l i g t de

3

t o t

4

m

brede asfaltweg weer op de k r u i n

van

de kade.

Voor

de kade l i g t een

1

t o t

4

m

breed omkaad boezemland.

Voor

een overzicht

van

de boezemscheiding

i n

de Gaag wordt

verwezen naar

f o t o

5.

Het kadegedeelte

v o o r b i j

de boezemscheiding, waarvoor

i n

grote

l i j n e n dwarsprofiel 4 representatief gesteld i s , heeft een

lengte van ongeveer

800

m.

De tuimelkade heeft een circa

0,8

m

brede k r u i n met daarachter op een hoogte van

NAP,

een

3

m

kade

asfal tweg ( f i e t s p a d ) .

Het binnentalud

heeft

over de eerste 200

m

kade een helling van

1:3

met op ongeveer 10

m

u i t de teen een sloot.

De overige

600

m

kade,

i n

het binnentalud staan p l a a t s e l i j k

wilgen, heeft een taludhelling van 1:1,5 met d i r e c t aan de teen

een teensloot.

I n het buitentalud met een helling

van

1:2,5

komen ook p l a a t s e l i j k bomen en struiken

voor

(foto

6 ) .

De oeverbescherming verkeert

i

n

di

t

kadegedeel t e

i n

een rede1 i j

ke

s t a a t .

De l a a t s t e 200

m

boezemkade langs de Gaag,

waarvoor

dwarsprofiel

5

min of meer representatief gesteld

kan worden, heeft een 1,5

m

breed puinpad

op

de kruin ( f o t o 7 ) .

Het buitentalud met een helling van

1 : 2

is

met

p u i n

bestort.

Voor

de kade liggen diverse boten (foto

8 ) .

Tot

de bebouwing heeft het binnentalud waar veel puin in

voorkomt

een helling van 1:1,5 met d i r e c t

aan

de teen een circa 2

m

brede

s l o o t , Het achterland

l i g t op

ongeveer

NAP

-

1

m.

De grasmat verkeert

zowel

b i j het binnentalud a l s het buitentalud

i n

een slechte s t a a t . De begroeiing bestaat hoofdzakelijk

u i t

o n k r u i d

en wilde rabarber.

Bij

Den

Hoorn

staan in het binnentalud huizen,in het buitentalud

komen diverse boompjes

voor.

(12)

- 9 -

Langs de gehele kade

z i j n

op- en a f r i t t e n aanwezig, soms middels

een

brug

of duiker over de teensloot heen. Plaatse1 i j k

ontbreekt

de teensloot.

2.3.4. Vreemde objecten.

Tijdens de visuele verkenning van de polder z i j n e r diverse

kruisende leidingen geconstateerd. Het Hoogheemraadschap

van Delfland heeft gegevens v e rstre k t met betrekking t o t de

ligging van

gas-

en waterleidingen en waterinlaten in de kade

langs de Gaag.

In

het

kadegedeel t e waarvoor dwarsprofiel 7 representatief

i s gesteld,

kruist

een drinkwatertransportleiding en een

aardgastransportl e i di

ng

de boezem en de kade.

I n

lengterichting van de kade l i g t vanaf Schipluiden

t o t

Den

Hoorn

een PTT telefoonkabel. Nabij dwarsprofiel 1 i s een waterinlaat

in de kade aanwezig.

Voorbij het gemaal krui sen twee el e c t r i ci t e i tskabel

s

de boezem

en de kade, 6én van de gemeente Schipluiden, de ander i s van

het e l e c t r i c i t e i t s b e d r i j f Delfland. Ook bevinden zich twee

boezemwaterinlaten in de kade nabij het gemaal.

I n

het kadegedeel t e waarvoor dwarsprofiel 2 representatief i s

gesteld, l i g t van het gemaal t o t c i r ca 150 m voorbij "Hodenpijl",

hal verwege het b i nnental ud een el e c t r i ci t e i tskabel

.

Circa

20û

m

voorbij de Schout Jansbrug k r ui st een aardgastrans-

port1 ei d i ng

van

de Neder1 andse Gasuni e de boezem.

Bij de nabij "Hodenpi j l

'I

gelegen b r u g k r u i s t een aardgastrans-

portleiding en een e l e c t r i c i t e i t s l e i d i n g de boezem. Ook z i j n in

d i t kadegedeel t e diverse waterinl aten aanwezig.

Hal verwege het kadegedeel t e waarvoor dwarsprof i el 3 represen-

t a t i e f i s gesteld,

komt

t e r plaatse van het omkaad boezemland

i n

de oude trambaan een waterinlaat voor. Voorbij de i n l a a t en

nog voor de boezemschei ding in de Gaag

kruist

een el e c t r i ci

tei

ts-

kabel en een

PTT

telefoonkabel de boezem en de kaden.

Ongeveer halverwege het kadegedeelte waarvoor dwarsprofiel

4

representatief

i s

gesteld k ru ist een aardgastransportleiding

van

de Nederlandse Gasunie de kade.

Vanaf de aardgastransportleiding l i g t over een afstand van ongeveer

150

m

een drinkwatertransportleiding i n het binnentalud.

(13)

-

10

-

B i j h e t l a a t s t e kadegedeelte vanaf d w a r s p r o f i e l

5

l i g t i n de b u i t e n k r u i n l

i

j n van de kaden een a a r d g a s t r a n s p o r t l e i d i n g . I n h e t bebouwde b i n n e n t a l ud b i j Den Hoorn bevinden z i c h twee w a t e r i n l a t e n i n de kaden.

Tussen d w a r s p r o f i e l 3 en

4

l i g t een v r i j nieuwe boezemscheiding i n de Gaag ( f o t o

5 ) .

Naast de boezemscheiding s t a a t een g e m a a l t j e met

2

e l e c t r i s c h e pompen met een c a p a c i t e i t van e l k 3,5

m

/min.

Het e l e c t r i sch gemaal i n Schi p l u i den h e e f t een e l e c t r o n o t o r met een vermogen van 40 pk, d i e een centrifugaalpomp met een c a p a c i t e i t van 30 m /min a a n d r i j f t .

3

3

Verder komt v o o r a l b i j Schi p l u i den veel bepl a n t i ng op h e t binnen- t a l u d voor.

2.3.5.

Onderhoud van de kade.

H e t onderhoud b e s t a a t v o o r n a m e l i j k u i t h e t j a a r l i j k s aanbrengen van h e r s t e l l i n g e n en k l e i n e v e r b e t e r i n g e n i n verband met de e i s e n van de keur.

(14)

-

11

-

3.

Geschiedenis

Van

de geschiedenis i s

van

de voormalige Kerkpolder

echter

niet

veel bekend.

Deze

polder

i s al

heel

vroeg

ontstaan en

i s sinds 1621 volgens

de

k a a r t

van

F1

ori

s

Bal

thasars

weini

g

meer

veranderd.

Toendertijd vormde de Tanthofkade, de zuidkade, de Zoute-

veense

weg

en

de

Gaag

ook a l de grenzen

van

de polder.

De

tram-

kade

die

na

1910 dienst deed

voor

de

stoomtram

van

Delft

naar

Maasland fungeert

n u

nog

alleen

a l s

onderdeel

van

de boezem-

waterkering langs de

Gaag.

De

bemaling

van

de voormalige Kerkpolder

vond

t o t

1880

p l a a t s

door

middel

van

een windmolen staande i e t s ten

noorden

van

Schipluiden

aan

de

Gaag

en

daarop

uitslaand.

I n

het zelfde

j a a r

werd

die windmolen vervangen

door

een stoom-

gemaal

.

In

1 9 7 1

werd

besloten

t o t

opheffing

van

de

Kerkpolder, de

Holierhoeksc- en Zouteveensche polder, de

Lage

Abtwoudsche

polder, en de polder Noord-Kethel, en

t o t

oprichting van

de

p o l d e r

Vockestaart.

Het

besluit

t r a d

op

1 januari 1971 in werking.

Op

1

januari 1977 i s het besluit

van

Provinciale Staten

van

Zuid-Holland d . d . 17 mei 1974

t o t

reorganisatie van

het

water-

schapsbestel binnen Del fland in werking getreden.

Dit besluit voorziet in de opheffing van a l l e binnen Delfland

gel

egen polders.

Het

Hoogheemraadschap i

s

t h a n s

verdeeld in zeven di s t r i cten

t e weten:

Haagse agglomeratie

I

West1 and-west

I 1

Westland-oost

I11

Vockestaart

IV

Del fland-noordoost

V

Del fland-zuidoost

VI

Rotterdamse agglomeratie

VI

I

Het peilgebied

van

de voormalige Kerkpolder l i g t in d i s t r i c t

IV

(Vockestaart)

.

(15)

-

12

-

4.

Beoordeling van de veiligheid van de gehele kade

Het Laboratorium voor Grondmechanica

(LGM)

heeft voor het be-

trokken gebied een geologisch lengteprofiel opgesteld.

Bij de keuze van

de

representatieve profielen

i s uitgegaan

van

d i t

geologisch lengteprofiel en de

door het

COW

uitgevoerde

visuele verkenning.

De geschiedenis

van

de kade bood weinig informatie die op de

prof

i el keuze

van

i nvl oed i s geweest.

Voor

wat b e t r e f t het geologisch lengteprofiel, de keuze van de

representatieve profielen; het uitgevoerde s t a b i l

i

t e i tsonderzoek

en de

u i

teindel

i

jke beoordel

i n g

van de gehele kade wordt ver-

wezen naar het

door

het

COW

en

LGM

opgestelde s t a b i l i t e i t s r a p p o r t .

Dit

rapport

i s a l s bijlage

9

bijgevoegd. Op

grond

van d i t

onderzoek kan het volgende worden gesteld:

-

De kadegedeelten gerepresentateert door de profielen

1

en 5

moeten

op

grond

van

de visuele verkenning en het in profiel

2

uitgevoerde stabiliteitsonderzoek a l s onveilig worden aan-

gemerkt

(minimum

evenwichtsfactor

1 , i ) .

-

Bij

profiel

2

toont het stabiliteitsonderzoek

a a n ,

d a t

het

binnentalud n i e t stabiel i s (minimum evenwichtsfactor

1 , l ) .

Hoewel een afschuiving

van

het binnentalud n i e t d i r e c t aan-

leiding

zal

geven

t o t

een doorbraak van

d i t

kadeprofiel

i s

het toch aan t e bevelen de nodige aandacht aan deze kade

t e schenken.

De kadegedeelten gerepresentateert door de profielen

3

en

4 ,

kunnen a l s veil

i g

aangemerkt worden (minimum evenwichtsfactor

1,4).

De aanwezig hei

d

van kabel s

,

1

e i

d i

ngen en vreemde objecten i s

n i e t i n de beschouwing over de veiligheid van de kaden betrokken.

De aanwezige kabels, leidingen en vreemde objecten dienen t e

worden g e t o e t s t aan de volgende leidraden van de Technische

Adviescommissie voor de Waterkeringen.

a. Leidraad voor constructie en beheer van gasleidingen

i n ,

en nabij waterkeringen.

b.

Leidraad voor constructie en beheer van vloeistofleidingen

i n ,

op en nabij waterkeringen.

c. Leidraad voor ontwerp, beheer en onderhoud van constructies

en vreemde objecten i n , op en nabij waterkeringen.

(16)

-

13

-

5. Samenvatting

Op 1 j a n u a r i 1971 i s t o t o p h e f f i n g van de Kerkpolder, de H o l i e r - hoekse- en Zouteveensche p o l d e r

,

de Lage Abtwoudsche p o l d e r en de p o l d e r Noord-Kethel overgegaan en i s de p o l d e r , de Vockestaart o p g e r i c h t .

De voormalige Kerkpolder gelegen tussen Den Hoorn en Schip- l u i d e n i n de p r o v i n c i e Zuid-Holland, h e e f t een w a t e r s t a a t - kundige o p p e r v l a k t e van 245 ha.

De p o l d e r wordt a l l e e n aan de noordwest z i j d e begrenst door boezemwater. I n h e t oosten g r e n s t de p o l d e r aan de Tanthof- kade,in h e t zuiden aan de zuidkade en i n h e t westen aan de Zouteveense weg.

De t o t a l e l e n g t e van de boezemkade langs de Gaag bedraagt ongeveer 2,5 km.

De boezem wordt beheerd door h e t Hoogheemraadschap van D e l f l and. B i j S c h i p l u i d e n en langs de Gaag s t a a t de meeste bebouwing. Het maaiveld i n de p o l d e r l i g t tussen NAP

-

1 m

en

NAP

-

2,5 m en b e s t a a t voor h e t g r o o t s t e deel u i t g r a s l a n d met b i j Den Hoorn, S c h i p l u i d e n en p l a a t s e l i j k langs de Gaag enige tuinbouw onder g l a s .

Vanaf S c h i p l u i d e n t o t aan h e t gemaal, v a r i e e r t de k r u i n b r e e d t e van de kade van Q,9

m

t o t 3 m. De h e l l i n g van h e t b i n n e n t a l u d l i g t gemiddeld op 1:1,5.

Op de k r u i n van de kade na h e t gemaal t o t 300 m voor de boezem- s c h e i d i n g i n de Gaag l i g t een tuimelkade met een 3 m brede k r u i n . Ongeveer 0,35 m beneden de k r u i n l i g t een 4,5 m brede a s f a l t w e g . Het b i n n e n t a l u d h e e f t een h e l l i n g van 1:1,5.

H e t kadegedeelte, a a n s l u i t e n d op h e t voorgaande t o t h e t zand- lichaam van de toekomstige

R A

19, met een l e n g t e van c i r c a

175 m

i s een groene kade.

B i j deze groene kade, met een k r u i n b r e e d t e

van

ongeveer 1,5

m

en een b i n n e n t a l u d van 1:2, l i g t aan de teen, waar p l a a t s e l i j k kwel i s geconstateerd, een

4

m brede a s f a l tweg.

N a b i j de boezemschei d i ng 1 i g t een k l e i n omkaad boezem1 and voor de kade.

Op de kade v o o r b i j de boezemscheiding

,

1 i g t over een l e n g t e van ongeveer 800 m

op

de k r u i n een tuimelkade met een k r u i n b r e e d t e van 0,8

m.

(17)

-

14

-

ongeveer

0,25

m

lager dan de k r u i n . Het binnentalud heeft over

de

e e r s t e

200

m

kade een helling van

1:3

met ongeveer

10

m

u i t

de teen een sloot. Bij de overige

60

m

kade, heeft

het binnentalud een helling

van

1:1,5

met d i r e c t aan de teen

een teensl oot.

De l a a t s t e 150

m

kade

t o t

de bebouwing van Den Hoorn, heeft

op de

1 , 5

m

brede k r u i n een even zo breed p u i n p a d , het binnen-

talud heeft een helling van

1 : 2

met

2,5

m

u i t

de binnen-

kruinli

j n

een teensloot.

Geologisch gezien l i g t de kade in een zelfde gebied en wordt

van diep naar ondiep, in ouderdom afnemend, het volgende

bodemprofiel aangetroffen.

-

zand, p l a a t s e l i j k afgedekt door een

dun

zandi g kl ei 1 aag j e

-

veen (vermoede1

i j k

geërodeerd)

diverse klei- en zandlagen

veen1 agen tussen mariene sedimenten

i n

diverse klei- en zandlagen gevormd na

circa

1500

v.Chr.

-

Formatie van Kreftenheye

-

Basisveen

-

Afzettingen

van Calais

-

Hol 1 andveen

-

Afzetting van Duínkerke

opgebracht materiaal

-

Anthropogene gronden

Op

grond

van

het uitgevoerde grond- en stabi 1 i t e i tsonderzoek

kan

het

vol

gende worden opgemerkt.

Het kadegedeel t e langs de Gaag vanaf Schipluiden, met een lengte

van circa

100

m

en het kadegedeelte voor

de

bebouwde kom van

Den

Hoorn met een lengte

van

c i r c a

60

m ,

moeten op grond van

de visuele verkenning en het,

i n

een ander profiel uitgevoerde

stabi

1 i

t e i tsonderzoek,

a l

s onvei

1

ig worden aangemerkt (minimum

evenwichtsfactor

1 , l )

.

Het kadegedeelte vanaf het gemaal t e Schipluiden met een lengte

van

ongeveer

1000

m

kan

wat

b e t r e f t

de ligging

van

de

diepe

gl i j c i r k e l s a l s veilig worden aangemerkt

( m i n i m u m

evenwichts-

factor

1,4).

.

Het s t a b i 1 i t e i tsonderzoek heeft echter eveneens

aangetoond

d a t

het binnentalud n i e t stabiel i s . Hoewel een

afschuiving van het binnentalud n i e t d i r e c t aanleiding zal

geven

t o t

een doorbraak

van

d i t

kadeprofiel

i s

het toch aan

t e bevelen de nodige aandacht aan deze kade t e schenken.

(18)

-

15

-

-

De overige

1340

m

kade langs de Gaag kan deels

o p

grond

van

de

profielvorm en deels op

grond

van het uitgevoerde s t a b i l i t e i t s -

onderzoek a l s veilig worden aangemerkt

( m i n i m u m

evenwichts-

factor

1,4).

De aanwezigheid

van

kabels, leidingen en vreemde objecten i s

niet

i n

de beschouwing over de veiligheid

van

de kade betrokken.

De aanwezige kabels en vreemde objecten dienen getoetst t e

worden aan de volgende leidraden

van

de Technische Adviescommissie

voor de Waterkeri ngen.

a . Leidraad voor constructie en beheer van gasleidingen

i n ,

op

en nabij waterkeringen.

b .

Leidraad

voor

constructie en beheer

van

vloeistofleidingen

i n , o p

en nabij waterkeringen.

c . Leidraad voor ontwerp, beheer en onderhoud van constructies

en vreemde

ob

jecten i n , op en nabij waterkeringen.

(19)
(20)

KERKPOLDER MATEN IN METERS

T.O.V. NAP E N NULPUNT g e m g e i g e t

J .V. C E N T R U M V O O R O N D E R Z O E K 9 - 7 7 WAT E R K E R 1 N G E N

SCHAAL

1

: 100

W E R K N R . A

-

77.027

*'

T E K . N R . 77.367 bet. rond puin - N A P

c-

-

o

NAP NAP NAP -

---_

-

0.42

weiland - I

-

0.42

- I 1 I ' I

-t-

E/

N I '01 c a u I

4

C I

I

DWARSPROFIELEN

1

+

2

I

BIJLAGE

2

A

NULPUNT

--

FREATISCHE LIJN I c L ONDERKANT PEILBUIS

(21)

, ,

-

.. . .. - . . .. - 15.80

-2.35

t .>. ,

13,80

-2.45

L i -

12.80 -1.90

3 J c 11.80 -1.95

l--l---

10.80 -1.40

+

w

2.00

8.80 -0.90

11.00 10.00

9

.o0 .-

WE

,

5.40 +O22

.

4.80

8.00

kO.01 7.00

6.00

t 0.01

-

1

2.60

~

-0.02

5.00

4.00

-0.80

1

-0.06

1.10

3.00

-2.30-

-0.05

0.00

--

-

0.60

c o . 0 9

+0.13

2.50

2.0

o

1.50

-0.36

1.10

/

I

r0.04

0.00

2.70

-

1.31 (7

-

2.39 -_...I__

-2.65

_.-- 3.65 4.85

-

0.27

-072

-

I .o0 1.75

- 2 2

-2.07 5.90

6.20

3.90

-O.?

6

-

1.09

.___

a.

40

-0.81

6.05

I I

z

b -U

8.20

1

O.

60

-

0.86

-096

e

CD

L

r

P

o

n

c

w

I' J

..

17.85

-

I

-__

-

1.02 15.10 -1.10

o

o

(22)

\

1

N -

.. .

I

DWARSPROFIEL

5

1

BIJLAGE

4

I 1

I

I

I ' " ' t " 1 ' j

(23)
(24)
(25)
(26)
(27)

laboratorium voor grondmechanica delft

I

stichting waterbouwkundig laboratorium

I

c

ONDERZOER

AAN TWEE DWARSPROFIELEN

VAN DE BOEZEMKADE VAN DE

KERKPOLDER Cg-240171/5

april

197g a postbus 69,2600 AB delft ctleltJesweg 2, delft telefoon O1 5: 56 92 23 telex: 33326 solab nl postgiro: 234342 .

bank: mees en hope nv delft

rekmr. 25.92.35.91 1

Werkzaamheden ten behoeve van opdrachtgevers worden slechts uitgevoerd op voorwaarde dat de opdrachtgever afstand doet van ieder recht op aansprakelijkstelling en zich verplicht tot vrijwaring voor iedere aansprakelijkheid jegens derden.

Het rapport mag slechts woordelijk en in zijn geheel worden gepubliceerd na schriftelijke toestemming. s

(28)

CO-240171/5 - 1 -

INHOUD

1. Algemeen

2. Geologische b e s c h r i j v i n g van h e t gebied

2.1.

Overzicht van d e geologische geschiedenis

2.2. Samenvatting .

3. Keuze van d e t e onderzoeken dwarsprofielen

4. Uitvoering en r e s u l t a t e n van h e t grondonderzoek 4.1. U i tvoering 4.2. Resultaten 4.2.1. Boringen 4.2.2. Celproeven 4.2.3. V e r g e l i j k i n g van de grondmechanische r e s u l t a t e n

5. Keuze van h e t p r o f i e l voor h e t s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k 6. S t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k

6.1. Rekenmodel

6.2. Metingen van h e t f r e a t i s c h e vlak e n h e t water- spanni ngsver loop

6.3. Uitkomsten van h e t s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k

7. Beoordeling van de v e i l i g h e i d van de gehele kade van d e Kerkpolder

BLZ.

1

2

(29)

CO-240 17 1/5 - 1 -

1. Algemeen

I n h e t kader van h e t systematische kadeonderzoek i s door h e t La- boratorium voor Grondmechanica (LGM)

,

i n samenwerking m e t h e t

Centrum voor Onderzoek Waterkeringen (COW), een onderzoek inge-

s t e l d naar de standzekerheid van de boezemkade van de Kerkpolder. H e t onderzoek i s uitgevoerd i n de kade langs d e Gaag tussen Schip- luiden en Den Hoorn.

Aan de hand van een v i s u e l e verkenning en h e t door h e t LGM opge- s t e l d e geotechnische l e n g t e p r o f i e l z i j n v i j f p r o f i e l e n opgemeten

e n i n tekening gebracht, waarna i n 2 p r o f i e l e n grondonderzoek i s uitgevoerd. I e d e r p r o f i e l i s min of meer r e p r e s e n t a t i e f voor een bepaald kadegedeelte. Nadat e r gegevens bekend waren over de

laagopbouw en de grondeigenschappen i s een keuze gemaakt omtrent

h e t p r o f i e l voor h e t s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k , Aan de hand van de berekeningsresultaten i s een beoordeling van d e s tandzekerheid van de gehele kade gegeven.

(30)

CO-240 171 /5 - 2 -

Het jaax 8000 v.Chr. i s volgens de geologie een t i j d g r e n s tussen h e t (oude) Pleistoceen en h e t (nieuwe) Holoceen. Omstreeks deze "datum" i s h e t klimaat r a d i c a a l verbeterd. Het l a n d i j s , d a t h e t noordelijke d e e l van Europa bedekte en invloed had op de sedimen- t a t i e onder zogenaamde p e r i g l a c i a l e omstandigheden, begon a f t e smelten. Hiermee ging een z e e s t i jging en een grondwaterniveau- verhoging gepaard.

De groeiende v e g e t a t i e beschermde h e t land tegen winderosie. De brede r i v i e r e n kregen, onder andere door h e t verdwijnen van sneeuw

e n

i j s en door sterkeverdamping, minder water u i t h e t achterland (continent) en moesten zich t o t smallere stroken-beddingen terug- trekken, Ook hun oevers werden v e r s t e r k t door de begroeiing. Kortom e r i s een eind gekomen aan de vorming van de f l u v i a t i e l e a f z e t t i n g e n van de formatie van Kreftenheye. H e t toenmalige land- schap l a g i n d i t gebied volgens h e t geotechnisch p r o f i e l K1 op c i r c a N.A.P.

-

17 à 19 m. D e nieuwe v e g e t a t i e leverde veel or- ganisch materiaal voor de veenvoming van h e t zogenaamde Basisveen.

I n d i t onderzoek wordt weinig van d i t veen teruggevonden. Door één van de doorbraken, gepaard gaande met de h e f t i g e e r o s i e van de zich uitbreidende zee, werd d i t veen weggeslagen. Deze zee-agres- sie tegen h e t land gaat t o t heden voort. De n a t u u r l i j k e b a r i è r e s , strandwallen met duinen langs de k u s t , i n de l a a t s t e eeuwen aan- gevuld door de kunde van d e Homo-sapiens, konden m e t langere of k o r t e r e h i a t e n h e t land drooghouden. Tussen deze h i a t e n werden mariene sedimenten aangeslibd. H e t oudere mariene pakket d r a a g t de naam van Afzettingen van Calais. € l e t b e s t a a t u i t d i v e r s e l i t h o - logische eenheden. U i t h e t onderzoek i n h e t onderhavige gebied i s gebleken, d a t h e t l a a t s t e d e e l van de vorming van de Afzettingen

van

C a l a i s veel r u s t i g e r i s verlopen, dan i n h e t begin h e t ge- v a l was. Tussen h e t niveau van c i r c a N.A.P.

-

9 m en de veenlaag op c i r c a N.A.P.

-

4 3 Ei 5 m worden hoofdzakelijk k l e i i g e sedimenten gevonden.

(31)

CO-240 171 /5 - 3

-

I n de genoemde h i a t e n h e e f t h e t veen zich gevormd. A l deze veen- lagen tussen d e mariene sedimenten worden h e t Hollandveen ge- noemd. Volgens de p r o f i e l e n samengesteld door de R i j k s Geologische D i e n s t i n Haarlem z i j n bijvoorbeeld tussen de Afzettingen van

Calais 2 Ci 3 veenniveaus aanwezig. D e d i k s t e veenlaag (Holland-

veen) wordt gevonden, a l s d i e n i e t door jongere sedimenten i s aan- g e t a s t , boven op d e Afzettingen van Calais. Ter plaatse van de boring 2 bedraagt de d i k t e van de veenlaag c i r c a 1 m. Zoals reeds werd gezegd, l i e t d e zee h e t land n i e t met r u s t . Ook na d e vorming

van d i t hoofdzakelijk i n een v o e d s e l r i j k milieu gevormde veen

( r i e t en zegge-soorten) h e e f t de zee opnieuw toegeslagen en h e t land weer geinundecrd. Door middel van de i n d i t veenlandschap gemaakte waterlopen, geulen met p r i e l e n en kreken, h e e f t de zee weer i n b e l a n g r i j k e mate v a t op de vorming van d i t gebied gekregen. De geologen hebben aan deze nieuwe mariene a f z e t t i n g e n na c i r c a

1500 v,Chr., ( d i t i s na een t i j d s h i a a t van c i r c a 1000 j a a r , waarin de vorming van h e t Hollandveen p l a a t s vond) d e benaming Afzettingen van Duinkerke toegekend. D a t deze nieuwe z e e s p i e g e l r i j z i n g ge- paard ging met d e e r o s i e van h e t veen kan t e r p l a a t s e van p r o f i e l 4 geconstateerd worden. U i t de aangetroffen sedimentaire s t r u k t u r e n b i j

P r o f i e l 4 i n d e Duinkerkelaag k a n worden geconcludeerd, d a t eb- en vloedbeweging een b e l a n g r i j k aandeel i n de e r o s i e e n de sedimenatie h e e f t gehad. De l a a t s t e b i j d r a g e op d i t gebied h e e f t de mens ge-

leverd. Voor de door hem gebouwde en op d e waterkerende hoogte ge-

houden kaden, h e e f t h i j b i j de onderzochte p r o f i e l e n c i r c a 2 2 3 m m a t e r i a a l opgebracht (Anthropogene gronden)

.

2.2. Samenvatting

---

( b i j 1-3 e n K 2 )

'Van d i e p naar ondiep, i n ouderdom afnemend, wordt h e t volgende bo- demprofiel aange t r o f f e n :

(32)

CO-240171/5 - 4 -

-

zand, p l a a t s e l i j k a f g e d e k t door een dun

zandig kleilaac&

-

Formatie van Kreftenheye

veen (vermoedelijk geërodeerd)

-

Basisveen

d i v e r s e k l e i - e n zandlagen

veenlagen t u s s e n mariene sedimenten i n

-

-

A f z e t t i n g e n van C a l a i s

-

Hollandveen

d i v e r s e k l e i - e n zandlagen gevormd na

circa 1500 v.Chr.

-

A f z e t t i n g van Duinkerke

(33)

CO- 240 1 7 1 /5 - 5 -

3. Keuze van de t e onder zoeken dwarsprof i e l e n

Gebaseerd op de v i s u e l e verkenning z i j n , om een indruk van de vorm en afmetingen v a n de betrokken kadedelen t e k r i j g e n , 5 p r o f i e l e n u i t g e z o c h t en l a t e r opgemeten waarin e e n nader onderzoek zou p l a a t s vinden. Naast de v i s u e l e verkenning i s er b i j de keuze van deze re- p r e s e n t a t i e v e d w a r s p r o f i e l e n uitgegaan van de gegevens verkregen u i t h e t geotechnische l e n g t e p r o f i e l . Ieder gekozen p r o f i e l i s min of meer r e p r e s e n t a t i e f g e s t e l d voor e e n bepaald kadegedeelte ( z i e CûW-rapport

-

B e s c h r i j v i n g v a n de kade - 1 .

A l l e p r o f i e l e n z i j n gemeten over de kade l a n g s de Gaag t u s s e n Schip-

l u i d e n e n Den Hoorn ( b i j l . Pi).

-

P r o f i e l 1 l i g t h e t d i c h t s t b i j Schipluiden. Op d e smalle k r u i n

L

b e v i n d t z i c h een puinpad; h e t binnentalud i s t o t op de k r u i n m e t banen begroeid ( b i j l . D1). Daar e r puin e n boomworteis i n d e k r u i n e n h e t binnentalud van de kade voorkcmen i s h e t maken xtn een con- t i n u b o r i n g e r g m o e i l i j k . I n o v e r l e g m e t h e t COW i s d i t kadegedeel-

t e op grond van de profielvorm ( m a l l e k r u i n en s t e i l binnentalud) d i r e c t a :cg ekeu rd.

-

D e p r o f i e l e n 2 en 4 ( b i j l . D 1 en D2) konien wat de kadevorm be-

t r e f t onderling overeen; op de k r u i n van deze p r o f i e l e n i s een weg aanwezig.

-

P r o f i e l 3 b e t r e f t een groene kade m e t een weg l a n g s d e binnenteen ( b i j l . D2).

-

P r o f i e l 5 l i g t h e t d i c h t s t b i j Den Hoorn. Evenals b i j p r o f i e l 1 b e v i n d t z i c h

een

puinpad op d e k r u i n en is er ook p u i n i n h e t binnentalud aanwezig ( b i j l . D3). Deze kade is eveneens i n o v e r l e g

m e t h e t CûW op grond van d e profielvorm d i r e c t afgekeurd.

I n o v e r l e g met h e t COW i s b e s l o t e n o m i n de p r o f i e l e n 2 en 4, op grond van de c o n f i g u r a t i e van de kade en h e t geotechnisch l e n g t e - p r o f i e l , een nader grondonderzoek t e l a t e n v e r r i c h t e n .

(34)

CO-24017 1 /5 - 6 -

4. U i t v o e r i n g e n r e s u l t a t e n v a n h 4.1. U i t v o e r i n g

---

Tew v e r k r i j g i n g van ongeroerde monsters en a a n v u l l e n d e gegevens

omtrent de grondopbouw i s per p r o f i e l ( 2 en 4) i n de k r u i n een Begemannboring

6

66 m m u i t g e v o e i d . H e t COW h e e f t i n de p r o f i e l e n 1 e n 5 i n d e k r u i n e n h e t b i n n e n t a l u d handboringen gemaakt om e e n indruk van d e grondopbouw van d e t o p l a g e n t e k r i j g e n . I n h e t l a - bpratorium z i j n u i t d e 2 c o n t i n u b o r i n g e n i n t o t a a l 16 c e l p r o e f -

monsters genmen. O p 14 monsters z i j n langzame c e l p r o e v e n u i t g e - voerd cm de w r i j v i n g s e i g e n s c h a p p e n ( c ' e n @'-waarden) van de d i -

verse grondlagen i n g e c o n s o l i d e e r d e t o e s t a n d

t e

bepalen. D e ove- r i g e 2 m o n s t e r s z i j n a l s r e s e r v e m o n s t e r s i n h e t l a b o r a t o r i u m op- geslagen. U i t d e b o r i n g e n z i j n t e v e n s 24 m o n s t e r s genomen,waarvan de volumieke massa's z i j n bepaald. D e volumieke massa's z i j n naast

de wrijvingseigencchappen van belang voor de b e p a l i n g van de aan- d r i j v e n d e e n weerstand biedende k r a c h t e n b i j d e s t a b i l i t e i t s b e - rekeningen. Nadat d e monsters t e n behoeve van d e laboratorium-

proeven u i t d e b o r i n g e n z i j n gencmen is h e t r e s t e r e n d e g e d e e l t e van de b o r i n g e n beschreven e n g e f o t o g r a f e e r d . N a b i j d e k r u i n b o r i n g e n i n d e p r o f i e l e n 2 e n 4 i s e e n middelzware s o n d e r i n g m e t k l e e f m e t i n g u i t g e v o e r d .

.

4.2. R e s u l t a t e n 4.2.1. Boringen ( b i j l . B1 e n B2) ---..*---i-

D e navolgende b e s c h r i j v i n g van d e grondopbouw i n e n beneden h e t kadelichaam i s g e b a s e e r d ' o p d e 2 Begemannboringen

4

66 mn.

(35)

cc3-

2 1 3 5 7 4 PROFIEL

:

2 B O R I N G : 2 - 1 E4V =0.15 rn+ N . A . P . 1 I_

---

--

I_- 3 6 A

-

1.40 3 C B = l h 9 1 7 = 1.67

-

1.67 DIKTE i n m u_ _-0 , s m 1,2 m 018 m 0 , 3 m 0 , 3 m 0 , l m 0,5 m 1,0 m 11.1 l m ---.. OMSCHRIJVING c l e i , z a n d i g zanà, k l e i i g m e t g r i n d - c l e i

,

‘ z a n d i g m e t p l a n t e n - r e s t e n e n p u i n s t u k j e s sand m e t k l e i l a a g j e s c l e i , z a n d i g m e t p l a n t e n r . 7een c l e i m e t p l a n t e n r e s t e n ;n p u i n s t u k j e s , ’<, reen c l e i m e t p l a n t e n r e s t e n e n ? e n v e e n l a a g j e r l e i m e t z a n d l a a g j e s i f w i c s e 3 e n d zand. e n k l e i - Laagjes L I T H OST R A T I G R A F IE A n t h o r o p o g e n e g r o n d A f z e t t i n g v a n .

}

D u i n k e r k e

-

H o l l a n d v e e n A f z e t t i n g v a n D u i n k e r k e Hol l a n d v e e n

-

A f z e t t i n g e n v a n C a l a i s

(36)

J \ PROFIEL

4

eowG

:

4-1

MV

=

0.05

rn

-

N.A.P. A f z e t t i n g e n van C a l a i s = 1.60 1 1 2 A 7 1.60 1 128 16 I 13 I 1 4 A

--

: 1.36 I 14B.R = 1.53 L4 15 .R = 1.35 1.39 -_1_ DIKTE

i n

m

1,7 m 1,4 m 3 , L m 2,l m 3 , l m 3 , 4 m 0 , 3 m

---

I I '

-

I OM

S

CH

R.1 J V I N

G

zand, k l e i i g m e t g r i n d - s t u k j e s k l e i , z a n d i g met p u i n -

,~,

en h o u t s t u k j e s k l e i a f w i s s e l e n d zand- e n k l e i - l a a g j e s m e t p l a n t e n r e s t e n k l e i veen k l e i m e t p l a n t e n r e s t e n k l e i , z a n d i g m e t , p l a n t e n - r e s t e n I L I T H O S T R A T IGRAFIE Anthropogene grond

t

A f z e t t i n g van Duinkerke

i

-

Hollandveen

(37)

CO-240171/5 - 7 -

4.2.2. Celproeven ( b i j l a g e C1 t / m C71

De celproeven hebben een normaal verloop gehad.

D e omhullende van de s p a n n i n g s c h k e l s i s zo v e e l mogelijk bepaald i n h e t gebied van de maatgevende korrelspanning d i e h e e r s t op de d i e p t e waar h e t monster getrokken i s .

4.2.3. Vergelijking van de grondmechanische r e s u l t a t e n

U i t de c e l p r o e f r e s u l t a t e n van de Kerkpolder b l i j k t d a t de diverse

lagen r e d e l i j k e wrijvingseigenschappen hebben. Daar e r v e e l puin

i n

de k r u i n van de kade voorkomt h e e f t e r een beperkt grondonder- zoek ( 2 boringen, 14 celproeven) p l a a t s gevonden; vooral van de toplagen z i j n daarom weinig wrijvingseigenschappen bekend. De onderzochte kade van de Kerkpolder g r e n s t aan de boezemkant

aan de Klaas Engelbrechtpolder. D e Dorp- en Duifpolder bevinden

zich b i j p r o f i e l 1 van de Kerkpolder. De laagopbouw en de grond- mechanische eigenschappen van deze 3 reeds i n h e t kader van h e t

systematische kadeonderzoek onderzochte polders komen redelijk

overeen met d i e van de Kerkpolder.

I n overleg met h e t COW z i j n de betreffende c e l p r o e f r e s u l t a t e n van deze 3 omliggende polders b i j h e t s t a b i l i t e i t s o n d e r z o e k be- trokken.

5

.'

Keuze van h e t p r o f i e l voor h e t s t a b i l i teitsonderzoek

Bij

een

onderlinge v e r g e l i j k i n g van de p r o f i e l e n 2 e n 4 van de Kerkpolder, met betrekking t o t de kadevorm en de laagopbouw, v a l t er een zekere overeenkomst waar t e nemen. Beide p r o f i e l e n hebben

een

anthropogene toplaag

van

c i r c a 2,5 m, e n . i n de c e l p r o e f r e s u l - t a t e n van monsters u i t overeenkomstige lagen b l i j k e n geen grote v e r s c h i l l e n aanwezig t e z i j n .

(38)

-"

CO-240171/5 - 8 -

D e sondeerweerstand neemt b i j p r o f i e l 4 op een d i e p t e van c i r c a

N.A.P.

-

12 m t o e , t e r w i j l b i j p r o f i e l 2 op een d i e p t e van c i r c a

N.A.P.

-

20 m de sondeerweerstand p a s e c h t goed oploopt ( b i j l .

s1 en S2). *

Gezien h e t s t e i l e r e verloop van h e t binnentalud, de g r o t e r e d i k t e van de veenlaag en de l a a g k l e i met p l a n t e n r e s t e n onder de veen- l a a g i s i n overleg m e t h e t COW b e s l o t e n om voor p r o f i e l 2 s t a b i - l i t e i t s b e r e k e n i n g e n t e maken. Indien e c h t e r de gevonden evenwichts- f a c t o r u i t de s t a b i l i t e i t s b e r e k e n i n g voor p r o f i e l 2 n i e t aan de g e s t e l d e maat zou voldoen, zouden voor p r o f i e l 4 ook s t a b i l i t e i t s - berekeningen gemaakt moeten worden.

6. S t a b i l i t e i tsonderzoek

6. i . Rekenmodel! ( p r o f i e l 2 , b i j l a g e G-1) ---/

De kade van p r o f i e l 2 i s aan de hand van de gegevens u i t de boringen l i t h o s t r a t i g r a f b s c h i n 6 lagen verdeeld. Om een oordeel t e kunnen geven over h e t b e t r e f f e n d e kadegedeelte i s h e t gewenst n i e t u i t -

s l u i t e n d grondeigenschappen i n de berekening i n t e voeren d i e ver- kregen z i j n van monsters u i t h e t onderhavige p r o f i e l maar eventueel ook grondeigenschappen van monsters u i t andere p r o f i e l e n .

De berekening kan i n twee d e l e n worden g e s p l i t s t , namelijk: Geval 1; .een berekening met de grondeigenschappen d i e h e t reken- kundige gemiddelde z i j n van de c e l p r o e f r e s u l t a t e n u i t de boringen van de Kerkpolder, aangevuld m e t de c e l p r o e f r e s u l t a t e n van de 3 om

liggende polders.

Geval 2; een berekening waarbij gebruik wordt gemaakt van de "vei- l i g e waarden" voor de wrijvingseigenschappen van de veenlaag en de l a a g k l e i met p l a n t e n r e s t e n .

De overige lagen behouden dezelfde eigenschappen als i n geval 1.

Deze " v e i l i g e waarden" z i j n ingevoerd ontdat h e t binnen h e t t r a j e c t mogelijk' i s d a t i n een s o o r t g e l i j k p r o f i e l s l e c h t e r e wrijvingseigen- schappen aanwezig z i j n dan i n h e t onderzochte p r o f i e l z i j n aange- t r o f f e n . Om n e t deze mogelijkheid rekening t e houden i s p r o f i e l 2

ook doorgerekend met de " v e i l i g e waarden" voor de eigenschappen

(39)

CO-240171/5 - 9 -

Deze " v e i l i g e waarden" volgen voor d i t gebied u i t een i n v e n t a r i -

s a t i e van genoemde grondsoort i n Delfland e n R i j n l a n d (COW-rapport

nr. S 74.096).

4

I n de berekening van p r o f i e l 2 z i j n de volgende grondeigenschappen ingevoerd:

Geval 1

l a a g 1; k l e i , zandig

p = 1,63 t / m

U i t deze t o p l a a g z i j n geen celproefmonsters beschikbaar; daarom i s h e t rekenkundig gemiddelde van 3 celproeven u i t de overeenkomstige t o p l a a g van p r o f i e l 5 u i t de Duifpolder

i n h e t rekenmodel ingevoerd.

c ' = 1,43 kN/m 2 @ I = 21,90°

3

l a a g 2; zand, zwak k l e i i g m e t puinctukjes

c ' = 1 , 1 2 kN/m

3 2 9' = 30,20°

p

-

1,99 t/m

U i t deze l a a g z i j n ook geen celproefmonsters beschikbaar.

H e t rekenkundig gemiddelde van 5 celproeven u i t de overeen-

k c i x t i g e l a a g van de p r o f i e l e n 1 e n 5 u i t de Dorppolder i s

i n h e t r e k e n m d e l ingevoerd.

l a a g 3; zand, k l e i i g m e t p l a n t e n r e s t e n en p u i n s t u k j e s

4 ' = 2 2 , 2 8 O

p = 1,70 t / m

Deze waarden z i j n h e t rekenkundig gemiddelde van de cel- proefmonsters 12A en 12B van p r o f i e l 4 en de monsters 3

en 4A van profiel 2. 2 c' = 4,48 kN/m 3 l a a g 4; veen

@ '

= 25,6í0 3 c' = 5,56 kN/m 3 p = 0199 t/m

Deze waarden z i j n h e t rekenkundige gemiddelde van de cel-

Cytaty

Powiązane dokumenty

Niestety, pozostałe badane parametry ulegają w czasie starzenia znacznemu pogorszeniu i z tego względu papier ten nie może być stosowany w pracowniach

Dokładniej skupiono się jedynie na zapewnieniu prawidłowej obsługi parkingowej (przynajmniej jedno miejsce postojowe na każde rozpoczęte 50 m 2 powierzchni użyt- kowej) oraz

N ie tylko można w nich w yczytać w iele rozumnych rzeczy, dziś jeszcze przydatnych, lecz — jeśli są pisane trochę już archaiczną polszczyzną lub na taką

[r]

[r]

[r]

zapobieżenia szczególnego, reso c jaliza cji skazanego... T ak ie stanow isko now ego

Codziennie musiał wizytować większość szpitali, których w stolicy było podówczas ponad dwadzieścia 106 , a już ich samo rozmieszczenie wskazuje, iż poznał Warszawę